Paulus wijst de gemeente te Kolosse erop dat het principe achter dankbaarheid gelegen ligt in ‘Boven’. We moeten de dingen zoeken die boven zijn, waar Christus is. Als je je richt op ‘Boven’ ga je beseffen wat God schenkt: persoonlijke redding en heil, maar ook een betrokken gemeente en mensen om je heen. Zo krijgt het alledaagse, wat in deze coronatijd zo moeilijk en lastig kan zijn, toch een glans. 

Alle goeds komt van Boven, God zij dank!

Geliefde gemeente van Christus, het duurde even voor ik in beeld had hoe ik deze avond met u zou besteden. Iemand belde: dankdag? Er is zoveel te bidden. Er ging een lampje branden, daar was ik blij mee. Er is inderdaad veel te bidden.

Het bijbelgedeelte hielp me. Paulus helpt me op weg. Hij laat de essentie zien van dankbaarheid. We kunnen er in alle omstandigheden mee aan de slag. De kern van de dankbaarheid.

Ik start met de Heidelberger Catechismus. Ik hoop dat u niet te moe bent. Luister maar mee. Wat staat er in Zondag 32?

Vraag: Aangezien wij uit onze ellendigheid, zonder enige verdienste onzerzijds, alleen uit genade, door Christus verlost zijn, waarom moeten wij dan nog goede werken doen? Antwoord: Daarom dat Christus, nadat Hij ons met Zijn bloed gekocht en vrijgemaakt heeft, ons ook door Zijn Heiligen Geest tot Zijn evenbeeld vernieuwt, opdat wij ons met ons ganse leven Gode dankbaar voor Zijn weldaden bewijzen, en Hij door ons geprezen worde. Daarna ook, dat elk bij zichzelven van zijn geloof uit de vruchten verzekerd zij, en dat door onzen godzaligen wandel onze naasten ook voor Christus gewonnen worden.

Ik leg het accent: dat wij uit genade he, met ons hele leven tonen dat wij God dankbaar zijn. En dat Hij door ons geprezen wordt.

Die boodschap van Paulus die kun je daar zomaar naast leggen. Het gaat over onze focus: waar zijn we werkelijk op gericht? Wat betekent dat voor ons levenswandel? Hoe zit dat nou bij elkaar? Dat Paulus daarover schrijft, en over de dankbaarheid, is niet uniek. In meerdere brieven komt het terug. Hoe leven wij eigenlijk? Het is als een refrein. Paulus wil het meegeven aan de gemeente. Soms werden de brieven overgeschreven. Dat was zijn boodschap. Zo is dat ook hier. Wij mogen er ook uit lezen.

De boodschap van Paulus valt niet uit de lucht. Het hoe van de dankbaarheid, ik wilde er gewoon doorheen gaan, beginnen bij het begin. De sleuteltekst is vers 2-4. Zondag 32 is een echo van dit gedeelte. Het principe staat daar.

Bedenk de dingen die boven zijn en niet die op de aarde zijn, want u bent gestorven en uw leven is met Christus verborgen in God. Wanneer Christus geopenbaard zal worden, Die ons leven is, dan zult ook u met Hem geopenbaard worden in heerlijkheid.

Hier wordt iets heel duidelijk neergezet. Heel groots. Evangelie in een notedop. En wat voor één! In die verbondenheid met Christus komen. Tot leven komen. Christus die ons leven is. Zo zet dit hoofdstuk in. Daarop gericht zijn.

Dat leven staat tegenover iets: een stukje gestorven zijn. Contrast. Waar ben je? Blijf je hangen in het doodse? Paulus wijst ons hier op dat principe. Eerst omhoog. Daar moeten we zijn. Het gaat nog niet over dankbaarheid, dat komt nog, straks, we gaan ernaar toe groeien. Hier wil hij beginnen.

De verzen die erna komen, horen erbij. Dood dan uw leden die op de aarde zijn: ontucht, onreinheid, hartstocht, kwade begeerte, en de hebzucht, die afgoderij is. Dan. Het gedeelte wat volgt ook wel eens als wetslezing, nieuw-testamentisch. Je moet óm. Bekering. Niet wij op de troon van ons leven, maar degene waar je leven vandaan komt. Christus op de troon. Hij is ons leven, ons alles. Dat is de essentie.

Nou verder. We lezen verder met vers 5. Het gaat in die opsomming om wat niet van ons is. Er is iets met ons aan de hand: ontucht, onreinheid, hartstocht, kwade begeerte, en de hebzucht, die afgoderij. Het gaat iets over wat niet van jou is. Die ander heeft iets. Dat is het gemeenschappelijke. Alsof we niet genoeg hebben. Jawel: boven! Stop met ontucht, onreinheid, hartstocht, kwade begeerte, en hebzucht, die afgoderij. Je hebt eeuwig leven, richt je op wat boven is. Een streep door ontucht, onreinheid, hartstocht, kwade begeerte, en hebzucht, die afgoderij. Einde aan de zelfgerichtheid. Niet ik, maar Hij.

Paulus is nog niet klaar. Hij gaat verder. Gedragingen: toorn, woede, slechtheid, laster, en schandelijke taal uit uw mond. Het wordt er niet mooier op. Als je niet leeft uit genade, val je terug op grootdoenerij. Wat stel ik me voor: wat is God dan verdrietig. God die bevrijdt. Hij die de wereld zo lief had. Hij die Zijn Zoon stuurde. Die God laten liggen. Op dat van mij kijken?! Jezus zegt: Ik ben de Weg, Waarheid en het Leven. Weer die focus. Waar willen we van afhankelijk zijn? We moeten dat loslaten. Sterven aan onszelf, noemen we dat wel eens. Geen grootspraak, geen zelfdoenerij.

Wat is het gericht zijn op Boven? Een vacuüm? Vers 12-14:

Kleedt u zich dan, als uitverkorenen van God, heiligen en geliefden, met innige gevoelens van ontferming, vriendelijkheid, nederigheid, zachtmoedigheid, geduld. Verdraag elkaar en vergeef de een de ander, als iemand tegen iemand anders een klacht heeft; zoals ook Christus u vergeven heeft, zo moet ook u doen. En kleedt u zich boven alles met de liefde, die de band van de volmaaktheid is.

In de komende week hebben we de dag van de mantelzorg. Het gaat hier over kleden. Wie is de grote uitvinder van mantelzorg? Moeten we de Schepper niet dankbaar daarvoor zijn? Kleed u zich met de liefde, die de band van de volmaaktheid is.

In vers 15 komt het lichaam van Christus nog aan de orde. Ik denk aan die band van de volmaaktheid. Mensen die voor elkaar zorgen. Lichaam van Christus; Paulus benoemt dat. Je bent deelgenoot, het vraagt iets, het brengt je ook iets. Paulus geeft dat beeld aan ons.

Ik ga verder.  En laat de vrede van God heersen in uw harten, waartoe u ook in één lichaam geroepen bent; en wees dankbaar. Het gaat om samen zijn. Geen ik, geen zelfdoenerij. Onze gerichtheid moet op Christus zijn.

Dan gaat het nog niet over de dankbaarheid. Ik neem een hele aanloop – ik denk dat Paulus dat zo meegeeft. Gericht zijn op Christus, hoe we met elkaar omgaan, wat moeten we achterwege laten, wat moeten we wel doen (met Gods Geest). Vers 15: En laat de vrede van God heersen in uw harten, waartoe u ook in één lichaam geroepen bent; en wees dankbaar. Eerste keer. In totaal drie keer dankbaarheid horen. Vers 16: Laat het woord van Christus in rijke mate in u wonen, in alle wijsheid; onderwijs elkaar en wijs elkaar terecht, met psalmen, lofzangen en geestelijke liederen. Zing voor de Heere met dank in uw hart. Vers 17: En alles wat u doet met woorden of met daden, doe dat alles in de Naam van de Heere Jezus, terwijl u God en de Vader dankt door Hem.

Hier komt Paulus op aan. Een aanloopje, om het over dankbaarheid te hebben. De essentie is duidelijk: richt je op Boven, op Christus. Wat ga je loslaten en zoeken? In het leven, omgang met elkaar?

Het is dankbaarheid om te beseffen wat dat is, dat is al dankbaarheid op zichzelf, die essentie te zien. Het vraagt wat: bekering. Veel woorden in dit hoofdstuk zijn meervoudsvormen in het Grieks. Meervoud. Met elkaar.

Hem komt de dank toe. Hij heeft alles volbracht. Hij heeft het gegund. Dankbaarheid, Zondag 32. Het woord dankbaarheid is een woord van eucharistoi, avondmaal. Hoort u?

Ik kom nog een keer terug bij die verzen van het begin. Wat het uitwerkt, een dankbare levenshouding toch? Een attitude? Dat je verandert. Bekering die ook een verandering op gang brengt. Vanuit die gerichtheid op de Heere. In heel ons doen en laten. Dankbaarheid vraagt wat en heeft een actieve kant. Die dankbaarheid tonen, Zondag 32. In een gemeente waarin we er zijn voor elkaar. Ik denk dat dat in coronatijd ook belangrijk is. Dat principe vasthouden. Elkaar te tonen en mee te nemen. Elkaar op Christus te wijzen. Zou dat geen houvast zijn in deze tijd? Dankbaar voor alles zijn, wat de Heere geeft?

Ik ga proberen het in vier punten bij elkaar te brengen.

  1. Dankbaar zijn in Christus; voor Gods genade. Hij heeft ons niet laten vallen. Hij wil ons leven. Nieuw leven.
  2. Omdat Paulus het heeft over het lichaam van Christus en de omgang met elkaar, daar moeten we dankbaar voor zijn (denk ik). Dankbaar zijn voor de gemeente – dat we elkaar hebben. Dat God dat zo bedacht heeft. Liefde, de band van de volmaaktheid. Dan voel je aan: alleen tobben, nee. Zing met dankbaarheid in je hart. Ach man, wat is het moeilijk nu. We laten ons nu opzingen. In het lichaam heb je een bepaalde manier van omgaan. Zelfdoenerij moet opzij. Individualisme moet opzij. Dankbaarheid ga je doen.
  3. We leven in deze wereld. Heel praktisch. We weten wat we nu missen. En toch dankbaar zijn. Zondeval doet dingen fout gaan. Het alledaagse is niet zo mooi meer. Maar je aandacht richten op Boven. Schepper en Verlosser. Dan krijgt dat alledaagse een glans. Hoe dankbaar kan ik dan voor dit zijn! Genieten van een ochtendzon. De frisse winterlucht. Een paar avonden geleden, een ondergaande zon. Mag het daarin zitten? In werk, ontmoeting, een klusje, praktische hulp? Dat soort dingen. Alledaagse dingen, dankbaar voor zijn. Ja. Dan gaat het glimmen.
  4. Dankbaar zijn voor arbeid, bezigheid, betrokkenheid op elkaar. Die betrokkenheid op elkaar: de gemeente is niet zomaar een gezellige club. Niet als je het niet leuk vindt, ga je. Nee. Er gebeurt hier iets. Christus is het hoofd. Je kunt zomaar een advies, hulp, vermaning krijgen. Terechtwijzing: dat je de goede kant op gaat. Mag je dankbaar voor zijn.

Waar kan je zo dankbaar voor zijn? Genade, gemeente als lichaam van Christus, een ander licht op het alledaagse en voor die betrokkenheid op elkaar. Dankbaar. Ondanks. Ondanks. Ik heb corona niet te vaak opgeschreven. Maar toch: ondanks corona. Een worsteling voor velen van ons. Je kunt er ziek van worden. We hebben leden van ons verloren dit jaar, ook corona. Je kunt er last van hebben. Dat je je niet zo snel fit voelt. Dagelijkse werkzaamheden zijn anders. Eigen moeiten en fouten in je leven, dan kan de dankbaarheid ook wegzakken. Je moest eens weten! Bekering is mogelijk. Als je oog gericht is op Christus, dan kan het. Lees die verzen nog eens. Christus maakt de bekering door de Geest mogelijk. Hij is het die roept. Alles komt in een ander licht te staan. Ja, er is een ondanks. En een nochtans. Habbakuk 3. Als het tumult losbreekt. Alles is moeilijk, ingewikkeld: nochtans zal ik juichen.

We gaan afronden. We gaan straks afronden. Danken voor wie de Heere is en wil zijn – uit genade alleen. Danken voor gemeenteleden. Voor dingen die we kunnen doen. En een danken ondanks. We doen het eigenlijk ook zingend – ik hoop dat we dat blijven doen. Iedere keer weer. Opzingen. Elkaar opzingen. Meenemen in de zang. Zingen is toekomstgericht. We danken de Heere dat Hij niet loslaat wat Zijn hand begon. Danken voor de toekomst. Mooi he. Het is Zijn toekomst. Dankbaar voor dagelijks brood. Ja, het ligt in de winkels he. De winkels zijn nog gevuld. De paniek van we moeten wc-rollen inslaan?! Dankbaar voor thuis en woning. Dankbaar voor werk en inkomsten, sociale zekerheid. Danken voor school, dat het toch kan doorgaan. Dat we gespaard werden onderweg. Voor gezondheid, herstel, ziekenzorg die er is. Voor een goede relatie. En vult u maar aan. Ik weet niet wat er bij u naar boven komt. Als het maar binnen het principe is: zoek de dingen die boven zijn. Dan gaan de dingen glimmen. Dan mag u zeggen: dank U, Heere. Laten we vooral ook danken voor Gods nabijheid. Daar zit een ontferming in.

Corona, ik zie het woord nog een keer staan. Maar Theo, denk ik dan, mooi dat je het vertelt, maar je zult er nu maar mee te maken hebben?! Zullen we God danken voor Zijn nabijheid, dat Hij er is, als het echt moeilijk is. Als het tegenvalt met werk, gezondheid, als er relatieproblemen zijn, als het op school of studie helemaal niet wil. Of met dat digitale gebeuren niet wil. Of ons lichaam ons in de steek laat. Of als we eenzaam zijn. Zullen we dankbaar zijn voor de Heere, die toch nabij is? Zullen we die dankbaarheid handen en voeten geven? We zijn onderweg naar morgen; als gemeente onderweg naar die grote dag, als alles nieuw wordt. Zoek de dingen die boven zijn. Dat de Heere zegt: welkom. De Heere heeft dat voor elkaar gemaakt. Dan wordt het anders. Hij is de Weg, Waarheid en het Leven. Zullen we Hem daarvoor blijven danken? Amen.

Hervormde Gemeente Reeuwijk, Ichthuskerk, woensdag 4 november 2020. Dankdag voor gewas en arbeid. Schriftlezing Colossenzen 3:1-17.