In haar lofzang bezingt de minderjarige Maria Gods genade. Ze heeft ontdekt dat God naar haar heeft omgezien, in haar nederige staat. Ze profeteert over Christus’ rijk en optreden. Haar lofzang is een confronterende boodschap voor hen die macht willen hebben in deze wereld en de regie van hun leven zelf in handen willen hebben. 

Geliefde gemeente van Christus, die psalm 85 [die we net zongen] blijft toch even hangen. Dat vierde vers begint met: ‘Dan wordt genâ van waarheid blij ontmoet.’ Ik stel me die sfeer voor in dat huis van Elizabeth. De God die onthult, die waarheid brengt. Ik wil het met u over die lofzang hebben. We vinden deze achter de psalmen, de enige gezangen. We zingen ‘m deze tijd vaak. Alle geslachten zullen mij zalig spreken, ja wat is dat? Een aantal jaren geleden in een Cisterciënzerabij kwam, daar werd de Lofzang van Maria gezongen, elke dag. Wij denken wat van de rooms-katholieken. Waarom doen jullie dat? Het staat er toch, dan doen we dat. Dagelijks. Voor het einde van de dag, voor het slapen gaan, om 9 uur. Er waren nog andere dingen die me opvielen: het hele psalmboek werd in een week tijd gezongen. Daar kunnen wij nog wat van leren. We zingen ook niet alle verzen. Het kan ook Mariaverering worden. Doen we haar dan recht en de lofzang recht? Het gaat om de Verlosser. Er is er maar één: de Heere Jezus. De enige weg. Bij Hem moet je zijn. Dat oogmerk van Maria, komt dat tot zijn recht? Daar mogen we het over hebben.

Mijn ziel maakt groot de Heere. Daar gaan we het over hebben.

  • We kijken naar wat er vóór de lofzang gebeurt. Wat gebeurt daar?
  • Dan de inhoud van de lofzang. Stel je voor, je bent daar, je ziet Gods Geest aan het werk. Elizabeth en Maria doen allebei mee. In de verkondiging mag u ook meedoen.
  • Het profetische, de oproep. Maria, een minderjarig meisje, geeft dat mee.

1. Hoe het begon

Hoe komt zij tot dit Magnificat? Waarom zingt ze die lof zo? Wat is er gebeurd? Zij is een maagd. Vers 27: ondertrouwd met een man, Jozef. Maria. Een jonge meid. Waarschijnlijk minderjarig. Zeer waarschijnlijk. Ik vind het eigenlijk niet zo’n wonder dat ze in verwarring raakt door die woorden van de engel. Je zou bijna kunnen zeggen: zoals met die felicitatie, of hoe hoor je het? Ze schrikt. Hoe zou jij reageren na zo’n enthousiaste groet? Maria is ook een denker, weten we. Ze bewaarde de woorden. Maria hoort deze groet.

Als die eerste verwarring voorbij is (een engel komt binnen en groet), komt er een nieuwe denkrimpel. Wat betekent de mededeling ná die groet? Als minderjarig meisje zwanger worden zonder man?! Hoe leg je dat uit? Thuis, aan je aanstaande? Zou Jozef het geloven en de familie? Om maar te zwijgen over de buren, de buurt. Ze riskeert haar toekomst. Een tweede verwarring. Komt dit wel goed?

En dan zie je dat aan die vraag die volgt: hoe zal dit mogelijk zijn aangezien ik geen gemeenschap heb? Mijn vraag zou zijn: wat is dit allemaal? Je ziet haar deze vraag stellen. Ze krijgt antwoord. De engel verwijst naar God zelf. Haar kind zal van God zijn. Niet van Jozef. En dan gaat het over de Heilige Geest. Die zal komen.

En dan komt die gelovige beaming. Maria zegt: zie de dienares van de Heere, laat mij geschieden overeenkomstig Uw Woord. Een geloofsbelijdenis. Maria gelooft, vertrouwt. Er is nog niets te zien.

Dan gaat ze op pad. Geen eenvoudige, korte tocht. Ze gaat naar Elizabeth. Haar oudere nicht. Ze groet haar. Die nicht is ook zwanger! Om te helpen? Af te stemmen? Op bijzondere manier zwanger. Zou ze haar geloof willen delen? Afstemmen: wat heeft de engel jou gezegd? Dan dat stereogeluid: het kindje sprong op in haar buik en Elizabeth werd vervuld met de Heilige Geest. Gezegend ben jij! Bijzonder. Hoe weet Elizabeth dat eigenlijk, van wie? Maria heeft niet veel bevestiging meer nodig. De verwarring die gaat weg. De dienares van de Heere heeft verder geen bevestiging nodig. Ze wordt aangestoken door de Heilige Geest. Die doet Elizabeth als het ware ook een lofzang zingen.

Het kan nog preciezer. En Elizabeth zegt: waaraan heb ik het te danken dat de moeder van mijn Heere tot mij komt? Ook een geloofsbelijdenis. In dat huis, de ene geloofsbelijdenis na de andere. De lofzang is bij wijze van spreken al begonnen. Maria, een gelovige vrouw, krijgt de ene bevestiging na de andere. Door de Geest. Maria, in haar lage staat, eenvoudige vrouw, minderjarig, volks meisje. En dan gebeurt het: ze wordt uitgetild boven al dat denken. Ze zingt haar lofzang. Maria.

Twee dingen die me opvielen. Ik verwijs naar de profetie, Jesaja 53. Waar zou je een Koningszoon verwachten? In een paleis natuurlijk. Is dit Gods weg? Gestalte noch glorie had Hij niet… Hij was verwacht, de onwaardigste onder de mensen. Als iemand voor wie men het gezicht verbergt. Hij was veracht, wij hebben Hem niet geacht. Je hoort hier Maria in een taboesfeer zwanger worden. Het een raakt het ander.

God geeft een boodschap af door de Geest en geeft ook een bevestiging. Hij maakt dat duidelijk. Die bevestiging zal ze nodig hebben. Als je verder leest, Jozef en Maria gaan een moeilijke tijd tegemoet. De eerste christenvervolging begint: ze moeten op de vlucht.

2. De inhoud van de lofzang

Nu het tweede: de lofzang zelf. We zullen ‘m zo zingen. Maria eerst in verwarring, van die groet. Misschien beseffend: dit wordt geen makkelijke weg. Ongewenst zwanger, zo wordt het gezien. Een rollercoaster. Ze voelt en weet zich begenadigd. Ze mag de moeder zijn van de Redder. Draagster van de Zoon van God. Is Hij ook mijn redder? Kan ik die lofzang meezingen? Laten we nu samen zingen:

Mijn ziel verheft Gods eer;
Mijn geest mag blij den HEER
Mijn Zaligmaker noemen,
Die, in haar lagen staat,
Zijn dienstmaagd niet versmaadt,
Maar van Zijn gunst doet roemen.

Want ziet, om ’s HEEREN daân,
Zal elk geslacht voortaan
Alom mij zalig spreken;
Wijl God, na ramp en leed,
Mij grote dingen deed;
Nu is Zijn macht gebleken.

Nog een woordje over de dichter. Er gebeurt iets bij het samenstellen van het gedicht. De dichter verwoord mooi, de Nederlandse dichter, wat Maria doet: zij begint met Gods eer. In het eerste vers eindigt ze daar ook mee. Maar van Zijn gunst doet roemen. En het tweede vers ook: ’s HEEREN daden. Daar eindigt ze ook mee. Aan het begin van einde van een vers zie je het omhoog gaan. Daar tussen zie je Maria. Mijn geest, Mijn Zaligmaker, Mijn lage staat, dienstmaagd. En breder, naar de volken, elk geslacht zal mij zaligspreken. Ze heeft de aandacht op God maar ontdekt en zingt dat God haar inzet. Niet om haar heen, maar ze wordt ingezet. Mooi om thuis over na te denken voor onszelf. Hoe God mensen gebruikt.

3. Het profetische, de oproep

De lofzang wordt profetisch. Een oproep. Maria begon voluit. Boven zichzelf komt ze. Alle aandacht voor die God. Hem zij alle lof. En dan komt er een bepaalde invulling. Ze maakt kanttekeningen. Ik wijs daarop, vanaf vers 50. Het gaat over Gods barmhartigheid, van geslacht to geslacht. Het gaat over een krachtig werk. Hoogmoedigen worden uiteengedreven. Het gaat over een God die aandacht heeft voor nederigen. Dat heeft ze zelf ontdekt. Hongerigen worden verzadigd. Rijken worden weggezonden. God is Israël niet vergeten. Daar gaat het hier om.

Wat valt dan op? Nou, enerzijds valt op dat we te maken hebben met een profetes. Zij spreekt profetische woorden. Over het heil dat voorzegd is. Ik noemde Jesaja 53. De ontdekte: ja, zo gaat de weg van de Heere. Ik in mijn lage staat. Zwanger van haar Yeshua, haar Jesaja, haar Jezus. Haar volkomen uitkomst. Als je het goed bekijkt, je hoort al iets van de Bergrede – daar kom ik straks op terug. Ze profeteert vol zekerheid van het werk van Jezus. Ouders, ik moet denken aan wat wij hebben te doen. Onderwijs geven. We kunnen van deze minderjarige Maria veel leren.

Er valt nog iets op in dit tweede gedeelte van de lofzang. Het gaat hen aan die de Heere vrezen, eren, respecteren. Confronterend: ze wijst hoogmoedigen aan. Mensen die het van macht in hun leven moeten hebben. Rijkdom die in de weg kan zitten. Mensen die daarop vertrouwen. Maria profeteert over die omgekeerde wereld. Niet het recht van de sterkste geldt. Doet ze in vol vertrouwen. Best waarschuwend, voor ons als ouders en gemeente. Maria die in haar lage staat ontdekte: in die nederigheid mag ik het vinden. Ik moet het niet van de wereld verwachten, die gaat me niet helpen wanneer ik honger heb, arm ben, barmhartigheid nodig heb. Ik moet bij mijn Heiland zijn. Mooi om thuis Jesaja 53 te lezen en dan de lofzang en dan naar de Bergrede te gaan. Zie die lijn, die verweving. Je proeft dat Maria daar gevoel voor heeft gekregen. Ze zingt boven zichzelf uit. Binnenkort zal ze zwanger zijn. Op reis, dan weer op reis. Reisuitgaven. Geen werk voor Jozef. Ik moet denken aan ondernemers in deze tijd – even en opnieuw. Je weet niet waar je aan toe bent. Hoe zal Jozef dat hebben gedaan? Dan nog op de vlucht naar Egypte. Kans op armoede en zorg – maar haar geloof biedt houvast. De Geest is erbij. Daar vertrouwt ze op.

De lofzang van Maria. Ik ga proberen in een samenvatting een paar aspecten te nemen:

  • Niemand is te min. Een gewone vrouw. Niet in een prinselijke wieg wordt Jezus geboren. Het wordt kerst voor deze vrouw. Jezus wilde in haar komen. In ons wonen. Wij eenvoudige mensen met onze moeiten en twijfels. Mogen wij het ook zo ontdekken. Mag de lofzang ook bij ons gevonden worden in onze eenvoudige staat? Niemand is te min. Ondanks vragen en twijfels. Je kunt je eenvoudig voelen. Niet te min voor Gods genade. Er zullen vragen en twijfels komen. Maria beleed haar geloof voor die ellende kwam. Een durvende geloofsstap.
  • Ze zoeken elkaar op. Daar zit wel wat in! Ze gaat naar Elizabeth. Waar twee of drie bijeenkomen… Wat gebeurt daar? Iets wonderlijks. Laat het met ons meegaan in de lockdown van de komende weken. Mag de lof klinken in uw en mijn huis. Maria’s Verlosser. Is het ook mijn Verlosser? Ze profeteert van de Heiland. Wij mogen Hem kennen. Hij is geboren. Het is al vaak kerst geweest. Maria’s Verlosser: ook onze?
  • En tot slot wat me opviel, het schuurt: Maria schuurt. Over hoogmoedigen, machtigen, rijken. Mensen die zich te goed voelen voor genade en evangelie. Als je je te goed voelt, gaat het niet goed, zegt Maria, dan loop je de redding mis. Deze profetes is ook evangelist. Minderjarige evangelist. Ze wijst op de Heiland. Wat gebeurt er als je Hem afwijst? Leg Hem niet naast je neer.

Het is straks Kerst. We gaan gedenken dat Jezus in die nederigheid is gekomen. Een heel kerkelijk jaar zullen we Jezus volgen, door de Schrift, Zijn weg in het aardse bestaan. Zondag na zondag worden we uitgenodigd dat we de regie van ons leven niet zelf moeten houden, maar leren hoe Jezus met ons omgaat. We komen dan de Zaligspreking tegen. Geen excuus als we ons te goed of te min voelen. We worden uitgenodigd Hem te ontmoeten – op onze knieën. Dat kan noodzakelijk zijn: ik heb wat te leren van deze jonge vrouw. Langzaamaan de lofzang laten klinken. Misschien vaker zingen. In deze tijd, vanwege corona, nederig en dankbaar Kerstfeest vieren.

Amen.

Hoe heilig is Zijn naam!
Laat volk bij volk te zaâm
Barmhartigheid verwachten;
Nu Hij de zaligheid,
Voor die Hem vreest, bereidt,
Door al de nageslachten.

Hij heeft, na lang geduld,
Met goederen vervuld
Der hongerigen monden;
Hij zag geen rijken aan;
Maar heeft z’, in hunnen waan,
Gans ledig weggezonden.

Zijn goedheid klom ten top;
Hij nam Zijn Isrel op,
Naar ’t heil, Zijn knecht beschoren;
Gelijk Hij, ons ten troost,
Aan Abram en zijn kroost,
Voor eeuwig had gezworen.

Hervormde Gemeente Reeuwijk, Ichthuskerk, zondag 19 december 2021 (Vierde Adventszondag), 9.30 uur. Schriftlezing Lukas 1:26-56. Bediening Heilige Doop.