In Psalm 1 wordt een spiegel voorgehouden. Leven bij en uit het Woord of leven naar eigen inzicht. Wie God leert kennen, wordt door Hem geplant bij de bron van het levende water. Die draagt vruchten – niet voor zichzelf. Wie geen rekening houdt met God en Zijn Woord zal uiteindelijk eeuwig verwaaien.

Gemeente, wij willen stilstaan bij de 1e psalm. Psalm betekent: zingen onder begeleiding van een harp. Zo begon het ooit. De Heere loven en prijzen. Moeite voorleggen. Asaf, Ethan, Mozes, David. En dichters die we niet kennen. Wat opvalt: er zijn verschillende soorten. Lof en dankpsalmen. Waarin Gods trouw bezingen. Waarin de heerlijkheid van God naar voren komt. Of klaagpsalmen. De weg van de Heere niet begrepen. Zo vaak gebeden, maar God greep niet in. Zelfs wraakpsalmen. Wat de inhoud ook is, het gaat over de relatie tussen Schepper en Schepsel. Hoop, twijfel, liefde, pijn, angst.

We lazen Psalm 1. Het heeft geen opschrift. Als je rond bladert, kom je aanduidingen tegen: een psalm van David, onderwijzing van David. Maar die 1e psalm niet. Moeilijk te dateren. Weten ook niet goed of deze psalm plaats kreeg in de eredienst. Psalm 1 en 2 worden beschouwd als eenheid, inleiding op de psalmen. Welgelukzalig is de man. En psalm 2 eindigt: welgelukzalig zijn de mensen die op U vertrouwen. Psalm 42 en 43 horen ook bij elkaar.

Psalm 1 en 2 zijn glazen van een bril: daardoor krijg je de psalmen te zien. Alle psalmen zijn verbonden hiermee. Waar gaat het over? In Psalm 1 over de twee wegen. Een aansporing om de goede weg te bewandelen. Aansporing om de juiste keuze te maken. Gelijk aan het begin: wat is goed? Gelukzalig als mens. Welzalig. Ouderwets woord. Maar het betekent: je bent gelukkig, geslaagd. Je komt tot je doel. Je bent te feliciteren. Je bent pas echt gelukkig.

Wanneer ben jij gelukkig? Zouden we een veelheid aan antwoorden krijgen. Als je gezond bent. Niet te maken met de pandemie. Of een ander, een goede verhouding met mijn man of vrouw. Een derde: over zijn kinderen. Jonge mensen: examens, als ik uiteindelijk zal slagen. Of als ik een leuke jongen of meisje tegen het lijf loop. Bid daar om! Geef dit een plaats in je gebed.

Psalm 1 geeft een antwoord, een ander antwoord. Echt gelukkig ben je als je je lust vindt in de wet van de Heere. Dat je je verdiept in het Woord van God. De wet, daar wordt mee bedoeld: de eerste vijf boeken van Mozes. Mag je uitbreiden naar de hele bijbel. Als het je lust en leven is dat Woord te overdenken.

Overdenken? Dat is iets anders dan lezen. Bij trouwdiensten wordt de bijbel overhandigd. Wordt bij gezegd: hoop dat jullie deze veel lezen. Maar toch: hard op lezen, mediteren, graven, spitten. Dan krijg je de smaak van Gods Woord te pakken. In dat Woord ontmoet je de Heiland. Dat spreekt over de enige troost in leven en sterven. Je kan het toch niet nalaten te lezen? God strekt Zijn handen toch in het Woord naar me uit?

Het Woord voor overdenken: dat wordt in verband gebracht met een grommende leeuw. Als een leeuw een dier geslagen heeft. Een leeuw is er helemaal op betrokken. Hij laat zich niet afleiden. Gaat er helemaal in op.

Dat is de bedoeling van vers 2. Het Woord van God oppeuzelen. Houd stille tijd! Het is inherent aan christelijk leven. Alle dingen uitzetten en gedurende kortere of langere tijd met het Woord inlaten. Luther maakt in zijn commentaar op de psalmen mooie opmerkingen. Hij is een beschamend voorbeeld. Hij besteedde meerdere uren aan gebed en lezen. Hij verwijst naar Mozes. Mozes moest op de rots slaan. Er was geen drinkwater. Het volk mopperde. Mozes denkt te sterven. Mozes roept tot de Heere. Hij moet dan op de rots slaan. Dan komt het water tevoorschijn. Het volk kan dan drinken en gelaafd de reis vervolgen. Zo moeten we als kerkmensen kloppen op het Woord, zegt Luther.

Hoe leest u bijbel? Aan tafel gebeurt het wel eens, moeten we nou nog lezen?! Dat heeft niets met overdenken te maken. Wat zou de Heere willen zeggen met dit gedeelte? Moet ik iets doen, laten, moet ik ergens voor bidden? Wat wil de Heere met dit gedeelte zeggen.

Luther gebruikt ook het beeld van herkauwen, zoals een schaap, hert, geit. Schaap slikt gras door, komt in zijn pens terecht, dat komt terug in de mond en het schaap gaat opnieuw herkauwen. Er komen nieuwe stoffen vrij. Dat geeft vitaliteit. Het is goed om bepaalde gedeelten terug te laten komen. Smaak, kauwen. Je raakt er helemaal op betrokken. Niet een woord voor Korinthe, maar voor mij!

Concentreer je op het Woord. Leef bij het Woord. Als er een is geweest die dat heeft voorgedaan: Jezus. Hangend aan het kruis, Psalm 22 en 31.

Opmerkelijk: die zijn vreugde vinden in de wet. Andere vertalingen: behagen vinden in. In een synagoge, als de Torah uit de kast wordt gehaald, dan werpt een Jood kushandjes naar de Torah. Ze hebben het Woord lief!

Dag en nacht overdenken. Is dat niet wat overdreven? Er zijn dingen die je moet en mag doen? Niet de bedoeling dat je 24 uur in de Bijbel zit. Dat kan, mag, hoeft niet. Je hebt een goddelijk beroep. Maar laat het een levenshouding worden, de omgang met het Woord van God. Paulus: bid zonder ophouden. Niemand van ons kan voortdurend in gebed zijn.

Zo’n leven is niet vanzelfsprekend. Daar moeten we eerlijk in zijn. Leven en gericht zijn op het Woord, daar hebben we de Geest voor nodig. In veel levens is het Woord naar de marge gedrongen. Er is wel een plekje, maar niet zo groot. Oefent een leven zonder God geen aantrekkingskracht uit? Met niemand rekening te hoeven houden. Het gevaar is, zeker in onze tijd, als we elkaar nauwelijks zien, dat oefent een aantrekkingskracht uit. Het gaat geleidelijk. Een proces dat zich in je leven kan voltrekken.

Wandelen in de raad van goddelozen, staan op de weg van zondaars, zitten op de stoel van spotters. Heel eenvoudig: wandelen in de raad van goddelozen. Goddelozen zijn geen vervelende mensen. Hij leeft los van God. Dat is heel erg. Maar je kunt er veel plezier aan beleven. Mensen die voor je klaar staan. Je wandelt met mensen die geen rekening houden met God. Geen consequenties verbonden aan God. Onbewust krijg je daar iets van mee. Je raakt daar wat door besmet. Wandelen laat zien: je kunt een andere kant op gaan. Sorry, ik ga een andere kant op. Een andere levensrichting kiezen. Dat is niet makkelijk. Kan je een eenzame positie opleveren.

Een volgende stap, het staan op de weg van zondaren.  Mensen die willens en wetens zondigen. Openlijk zicht verzetten. Aanvankelijk staat het je tegen. Maar er treedt een soort gewenning op. Je raakt er hoe langer hoe meer in betrokken. Je gaat erin mee.

Neerzitten bij de spotters. Zij maken leven met de Heere belachelijk. Ze trekken Zijn bestaan in twijfel. Als God bestaat, zou de wereld er anders uitzien. Kijk eens om je heen! Spotten met God heeft iets in zich als je zelf verheffen boven God. Zoals de Farao. Verachten, minderwaardig doen.

Het gaat geleidelijk, maar wel van kwaad tot erger. Psalm 1 zegt: deze mensen zijn als kaf. Als je zo leeft, als de zonde het voor het zeggen heeft: dan verga je. Kaf is het omhulsel van koren.  Om die graankorrels zit kaf. Een afvalproduct. Daar heb je niets aan. Een boer deed de korrels in een wan, zeef. Gooide op, de wind nam het kaf mee. Je vond er nooit meer iets van terug. Mensen die zonder God leven. Druk om iets van het leven te maken. Stofwolken. Het blijft stof. Voor je het weet, zijn ze weg. Ze hebben geen houvast en basis. De wisselvallige mens. De mens die uiteindelijk alles verliest. Geen werkelijke inhoud. Mens zonder God, zonder genade, zonder toekomst.

Tegenover de kafachtige mens, staat die boom. Wiens lust het is de wet van God te overdenken. Een boom bij het water. Een boom is doorgaans toonbeeld van kracht. Waait niet met alle winden mee. Verwaait niet. Je lust en leven om het Woord te overdenken!

Er zijn grote en kleine bomen. Sterke bomen, kwetsbare bomen. Het gaat niet over gras, kruid, riet. Die bomen hebben één ding gemeen: het zijn vruchtbomen. Levend en staand aan de waterstromen. Vruchten: liefde, geduld, geloof, blijdschap. Water is van levensbelang. Anders komt de dood. Geen water betekent omkomen. Dat geldt ook voor het Woord. Het is van levensbelang. Zonder het Woord kom je om! Psalm 1 zegt: wie leeft bij het Woord is als een boom, staande bij waterstromen.

Die bomen slaan hun wortels uit. Een netwerk van wortels. Die zorgen voor stevigheid en vastheid en voedsel. Opname van eten en drinken. Dat vindt in verborgen plaats. Die wortels zijn verborgen. Je ontvangt het als mens in het verborgene. In de binnenkamer. Het wordt wel zichtbaar. Vruchten op zijn tijd. Niet altijd vruchten geven, dat staat er niet. In leven van christen zijn er tijden van dorheid, wegkwijnen, onvruchtbaar. Er woeden nogal eens stormen. Tegenslag, teleurstelling. Niet als vanzelf geluk en voorspoed. Denk maar aan Jozef of Job. Levend bij de waterstromen betekent niet dat je geen tegenslag zult kennen. En toch, levend met het vleesgeworden Woord zul je Gods kracht en genade ervaren.

Wat opvalt: ze zijn geplant. Geen wilde bomen die daar vanzelf terechtgekomen. Geplant door God zelf. U bent hier geplant! Het is Zijn keuze dat u hier woont, hier het Woord hoort. Vrucht dragen is hier de bedoeling. Geen enkele vruchtboom draagt vrucht voor zichzelf. Zo ook een christen. Vruchten voor de hemelse Vader en voor de naaste. Zo worden we opgeroepen: leven bij het Woord. Als je zo leeft, word je een rechtvaardige genoemd. Dat zijn geen supergelovigen. Elke dag opnieuw bedelen bij de bron. Geen mensen die geen schuld of zonden kennen. Maar luisteren naar het Woord, schuld belijden en om vergeving vragen. Je leven mooi en groeizaam. Het eindigt in de eeuwige vreugde.

Psalm 1 is een spiegel. Twee mensen: niet verschil in karakter, opleiding, aardig zijn. Nee: in de bron, de weg die ze gaan. Leven zonder God, dan verwaai je. Maar leven met Hem, dan zul je opleven in de eeuwigheid. De preek in twee zinnen: er zijn twee soorten mensen. Mensen die tegen God zeggen: Uw wil geschiedde. En mensen tegen wie God zegt: uw, jouw wil geschiedde.

Amen.

‘k Zal Uw geboôn, die ik oprecht bemin,
Mijn hoogst vermaak, mijn zielsgenoegen achten;
Ik reken die mijn allergrootst gewin;
Ik grijp er naar, en zal er heil uit wachten;
Ik heb ze lief en zal met hart en zin,
Al ’t geen Gij ooit hebt ingezet, betrachten.

– Psalm 119 vers 24 (berijming 1773)

Hervormde Gemeente Reeuwijk, Ichthuskerk, zondag 9 mei 2021, 18:30 uur. Schriftlezing Psalm 1 en Galaten 5: 22 – 25.