Zondag 24 december 2017 (4e Adventszondag) – Hervormde Gemeente Reeuwijk, Ichthuskerk, 17 uur – Schriftlezing Ruth 4 en Mattheüs 1: 1 t/m 17 – tekst Ruth 4:17.
Ingeklemd tussen de boeken over de Richters en het boek van Samuël staat het kleine boekje van Ruth. Zo klein, dat je het vanavond voor de koffie nog gelezen kunt hebben. Lees het langzaam genoeg zodat je let op de parels. Kostbaar boekje. Het is geen paleis, geen dure woning, maar een heel gewoon gezin in Bethlehem. Echtpaar met twee zonen. Mensen door het leven getekend. Geen stralende mensen die het met elkaar gemaakt hebben. Niet aan vergapen. Glitter. Stiekem jaloers. Nee, het is het leven van z’n rauwe kant. Strijd om het bestaan. Tragiek van het leven. Drama wat zich voltrekt in leven Naomi.
In korte tijd je man en kinderen verliezen. Alleen achter met je verdriet. Berooid terugkeren naar Bethlehem. Bijna aan onderdoor gaan. Toch: een wending. Afgaan op goede gerucht. De Heere ziet om naar Zijn volk. Brood geven. Zo belangrijk is dus het gerucht. Wat verspreid wordt. Zo belangrijk is ook het gerucht wat wij verspreiden. Wat mensen ervan merken hoe wij leven, hoe wij het kerstfeest vieren en wat wij te zeggen hebben over de Heere. Genoeg mensen voor wie de enige bijbel een reisbijbel. Of een soepbijbel. Of wijnbijbel. Als dat je bijbels zijn?! Dan ben je aangewezen op geruchten. Op wat je zomaar te horen krijgt over Jezus. Daar kan de Heere u of jou of mij voor gebruiken. Dat iemand ontdekt dat jij diegene bent die iets meer over Jezus kan verspreiden.
In Moab verspreid zich het bericht dat de Heere heeft omgezien naar Zijn volk. Naomi en Ruth gaan naar Bethlehem. Omzien. Een van de favoriete woorden in Advent. Als een rode draad door de bijbel. In Ruth, hongersnood in Bethlehem en omgeving. De Heere ziet naar Zijn volk om. Eeuwen later, huis Zacharias en Elisabet. Maria over de drempel. Zingt: God heeft omgezien naar Zijn dienstmaagd. En even later, de priester, Zacharias, een hangslot op zijn lippen. Moest zwijgen. En dan! Dan gebeurt het. Dat zoon de naam krijgt en de vrouwen hebben een idee: Zacharias. Maar dan, veert hij overeen. Krast op zijn plankje: Johannes is zijn naam. Op dat moment, geloof zichtbaar, hij gehoorzaamt, hij doet wat de engel zei. Dan breekt die mond open. En dan: geprezen zij de Heere, de God van Israël. Want: Hij heeft omgezien! Verlossing tot stand gebracht.
Gemeente, komt erop aan dat we in beweging komen en ons keren en naar Bethlehem gaan. Want de Heere heeft omgezien. Verlossing tot stand gebracht. Valt op, boekje Ruth begint met Naomi en eindigt met Naomi. Noem mij maar Mara. Verlies. Ondergang. Zo begint het. Geslachtsregisters: hoe belangrijk het is dat de naam wordt voorgedragen. Dramatische moment: naam dreigt onder te gaan. En dan. Door die wending. Eindigt met winst en blijdschap. Einde proef je dat. Zo kan het gebeuren. Kind wat in Bethlehem geboren heeft. Klein als het is, maakt tongen los, harten worden geraakt. Kind in Bethlehem geboren.
Wij kijken ernaar wat er gebeurt is. Vroeg in de morgen gaat Boaz naar de poort. Transactie. Vandaag de dag: we moeten naar de notaris, officieel stuk opgesteld. Of gemeentehuis. Huwelijk. Akte. Officieel, ambtenaar, getuigen. Nu en toen. Zie je, op die morgen, 10 mannen nodig, dan kunnen er zaken gedaan worden. Tussen de mannen zie je om wie het gaat. Die naam is toch wel bekend? Die naam, die doet er niet toe. Meneer die en die, kom eens hier. Een man die verdwijnt, uit de geschiedenis. Niet aandurft een verantwoordelijkheid te nemen. Terug schrikt. Boaz legt het uit wat er met Naomi aan de hand is. Weduwvrouwen.
Pakt hij tactisch aan. Begint over stuk land. Aangenomen, beheerd moet worden. Zoals Boaz dat voor ogen spiegelt, heeft wel wat, om in stukje grond te investeren. Als ik naar mijn werk ga, naar universiteit, de PThU, pal aan de A10. Leefde een familie, varkens, in modder zich wentelen. Zijn nu weg. Stukje grond is natuurlijk goud waard. Stukje op die zichtlocatie aan A10, Zuid-As. Boaz ook gedaan. Man, mooi om te investeren. Ogen gaan glimmen, lijkt me wel wat. Prima, maar een voorwaarde. Ook Ruth, vrouw uit Moab, tot vrouw nemen. Naam moet in gedachtenis blijven. Met Ruth trouwen. Hoe hij denkt. Snel. Stel je voor, kansen berekend. Stel je voor dat hij zoon verwerkt, dan moet hij afstand doen van die grond. Dan voor die zoon. Dan heeft hij er geen profijt meer van. In geïnvesteerd, maar dan gaat je goede lieve geld. Nee. Bedankt voor de eer. Doe ik niet. En dan afspraak bevestiging: trekt sandaal uit. Oud gebruik in Israël. En wij kennen ook wel zoiets: iets aan je laars lapt. Laat het maar, vergeet het maar. Trek je er niks van aan. Zo ook met deze man. Schoen uit. Ik sta niet meer op mijn recht, ik zal nooit meer voet zetten op die grond. Ik doe er afstand van. Lijkt allemaal volgens de regels te gaan. Die man blijft natuurlijk wel een kleurloos figuur. Die komt niet echt in beeld. Gaat er niet voor. Probeert zich in te dekken, maar ten diepste eigen belang, dat weegt het zwaarst. Vruchteloos. Leven, kraak nog smaak.
Nee, dan Boaz. Die neemt alles voor zijn rekening. Ruth. Land. Alles voor over om met deze arme mensen in zee te gaan. Leven, toekomst te geven. Wel de moeite waard om lot deze vrouwen in ellende aan te trekken. Naam Elimelech hoog te houden. Als uit het niets is hij tevoorschijn gekomen. En het zou zomaar even een incident, een transactie zijn, die verder niet de aandacht zou trekken. Als je alleen op dit boekje concentreert.
Het gaat om die naam, dat zagen we in het geslachtsregister. Inzet met grote naam Abraham. Jacob. Izak. Juda. Geslacht van Juda: daaruit de Verlosser komen. Verre kleinzoon van Juda en Thamar. Salmon verwekte Boaz bij Rachab. Als een verlosser treedt hij op. Als een middelaar. Dienaar van God en van mensen.
Is het niet de bedoeling om Boaz op een voetstuk te zetten, op te hemelen?! Maar het is goed om, als je dan morgen kerstfeest viert, te kijken wat er paar eeuwen geleden in Bethlehem is gebeurd. In die man zie je trekken van de Messias. Verloren wereld, verloren mensen aantrekt. Omziet naar mensen die niet meer te redden zijn. In Bethlehem begint het, dat God omziet naar Zijn volk. In Evangelie: dat Jezus iemand ziet. Oogcontact. Werkelijk. Levi in tolhuis, Jezus zag hem zitten. Kom mee, volg mij. Jeruzalem in gaan. Man die 38 jaar lang daar in soortement ziekenhuis lag. Verlamd. Allemaal haast. Maar Jezus ziet die man liggen. Ziet hem. Boaz zie je daar iets van oplichten. Verre voorvader van Jezus.
Zo gebeurt het. Op een zekere dag, bericht rond gaat. Een kind is ons geboren, een zoon is ons gegeven. Ruth mag een zoon ter wereld brengen. Laatste hoofdstuk. Alle misère en ellende, gebrokenheid van de leven, dood doorheen gegaan is, maar dat daar ook in die wereld nieuw leven komt. Een zoon. Spat er van af bij die vrouwen. Geprezen zij de Heere! Moge zijn naam, van die man, blijven voortbestaan. Die vrouwen hebben dat niet beseft wat ze gezegd hebben. Die man wordt genoemd, tot op dag van vandaag. Obed. Bij Zacharias en Elisabet klinkt ook een naam. Iets gebeurt er iets. Lees het niet te snel! Naomi nam het kind en zet het op haar schoot. Zie je voor je. Kraamvisite. Kom je daar, feliciteer je. Kom je daar om baby te bewonderen. En dan, ik merk dat wel, dat is dan toch het moment. Wil je hem even vasthouden. Baby op je armen hebben. Bewonderen. Zoals je hier ziet. Naomi. Neem op je schoot. Ik kijk het aan. Dat is wat we zien. Oppervlakte. Lees je zo overheen als je teveel haast hebt. Wat is dit nou? Dat uitgerekend Naomi het jongetje op haar schoot neemt? Heeft een betekenis. Net als die sandaal. Kind op je schoot nemen is zoveel als deze zoon adopteren. Aanvaarden. Hoort bij mij. In familie. Hij mag erbij horen. In Israël ingelijfd. Want het blijft overeind staat, Ruth: de Moabitische. Nu wordt haar kind door Naomi ingelijfd in de gemeenschap van Israël. Nakomeling dus van Abraham, Izak, Jacob, Boaz, Obed. Daarom staat Ruth nu even aan de zijlijn. Naomi in middelpunt.
En gemeente, dat is een bijzonder moment. In Bethlehem ook. Gelezen. Konden we niet een knip maken, langere hoofdstuk lezen. Mensen in de poort. Hebben ja gezegd tegen Ruth. Deze vrouw in hun hart gesloten. Getuige zijn we, Boaz, maken als Rachel en Lea, die beide het huis van Israël gebouwd hebben. Nu adopteert Naomi het zoontje: jij, jongetje, hoort er helemaal bij.
Het gaat om Moab. Waarom? Niet zomaar een volk. Heel bijzonder volk. Israël tijdens woestijnreis had tegengewerkt. Eten en water nodig. Geweigerd brood en water te geven. Lees je in Deuteronomium 23: een Ammoniet of Moabiet mag niet in de gemeente van de Heere komen. Zelfs hun nakomeling, van de 10e generatie mogen tot in eeuwigheid niet in de gemeente komen omdat ze geweigerd hebben brood te geven. Staat zoiets als: nooit. Geen schijn van kans. Kom je nooit meer. Dan dat moment. Naomi neemt jongetje op schoot. Dat is nou genade. Je mag er bij horen. Jongetje mag een werkelijk joodse naam dragen. Voorstel: Obed. Niet Elimelech of Machlon. Nee, Obed. Knecht, dienaar. Gekeken naar zijn moeder en vader. Gezien hoe Ruth bezig is geweest. Niets anders als dienen, beschikbaar stellen. Gods geboden. Gekeken naar Boaz. In wie zoveel kracht is. Dienaar. Niet eigen wil doen, maar zichzelf weggecijferd heeft maar op zich heeft genomen deze familie te lossen. Echt een kind van je ouders. Gekomen om te dienen.
En dan? Eind goed, al goed? Nee zo werkt de Bijbel niet. Die weg van God is nooit klaar, afgesloten. Open naar de toekomst toe. Er volgt nog iets. Zie je mooi op Hemelvaartsdag. Denken wij en de discipelen dat het afgesloten is. Jezus vaart ten hemel, discipelen staren hem na. Voorbij? Engel: nee het is niet voorbij. Hij zal terugkomen. Zo is Advent ook kijken wat er komt. Niet afgesloten. Nee, open, lange lijnen. Gemeente, dan kan het niet anders, Mattheus 1 leest, geslachtslijn, daarin zie je de trouw van God. David, de koning. Ook zo’n naam in geslachtsregister die er uitspringt. Vrouwen. Aartsvaders. Juda. En dan David. Ruth, dat maakt het zo kostbaar, laat zien hoe dat gegaan is. Uit geslacht Juda. Wonderlijke spoor in geschiedenis. Lijnen die erbij komen. Onderweg zijn mensen welkom om mee te gaan, kijk maar naar Ruth. Ze komt van ver. Ze is meegegaan. Naam Rachab, die publieke vrouw. Ook meegenomen in de stroom van namen, en welkom. En gemeente in die traditie van Israël, van Bethlehem, waarin mensen zich verheugd hebben dat Ruth bij Boaz gaat horen, in die traditie staan we toch ook als kerk.
Blij als er mensen bij komen. Wie je ook bent, waar je ook vandaan komt. En dan sluiten we niet de gelederen, sluiten we de zaak niet af, maar open voor wie mee wil naar Bethlehem. Mensen komen die niet gewend zijn over de drempel te komen. Evangelie horen! Een kind is ons geboren. Zomaar in ons midden gezet. In Bethlehem moet je zijn. Heel gewoon. Leven afgelegd. Hij kwam om te dingen. Het kind uit Bethlehem. Daar stuwt de lezing van Ruth naar toe. Naar Jezus. Juda, Boaz, Isaï, David. God legde Zijn kind in de armen van deze wereld opdat u, jij een goed gerucht zult verspreiden. Nooit meer van elkaar gescheiden zijn. Maar kinderen, erfgenamen, huisgenoten. In dat gezin van al Gods kinderen. Kun je zeggen: een kind is ons geboren! In Bethlehem. En we noemen Hem Verlosser, Vredevorst. Amen.
Zondag 24 december 2017 (4e Adventszondag) – Hervormde Gemeente Reeuwijk, Ichthuskerk, 17 uur – Schriftlezing Ruth 4 en Mattheüs 1: 1 t/m 17 – tekst Ruth 4:17.