In de ontmoeting met de Samaritaanse vrouw laat Jezus iets van Zijn goddelijkheid zien: Hij kent haar. Jezus is de ware pastor, met innerlijke ontferming bewogen. Op het kruispunt van wegen is Hij reddend nabij. De vrouw komt tot geloof en wij zijn daar getuige van.

Gemeente van Jezus Christus, een paar weken geleden preekte ik over angst. Ik kwam ook op het vertrouwen. Vandaag zien we hoe Jezus contact maakt. Op een kruispunt van wegen. Die vrouw. Op een kruispunt in haar leven. Buiten de comfortzone van de joden.

  1. Eerst de context, die Samaritanen, hoe zat dat?
  2. Dan de ontmoeting.
  3. Wat kunnen wij ervan leren.

1.

De context. De situatie is nogal wat. Jezus is onderweg. Vanuit noorden. Een lange stoffige tocht. Een namiddag. Dorstig weer. Jezus krijgt dorst. Ze komen bij die waterput. Jezus blijft. De discipelen gaan boodschappen doen. Jezus blijft alleen achter. Had Jezus zo’n dorst? Kon Hij niets regelen? Water hoeft geen probleem te zijn. Even terug lees je over de bruiloft en Kana en de wonderbare spijziging. Maar we moeten verder lezen. Jezus is mens. Hij heeft dorst. Ze houden daar pauze. Rust is nodig. Ze zullen wel overnachten, denk ik. We lezen dat Hij twee dagen blijft.

Waar dan? Een kruispunt van wegen. In de buurt van Sichar. Of Sichem. Een rijke historie. We lezen over Jacob en Jozef. De Jacobsbron. Een wonderlijk verhaal hoe God werkt. Ik laat het rusten nu. Wonderlijk waarom Jezus dit hier laat gebeuren. Twee bergen. Zegen en vloek. Sichem een plek waar zonde heerst. Een kruispunt van wegen. Daar gebeuren nogal eens dingen die niet door de beugel kunnen. Een pleisterplaats. Wegrestaurant. Kruispunt van levenswegen. Een plek van keuze en bekering. Hoe ga je de hoek om? Vertragen, kijken, dan pas in actie. Hier een moment van vertraging. Een plek van onveiligheid?

Je zou zomaar een Samaritaan tegen kunnen komen. Hoe zat dat? Jezus had een andere weg kunnen kiezen: langs de zee of Jordaan. Op de achtergrond een eeuwenoud conflict. Over de Bijbel zelf. De Thorah. In aangepaste vorm. Andere visie op Mozes. Plek van de tempel: niet in Jeruzalem. Vermenging met volken: bastaards. Joden en Samaritanen moeten niet veel van elkaar hebben.

Midden in die brandhaard, kon Jezus niet een betere plek kiezen? Het is geen toeval.

2.

De ontmoeting zelf. Wie komen we tegen? Jezus. Op dat kruispunt achtergebleven. De discipelen zijn proviand kopen. Afkoeling zoeken? Jezus rust uit. Midden op de dag. Je moet niet al te actief doen. Niet op pad gaan.

Er zijn deelnemers op het toneel: wij. Wij luisteren en zien die vrouw aan komen. Die vrouw, dat is de 4e persoon dus.

Ze komt waarschijnlijk alleen. Waarom op dit tijdstip? Ongelukkig en ongemakkelijk tijdstip. Mensenschuw? Schaamte? Is zij van kaliber van wat we net voor sluitingstijd binnen zien glippen in de supermarkt, met zonnebril?

En de stadsgenoten. Die zijn ook deel geworden van dit verhaal. Met de discipelen, ze komen straks weer.

Hoe gaat die ontmoeting? Een ongedwongen start, lijkt het. Een jood en Samaritaanse. Dat is bijzonder. Ook dat ze vrouw is. Jezus heeft dorst. Zo begint die ontmoeting. Je ziet haar reageren, met verbazing. Gebeurt dit echt? Weet u het wel zeker? Een jood die met mij spreekt?

Hoe het gesprek verloopt, als je het rustig doorneemt (vanaf vers 9): is het een gesprek? Op een golflengte? Nou het lijkt mijlenver uit elkaar. Bizar. Is het wel een gesprek. Je ziet langzaam die vrouw een muurtje optrekken. Ik ben een vrouw, een Samaritaanse. Afweergeschut. Ik ga wel weer?! Laat me met rust.

Jezus wil kennismaken. De discipelen herinneren Jezus zo. Jezus wil kennis maken. Op de achtergrond voel je die vraag, hoe gaat het met je? Jezus is met ontferming bewogen. Niet: ken je Mij al. Of: gij adderengebroed. Maar interesse hier, meeleven. Jezus als pastor.

Hij zoekt contact. Houd rekening met wie ze was. Houd rekening met omstandigheden. Jezus neemt het voortouw. Creatief ook, om zo op het water te komen. De vrouw wordt nieuwsgierig. Het wordt wel wat. Ze wordt langzaam eerlijk.

Jezus besloot iets van Zijn godheid te laten zien. Je hebt vijf mannen gehad! Ik ken je. Dat zegt Hij in Zijn ontferming. Ik ken je. Je bent in goede handen. Bij je redder. Dat willen we toch allemaal horen? Als we de zonnebril opzetten over ons leven? Ik ben het die je nodig hebt.

Langzaam wordt het confronterend. Het is de Heere! Ze liegt er niet om. En Hij ook niet. Ik ben het die met u spreekt. Wat gaat ze doen? Hij is te vertrouwen. Het is een spannend verhaal. Wat gaat ze doen.

Er komen vragen. En ze komt tot geloof. Dat zien we. Wat doet ze dan? Ze laat haar spullen liggen en gaat terug naar huis. Ze moet vertellen over dat levende water. Over de Verlosser – die je kent! Kom mee, zegt ze tegen de mensen. Daar moeten we redding van hebben. Ze is over de beschaamdheid heen. Dat is de Geest. Stadsmensen kennen haar. Hoe staat ze bekend? Vast niet in positieve zin.

De stadsmensen komen. En ze komen tot geloof! Uitgenodigd door de vrouw. En pastoraal door Jezus bejegend.

3.

Hier is een en ander van te leren. In elk geval, het was Jezus gewoonte niet om veel met Samaritanen op te trekken. Lukas schrijft het op. Jezus is voor meer dan Israël. Na Pinksteren opnieuw naar Galilea en Samaria. Jesaja 66 ook, het zien op de ellendige en verslagenen van geest. Het kan gaan beknellen. Geloofsangst. Je kunt onzeker zijn. Maar kijk hoe de Heere hier is! Het is niet door haar verdienste, totaal niet. Het Woord is vleesgeworden.

Wat hier nog niet staat, Hij zal aan het kruis gaan. Om de straf te dragen – van deze Samaritaanse vrouw. Haar straf, op Hem. Hij is verzoenend naar haar. Jezus draagt de straf – misschien van die vijf mannen? Jezus draagt de straf van die stadsbewoners. Van ons, van mij, van u. Die verzoenende handreiking – Hij reikt ontfermend de hand, dat is toch wat!

Als wij op moeilijke kruispunten staan, keuzes moet maken, dat je het niet weet, dat je tot rust mag komen in Hem. Wonder van haar bekering. Een wonder is dat. Ze stapt over die schaamte heen. Tussen die bergen van zegen en vloek. Ze kan naar de stad terug.

Het woord van toen is voor eeuwig. Dit verhaal staat hier vandaag. Hij wil ons ontvangen en welkom heten. Ik moet denken aan de Jacobsbron en de Doop. U bent trouw! Ik mag het levende water zien, daarmee gewassen zijn. Wilt U mij vasthouden?

Een paar bijzondere dingen nog. Hoe doet Jezus het? De Heere vindt je wel. De pastor. Op de kruispunten van je leven. De moeilijke dingen. Gelegen en ongelegen. Hij zoekt je op. Ook in de nacht. Het tijdstip doet er niet toe. Hij doet het eerlijk. Hij confronteert. Zachte heelmeesters, stinkende wonden. Nee, Jezus is eerlijk. Hij weet wat er is in je hart. U mag in die ruimte leven: Hij weet het al. Zo zingen we Psalm 139.

De Heere spreekt onder vier ogen. Heel duidelijk hier. Nicodemus ook. Die zat met zijn vragen. Hij zocht de Heere op, de Heere ontving hem. In de nacht. Dat kan ook bij ons. Persoonlijk. Of een terechtwijzing. Maar in vertrouwen. Hij is te vertrouwen. Stort je hart aan Hem uit. Die vrouw bloeit daarin open.

Hij confronteert haar maar niet zonder perspectief. Hij weet dat ze op zoek is. Gods Geest werkt dat. Perspectief voor een nieuw leven. Jezus biedt een vernieuwd leven. Leven van opstanding. Van volkomen uitkomst. Jezus wijst je niet alleen maar eerlijk de deur. Hij wijst op een open deur. Je moet binnenkomen!

Jezus’ trouw zien we ook. Niet alleen een boodschap en succes ermee. Moeilijke wereld daar in de stad. Dan aan het einde van de rit rekenen we af. Nee. Hij blijft. De Heere is niet iemand: Ik zie je wel weer terug. Door de Geest is en blijft Hij nabij. Voorbeeld: de Emmaüsgangers. Blijft U bij ons? En Hij bleef! Hij gebruikte de maaltijd. Hij blijft. Grootste wonder is: Ik moet gaan, anders kan de trooster niet komen, die blijft bij u. Hij vindt een weg om bij ons te blijven.

De afsluiting. Het liefste heb ik dat u proeft wat de discipelen proefden. Het werd hen wel duidelijk. Laat mij net voor sluitingstijd naar de supermarkt gaan? Stel je voor dat je achter de geraniums blijft zitten…. Stille mensen. De oproep is en blijft: laat u met God verzoenen. Vlucht niet weg. Niet terug het donker in. Maar kom tot inzicht. Hij biedt het je aan. Hij is trouw. Bekering uit mijn kracht? Hoezo? Uit mij? De mens kan alleen maar weglopen. Dit komt uit Hem. Hij blijft er bij. Laten we meedoen met de stadsbewoners. We mogen van Zijn beloften leven. De Heere kent u. Hij weet wat je nodig hebt. Leg je leven in Zijn hand. Hij is trouw.

Amen.

Hervormde Gemeente Reeuwijk, Ichthuskerk, zondag 11 juli 2021, 18:30 uur. Schriftlezing Johannes 4:1-30 en 39-42.