Jezus komt in Casarea Fillip. Markus legt er de vinger bij dat niet Herodes de Grote de koning is, maar Christus. De Romeinen brengen geen verlossing, alleen Christus doet dat. In de weg van een verhoging – niet op een troon, maar aan het kruis. Gebukt onder onze last ging Hij naar het kruis – Hij roept ons op ons kruis op ons te nemen en Hem te volgen. Jezus ging ons voor waar wij niet kunnen gaan en waar wij niet willen zijn. Jezus is de Opgestane.
Gemeente, het gaat vanmorgen over winst en verlies. Maar niet in economische zin. We hebben het over een gedeelte uit het Markus evangelie. Markus schrijft niet veel, maar wat hij schrijft is heel belangrijk. We letten op het volgende:
- De context: Cesarea Fillipi
- De vraag: wie is Jezus?
- De opdracht: kruis dragen
We staan stil bij de lijdensweg. Dat doen we in deze tijd van het jaar. We lezen over Cesarea Fillipi. Als je leest in het Markusevangelie over de plaatsnamen, dan zie je welke afstanden Jezus aflegt. Vandaag hebben we een plek te pakken. Een bijzondere plek. Een stad waar Herodes de Grote zijn paleis heeft gehad. Zou die reisinformatie ertoe doen? Naar Israël gaan om die stad op te zoeken? Had Markus het weg niet kunnen laten.
Herodes de Grote woonde er. De Herodes van de kindermoord. Bang. Een bange koning. Bang voor dat Koningskind. Jezus, Yeshua, de God die redt. Herodes. Hij heeft zijn verzet, afgoderij, gierigheid. Hij heeft dat met de dood bekocht.
2.
Nu komen we met Jezus in de buurt. Die naam wordt in herinnering geroepen. Op die plek stelt Jezus een vraag. Wie is Jezus? Wie is Hij? Juist hier stelt Hij de vraag. Herodes had die vraag wel willen stellen. Wie is de koning der Joden? Herodes was een Edomiet. Juist hier waar die naam klinkt, stelt Jezus deze vraag. Alsof Markus in herinnering roept, die Herodes in Bethlehem, daar komt de Koning vandaan. Markus brengt in beeld dat we te maken hebben met de God van Israël. Uit Bethlehem komt de Christus. Verbonden met Abraham, Izak en Jacob. Niet uit de lijn van Edom. Jezus leeft. Hij brengt redding. De Romeinse overheersers brengen geen verlossing. Jezus redt. De ware koning van het leven. De Romeinen hier worden gebruikt op deze plaats- om Gods heilsplan te laten zien. Jezus zet de puntjes op de i. Heb oog voor de geschiedenis, zegt Markus. God is trouw aan Israël, aan Jacob. Ook trouw aan deze wereld. Gok dus niet op de verkeerde paarden. Of koning.
De vraag mag worden: wie zegt u dat Ik ben? Kies dan vandaag wie je dienen zult. Van wie ben jij een volgeling. Petrus laat zien hoe hij erin staat. Duidelijk en krachtig. U bent de Christus. Petrus heeft het door: U bent de Koning. Jezus maakt dat waar. Hij trekt door. En redt. Hij komt aan de overkant, Jeruzalem, Judea, Cesarea Fillipi, Samaria. Plaatsnamen. Een reisschema. Een detail? Het laat Gods heilsplan zien en trouw aan Jacob. Reeuwijk staat er ook bij. Reeuwijk op de kaart. Waar Zijn Naam beleden en herdacht wordt, wil Hij komen. Wie zegt u en jij dat Ik ben? Het is die ene naam, van Jezus Christus. De Koning en Heiland.
3.
Jezus volgen, je kruis dragen. Jezus zet dat in met onderwijs. Je moet je oren spitsen. De onthulling van de lijdensweg. Lijden en verworpen worden moest Hij. Niet alleen door Ezau. Ook door de Overpriesters en Farizeeën. Jezus de Redder. Verworpen?! Petrus ziet dat niet voor ogen. Zijn Christus, nee die niet. Geen lijdensweg. Dat is geen Koningsweg.
Petrus ziet liever Christus Victor. Geen lijden, geen plaatsvervangend lijden. Geen nederdaling ter helle. Maar als Jezus nu opgeeft, heeft de boze gewonnen. Jezus werd tot vloek. Ga weg achter mij satan, zegt hij. U bedenkt niet de dingen van God, maar van mensen. Onze winst en verliesrekening loopt anders. We worden opgeroepen om te denken.
Vandaar lazen we Kolossenzen. Richt u op wat boven is. Niet wat op de aarde is. Richt je daar niet op. Mensen bedenken eigen denken. Omdenken. Er komt een andere weg op ons af. Omdenken en bekering. Het is niet de wereld van Herodes. Nee. Niet die van Ezau. Niet van kracht en geweld. Maar van zwakheid. Niet vanuit Cesarea Fillipi. Maar uit Bethlehem. Niet verhoogd op een troon maar op een kruis. Tot volkomen verzoening. Geen eigen verdiend heil. Om zo naast God te komen. Niet de wereld van Overpriesters en Farizeeën. Nee, de wereld van genade. Geen lijfsbehoud. Herodes’ troon werd een graf.
Jezus kondigt Zijn sterven aan. Om te overwinnen in de dood. Hij overwon! Uw leven is verborgen in God. Kolossenzen 3. U zult samen met Hem in luister en eer verschijnen Christus’ werk. Geen zelfdoenerij. Geen verdienste. Kolossenzen gaat verder: laat wat aards is in u afsterven. Je krijgt daar een idee bij. Het moet rechtgetrokken worden. Opvoeding. Laten wij… We hebben elkaar erbij te houden. Elkaar vasthouden.
Nu terug naar het Markusevangelie. Laat wie achter mij aan wil komen, zijn kruis op zich nemen en achter mij komen. Het gaat alleen maar door omdenken. Verlies is hier winst. Petrus kon die stap niet maken. Doe een stapje achteruit. Anders zien. Recht te gaan denken. Niet krampachtig vasthouden aan wat je hebt of bent. Maar vertrouwen op je enige houvast: Christus. Laat het maar los. Pure genade. In nederigheid en afhankelijkheid ontvangen. De Heere doet het anders dan verwacht. De Heere doet het zo anders als een mens zou denken. Een rivier in de zin woestijn.
Mooi hè. Maar afwachten, kijk eens om je heen. We moeten ons niet laten leiden hoe het eraan toe gaat. Besef, wij zijn weglopers. God redt zondaren. Petrus zag het ook niet altijd. Hij moest het loslaten.
Paulus zegt: uw leven ligt met Christus verborgen in God. Is dat makkelijk? Ik moet het over kruisdragen hebben. Het kruis komt hier voor de eerste keer voor. Apart, dat is ook ons kruis. Jezelf loslaten. Niet op eigen troon. Ondergeschikt aan de echte gekruisigde. Omwille van Mij. Bekering. Daar zit niet iedereen op te wachten. Mag ik dan niet een eigen agenda, mening, levensloop hebben? De vraag is: waar is je leven op gericht. We hebben het goed. Alles kan ons zomaar afgenomen worden.
Voor Markus is dit belangrijk. Wie zich geschaamd zal hebben, voor Hem zal de Zoon zich ook schamen. Het komt er wel op aan. Moeilijk, onmogelijk om Jezus zo te volgen? We kijken vooruit. Een stoffige en rumoerige stad. Daar loopt Hij. De weg naar Golgotha. Lopen, pijn, slepen. Hij draagt Zijn kruis. Eigenlijk onze last! Kan Hij dat volhouden. Hij moet wel. Hij is gehoorzaam. Hij struikelt onder onze last. Onder onze last. Hij houdt wel vol. Als de discipelen al lang zijn afgehaakt. Zelfs Petrus is weg. Allemaal op afstand geraakt. Waar zouden wij zijn? Belangrijk oog voor Zijn weg te hebben. Jezus draagt alleen. Struikelt. Lijdt. Werd vervloekt. Sterft. En dan… wanneer Hij al die last, onze last, gedragen heeft, vervloekt is tot in de hel, dan komt het moment dat kan worden gezegd: alles is volbracht, voor ons.
Nog een keer die vraag: vindt u het moeilijk, onmogelijk om Jezus te volgen? Hou dit in gedachten, in de lijdenstijd: Jezus ging ons voor waar wij niet kunnen gaan en waar wij niet willen zijn. Jezus is de Opgestane. Blijf mij nabij!, die melodie hoorden we net. Hij is nabij in wat wij moeilijk vinden. Jezus is de kruisdrager. Hij vraagt ons niet voor Hem te schamen. Hij ging de weg – struikelde. Hij wil daarin nabij zijn, in ons leven. Daarin zit en troostvolle oproep, in die weg van omdenken en bekeren. Trek je niet terug. Maar vat moed. Loop niet weg. Ga maar op pad. Kom maar naar Hem. Want: Zijn juk is zacht en Zijn last is licht. Wat Hij te doen geeft in het leven is draagbaar als Hij er bij is, want Hij ging de weg, de hele weg.
Amen.
Brandofferen, noch offer voor de schuld,
Voldeden aan Uw eis, noch eer.
Toen zeid’ ik: “Zie, ik kom, o HEER;
De rol des boeks is met Mijn naam vervuld.
Mijn ziel, U opgedragen,
Wil U alleen behagen;
Mijn liefd’ en ijver brandt:
Ik draag Uw heil’ge wet,
Die Gij den sterv’ling zet,
In ’t binnenst’ ingewand.”Uw heilleer wordt door mij alom verbreid;
‘k Bedwing mijn tong en lippen niet;
Gij weet het, HEER, die alles ziet.
Mijn hart verbergt nooit Uw gerechtigheid;
Uw waarheid doe ik horen;
Uw heil, den mens beschoren,
Vloeit daaglijks uit mijn mond;
Uw gunst, Uw trouw, Uw woord
En Godsgeheimen, hoort
Uw talrijk volk in ’t rond.– Psalm 40 vers 4 en 5 (berijming 1773)
Hervormde Gemeente Reeuwijk, zondag 27 maart 2022, Dorpskerk, 9.30 uur. Schriftlezing Marcus 8: 27-38, Colossenzen 3: 1-8a.