In Psalm 23 belijdt David zijn afhankelijkheid van de HEERE. Hij heeft Hem leren kennen als de Goede Herder. Psalm 23 is in Christus in vervulling gegaan. Hij gaat ons voor, zoekt ons op en is altijd bij ons ook als we gaan door het dal vol van schaduwen van de dood.

In het Hebreeuws staat in vers 4: al gaat mijn weg door een dal vol van schaduwen van de dood. In de NBV heeft: een donker dal. De HSV heeft dit beter vertaald, verder is de NBV een prima vertaling.

Vanmorgen luisteren we naar Psalm 23 en de boodschap van de Psalm. Ik denk dat het de bekendste Psalm is. Niet verwonderlijk dat deze bekend, geliefd is. Deze psalm schenkt wat we nodig hebben. Zeker als zich moeilijke situaties voordoen. Een belijdenis van David. De Heere is mijn Herder.

David was waarschijnlijk al jarenlang koning. De nodige levenservaring opgedaan. Hij spreekt of zingt waar hij het erover heeft. Als kleine jongen kreeg hij de opdracht voor de kudde zorg te dragen. De zorg voor de kudde omvatte veel. Zoeken naar weidegrond, bronnen. Beschermen tegen gevaren. Tot twee keer toe waagde David zijn leven. De omstandigheden verschilden dag en nacht van hoe de situatie van David nu was. Op de Veluwe kom je het nog tegen. En in Drenthe. Bij David: diepe ravijnen, kloven. Soms was het erg donker in zo’n ravijn. Een donkere kloof. Een glibberige en gladde weg. Rovers en wilde dieren konden het op de kudde hebben gemunt. Er kleefden allerlei gevaren aan het werk. Een stok en staf. Die stok was een soort knots. Die staf had een gebogen uiteinde. Dan kon hij lammetjes pakken.

David vergelijkt zich met een schaap. Dat wordt geleid door een herder. Schapen zijn som. Kunnen zichzelf niet redden. Nee, ze zijn aangewezen op de herder.

Ik ken Hem en ik weet me van Hem afhankelijk. Ik moet me door Hem laten leiden.

Het woord herder hier is geen zelfstandig naamwoord. Het is een vorm van een werkwoord. De Heere herdert mij. HEER met vier hoofdletters. Het is de aanduiding van God toen Hij Mozes ontmoette in de Mozes. Mozes was herder. Hij had een Egyptenaar vermoord. Hij komt in de woestijn terecht. Mozes trekt erop uit om de kudde te weiden. Hij ziet een struik in brand staan. Die verteert niet. Die blijft zoals die is. God begint tot hem te spreken. Je hoeft niet langer herder van de schapen te zijn, Ik wil jou gebruiken om het volk uit te leiden. Mozes kon zijn eigen oren niet geloven. Wat is Uw Naam? HEERE. Ik ben die Ik ben. Zo’n machtige naam. Een belofte, een eed. Wat Ik zeg, doe ik. Ik kom het na.

De HEER is mijn Herder. Mij ontbreekt niets. Ik heb alles. Is dat nou wel zo David? Heeft David zo beleefd? Was zijn leven zo prettig, aangenaam? Bedreigd door zijn schoonvader, Saul, Absalom, Goliath, zijn eigen manschappen in Ziklag…?! Geweld, moord, opstand, intriges. Kloppen deze woorden wel? Mij zal niets ontbreken.

Geen jachtig bestaan? Geen burn-out? David weet waar hij het over had. De dood in de ogen gezien. Zijn kind met Bathseba en zijn zoon Absalom. Als de schaduw over je valt, is het voorwerp dichtbij. De dood was vlakbij. De dood tastbaar aanwezig. Ik denk dat er vanmorgen mensen zijn die de dood van dichtbij hebben gezien. Een lege plek, heimwee, gemis. Overlijden van je man, vrouw, vader, moeder, kind. We worden ermee geconfronteerd. Er zijn als we in ons leven rondturen, toch veel dalen? Mensen verloren aan de dood en aan het leven. Ziekte, dementie, eenzaamheid, uitzichtloosheid, aftakeling. Zulke dalen zijn er. Die dalen dienen zich aan.

Al ging ik door een dal vol schaduwen van de dood, ik zal geen kwaad vrezen. Waarom kan hij dat zeggen? Want U bent met mij. Die woorden staan precies in het midden van de Psalm. 26 andere woorden gaan eraan vooraf en gevolgd door 26 andere woorden. De kern van ons geloof. Woorden van moed, hoop en kracht. Want U bent met mij. Niemand staat er alleen voor. Hij draagt ons. Hij omringt ons elke dag opnieuw. Hij zorgt ervoor dat we mensen om ons heen hebben. Zegeningen: eten, drinken, gezondheid, kracht

Dat geeft hoop en moed in leven en sterven. Niemand van ons staat er alleen voor vanmorgen. Als de HEERE erbij is, komt het goed, gaat het goed.

De Psalm spreekt in de Hij-vorm. Misschien viel dat u op. Dat zorgt voor een bepaalde afstand. Vanaf vers 4 spreekt David niet meer over God, maar tot God. U. Rechtstreeks richt hij zich tot God. David weet: de Heer is bij me. Waar anderen het laten afweten, ons niet begrijpen, ons teleurstellen. David weet: de Heer is erbij. David laat van zich horen.

Ik vind het een machtig mooie Psalm. Deze psalm ging in vervulling in het Nieuwe Testament. Ik ben de Goede Herder. Er is maar een goede Herder. Geen huurling. De huurling past op de kudde. Als zijn tijd erop zit, laat hij de zorg aan een ander. De zorg van de Goede Herder is niet begrensd. Hij geeft Zijn leven zelfs! Een huurling kan nog zo goed voor de schapen zorgen, nog zo goed bezig zijn of nog zo trouw zijn, hij houdt het op een bepaald moment voor gezien. De Goede Herder doet dat nooit. Jezus. Hij redt.

Hij neemt regelmatig de psalmen op de lippen. Psalm 23 niet. Wel psalm 22: waarom hebt Gij Mij verlaten? Wat was de dood daar dichtbij! Hij hing te sterven. Een dal vol schaduwen. Hij werd verlaten opdat wij nooit meer verlaten zouden worden.

Jezus draagt ons. Hij brengt ons Thuis. In de diepste dalen staan al andere voetstappen. Hij is er al geweest. Hij kan meevoelen en mee lijden.

Uw stok en staf vertroosten mij. De vijanden op afstand. Ook trekt Hij naar zich toe. Door een pikdonker dal tikte de herder met de staf op de grond. De schapen horen dat. He, we zijn hier niet alleen. Hij neemt het op tegen de boze. Hij overrompelt ons met boze gedachten, spot en haat. Bij Jezus zijn we veilig. Hoort u het tikken van de staf? In het woord en de sacramenten. Ons bemoedigen en troosten. Het ontbreekt mij aan niets.

Weet u wat ik ontdekte? De HEER is mijn Herder. Ik ontbreek niet – zo kan je ook verlaten. Ik hoor bij die grote schare die zalig is. Deze Herder laat zich als Gastheer kennen. Mijn beker vloeit over. Hij maakt de tafel gereed. Elke zondag zorgt Hij voor eten en drinken. En overvloed. Zalven van het hoofd: u bent welkom.  Welkom bij de Goede Herder. Hij achtervolgt ons met goedheid en trouw. Hij zoekt ook vandaag naar schapen die gewond zijn, gevallen zijn. Vastgemaakt in de zonde. Jezus zoekt ze. Zorgdragen voor de schapen. Jezus wil niet dat u alleen door het leven gaat. Hij strekt Zijn handen naar u uit. Elke keer als hier en thuis het woord opengaat. Hij zoekt, roept en redt!

Amen.

Hervormde Gemeente Sluipwijk, zondag 14 juli 2024, 10.00 uur. Schriftlezing Psalm 23 en Johannes 10: 11 – 17.