Markus laat zien dat Jezus met macht, gezag en autoriteit spreekt. Zijn prediking en onderwijs gaan samen op. Het Koninkrijk van God is nabijgekomen en dat betekent dat de satan en zijn trawanten te gronde worden gericht en dat verloren zondaren worden gered. De genezing van de man met de onreine geest, in de synagoge, is daar een treffend voorbeeld van.

Leven in bevrijd, bezet gebied

Had u dit verwacht? Dit thema. De bevrijding is toch al 75 jaar leden? Kent u het vredesteken? 18 mei 1945 stond Churchill op en riep het Britse volk toe, de lichten gingen uit en bommen kwamen neer, niemand wist van geen stoppen met strijden, men kwam terug uit de kaken van de hel. Churchill stak het Vredesteken in de lucht.

Het kan wat vreemd klinken, bezet gebied. Maar het is echt waar. De aarde is geen plek van vrede. Er wordt gewerkt aan een koninkrijk. Kunnen we niet in verzet? Laat het gezegd zijn, ik hoop dat je weet met wie je te maken hebt. De bezetter. Kunnen we ons verzetten? Nee. Niet vanuit onszelf. De bezetter is te machtig. Het kan zomaar dat je het niet door hebt. Dat we leven in bezet gebied. Dat je het wel prima vindt. Een verbond sluiten met de bezetter. Die kans is onwijs groot. Uw leven wordt bezet door de sterke, zo noemt Markus hem. De satan.

Hoe u hier ook zit, dat we in bezet gebied leven, als onderdaan van het Koninkrijk misschien, of bij de satan behorend. Markus wijst erop: hij ziet het Vredesteken opdoemen. Het verzet komt in beweging. Iemand die de macht heeft en de autoriteit. Markus is er vlug bij. Johannes de Doper: na mij komt, die sterker is. Hoor je dat! Sterker! De tijd is vervuld. Het Koninkrijk is in aantocht.

Het gaat om leven en dood. Ja toch? Koninkrijken staan tegenover elkaar. Toch is het Koninkrijk van God nabij. Markus schrijft zijn goede nieuws over Jezus. Een man, geen leger. Hoe is het mogelijk! Hij gaat de satan en zijn trawanten te lijf. Hij gaat de huisraad roven.

Jezus van Nazareth gaat ons bevrijden uit het domein van de satan. Jezus is eenmaal verzocht door de satan. De engelen dienden hem. Apart voor een mens hè! Hij zag verschillende onderdanen voor het Koninkrijk van God. Hij zag ze. Zij hadden nog niet helder dat er een machtsstrijd gaande was – of waren eraan gewend. Had Hij toch een leger nodig? Nee. Luister: kom achter Mij! Uit de wind. Achter Jezus van Nazareth. Wil je meelopen? Loop maar gewoon achter Jezus aan.

Kapernaum. Dorp. Eigenlijk geen dorp: een stad. Van zo’n 10.000 inwoners. Veel te zien. Een tolhuis. Een legereenheid. Het is een stukje wandelen. Maar ziet u de synagoge. We wandelen binnen. Samenkomen. De joden kwamen er samen op de sabbath. Lezen en bestuderen van de Thorah. Huis van gebed. Horen en luisteren naar een preek. Niet zomaar. Hier ontmoette men God. Hier kwamen ze samen.

Moet u zien, Jezus begint te onderwijzen. Hij is er blijkbaar niet voor de eerste keer. Je moest wel competent zijn als man. Muisstil. Je kunt een speld horen vallen. Verbluft zijn ze. Wie is deze man?! Vaak hebben ze gehoord naar die schriftgeleerden. Die bouwden argumenten op op basis van tekst en traditie. Dit onderwijs van Jezus is met macht, gezag, autoriteit. Dit is iets nieuws. Dit kenden zij niet. Dit gaat het oude regime voorbij. Niet voor niets staat er later in Maria dat er telkens conflicten zijn. Dit is een andere leer dan ze gewend waren. Opeens een nieuwe leer met macht en gezag!

Ja zeg je, maar hoe weet je het, dat het een nieuwe leer is. Wat is de inhoud? Dat wordt niet genoemd in vers 21-22.

Als u Jezus zou volgen (doet u dat thuis eens straks), dan is dit een statement. Accent komt op iets anders te liggen. Duidelijk wordt wat met macht, gezag bedoeld wordt. Wat Jezus onderwees. Ik geef een voorschot. Debatten met de leiders. Genezing op de sabbath. Gesprek over vergeving van zonden. Debat over omgang met tollenaren en zondaren. Debat over het vasten. Begrijpt u, wat hier wordt vermeld komt later in overvloed terug. Dit is ongekend. Deze Jezus is niet hetzelfde als de schriftgeleerden. Hij spreekt met macht, autoriteit, gezag. Dit is de onderwijzing die Hij wilde prediken.

We lazen vanaf vers 14. Waarin onderwijst Hij? Hij zou toch gaan prediken? Ik ben uitgegaan om te prediken. In Markus, viel mij op, vallen die woorden samen: prediken en onderwijzing. De kern van Jezus onderwijs: Zijn woorden zijn ook Zijn onderwijs. Zijn leer is voor waar Hij is voor uitgegaan. Hij predikte het evangelie van het Koninkrijk van God. Jezus komt vandaag ook niet zomaar met iets. Maar met de leer van het Koninkrijk van God. Dat is nog eens onderwijs! Daarvoor kom je toch op catechisatie! Dat betekent ook, onderwijs. Als het goed is word je daar iets bijgebracht. Jezus doet het in woorden, misschien nog niet uitvoerig hier, maar in ieder geval met macht en gezag.

Alleen hier niet alleen met woorden. Kijk eens. Er komt een man aan lopen. Een man met een onreine geest. Zeg nu zelf, het is toch onnodig om het nog een keer te noemen dat ze in de synagoge waren? Markus noemt dat nog een keer. In het huis van gebed, preken, waar ze God ontmoeten. Uitgerekend op die plek. Een man met onreine geest. Bezeten door een van de trawanten.

We zien gelijk wat de satan voor ogen heeft. De plek waar gestreden moet worden. Ziet u wat Markus schildert? Satan met zijn trawanten in de synagoge tegenover God. Lijnrecht tegenover elkaar. Het is toch herkenbaar? Overbekende uitspraak: waar God een kerk sticht, bouwt de duivel een kapel naast. De duivel wil toch kerkmensen controleren? Jezus vertelt later over het zaad: de satan is er als de kippen bij om het woord zo snel mogelijk weg te nemen. Geloof je dit nu? Je bent toch belangrijker dan in de kerk gezegd wordt? Noem je dat evangelie? Je gelooft toch niet in sprookjes? Waar is God als er zoveel kwaad is? Hij gebruikt vrienden en familieleden. Of de hogepriester Jozua, Zacharias 3, je bent bevlekt, denk je dat het goed met je komt? Of valse leren. Vrome godsdienst, dat we er zelf wat van kunnen maken. Opgaan in de wereld dat dat wel samen kan gaan. Of dat Jezus niet meer was dan een profeet. Niet gek dat de satan het bij gevallen mensen zoekt. We kunnen het niet in satans voeten schuiven. Paulus zegt tegen Agrippa dat hij gezonden is om de mensen te bekeren van de duisternis tot het licht en van de macht van de satan tot God. Niet alleen de satan! De mensen moeten ook bekeerd worden. Het zijn mensen die vijanden van God zijn geworden. Mensen die God willen inhalen. Of God buiten het leven willen houden. Niet Jezus volgen, maar Jezus achter hun karretje spannen. Zoals Petrus, die zijn Meester apart nam en bestrafte. Ga weg achter mij, Satan, zegt Jezus. Jezus doorziet de satan. Kom achter Mij! Niet voor Mij uit. De mens is van God af en wordt opgejut door de satan.

Neemt niet weg, de wereld is weg onder de macht van de satan. Ziet u dat ook? Dat er eigenlijk geen vrijheid is.

Die onreine geest stuit op Jezus. Op zijn aartsvijand. Wat hebben wij met U? Die onreine geest begint te schreeuwen. Waarom doet die onreine geest dat? Jezus is toch een man, een mens. Maar er is meer. Dit is niet zomaar een mens. Bent u gekomen om ons te gronde te richten? Ik weet wie u bent, de Heilige van God. Die onreine geest weet het! Bent U gekomen. Uitgegaan. Van uit de hoge hemel. Hij is de Heilige. Hij staat lijnrecht tegenover de onreinheid van de geest. Die onreine geest weet dat zijn domein wordt afgenomen.

Hij spreekt in meervoud: wij, ons. De satan moet de strijd staken in de woestijn. Maar het hele rijk van satan moet het afleggen.

Jezus bestraft: Zwijg, ga uit hem weg. De mens wordt in vrijheid gezet. Met gezag en macht zijn territorium ontnomen. De sterke wordt vastgebonden. De Heilige van God is neergekomen om de satan te gronde te richten. Wat is dit?! Wat voor een nieuwe leer is dit? Dat ook de onreine geesten Hem gehoorzaam zijn?

De daden hebben ook gezag en macht. Ook Jezus’ woorden met macht en gezag. De satan moet uit de man. Zwijg! Ga weg! Wat is dit? De onreine geesten moeten Hem gehoorzaam zijn. Het is een van de kenmerken in het Markus evangelie: wie is deze Mens toch? Dat is een thema van Markus. Daarom moet de vraag gesteld worden. Wie is deze Jezus voor je? Moeten we eerlijk zeggen vandaag. Wat doet u met deze nieuwe leer. Ziet u in uw eigen leven dat het leven bezet gebied is? Door uw zonden en de aanval van de satan. Die aanvallen zijn er nog steeds nog. Ziet u dat?

Zag je vanochtend je vijandschap tegen God? Weet je dat het geloof aangevochten kan zijn. Zijt nuchter en waakt! De satan gaat rond. Uw leven gaat te gronde als u niet deze nieuwe leer omarmt. Dan bent u een vervloekte, die met de duivel en de engelen naar het eeuwige vuur gaat (het vuur is bestemd voor de duivel, staat er, dus niet voor u!). Verhard u dan vanmorgen niet. God geeft genade tijd. Hij wil u vandaag met macht en gezag leren. In woorden en in daden. Het is toch waar dat Markus Jezus ziet onderwijzen. Een leer die het Koninkrijk nabij brengt. Een leer dat Hij moet lijden en zal opstaan (Markus 8). Het is echt waar. Hier vindt God Zijn welbehagen in. Vergeving van zonden. Jezus voegt de daad bij het woord.

Hij is inderdaad gekomen om de onreine geesten te gronde te richten. Hij is gekomen om zondaren te roepen tot bekering. Mensen die Hem uit hun leven willen houden.  Dat we voor Jezus uit gaan lopen. Niet gekomen om gediend te worden. Maar om te dienen. Het kruis voor Hem. De toorn op Hem. Op die kruisheuvel wordt de macht van de satan te gronde gericht. Daar worden zondaren getrokken. Mensen die altijd maar weer met zichzelf bezig waren. Dat offer van die lieve Zaligmaker! Petrus zegt ook dit: biedt weerstand aan de duivel, vast in het geloof. Dat kon niet, maar nu wel. Bevrijd door Gods ongeremde genade. Bevrijd door Gods liefde. Er is vrede met God. Wij dan gerechtvaardigd door het geloof hebben vrede met God.

We leven in bezet gebied. Maar de satan regeert niet meer. Hij zal er wel alles aan doen. Ook in de kerk. Maar toch, zwijg! U bent misschien in de vallen van de satan gelopen. De begeerten van uw hart hadden de overhand. Hij wrijfde u in dat u God niet die de zoals zou moeten. Maar toch. Zwijg satan!

Ik moest denken aan een jongere die zijn moeder op haar hart trapte. Hij kwam niet thuis. In de nacht kwam politie aan de deur. Is uw zoon thuis? De jongen kwam niet terug. Een briefje een paar dagen, ik ben naar Amerika. Jaren later staat ze in een winkel, iemand weet waar haar zoon is, zou jij die boodschap door willen geven? Zeg dan dat ik hem nog steeds lief heb. Dat ik hem alles wil vergeven. Dat ik op hem wacht.

Wat moet ik de mensen in Reeuwijk zeggen? Zeg dat Ik ze lief heb. Dat Ik ze alles wil vergeven. Dat Ik op ze wacht. Dat deel ik u mee in Zijn naam. Kom achter Mij! Blijf in Mij en Ik in u. U kunt anders geen vrucht dragen. Het Vredesteken. Dan leef je in bevrijd, bezet gebied.

Amen.

Uw koninkrijk koom’ toch, o HEER!
Ai, werp den troon des satans neer;
Regeer ons door Uw Geest en Woord;
Uw lof word’ eens alom gehoord,
En d’ aarde met Uw vrees vervuld,
Totdat G’ Uw rijk volmaken zult.

– Gebed des Heeren (Gezang 3) vers 3

Hervormde Gemeente Reeuwijk, Dorpskerk, zondag 17 januari 2021, 9.30 uur. Schriftlezing Markus 1:21-28.