De apostel Petrus leert de christenen dat hun identiteit in Jezus Christus ligt. Dat zij uitverkoren zijn, een uitverkoren geslacht en een verkregen volk. Geroepen om Hem te dienen en een koninklijk priesterdom. De kerk is verenigd in Jezus Christus. Allemaal direct onder Zijn gezag en geen rangen en standen. Alle ware christenen zijn geboren van Boven, uit Hem. Hij heeft de Zijnen zaliggemaakt met een doel: tot Zijn eer te leven.
1 Petrus 2 vers 9 en 10: ‘[9] Maar u bent een uitverkoren geslacht, een koninklijk priesterdom, een heilig volk, een verkregen volk; opdat u zou verkondigen de deugden Desgenen, Die u uit de duisternis geroepen heeft tot Zijn wonderbaar licht. [10] U, die eertijds geen volk waart, maar nu Gods volk zijt; die eertijds niet ontfermd waart, maar nu ontfermd zijt geworden‘.
De identiteit en doel van de kerk van Jezus Christus
De heerlijke identiteit van de kerk. Wat is het doel van de kerk? We vinden in deze twee verzen het DNA van de kerk. Een priesterlijke roeping. We zijn ingeschakeld. Een levendmakende boodschap. Zaliggemaakt uit genade. Gelijk voor God. Geen hiërarchie voor God. Gelijke verhouding in de dienst van de Heere. Allemaal kinderen, geen tweede klas. Uit de Reformatie 1517. Preisterlijke roeping benadrukt. Elke christen. Een visser van mensen. Missionair. Zielenwinner. Elke christen is een dienaar. Het is verdrietig als alleen een smal aantal mensen wat doet. Alle leden helpen mee. Onvergelijkbaar met iets in deze wereld. Waarom laat de Heere ons nog in de wereld? Niet na bekering meteen naar de hemel. Doel voor ons leven hier op aarde. Niemand gaat naar de hemel voor Gods tijd. Voordat we in Zijn heerlijke plaats zijn.
Exodus 5. Petrus zegt niet: je lijkt er op. Je bent het. De steen gebouwd op Jezus Christus. Geestelijk leven in Hem.
Wat in het Oude Testament gezegd werd tot het volk van Israël wordt gezegd tot de kerk van Jezus Christus met zowel Joden als heiden. Twee soorten mensen. Geredde zondaren en mensen die buiten staan. Schapen en bokken. Wat is de bron van de identiteit van de kerk? Petrus schetst het contrast. Vijf punten. De bron van je identiteit ligt in God. We komen van een spirituele kliniek. Daar opnieuw geboren. Geboren van Boven, Johannes 3. We verworpen Hem voorheen, vers 7. In vers 8 staat een steen des aanstoots. De hoeksteen Jezus Christus daar stootte we ons aan. Zijn we niet meer voorheen. Wist niet over Gods leiding, hemelse heerlijkheid. Agnosten betekent ignorance. Waren we allemaal. Maar is weggenomen. We geloofden niet maar nu geloven we. Zagen Hem als een goede profeet maar meer niet. Kijk naar je eigen leven. Gezet ben in Hem. Nu mensen, volk van God. Gekwalificeerd. Vers 10. Waren onder de toorn van God. In duisternis voorheen. God heeft onze positie veranderd. Ontfermd zijt geworden.
U bent een uitverkoren geslacht. Vier titels gegeven aan het volk van God. In Christus Jezus is de kerk. Je identiteit verandert niet. Is in Hem. De duivel probeert te laten vissen in je verleden. Niemand kan ze uit Zijn hand rukken. In Christus handen en Hij is in de handen van de Vader. Joden en heidenen dienen de Heere samen in de kerk. Petrus haalt zeven boeken uit het Oude Testament aan in deze twee verzen. Zo samengebracht. De mensen in het Oude Testament keken naar het kruis. En wij staan erachter. Ontmoetingspunt het kruis. Al de woorden zijn in enkelvoud. De eenheid wordt benadrukt. Samen een. Verenigd. Uit de wereld getrokken. Een gekozen geslacht. Verkoren. Uitgekozen. Geslacht. Dat maakt niet trots. Nederig persoon. Een trotse christen is een tegenstelling. Psalm 125. De Bijbel is een cultuur. We moeten niet zeggen dit is de cultuur van mijn land en zo gedraag ik mij. De Bijbel is onze cultuur. Deze is Mijn geliefde Zoon. De uitverkoren hoeksteen is Jezus Christus. Hij heeft ons geplant in de tempel van Jezus Christus. Niet bij kans. Ik heb getuigenissen gelezen. Mensen kiezen niet voor God. Ik kies voor Jezus. Dat is zelfs een lied. God verkiest. Niet in de bloedlijn. In Christus. Hij geeft ons leven. Hij raakt het hart.
Hij verkoos jou niet door enige kwaliteit in jou. Een koninklijk priesterdom. De kerk. De tempel en het paleis gaan niet samen. Openbaring 5 en 20. In het Oude Testament waren er priesters. Nu zijn wij de priesters. Wij nu de tempel. Ook koninklijk. De geboden van Jezus Christus. Koninklijk omdat we Hem toebehoren. Vandaag zien ze priesters als een functie in de kerk. Wat was de functie van de priester? Offer brengen. Zijn wij nu. Geestelijk huis opgebouwd. Wat kunnen wij tot God geven dat Hij accepteert? Alleen door de Heere Jezus Christus. Wat kunnen Hem geven een gebroken hart, een dagelijkse bekering, we brengen Hem anderen, we brengen Hem de offers van dankzegging, talenten, goede werken. Liefde. Spirituele, geestelijke offers. Zonder Jezus Christus breng je niets tot God. We offeren Hem onze tijd en ons leven, ons zijn.
Heilig. Je kent het woord. Apartgezet. God is absoluut gescheiden van zonden. We moeten een heilig leven leiden. In onze gedachten. Getuigenissen. De kerk een heilige plaats. Dat iedereen merkt dat God aanwezig is in deze plaats. Etnische groep. Een groep. Allerlei nationaliteiten komen samen in de kerk. Een heilige natie. Internationaal. Zelfde oorsprong: geboren van Boven. Een christen te zijn. Behoren toe. De wereld verwerpt je. De kerk is je familie vanaf de eerste dag. Christen is je nieuwe identiteit. Sterke banden. Niet gebaseerd op kleur, accent, talenten, externe zaken. Mijn geliefde broeders en zusters. Iemand die aan ras doet of sekse, die is of geen christen of op zichzelf gericht.
Niet van de zelfde etnische groep. Of van hetzelfde land. Wat een schande. Heilige natie. We hebben onze Koning. We hebben onze grens. We hebben ons paspoort. Met het bloed van het Lam. Vers 9. Een verkregen volk. Speciaal, bijzonder. Maleachi 3. Voorheen bezet door de zonden en de satan. We behoren Jezus Christus toe. We leven voor Hem. God heeft ons gered. Gereedgemaakt voor goede werken.
Wat is het doel van de identiteit van de kerk? Als de kerk van Jezus Christus. Het doel? Vers 9 en 10 vertellen ons waarom we hier zijn. God zaligde je met een doel. Denk aan een kind. De eerste keer dat je het gaf. Die ervan droomde. Heb je ooit zijn ogen gezien? Hij wil het iedereen laten weten. Papa en mama zie wat ik gekregen heb. We spreken over veel groter. Vreugdevol, enthousiast over de liefde van God in Christus Jezus. Wat zeggen we over de Heere Jezus Christus? Die je uit de duisternis getrokken heeft en overgezet in het leven. Onze eerste doel is te verklaren de goedheid van God. We hebben een boodschap. We houden de boodschap niet voor onszelf. Luther: elke christen is een kleine christus. Hoe ben je een christen geworden? God deed het. Niet ik. We moeten erover spreken. Luid en duidelijk. Sommige dienaren doen dat. Ik murmel niet. Goed nieuws te delen! We verklaren: we prijzen Hem. Websites van theologen. Grote foto. Geen preken tot glorie van God. Zo gericht op henzelf. Verklaren Hemzelf. De werk van de kerk is Hem te prijzen en te verklaren. De eigenschappen van God verklaren. Boek van A.W. Pink over de eigenschappen van God, ooit gelezen anders een ‘mustread’.
Het eeuwige leven. Is iemand in duisternis vanmorgen? Christus is de Licht van de wereld. Wie in Mij gelooft zal niet verloren gaan. Een priester heeft niets te offeren tot God, in tegenspraak met zichzelf. Weet je identiteit voor God. Prijs Hem. Prijs Hem! Amen.
Zondag 18 augustus 2019 – Metropolitan Tabernacle Londen, Verenigd Koninkrijk – Ibrahim Ag Mohamed – 1 Petrus 2 vers 9 en 10