In de brief van de apostel Paulus aan de Romeinen schrijft hij over de rechtvaardiging. Het is niet uit en door de mens, het is het werk van Christus de eeuwige Zoon van God. De bazuin wordt aan de mond gezet en klinkt op deze Hervormingsdag: ‘Wij dan, gerechtvaardigd zijnde uit het geloof, hebben vrede bij God, door onzen Heere Jezus Christus’. Het is door Zijn passieve en actieve gehoorzaamheid. Hij heeft de toorn van God gedragen over de zonden en gedaan in onze plaats wat wij hadden moeten doen maar niet meer kunnen doen.
Romeinen 5 vers 1: ‘Wij dan, gerechtvaardigd zijnde uit het geloof, hebben vrede bij God, door onzen Heere Jezus Christus‘.
Gemeente, eens was ik een vreemdeling voor God en mijn hart. Zou dat ook voor Luther hebben gegolden? We hebben weleens het idee dat ieder in de Middeleeuwen de vraag had hoe krijg ik vergeving voor God? Dat was helemaal niet zo. Tijd van Luther ook de tijd van Erasmus. Humanisme. Net zo vrij. Tijd als de onze. Vergelijken met andere. Mensen groter zondaar dan ik. Kun je je hele leven lang volhouden. Tot je sterfbed toe. Dan rechtvaardig je met de onrechtvaardigheid van anderen.
Of je maakt God als een tandeloze tijger. Of meer onder de indruk van het klimaat, klimaattop die vandaag in Glasgow begint. Onzichtbare God, staat ver bij ons vandaan. Schuif je elke dag op. Kan je je hele leven mee volhouden.
Maarten Luther stelde wel die vraag. Hoe zult u rechtvaardig verschijnen voor God, dat was de vraag. Briefwisseling Ds. Boer die ook hier heeft gestaan en ds. Berkhof, professor in Leiden. U hebt het niet goed of mensen rechtvaardig verschijnen voor God, ze geloven niet eens dat er een God is.
Er zijn allerlei crises. Gaat naar een hoogtepunt toe. Computer dertig jaar geleden, veredelde typemachine. En wat nu op je smartphone in je binnenzak zit. De ene crisis nog niet voorbij of de andere. Klimaat, Corona. Maar de grote crisis dat je voor God staat. God is heilig, ik onheilig. God rechtvaardig. Ik ben zelfzuchtig. Wordt in de samenleving aangemoedigd om voor jezelf op te komen.
Toen Gods Geest mij aan mijzelf heeft ontdekt, toen werd in mij ziele de vreze gewekt, toen voelde ik wat eisen Gods heiligheid mij deed, daar werd al mijn deugd een wegwerpelijk kleed.
Toen stond ik naakt tegenover God. Toen kreeg ik behoefte aan gerechtigheid. Rechtvaardig verklaring door God. Als je iets van je nood ziet. Wat zie je dan? Wat ontdekt de Heilige Geest dan? Wet gelezen, opsomming van Gods karakter. Elke overtreding tegen Gods gebod raakt God, kwetst Hem, haalt Hem naar beneden.
U zult niet begeren, dan u maar een begeerte zult hebben. Een ding heb ik begeert. Om in het huis van de Heere te verkeren. Om aan God genoeg te hebben en van God nooit genoeg te krijgen. Eerste en tiende gebod in combinatie. Als je maar een beetje flauw tegenover staat, dan sta je schuldig aan het eerste en tiende gebod. Dan ben je misdadiger.
Ik ben uw God. In relatie toe u. Met Naam genoemd. Ik ben met u getrouwd. Beeld van huwelijk. Wat ben je dan? Overspeler, ontrouw. God is niet een afstandelijke God die op afstand staat. Hij is jouw Bruidegom. Als je andere minnaars, de wereld, nagaat. De zichtbare boven de onzichtbare God.
Wie kent de toorn van Uw verbolgenheid. Niet van je buurman dat je rustig kunt gaan slapen. Dat je God niet tot een bouwpakket kunt maken. Niet 10% toorn, 90% barmhartigheid. Nee dan toornt Hij volledig. God zou toch niet kunnen toren als Hij het kwaad zou gedogen. God is een goede God die tegen elk van het kwaad in mij tegenin gaat.
Dat was de nood van die monnik, Maarten Luther. Heb je weleens de confrontatie met die heilige God ervaren? Dan kom je niet als een bekeerd iemand en wedergeboren, maar dan sta je schuldig tegen Hem. Zo Heere in het recht wilt treden, mijn ongerechtigheden gadeslaan, ik kan voor U niet bestaan. Uw doen is rein, Uw vonnis gans rechtvaardig.
Dan kun je bang zijn, het op je af komen. Mijn ziel doorziet u uw lot? Levensvraag. Van levensbelang. Dan is God niet ergens aanwezig maar sta je tegenover Hem. Dat Evangelie dat de Heere Jezus tot zonde is gemaakt. Zijn striemen is ons genezing geworden. Komt allen tot Mij die vermoeid en belast zijn. U kent die liefelijke teksten van het Evangelie wel. En dan komt de twijfel in het hart. Is dat wel voor mij? Hij is toch ook een verkiezende God? Zit er geen verborgen agenda van God achter. Ik moet toch oprecht zijn. Je bent bang voor valse troost.
En dan mengt de Heilige Geest Zich in het getuigenis van het Evangelie. Die schrijft dat heerlijke Evangelie in je hart. Gevangen door het Evangelie. Dan zie je die vriendelijke Heere Jezus Christus. Daar hoor je dat Ik voor u daar u anders de eeuwige dood had moeten sterven.
Hij is een geschikte Zaligmaker voor ongeschikte zondaren. Hij is zo geschikt dat Hij met ongeschikte zondaren weet om te gaan. De gerechtigheid van de Heere Jezus Christus.
De straf op Zich genomen heeft. De lijdelijke gehoorzaamheid van de Heere Jezus Christus. De toorn draagt. Wat heeft het Hem veel gekost. Bang geweest toen Hij moest lijden. Vader als het mogelijk is laat de drinkbeker van Mij voorbijgaan. En er is nog een andere kant. De actieve gehoorzaamheid. De Heere Jezus heeft alles gedaan wat Adam en jij had moeten doen. Hij is nooit lauw geweest.
Hij doet mijn leven over. Hij doet recht aan God. Die gerechtigheid van de Heere Jezus Christus. Zitten twee kanten aan. Niet alleen dat ik met God verzoend wordt, maar ook dat Hij met God verzoend wordt. Doe ik, vuilerik, recht aan God? Ja in Christus. Hoe rechtvaardig ben je dan? Net zoals als Christus, als God. De gerechtigheid van Adam kun je verliezen. Niet die van Abraham. Eindige gerechtigheid. Nee de gerechtigheid van God, de oneindige gerechtigheid in het Evangelie geopenbaard.
De Heilige Geest tekent het uit. Het heil in de Heere Jezus Christus. Als die ja naars, dat vreselijke wantrouwen in het Evangelie, dat overwint Hij. Ik ga Amen zeggen op dat Evangelie. Niet alleen voor mijn opa, maar ook voor die gemenerik die ik ben. De grootheid van de gerechtigheid van de Heere Jezus Christus.
Dat is het geloof, dat je het gaat zien. Dat het jou gevangen neemt. Dat je met schroom misschien wel toch Amen op gaat zeggen. Het is zo vast, zo zeker. Nog een keer die lijdelijke gerechtigheid, dan gaat het om mijn redding, mijn behoud. En ook die actieve, dan gaat het om de naam van God. Om Gods wil.
Nu ken ik die waarheid zo diep als gewis dat Christus alleen mijn gerechtigheid is. Dat schittert Hij. Mijn Jezus U zal ik eeuwig loven omdat U het hebt gedaan.
Romeinen 5 vers 1: ‘Wij dan, gerechtvaardigd zijnde uit het geloof, hebben vrede bij God, door onzen Heere Jezus Christus‘. Gerechtvaardigd in Christus. Dan doe je meer recht aan God in Christus, dan dat je ooit de eeuwig de rechtvaardigheid van God in de buitenste duisternis moet genoeg doen. Je kunt God niet meer eren dan door Zijn Zoon te omhelzen.
Ik werd een keer opgebeld door mijn vader. Avondmaalszondag meegemaakt. Nog nooit zo gezien. Dat God met mij werd verzoend. Karakter van God genoeg gedaan. Geloof kan zwak zijn, aangevochten zijn. Het is ook niet zo dat hoe langer je gelovige bent, hoe beter het je afgaat. Avondmaalsformulier: verslagen en bezwaarde zielen.
Voor de 183e keer een overspeler. Moet God toch spuugzat zijn? Ongelooflijk Evangelie, dat God van harte vergeeft. Duizelingwekkend wonder. Dat Hij van harte de misdaden van overspelers vergeeft. Al ben jij ontrouw, en dat ben je, Ik blijf getrouw. Ik zie naar jou uit. Vader Ik wil dat die bij Mij zijn die U Mij heeft gegeven. Jezus, Jezus, wanneer komt die dag dat ik bij U wezen mag en Uw aangezicht geprezen.
God die geen onrecht ziet. Dan geloof je dat God geen onrecht ziet. Dat is de paradox, de onmogelijkheid van het geloof. Door dat Evangelie word je geloof gevoed. Doop, Avondmaal, persoonlijk Bijbellezen. Die God van trouw blijft ondanks mijn ontrouw getrouw. Borrelt uit de ziel: mijn God U zal ik eeuwig leven. God zo groot van macht en heerschappij.
Wij dan gerechtvaardigd zijnde uit het geloof hebben vrede bij God. Vrede. Sjaloom. Heelheid. Een vrede die nog groter, vaster is dan de vrede van het paradijs. Dat is de grootheid van God.
Adam kon het verliezen. Maar in de herschepping niet. Maar in Christus niet. Hij is onze God. Die alle verstand te boven gaat, de vrede van God. De vrede die gepaard gaat met gerechtigheid. De bergen zullen vrede dragen. De heuvels heilig recht. Waar gerechtigheid wonen zal. Dat is vrede, dat is de sjaloom. Waar er recht wordt gedaan aan God. Gerechtigheid geëerbiedigd wordt. Zou je er willen zijn? Er kunnen zijn met jouw hart? Als je niet al die geboden van God liefhebt, dan is de hemel voor jou een hel. Een kwelling.
Afschuwelijk, je zou eruit vluchten. Voel je dat je bekering nodig hebt. Afsterving van de oude mens. Liefde krijgt voor alle gerechtigheid van God, alle geboden. Rechtvaardigheid van God door de Geest in je leven wordt gewerkt in een klein beginnetje. Heere, wanneer zal ik eindelijk van de ongerechtigheid verlost zijn? En u dienen zoals u gediend behoort te worden.
Vrede van God hebben we nu al, zegt Paulus. Dan proef je iets van die Sjaloom. Die rechtvaardigheid van God. Al zo puur, zo zuiver. Zo hemels. Zo heiligend. Zo verootmoedigend. Zo je ziel open laten vloeien naar Hem. Mijn God U zal ik eeuwig loven. U bent het waard te ontvangen de lof en aanbidding.
‘Wij dan, gerechtvaardigd zijnde uit het geloof, hebben vrede bij God.’ Hebben vrede bij God. Misschien niet in je omgeving. Werkgever, werknemer, kinderen, misschien niet in je huwelijk. Duivel beukt erop los. Allerlei bedenkingen. Zo’n hart. Bron van wanbedrijven.
Als het over Maarten Luther gaat. Maarten Luther mens tussen God en duivel, mens, je bent een schurk. Ook in politieke zin de strijd. De Turken. 1529. Kate deed de gordijnen dicht. God dood. Nee! God leeft. Pedagogisch van Kate. Hebt U niet alle macht in de hemel en op de aarde? Als het uw gewone manier is om uit de dood op te heffen, dan hoeft er niet meer te zijn dan de overwinning van de dood. Jezus Christus de dood verslonden tot overwinning.
Gerechtvaardigd door het geloof. Vrede met God. Strijd met en tegen jezelf. Geen van die geboden hebt gehouden. Nochtans Jezus mijn vrede. Vrede op aarde in mijn hart. Het kleine begin, die eerste druppel van de herschepping. Dan is er hoop, verwachting voor de toekomst. Dan scherp je je oren als je hoort in de media, dan de Bijbel erbij, moeten door vele verdrukkingen. Barensweeën. Door de verdrukking de toekomst geboren te laten worden. Het is er al. In Christus. Er hoeft niets aan toegevoegd te worden.
Door de verdrukkingen heen. God zal zijn alles en in allen. Heere, wanneer komt die dag, dat ik eeuwig bij U wezen mag, Uw aangezicht geprezen. Waar je eeuwig niet van afkomt. U bent het waard om te ontvangen alle lof en eer tot in alle eeuwen eeuwigheid.
Wij dan, u dan, jij dan. Of is het allemaal abracadabra voor je? Of beter wat Paulus zegt. Er is geen snars van begrepen. Paulus ging door de grond, de levende Christus. Of Adam. Voelde dat hij gezondigd had. Adam verborg zich in het struikgewas. Zal God nu het vonnis gaan uitvoeren? Tijdelijke en eeuwige dood. In de korte keren had God tot de slang gezegd, de moederbelofte:
Het zal u de kop vermorzelen, en u zult het hen in de worsteling de hielen vermorzelen. Maar u zult vermorzeld worden. Zo wordt een schuldige zondaar geconfronteerd met God. Maar God biedt Zijn vriendschap. Mijn zoon, dochter, geef Mij je hart. Dat hart dat genoeg heeft aan de zichtbare wereld. Geen gelegenheid om te bedenken de dingen die boven zijn. Mijn jongeren, mijn ouderen, geef Mij uw hart. Met Paulus in aanbidding: wij dan, ik dan, gerechtvaardigd uit het geloof, heb Sjaloom bij God, door de Heere. De Kurios, de Overwinnaar.
Amen.
‘Dan wordt gena van waarheid blij ontmoet,
De vrede met een kus van ’t recht gegroet;
Dan spruit de trouw uit d’ aarde blij omhoog,
Gerechtigheid ziet neer van ’s hemels boog;
Dan zal de Heer‘ ons ’t goede weer doen zien;
Dan zal ons ’t land zijn volle garven bien.
Gerechtigheid gaat voor Zijn aangezicht,
Hij zet z’ alom, waar Hij Zijn treden richt.’Psalm 85 vers 4
Hervormingsdag zondag 31 oktober 2021 – Triumfatorkerk Hersteld Hervormde Gemeente Katwijk – ds. W. van Vlastuin – Schriftlezing Romeinen 5 vers 1-11