In Psalm 102 wijst de dichter erop dat de aarde en het leven vergankelijk is maar dat God Dezelfde blijft tot in eeuwigheid. Dat is op Oudejaarsdag een grote troost: in een wereld vol onrust en zonde kunnen we tot rust komen in God, dankzij het volbrachte werk van Christus. Alleen Hij biedt ware houvast in leven en sterven.
Troostrijk contrast
We leven in een onrustige wereld. Eerst waren er de coronajaren. Nu is er de oorlog in Oekraïne. En de energiecrisis. Ik kom op het woord vergankelijkheid. Ondertussen glijdt de tijd voorbij. Niets lijkt stabiel. Waar zit mijn houvast? Ben je ook wel eens bang? Onzeker? Vanavond helpt Psalm 102 ons. Met een foto van de tijd.
Psalm 102 begint met iemand die ellendig is. Een ellendige. Iemand die bezweken is. Moeite, verdriet, vijandschap. Een betraand gebed. Er is bewustwording ten aanzien van de vergankelijkheid.
Er komt beweging in. Zie vers 13. Dat begint met ‘maar’. Het eerste gedeelte vol tranen. Vers 13 neemt ons mee in een troostrijk contrast.
Psalm 102 lijkt twee foto’s te laten zien. Een over ellende, verdriet, vergankelijkheid. De tweede over dat wat blijft. Dat wat vast is. Wat van God is. Er is een contrast in deze Psalm. We kijken naar waar die vergankelijkheid in zit. En we kijken dan naar de troost voor ons.
I.
Eerst de zwakheid, kortheid en tijdelijkheid. Aan de andere kant de Schepper en Voleinder van de tijd. God. Vergankelijk is ook wel wispelturig. De mensen. Wij. Wij zijn vergankelijk. Dat zien we terugkomen. In het afgelopen jaar hebben we dat ontdekt. We zijn zwak. Tijden van levenslust en energie gaan voorbij. Er komt ziekte en zwakte. Er is een diversiteit aan oorzaken. We weten, ja, we zijn vergankelijk. Ik. Enkelvoud. Ik. Eenzaam. Zie je die mus op het dak. Eenzaam, kwetsbaar. Vergankelijk, zwak.
Een mensenleven is kort. Soms kan je dat ervaren. Mijn dagen zijn als rook vervlogen. Ik hoop dat de rook van vannacht ook snel vervliegd. Mijn dagen heeft Hij verkort. Het kan heel abrupt naar het einde lopen. Je beseft dan dat de levenstijd, dat je die niet in de hand hebt. Een leven is kort hier op aarde.
Ook de natuur is vergankelijk. En veranderlijk. Vers 26-27. Grote woorden over de aarde die gegrondvest is. Maar die zullen vergaan. Verslijten. Vergaan. De schepping verandert. Er staat trouwens in de toekomstige tijd. Ze zullen verslijten. Het is zo. Zo zal het gaan. Het is Gods Woord. Het zal gebeuren. Natuurlijk denk je, hemel en aarde, die zijn toch onveranderlijk? Ja. Beeldspraak zit er in de bijbelse woorden. Maar de veranderlijkheid van de wereld is zo.
Het betekent ook dat het aardse bestaan van tijdelijke aard is. Bijbels realisme: voorbijgaand. Mens en natuur. Moet je daar somber van worden? Het is ingebed in de handen van de eeuwige. Dat is een groot contrast.
Dan hebben we het over de Schepper. U hebt voorheen de aarde gegrondvest. Voorheen, in het Hebreeuws staat een woord dat betekent: buiten het gezichtsveld. Buiten ons gezichtsveld. Daar is zoveel gebeurd. Over die God hebben we het. Is Hij voor u en jou het hoogste wat je kunt denken? Geloof je in deze God? Waar sta ik in mijn geloof? Want deze God is eeuwig.
En dan komt dat woordje ‘maar’. Aan Uw jaren komen geen einde. Geen variatie in God. Die ene God. De Schepping wel. Maar Hij niet. Daarin ligt een troostrijke gedachte. Die wil ik uitwerken. We leven na de zondeval. God heeft macht dat te veranderen.
II.
Wat is daarin een grote troost? We zien een opflakkering van de eerder klachten? Mijn God, neem mij niet weg. Uw jaren gaan voorbij generatie op generatie. Een psalmschrijver die ziek is. Wie wil dit nu? Neem mij niet weg. Hij wil een leven met God, hier en nu. Niet alleen voor mij, maar voor alle generaties. Die ellende en verscheurdheid, dat wil ik niet. Bij God moeten we zijn.
Troost dat God altijd dezelfde was en zal zijn. In ziekte en omstandigheden. Temidden van al dat veranderlijke om ons heen: oorlog, twijfel. God gaat Zijn eeuwige weg. Hij zal alles nieuw maken. Dat geeft toch troost? Nochtans zal ik juichen, zegt Habbakuk.
Stel je voor dat God wel veranderlijk zou zijn? Stel je voor dat wij ons Godsbeeld tot een realiteit moeten maken en aanbidden? Dan zijn we toch terug bij af? Biedt dat dan troost?
Wat geeft het meeste houvast? Als het hard waait en je staat naast riet, je wilt je vasthouden… Kans is groot dat je erin ligt. Stevige takken van een boom, daar heb je iets aan. Niet alle bomen staan stevig. Je zoekt een boom in rostsgrond. Een rots geeft houvast. De bergen! Daar moet ik zijn. Je denkt verder en hoger. Wat denkt houvast? Denk eens verder over God zo. Wat is het hoogste dat je kunt bedenken? Het allerhoogste, alleronvergankelijkste. Dat heeft een naam: God. Door Jezus komt Hij heel nabij. Zo dichtbij dat je Hem mag aanspreken.
Ja, Jezus, die de eeuwige God is, is aanspreekbaar. Het is net alsof we die persoonlijke relatie tot uitdrukking horen komen. Voor het aangezicht van God: er is gebed. Hoor mijn hulpgeroep. God hoort! Verberg Uw aangezicht niet. Kijk niet weg. Al hebt U alle reden. Verhoor mij spoedig. Psalm 102 is heel persoonlijk.
Als volwassene en kind: we hebben behoefte aan houvast en troost. Door Jezus komt dat anker dichtbij. In een vergankelijk bestaan. Dat geldt voor ons en de generaties na ons. Geweldig toch!
We horen, God heeft aandacht voor Zijn volk. Israël en de kerk. De kerk is toch de kerk van Christus. Als we geloven dat de kerk van Christus is, zei iemand, als de kerk Zijn lichaam is, kan de kerk niet verloren gaan. God zorgt voor Zijn eigen lichaam. God is trouw aan zichzelf. Hij laat niet los wat Hij belooft heeft. Zijn eeuwige armen onder u. Als kerk zijn we een samenstelling van delen. Een troostvolle gedachte.
Vanuit dit gedeelte neem ik u mee naar de brief aan de Hebreeën. We horen over Jezus. U hebt de aarde gegrondvest. Die zullen vergaan. Verslijten als een gewaad. U bent dezelfde. Uw jaren zullen niet ophouden..
De schrijver zegt: in de laatste dagen heeft God gesproken door de Zoon. Door Wie Hij de wereld gemaakt heeft. De medeschepper van hemel en aarde. Het hoogste wat ik denken kan? Waar is de almacht? Bij de drie enige God. Houvast. Het gaat ook over de wereld en het eeuwige Koninkrijk. Om daar deel aan te krijgen, wat is nodig? Reiniging van onze zonden. God heeft gerechtigheid lief en haat ongerechtigheid. Dat is even een dingetje, om aandacht voor te hebben. Jezus die ook de almachtige is. Hij is ook de verlosser. Welnu, Hij is Rechter en Redder. Een hekel aan ongerechtigheid. Maar Hij redt ons van onrecht. Die vrijspraak, zou je die willen mislopen?
Gek dat we voor dingen die gratis zijn, onze best doen. Dit kost ons moeite om dit te aanvaarden. Dat Christus er alles aan gedaan heeft. Je komt hier uit bij de enige, eeuwige houvast. Hij neemt al je zonden weg. Hij is Immanuel. God met ons. Hij is geboren. Met, naast, in ons. Hoorder van het gebed. Temidden van alles wat veranderlijk en tijdelijk is. Er is gelukkig die enige die vrijspraak geeft. Volkomen uitkomst. Wat een troostrijk contrast. Het allerhoogste wat je kunt denken is bereikbaar en benaderbaar, door te bidden. Hoe is het mogelijk. Dat is genade! Psalm 102 vers 13: maar U, Heere, blijft voor eeuwig. Ook vanavond. Wie we verloren hebben. Dit gaat door in de generaties. U blijft.
Naar de afronding nu. Een vraag. We zouden er zomaar eens vijf minuten over moeten nadenken. Wat was je houvast? Waar heb je op gerekend? Waar ben je gevallen? Zie Jezus. Dat is geen waaiend riet. 2023 komt eraan, bij leven en welzijn. Wat is je houvast? Hebreeën 13 zegt: Jezus Christus is gisteren en heden, tot in eeuwigheid. Een echo die terugkomt. Jezus is dezelfde. Een gedachtenis is dit. Wees ermee bezig. Met je hoofd en hart. Diep kennen. Zijn eeuwige naam. Dat houvast moeten we hebben. Van die eeuwige God en Zijn Verlosser moeten we het hebben. Als je dat niet doet, waar houd je je dan vast aan? Jezus ging voor onze zonden het graf in. Maar! Maar Hij stond op. Alle zonden heeft Hij willen wegnemen. Als je niet bij Hem uitkomt, loop je toch verloren. Hij is ons enige houvast. Jezus Christus, gisteren, heden dezelfde, tot in eeuwigheid.
Amen.
(Psalm 33 vers 6 en 8, berijming 1773)
Hervormde Gemeente Reeuwijk, Ichthuskerk, zaterdag 31 december 2022, 19 uur (Oudejaarsavond). Schriftlezing Psalm 102 en Hebreeën 1:1-12. Aanvangstekst Hebreeën 13:8. Herdenking overledenen in achterliggende jaar.