Op de Grote Verzoendag moesten er door het volk twee geitenbokken gebracht worden waarover geloot wordt. De ene bok behoorde aan de Heere toe en de andere bok is de weggaande bok. De hogepriester ging vervolgens het heilige der heiligen binnen terwijl het volk naar buiten moest. Het bloed van de bok van de Heere werd gesprengd over het verzoendeksel. Het is het beeld, de voorafschaduwing van de Goede Vrijdag toen de Heere Jezus Christus Zijn leven gaf tot een volkomen verzoening. Het laat de reikwijdte van het offer van Christus zien: God heeft in Christus de wereld met Zichzelf verzoend.

Leviticus 16 vers 7-9, 15-17: ‘[7] Hij zal ook beide bokken nemen, en hij zal die stellen voor het aangezicht des HEEREN, aan de deur van de tent der samenkomst. [8] En Aäron zal de loten over die twee bokken werpen: een lot voor den HEERE, en een lot voor den weggaanden bok. [9] Dan zal Aäron den bok, op denwelken het lot voor den HEERE zal gekomen zijn, toebrengen, en zal hem ten zondoffer maken. […] [15] Daarna zal hij den bok des zondoffers, die voor het volk zal zijn, slachten, en zal zijn bloed tot binnen in den voorhang dragen, en zal met zijn bloed doen, gelijk als hij met het bloed van den var gedaan heeft, en zal dat sprengen op het verzoendeksel, en voor het verzoendeksel. [16] Zo zal hij voor het heilige, vanwege de onreinigheden der kinderen Israëls, en vanwege hun overtredingen, naar al hun zonden, verzoening doen; en alzo zal hij doen aan de tent der samenkomst, welke met hen woont in het midden hunner onreinigheden. [17] En geen mens zal in de tent der samenkomst zijn, als hij zal ingaan, om in het heilige verzoening te doen, totdat hij zal uitkomen; alzo zal hij verzoening doen, voor zichzelven, en voor zijn huis, en voor de gehele gemeente van Israël’.

De reikwijdte van het offer van Christus
1. De loting;
2. De bok;
3. Het volk.

1. De loting

Gemeente, ik weet niet hoe het u vergaan is bij het lezen van dit gedeelte, Leviticus 16. Het is een beschrijving van de Grote Verzoendag. Een beeld van de goede vrijdag. De liturgie zat nogal ingewikkeld in elkaar. In het Jodendom wordt gedacht dat de priester zeven dagen nodig had om alles voor te bereiden. Zodat alles verlopen zou zoals de Heere geboden had. Het kwam het erop aan dat het nauwkeurig gebeurde. Nadab, Abihu werden omgebracht omdat zij vreemd vuur brachten voor het aangezicht van de Heere. Zij hadden zich niet aan de regels gehouden. En de Heere is een heilig en rechtvaardig God en moet de zonden straffen.

En daarom kwam het erop aan, en aangezien het maar een keer per jaar gebeurde die Grote Verzoendag, was er nogal wat oefening. wat voorbereiding nodig zodat de hogepriester het heilige heiligen binnen kon gaan en niet zou sterven. En dan was er ook nog verschil of de hogepriester van dat jaar uit de linker- of uit de rechterflank kwam. Of het een Farizeeër of een Sadduceeër was, daar zaten nog wat verschillen tussen. Daarom, voorbereiding was nodig zodat alles goed verliep. Waar het om ging was verzoening. Misschien voor u ook wel de grote vraag: hoe wordt God verzoend met zondaren?

Twee aspecten aan die verzoening. Het eerste dat Gods heerlijkheid gekrenkt is en daar herstel aan moet worden gedaan. Catechismus: gerechtigheid aan Gods recht geschieden. Er is nog een ander aspect en dat is dat de schuld van de mens moet worden weggenomen worden. Dat is aan de kant van de mens. Maar het is niet zoals bij ons mensen dat we zeggen: zand erover, we kijken vooruit. Zo gaat dat bij de Heere niet.

Majesteit en eer van God gekrenkt. Aan Zijn rechtvaardigheid recht geschieden. Daarom twee bokken. Aaron krijgt de opdracht dat het volk twee geitenbokken brengen. De hogepriester, in dit geval Aaron, moest gaan loten. Die loting geschiedde met een kruik en daarin twee stenen. Op de ene stond de naam Jahweh, en op de andere Azazel, de weggaande. Aaron deed zijn hand in de kruik en pakte een steen en legde die op de bokken. En de priesters keken dan welke naam op welke bok gelegd was.

De Heere gaat Zich een bok kiezen. Een bok is die voor de Heere is. Zo heeft God verzoening gezocht en gevonden in Zijn eigen Zoon. Hij heeft Zijn Zoon aangewezen en het is Zijn Zoon die Zich gewillig gegeven heeft. Ik zal komen o Vader om Uw welbehagen te doen. Want gemeente, Gods heerlijkheid is gekrenkt. Zijn gezag als de hoogste Koning, de Schepper van hemel en aarde, Zijn eer is gekrenkt. Wij hebben gezegd wij hebben geen lust in Uw wet en geboden. Zijn geboden niet gehouden. Zijn Naam is gelasterd, is door het stof heen gehaald. Zijn stem is niet gehoorzaam geweest.

En daarom gemeente, het zou rechtvaardig, als Hij u, jullie en mij voorbij zou gaan. Het zou eerlijk zijn als Hij niet naar u zocht. Zijn Woord ons onthield. Als Hij niet meer naar ons omkeek. Dat is pijnlijk, maar dat is wel eerlijk. Maar de Heere wil Zijn liefde kwijt, aan u. Zijn genade kwijt. Het liefste wat Hij had, Zijn Zoon, heeft Hij gegeven opdat u in die liefde zou delen. Daarom gemeente, een weg geopend die gaan mens kan bedenken. Van boven naar beneden. Zodat Hij weer volledig tevreden is. Onbegrijpelijk, wie kan dat uitdenken? Zodat Zijn eer weer hersteld wordt, Zijn eerlijke deugden weer gezien wordt.

Zo stelt Hij dat voor in deze twee bokken. Willen wij het lijden van Christus recht begrijpen, dan moeten wij op deze twee bokken zien. Ik hoop vanmorgen bij de eerste bok stil te staan en vanmiddag bij de andere. Daarom kan het voor iedereen. Het verzoenende werk van Christus zo rijk. De zaligmakende genade van God is verschenen aan alle mensen.

2. De bok

God heeft verzoening gezocht heeft. Job 33. In een weg van recht en gerechtigheid. Zodat God weer verzoend kan zijn met een zondaar. Hij heeft het gevonden in Zijn Zoon. Daarom zo voorgesteld in de ceremoniën. Het volk werd heen gewezen naar het offer dat eenmaal werd gebracht op Golgotha. De bok is het zondoffer. Dat moest eerst gebracht worden voordat andere offers gebracht konden worden. Aaron moest eerst verzoening aanbrengen voor zijn eigen huis, een var. Maar dat stond los voor het offer voor het volk, daarvoor waren die twee geitenbokken nodig.

Daarmee, met dat bloed van dat zondoffer, moest hij het heilige der heiligen binnengaan. Een keer sprengen op het verzoendeksel, en zeven keer voor het verzoendeksel. Zo was God tevreden met het zoenoffer. Zo heeft Christus geleden. Dat bloed moest gesprengd worden. Zo heeft Hij Zijn bloed vergoten, lichaam verbroken tot een volkomen verzoening. Hij is naar deze aarde gekomen en heeft Zijn lichaam vernietigd. Dat is aangrijpend. Daarin lag de weg van de verzoening. Opdat aan Gods gerechtigheid genoeg gedaan moest worden.

Omdat het geklonken heeft: ten dage als u daarvan eet, zult u de dood sterven. Beseft u dat dat voor u geldt? Ten dage als je zondigt moet je de dood sterven. Die eer, dat recht is volkomen bevredigd. Door die bok die van de Heere is. Er is volkomen aan Zijn recht voldaan. Omdat dat gebeurd is, dat grote werk op Golgotha gebeurd is, ik zal maar praktisch zijn, daarom hebt u nog te eten, nog leven, nog een dak boven uw hoofd. Daarom heeft u nog zoveel om van te genieten. Omdat Hij de dood is ingegaan. Omdat de eer van God is hersteld.

Ik moet het wel zuiver houden. Het gaat over dat God verzoend is met Zichzelf. Dat ook de mens met God verzoend wordt is die tweede bok, die weggaande bok. Maar nu gaat het offer dat God verzoend heeft. Ik noemde aan de tekst de zaligmakende kennis van God is verschenen aan alle mensen. Niet allerlei mensen, maar alle om het op een rijtje te krijgen. Nee, gemeente. Dit ziet op de reikwijdte van het offer van Christus. Niemand wordt uitgesloten dan die zichzelf uitsluit.

Daarom laat Hij u bekendmaken. Dat kan voor u een worsteling zijn: is Hij ook voor mij de dood ingegaan? Ziet u het? Dan blijft er alleen maar verwondering over. Over dat offer dat zo onuitsprekelijk rijk en groot is. Dat de Heere instaat voor Zijn eigen eer. Ik zal maar eerlijk zijn: dat kan nog weleens wat wrevel geven. Het gaat toch om mij, om mijn zaligheid? Gemeente, hier wordt het voorop gesteld. God is met Zichzelf verzoend en dat in Christus. Daarom is dat offer zo oneindig groot, daarom heeft Zijn lijden die oneindige betekenis. Het is alles afgebeeld in de bok van de Heere.

3. Het volk

Het eerste wat Mozes tegen Aaron moet zeggen dat de hogepriester niet altijd in het heilige der heiligen mag binnengaan, maar een keer. De hogepriester mag maar een keer per jaar, op de Grote Verzoendag, naar binnengaan in het heilige der heiligen. Het volk moet naar buiten, mag niet in de tempel zijn. Naar buiten totdat het werk voldaan is. Als de hogepriester naar buiten komt, dan mag het volk weer naderen. Dat moet toch een spannend moment geweest zijn. Op dat moment wordt er verzoening worden gedaan. Op dat moment moet het vlak komen te liggen tussen God en de zondaar. Op dat moment moet het gebeuren. Anders een jaar wachten.

Zal de hogepriester naar buiten komen? En mij zegenen? Zal ik er de kracht van ondervinden? Liggen mijn zonden dan ook daar op die bok? Zijn het al mijn zonden, ook die zonden die ik koester. Die ik vasthoud, de zonden die ik moeilijk vind te belijden voor de Heere. Zijn het dan ook mijn verborgen zonden? Dan was het alles een schaduw, de ceremoniële dienst wees heen naar het grote offer dat Christus zou gaan brengen. Maar wat leven wij in een gezegende tijd. We zeggen nog weleens wij leven in een donkere tijd. Maar we leven in meer licht dan ooit tevoren. Wij staan achter. Waren het toen schaduwen, wij hebben het volle zicht.

Maar om ook het volle licht te hebben, geeft de Heere de schaduwen. Hij past ons aan aan ons voorstellingsvermogen. Hij geeft het Oude Testament opdat wij het Offer meer en meer gaan verstaan. De reikwijdte ervan gaan zien. Daarom moet Aaron is het bok slachten en ermee het heilige der heiligen ingaan. Het gaat alles om de eer van God en dat Hij verheerlijkt wordt. Hebt u het zo al eens gezien?

Het kan grote vragen geven. Moeten wij de eer van God boven onze zaligheid stellen? Hele discussies over geweest. Er zijn mensen die zeggen: gooi mij maar in de hel. Nee, gemeente, het is on-Bijbels. Gods eer en het verkrijgen van de zaligheid zijn aan elkaar verbonden, zijn niet los te verkrijgen. Als een arme zondaar de toevlucht neemt tot de Heere, dan wordt de Heere geëerd. Dan wordt de Heere al geerd als wij Hem aanroepen. Niet buiten Hem kunnen leven.

Dan is het onbegrijpelijk als de Heere Jezus uitging om van Johannes de Doper gedoopt te worden. Doop der bekering. Belijdenis van schuld en straf. Dat daar de Heere Jezus gekomen is en Hij tot zonden gemaakt is. Hij heeft geen zonden gedaan maar tot zonden gemaakt. Zoals Paulus in 2 Korinthe 5 belijdt. Als Hij Zich laat dopen, dan gaat de hemel open en klinkt het: dit is Mijn geliefde Zoon die Ik verkoren heb en Welke Ik Mijn welbehagen heb. Zo klinkt het ook op de berg der verheerlijking. Zo klinkt het in het stille graf als de Vader de Zoon opricht uit de dood. Zo klinkt het bij de hemelvaart en Hij opgenomen wordt in de heerlijkheid en een plaats krijgt aan de rechterhand van de Vader.

Hierin vind Ik een volkomen verzoening. God is in Christus verzoend met heel de wereld. Oei, dat is lastig. Hoezo is het lastig? Of behoort u niet tot de wereld, wilt u niet tot de wereld gerekend worden? Hier ligt de ruimte. De deur is wijd opengezet. De hemelpoort staat wijd open. O het is lastig, die loting. De Heere gaat Zichzelf een bok aanwijzen. En iedereen moet naar buiten als de hogepriester naar binnen gaat. Ik moet er helemaal tussenuit. Mijn ernst, mijn werken, mijn deugden tellen niet meer mee. Het is de bok van Zijn welbehagen.

In het lijden en sterven van de Heere Jezus Christus wordt ons alles uit handen genomen. Het volk moet naar buiten. Ho, ho, u hoeft niet meer naar buiten. U mag blijven zitten. Omdat de offers in het Oude Testament alleen maar een heen wijzing waren. Het volkomen Offer is gebracht. Daarom wordt u gebracht onder de bediening der verzoening. Is het niet een groot wonder, dit is de bok in Welke Ik Mijn welbehagen vind.

Zo is er een verse en levende weg. Nog even vers als tweeduizend jaar geleden. Volkomen welbehagen in die ene Bok. Zo wijd, het strekt zich uit over de hele wereld. De discipelen krijgen na de opstanding van de Heere Jezus Christus de opdracht om Hem te verkondigen en de volken te dopen in de Naam van de Vader, de Zoon en de Heilige Geest. God volkomen verzoend. Ja dat zie ik maar nu ook de verzoening voor mij. Dat is de tweede bok, de bok Azazel. Dat komt vanmiddag. Maar nu Deze: volkomen verzoend.

Dan brengt de Heere het dichtbij, we zien het als het ware voor ogen. Het offer is gebracht. Zeven weken lijdenstijd, de zevende lijdenszondag. Wat is de betekenis van het lijden en sterven van de Heere Jezus Christus voor u? Als wij toeleven naar de goede vrijdag, de betaaldag van Gods kerk. Wat betekent Zijn lijden en sterven voor u? Ziet u het: Hij is volkomen verzoend. Er is aan Zijn gerechtigheid genoeg gedaan. Daarom kan het voor iedereen, daar waar genade valt, daar valt ze vrij. Ik hoef niet iets te zijn, te hebben, maar te zien op de Bok die van de Heere is. Amen.

 

Zondag 28 maart 2021 – Hersteld Hervormde Gemeente Putten – ds. R. van de Kamp – Schriftlezing Leviticus 16 vers 1-19