Door de mond van de profeet Joël roept God ons op ons hart te verscheuren. Er is niet alleen het fysieke, lichamelijke leven maar ook ons geestelijk, spiritueel leven. Wij mensen hebben een ziel, wat maakt dat we een persoonlijkheid zijn. Wat is onze geestelijke ramp? Dat wij niet voor eigen rekening kunnen staan in de dag van het oordeel. Dan zal iedereen geoordeeld worden. Ons hart moet gebroken worden. Ons hele hart, het moet inwendig door de crisis heen. In Jezus Christus, Gods Zoon, is vergeving. Op Golgotha zien wij Hem lijden en sterven voor de Zijnen, de diepste uiting van liefde.

Joël 2 vers 13: ‘En scheurt uw hart en niet uw klederen, en bekeert u tot den Heere, uw God; want Hij is genadig en barmhartig, lankmoedig en groot van goedertierenheid, en berouw hebbende over het kwade‘.

Verscheur je hart

Niet je kleden verscheuren maar je hart. Dit is wat God ons vraagt te doen. Joël is Gods vertegenwoordiger. Hij nodigt iedereen uit. Een uitdaging voor onze ziel. Een mens is niet alleen fysiek, er is ook geestelijk leven. Je ziel. Je innerlijk leven. Wie je werkelijk bent.

De uitdaging komt met de trompet van Gods barmhartigheid en genade. En Zijn lankmoedigheid. Ook met de vriendelijkheid van God. Wat vertelt God ons? Keer je tot Mij. Verscheur je hart, niet je kleden. In vers 13 de grote uitnodiging. Keer je naar de Heere.

Joël is een van de vroege profeten. Het gaat over grote rampen waar hij over profiteert. De dag van de Heere. Het laatste oordeel. Iedereen zal geoordeeld worden. Een voor een. Hoe we met Jezus Christus de Zaligmaker zijn omgegaan.

Joël’s naam betekent de Heere is goed. Er zal een dag van oordeel zijn. Bij een Man geoordeeld worden. De doden en de levenden. Niemand komt er onderuit. Joël spreekt over rampen. Die voorheen niet zijn gehoord en gebeurd. Mensen vragen elke dag: waarom lijden? Waarom de opwarming van de aarde? Politiek. Waarom epidemieën? Waarom orkanen? Mensen vragen het zich af. Als je het leest in de Bijbel. Al deze kleine oordelen zijn bedoeld om je op te wekken.

Leven we werkelijk voor het hier en nu? Zoals de dieren, de beesten. Wat is je geestelijke ramp? Het is direct bij je. Als je het belangrijkste deel van je negeert. Al heb je de kleinste pijn hebt ga je al naar de dokter. Maar voor het grootste probleem niet. We negeren het. Joël zegt: je moet de Heere Jezus Christus zoeken en vinden.

Het is zoals een oude prediker. Opziener. Luister. Hoor naar Gods stem. Misschien zegt je wat de dominee zegt is, is glomingness. Er zijn zoveel rampen in de wereld.

Vijf vragen stelt Joël. Wie kan staande blijven in de dag des oordeels? Wat kun je inbrengen? Joël spreekt over de natuur van werkelijk geloof. Joël vraagt hoe ik moet geloven, hoe ik mij moet bekeren. Maar ook het waarom. Het is urgent. Alsjeblieft stel het niet uit. Nu, onmiddellijk. Niet voor een andere tijd reserveren. En zeker niet iets anders in de plaats stellen.

Niet bij Christus zijn alleen. Maar in Hem komen. Dat Hij in mij woont. Dan ben ik ook in Hem. Joël maakt het zo duidelijk. Waarom moet ik naar de Heere Jezus? Omdat wij allemaal van God wegliepen. Opstand tegen God. Twee keer in mijn leven heb ik gezien wat een invasie in een land is. In een paar uur. Je ziel is in dezelfde staat. De inval is ophanden. Niet een ander moment. Mijn ziel. Nu of nooit. Mijn ziel vindt de Heere Jezus nu, zoek voor zaligheid. God is een liefdevolle God die wil geven. Zoek veiligheid, redding in God.

Joël noemt iedereen. Vers 16. Kinderen. Ouderen. Boeren. Religieuzen. Senioren. Ouderlingen. Priesters. Iedereen moet zoeken naar de Heere Jezus voor zaligheid. Niet uitstellen voor een ander moment. Ontwaak en ween over je zonden nu. Niets is zo belangrijk als de Heere Jezus vinden. Doe niets anders voordat je Hem gevonden hebt. Nu. Kom tot de Heere Jezus Christus.

Je weet niet hoeveel jaren je krijgt. Niet als je ouder bent. Dat is niet de uitdaging waar we voor staan. Nu. Zoek de Heere nu, zegt Joël. Vers 12. Hij heeft ook hoe tot God te gaan. Kom tot Hem met al je hart. Je gehele hart. Wat zoekt God voor de zaligheid. Met heel je hart. Halve bekering, beperkte bekering werkt niet. Keren betekent bekeren. Je hoort de Evangelie van vrije genade. Van reddende genade. Bekeer je. Joël zegt: keer je tot Hem. Niet naar jezelf. Niet naar een religie. God zegt niet: de kerk kan je niet redden. De Paus niet, de aartsbisschop niet, de predikant niet. Keer tot Mij, zegt God.

Bekering gaat over mij. Ik zie mijn zonden. Er is een liefdevolle God. Ik kan het niet begrijpen als iemand God verwerpt. De ene die je werkelijk liefheeft. De liefde van Jezus is met geen liefde te vergelijken. Hij is de enige die ware blijdschap kan geven. Ouders kunnen liefhebben. Echtgenoten. Maar Gods liefde is onvergelijkbaar.

Ik moet mij bekeren van mijn trots. Van mijn opstand. Help mij. Geef mij geloof. Ik ben in een strijd. Ik heb in mijn leven mensen gezien die streden om God te vinden. Het is een strijd.

Het is gaat niet zonder crisis. Vers 13. Verscheur je hart. Het Oude Testament verscheurden ze de kleding als teken van berouw. Bekering. God zegt dat dat niet kan, uitwendige handeling, om zalig te worden. Er moet een crisis zijn. In je ziel. Equivalent. Uitwendig is er niets dat kan bijdragen. Vasten en andere dingen gaat over het lichaam. De mensen in het Oude Testament moesten een dag in het jaar vasten. Dag van verzoening, de grote verzoendag. Niet wachten op die dag. Dit is de dag der zaligheid. Komt nu.

Mag ik je uitnodigen. Vraag de Heere om vanavond je hart te breken. Met het vuur van het Woord. Niets externs. Heere ik heb U nodig. Ik heb U nu nodig is het eerste. Het tweede is het hele hart. Het derde is de inwendige crisis. Berouw over de zonden. Hij betaalde op Golgotha.

Het vierde is heel mooi. Waarom moet je je bekeren? Vers 13. Hij is genadig en barmhartig. En lankmoedig. Bekeren betekent God kunnen vertrouwen. Zijn onveranderlijke karakter. Al deze eigenschappen zijn groot zichtbaar in de Heere Jezus Christus op Golgotha. Dat is de grootste uiting van liefde.

Kijk niet naar liefde in de wereld. Daar is het lust. Ware liefde zien we op Golgotha. Hoe God is. God is het niet te doen om mensen te veroordelen, naar de hel te sturen. Hij wil niet dat iemand verloren gaat. De voorwaarde is dat ik op zoek ga naar Hem. Elke gelovige in deze gemeente kan getuigen over wat hij voorheen deed. Ik was voorheen gewillig de duivel te volgen. God veranderde het.

Ik kan niet afsluiten zonder te vertellen over vers 14. Urgent. Hele hart. Gods eigenschappen komen terug in de Heere Jezus aan het kruis op Golgotha. We moeten ons keren tot de Heere. We moeten ons afhankelijk weten van God. God speelt geen spel met ons. Hij is onveranderlijk. Hij handelt met ons.

Drie verzen in Joël 3 vers 25. Wat God dan doet. Beloften. De beloften in Christus zullen vervuld worden. Wie de Naam des Heeren zal aanroepen, zal zalig worden. Wie weet wil God Zich vandaag wenden tot ons. God mocht Zich bedenken. Jona in Ninevé. Precies zo. God mocht je wenden. Wie weet. God weet het. Het is een grote zekerheid. De blinde man zei: ik weet een ding, dat ik blind was en nu kan zien.

De zegen die God geeft. Zaligheid. Als je komt, wil Christus je alles geven van Zijn gerechtigheid. Mag je uitdagen vanavond? Kom tot God. Geloof in de Heere Jezus Christus. Roep de Naam van de Heere aan.

 

Zondag 20 oktober 2019 – Metropolitan Tabernacle Londen [Verenigd Koninkrijk] – Ibrahim Ag Mohamed – Schriftlezingen Joël 2 vers 1-14 en Handelingen 2 vers 29-43