Ds. T.J. Kamerbeek (Nijkerk)

Hersteld Hervormde Gemeente Waarder/Driebruggen

1 july 2012, 18.30 uur, nabetr./dankz. H. Avondmaal

Psalm 68, 10

Apostolische Geloofsbelijdenis

Psalm 75, 1

Romeinen 8, 1-17

Psalm 119, 1 en 3

Tekst Romeinen 8, 14

Psalm 89, 1

Psalm 103, 2

Gemeente, in deze nabetrachtingsdienst, 14e vers van Romeinen overdenken. Zowel van belang voor die deelgenomen hebben, maar ook voor ons allemaal zoals we hier vanavond in deze ruimte zitten en staan. In ons tekstvers vinden we antwoord op vraag over hoe het gesteld is met geestelijk leven, of we wel echt kinderen van God zijn. Belangrijkste vraag, wat geestelijk leven betreft. Deze vraag zou ons, indien goed gesteld, meest van alle bezig moeten houden. Maar het is helaas zo bij kerkelijk meelevende mensen zo anders. Stuk voor stuk op de man af vragen, wat meest bezig houdt. Ben ik bang weinig zullen zijn die eerlijk zullen kunnen antwoorden, mij bezighoud is de vraag of het wel echt goed met mij gesteld is. O de meeste kerkelijk meelevend mensen druk met vragen, problemen en allerlei andere zaken. Heere Jezus, tegen Martha zei, tegen hen ook op z’n plaats, bekommerd u over vele dingen, een ding is nodig. En dat is. Kind van God weten mag, door geloof.

Ouderen, jongeren, mag ik eens vragen: mogen jullie persoonlijk al weten. Op deze vraag verschillende antwoorden. Eén: ik ben een kind van God, vervul trouw plichten, geef ieder het zijne, neem actief deel kerkelijk werk; ander: kind van God ben je zomaar niet. Misschien verstandig maar eens bekijken wanneer iemand kind van God is. Al te vaak wijzen we verkeerde aan. Aanzien wat voor oog is, gedrag, rijke jongeling, Farizeeër uit gelijkenis. Woord van God niet hadden, dat niet wisten, deze rijke jongeling naar onze menselijke maatstaf, dan toch niet anders gedacht, jongeman te doen, wel wat anders lag, of die een ander leven mocht kennen, zoals oudere mensen plegen te zeggen. Bedoeld men dan? Dat zo iemand bekeerd is. Maar, we weten, wat de Bijbel, Gods Woord van hem zegt. Gelijkenis Farizeeër, zoveel bijbelkennis, zo mooi bidden kon, veel aan de kerk gaf, in die tijd niet precies hetzelfde gedacht? Beide geen echte kinderen van God. En wie wij naar menselijke maatstaven niet gerekend zouden hebben, komt Gods Woord aan te wijzen. Nietwaar? David en Petrus, om maar enkel voorbeeld te noemen, wie zou ze voor kind van God gehouden hebben? David, de dappere vriend, Uria de dood in joeg, met wiens vrouw overspel pleegde, Petrus vloeken en zweren, zouden wij niet voor rechte kinderen van God gehouden hebben. Dat waren echte kinderen van God. Waarom? Kenmerk van onze tekstwoorden bezaten.

Door Geest van God geleid, hoofdstuk 7, persoonlijk beleefd hebben. Die niet zelf in de eerste bank van Gods Koninkrijk zijn gaan zitten, maar geleid door Geest bij Jezus Christus terecht kwamen. Wonder werkelijkheid werd: om Christus wil rechtvaardigt. Hier behoorde Paulus ook toe. Blijkt uit onze tekst. In deze brief, doorleest, lofzang op Gods soevereine genade te doen hebben. Apostel Paulus uit doet roepen, mens van nature, andere kant van de Middelaar Gods en der mensen, Jezus Christus, zegt. Bekend is, Romeinen staat, weet wat Paulus van de mens zegt. Getuigenis van de mens geeft, van nature is, sowieso ergert. Beginneling leven genade, moeilijk heeft. Weet ook: de Heere getuigt, aan de andere kant, van de Middelaar Gods. Hij het was die de verlossing en vrijspraak aanbracht.

Gezegende vrucht hiervan is, zij door het geloof mogen weten, geen verdoemenis meer is. Niet uit het vlees, maar uit de Geest. Niet naar het vlees wandelen, maar naar de Geest. Onderscheid tussen wandelen naar vlees en geest. Vlees wordt onze vleselijke gezindheid bedoeld, zo uitkomt in vleselijke begeerten. In 5e hoofdstuk brief, Galaten, vinden we over werken van het vlees gesproken. Overspel, hoererij, ontuchtigheid, afgoderij, twisten, afgunstigheid, gekijk, ketterijen, moord, dronkenschappen, dergelijke, van te voren zeg, gezegd heb: die zulken dingen doen Koninkrijken doen, Koninkrijk niet beërven zullen. De eeuwige dood, voor eeuwig van God gescheiden zijn, naar het vlees wandelen. Geest wordt de Heilige Geest bedoeld. Wat bedoeld? Wanneer wandelt een mens naar de Geest? Dat doet iedereen toch niet? Alleen die, die door de Geest geleid worden. Zo bij de tekstwoorden aangekomen.

Wat wil dat zeggen, door de Geest geleid worden? De innerlijke geestelijke leiding, niet zoals uitwendige leiding, die iedereen geldt, maar bijzonder kenmerk van Gods kinderen. Gods kinderen zijn zij die door Geest overwonnen zijn. Geleid, beheerst, geregeerd worden. Ja gemeente, de mens moet leren, eerst overwonnen worden. Wij willen van nature niet geleid worden. Wil zelf regeren, zelf de leiding hebben, godsdienstig of niet. Zien we in onze dagen zo duidelijk. Alsof geen God in de hemel is, zelf alles in zijn macht heeft. Hoezeer wordt er niet in uitbrekende zonden geleefd. Leiding van de Geest ontvangt, te beginnen, door Woord van God, grote fundamentele verandering van de wedergeboorte werkt. Vanuit duisternis, in licht van ’s Heren koninkrijk. Gaat overwinnen, als Hij hem tot de verlossing die in Christus Jezus is, gaat leiden, dan grijpt de Geest van God de zondaar, brengt hem in aanraking met de wet van God. Laat inzien, wet niet volbrengen kan. Hoe ijverig ook wil aanhoren, vlijtig ook in het houden, Heilige Geest doet inzien dat hij de wet niet houden kan en schuld nog dagelijks groter maakt. Echte betekenis wet, door Geest geleerd, werkt vrees, verslagenheid. Toch is niet het werk van de verlossing van de zonden en de wet, werk van de Heilig Geest, kanttekenaren wijzen op werk van de Heilige Geest omdat Hij de wet geeft, onder de wet brengt en vrees voor Gods heiligheid werkt. Geest van de wetgeving, vrees, volk Israël vervuld, tot Mozes, Middelaar van het Oude Verbond, spreek gij met ons en wij zullen horen, God met ons niet spreken, opdat wij niet sterven. Nieuwe verbond, in grote vrezen, schare drieduizend, verslagen waren, uitgeroepen: wat doen, mannenbroeders?

Gemeente, hoe is het? Hebben we al kennis aan de vreze van de Heere? Aan de schuld en zonde ontdekt? Verlorenheid leren inzien? Aan voeten Heere Jezus gebracht? Uit Zijn mond mogen horen, mijn zoon/dochter, uw zonden zijn vergeven? Ja, verlorenheid leren inzien, vragen of er een middel is, om welverdiende straf te ontgaan, Jezus gekomen om zondaren zalig te maken, hemel verlaten heeft om hel toe te sluiten voor degenen die door de Geest tot Hem gebracht worden. Geen grotere vreugde van Geest, zondaar aan de voeten van Jezus gebracht. Mijn zoon/dochter, uw zonden zijn u vergeven. Door geest geleid, zonde kennen en erkennen. Maar ook belijden.

Paar voorbeelden. Petrus, Paulus. Oprecht belijdenis doet, is er vergeving. Die wordt door Geest van God geleid. Is kind van God. Niet genoeg herhaald: kind van God kunnen zijn als we door Geest van God geleid. Zijn er zovelen die zich kind van God noemen, maar die het niet onder de leiding van de Heilige Geest geworden zijn. Maar onder leiding voorganger, of op grond brave leven zelf aangepraat, meester of juf op school, elke keer als de school uitgaat, kinderen blij, eerst goed rechts en links kijken, waarschuwt of ze wel over kunnen steken, kind van God betreft, telkens weer vermaning nodig. Kindschap van God, door Geest van God geleid worden.

Avondmaalgangers onder ons, u van deze zaken weet (veronderstellen). Vanuit gaan, grote verandering heeft voltrokken. Als inderdaad zo zijn mag, dan viering van Heilig Avondmaal een geweldige prediking in tegenspraak. En wel deze prediking: geen verdoemenis voor hen die naar de Geest wandelen. Vrucht lichaam/bloed: onszelf buiten Christus beschouwen, dan vele stemmen die ons veroordelen. Benauwdheid verdrijven, roemtaal op de lippen te leggen, zo is er geen verdoemenis meer. Naar geest wandelen. Openlijke rechtvaardigverklaring. Die ons rechte gestalte mogen vieren. Weet u wat nou zo groot is? Dat de Heere het hierbij niet laat. Wetend wie de rechtgelovige van zichzelf zijn. Komt door Geest verder te leiden, opdat niet naar het vlees, maar naar de geest mogen leven. Want met de innerlijke verdeling van het hart, gelovige eindbestemming nog niet bereikt, nog lange weg voor hem voor eindbestemming bereikt.

Die eindbestemming is, eenmaal volmaakt heilig, zonder smet en rimpel, voor God verschijnen zal. Daarom leiding zo nodig. Gods kinderen, die God in leerschool opneemt, naar eindbestemming leiden. Dat hebben oprecht gelovigen zo nodig. Geest in leerschool neemt en onder Zijn leiding verder vormt. Wat is het een grote genade als we de Heere lief mogen krijgen, als we een kind van God mogen worden. Begin nog slechts, ongevormd stuk, Geest van God vormt. U in uw kind een bepaald talent ontdekt, kunst of roeping tot predikant, roeping vanaf begin aanwezig, u ziet in uw verbeelding uw kind al als meester in de schilderkunst of als prediker. De eerste beginselen zijn een waarborg dat het werkelijkheid zal worden. Ontwikkelt dit zich vanzelf? Nee, natuurlijk niet, zult u zeggen. Leiding nodig, kiest beste leermeesters uit. Uithalen wat er al in zit. Zij moeten het vorm, opvoeden, in juiste richting rijmen. Wanneer openstelt voor leermeesters, hoe dichter bij doel. Zo ook op geestelijk gebied. Wanneer kind van God geworden is, eindbestemming nog lang niet bereikt. Nog lange weg voor hem/haar uit. Ja gemeente, die Geest heeft nog zoveel werk met Gods kinderen. Valt nog zoveel te beitelen en te bikkelen. Voortdurend beitel erin zetten, alles wat zondig is. Onder werk van de Geest, krijgt beeld meer en meer gestalte. Geest van God ware gelovige aan zich zelf zou overlaten, dan bestemming nooit bereiken. Zondige vlees te strijden hebben. Vlees ongetwijfeld weer de overhand zou hebben. Een rijke troost gemeente in de tekstwoorden als we ons echt een kind van God weten.

Aan onze kant wisselvallige zaak, aan Gods kant ligt het vast. Beloften van God, bergen wijken, heuvelen wankelen, verbond zal niet wankelen. Ons bidden, ons leven, onze bevindingen, onze handel en wandel af moest hangen, dan nooit zaligheid beërven. Maar Gode zij dank, zie de Heere zelf, vasthoudt, niet laat varen, laat degenen die door Geest geleid worden niet los. Gewerkt in eeuwige verkiezing van God. Alle door Geest van God, voor Sion verschijnen.

U onder ons, aan het Avondmaal geweest vanmorgen, hoe is het? Hoe was het? Toen de viering van het Heilig Avondmaal deel hebt genomen. Voldoende beseft, voor wie het was? Dat het namelijk alleen was voor hen die niet vreemd zijn aan de leiding van de Geest? Of deelgenomen op grond van onze deugdzaamheid, uitwendige godsdienstigheid? Roemen in genade, zonder ellende leren kennen, gebrek aan kennis van zonde, geef dat algehele gebrek van Christus aan. Zo deelgenomen, vieren van Heilig Avondmaal geen zegen ontvangen hebben. Zo aanzitten, niet genieten van Christus Borgwerk. Die uit gewoonte of sleur, of stand godsdienstig gevierd heeft. In al deze gevallen, uitwendige tekenen gekomen. Dan is viering niet tot voordeel maar tot een oordeel. Vreselijke zaak. Zonder deel aan betekende zaak te hebben, dringend toe roepen: een oordeel aanbrengt, bid de Heere vurig of Hij met Zijn Geest in je werken mag. Je gerechtigheid en deugden zijn niets. Als rechteloze hand mag leren uitsteken naar Borgtochtelijk werk van Christus.

U onder ons, wel iets van leiding kennen mag, maar die vanmorgen ternauwernood in staat was op te gaan, zo moeilijk gehad heeft, geen vrijmoedigheid had aan te gaan, niet aan geweest bent, na de dienst weer met smart teruggekeerd bent. Reden van? Niet aangegaan? Niet in de rechte geloofsgestalte? Twijfelt u of u Gods kind was? Dat zou goed kunnen. Kinderlijk geloofsvertrouwen zo vaak door kwade, dat nog in ons hart woont, door wereld bestreden, zodat we op afstand van Christus komen te staan. Boze na struikelingen influistert: veel te slecht om kind van God zijn. Woorden maar tekst op u in laten werken. Bemerkt, Geest u aan uw zonden ontdekt, verbroken hart in stof doet neerbuigen, u uitdrijft naar Christus, weet dan, bewijzen in uw hand draagt, ondanks struikelingen Gods kind bent. Gelooft God meer dan de wereld en de boze, beschuldigende taal van uw eigen hart. Woord zegt u, want zo velen geleid door Geest, die zijn kinderen van God.

U die niet in de kerk was, of wel was, maar niet deelnam. Hoe kwam het, dat u niet in de kerk was? Hoe kwam het, niet deelgenomen? Weet u helemaal niets van de leiding van de Geest? Wat daarvan de oorzaak? U denkt toch niet dat het ook wel goed zal komen? In eigen kracht wat bereiken? Deze gedachte leeft niet alleen bij bepaalde godsdienstige stromingen of buitenkerkelijken, maar ook bij trouwe meelevende kerkelijken. Trouw plichten naleeft, dan wel goedkomen. Zo is het niet. Zonder de Geest komt het niet goed. Gelijk aan een stuurloos schip. Her en derwaarts gedreven wordt, nooit in behouden haven aankomen zal. Leiding Heilige Geest gemist, daar hart dat verkeerd, wil verdorven is, gevolgd. Vrucht kan alleen maar ellende zijn. O dat de Heere u toch nog van uw heilzame weg die naar het verderf leidt halen mag. Eerste werken van Geest ontdekkend en ontblotend, niet aangenaam, niet het enige wat de Geest doet. Ook te troosten. Door Hem gaat de Heere Jezus Christus, geloof in hart werken. En dan? Leid de Heere dan? Dat heeft u vanavond kunnen horen. Leiding van de Heilige Geest, leiding nog nodig heeft. Onderwezen, vermaand, bestraft, vertroost, bemoedigd te worden. O we kunnen u de leiding niet genoeg aanprijzen. Zo’n liefdevolle leidsman. De trouw van mensen is meestal maar kort. Maar van Geest geldt, net als Zijn zender: getrouw blijft. Aandacht op tekst, bedenken mogen, grote doel Evangelie is, in dit onvergetelijk offer deelachtig te worden om kinderen van God te worden en dat we als we echt een kind van God mogen zijn, in maatschappelijk leven niet mogen schamen. Dat is niet eenvoudig. De Heere maar om vrijmoedigheid bidden. Om te kunnen en te mogen getuigen. In onze getuigenis rijkdom doorklinken.

Vindt ’s zondags in Christus mijn vrede

’s maandags naar m’n werk

(..)

’s woensdags soms zwak…

hoort mijn stem

ook ’s zaterdags ben ik weggeborgen

Dagelijks blijven in Hem

Weg tot bevrijding

(..)

Eenvoudig blijven in Hem

Met Christus rustig door ’t leven

en als straks de kracht gaat begeven

brengt Hij me ook veilig naar Huis.

[dit gedicht is niet compleet, ds. K. las het in z’n geheel voor]

Amen.