Hoe zit het met ons werken?
De onderwijzer van de Heidelbergse Catechismus werkt in zondag 24 uit hoe het zit met onze werken. De rechtvaardiging is door het geloof uit genade. Bedelaars voor God smekend om genade. Dan volgen goede werken uit dankbaarheid die God geeft.
Hoe zit het met ons werken?
1. Geen enkele waarde;
2. Toch beloning;
3. En onmisbaar.
1. Geen enkele waarde
Gemeente, zondag 23 wat baat het dat ik dit alles geloof, rechtvaardig voor God. Niet anders het geloof dan zondag 7. Wat een waar geloof is. Gevaar is uit elkaar trekken. Nieg groot, sterk geloof maar een waar geloof. Zonden vergeven zijn, rechtvaardig voor God. In de tijd onderscheid tussen wezen en welwezen van het geloof. Sommigen maken het zo bont dat ze daar onderscheid in maken. Alles leren in geestelijk leven. Baten van het geloof, nog nooit zo verstaan. Komt dat de Heere het werkt.
Rechtvaardig voor God alleen door het geloof. Niet meer, niet minder. Niet door de werken. Als het gaat over hoe wij rechtvaardig zijn voor God. Is het er een stukje van? Zondag 24 uiterst duidelijk en scherp. Wat is ons vlees nog machtig. Luther: vlees een sterke ezel. Sterk van karakter. Verzet zich steeds. Wat zou het christenleven makkelijk zijn als het vlees er niet was. Maar dan ook geen uitzien. Naar hijgt. Steeds weer verzondigd wordt. Daarom een verlangen naar het eeuwige leven, God zal zijn alles en in allen.
Groot gevaar dat we de oude mens en de nieuwe mens teveel uit elkaar halen. Oude en nieuwe mens met elkaar vervlochten, dwars door elkaar lopen.
Kohlbrugge: het zijn twee werkelijkheden die in ons strijd voeren. Daarom nog niet zo eenvoudig als het gaat om onze goede werken. U zou nog zo graag iets toe willen brengen. Van de goede kant laten zien. Maar helaas hebben we die niet. Het zou het alles verstoren, te niet doen. Het ware geloof dat Christus doet omhelzen. Juist door het geloof wordt Zijn betaling mijn betaling. Alleen in Hem te vinden. Steeds uitgedreven tot Hem. Daarin wordt Hij geloofd en geprezen. Op die school raakt u nooit uitgeleerd. We denken een klas hoger te komen maar misschien wel zeggen steeds een klas lager.
U doet zo graag wat God behaagd. Om de Heere te bewegen. Dat God zich tot U went. Zondag 24 zegt dat u het niet kan. U kunt niets. Liefde moet toch worden beantwoord. Jazeker. Maar niet uw werk maar Zijn werk. Steeds weer erachter te komen dat wij niet kunnen voldoen. Ons leven is een chaos. Een woord, een gedachte die naar God niet is. Al onze gerechtigheden een wegwerpelijk kleed. Niet: ongerechtigheden maar gerechtigheden. Ik weet niet of u het herkent in uw leven. Toch maar weer proberen u op te knappen. Ernstiger, meer inzetten voor het Koninkrijk.
Paulus zegt sterven aan de wet door de wet. De wet waar we nooit aan kunnen voldoen. Sterven aan de wet om steeds weer te sterven aan de wet. Rietje. Best nog wel sterk. Buigen kan. Te ver buigen, dan knakt die. Gaat al snel verkeerd op die knak. Zo ook het geestelijk leven. Steeds meer te zien. Steeds meer erachter hoe verdorven onze werken zijn. Onze beste werken met zonden bevlekt. U was er misschien nog wel trots op dat u de hitte getrotseerd had. Met zonden bevlekt. Bidden, zingen met zonden bevlekt. Word je triest van zo’n preek. Zou ik willen. Onze werken, ze zijn waardeloos. Wat heerlijk als u het gaat zien. Dan hoeft er niets meer. Dan mag u zondaar zijn, bedelaar zijn. Leven uit genade. Dit is de kern van de Gereformeerde leer. De Bijbelse leer. Alleen het geloof dat ons rechtvaardigt voor de Heere.
2. Toch beloning
Goede werken belonen? God in het gericht treden en onze daden gadeslaan, wie zal er dan bestaan? Psalm 130. Man die het waarschijnlijk er niet zo goed afgebracht heeft. Hij moet omkomen. Treed niet in het gericht. Nee daar is vergeving. Ik ellendig mens. Ervaring van iedere gelovige. Wie zal mij verlossen uit het lichaam dezes doods. Gods wet volkomen en geestelijk is. Niet alleen over onze daden maar ook over onze gedachten, verlangens. Een hemelhoge eis. Een hoge norm. Zeggen het zo makkelijk. Peilen we daarvan de diepte? Hij kan ons rechtvaardig voorbijgaan. Dat toe te stemmen. Dat de Heere u laat in val en verderf waar u door eigen schuld ingebracht hebt. Daarom oppassen met wat wij zeggen. Of de Heere ons wil leren. Alles wil uitsluiten wat van u is. Alle verdiensten. Nergens iets bij te moffelen, smokkelen.
Waar komt de vraag over beloning vandaan? Niet uit verdienste maar uit genade. Ook in de Bijbel wordt gesproken over belonen. Mattheüs 10 vers 41,Lukas 6 vers 23, Want ziet uw loon is groot in de hemel. Deze beloning ontvangt u niet uit verdienste, met uw ernst, uit uw godsdienst, maar uit genade. Om niet. Genade. Niet iets in u ligt. Juist omdat het genade alleen is, is het zo moeilijk voor mijn vlees. Zo graag iets doen.
In de kerkgeschiedenis ging het bij dwalingen om het karakter van de genade. Zo veel te leren. Licht van boven. Genade en licht. Niet om te zeggen: wij hebben goed. Moeten geleerd worden. Waarom wordt er dan zo’n strijd gevoerd tegen genade? Dan doet u niet meer mee. Niets in ons. Niets van ons meetelt. Hoog springen, laag springen, niet springen. Enkel genade. Leven als een bedelaar. Oe, dat is zo moeilijk. Ik wil het zo graag mijn leven onder controle hebben. Zegje doen. Maar alles van Hem te verwachten. Een les, een levenslange les. Zolang u vlees bent. Om te leven uit de volheid en rijkdom van Christus. Daar gebracht worden maar wilt u dat ook. Kruisiging van uw vlees. Streep door eigen gedachten en wil. Om nu volkomen gesterkt te worden door Zijn genade. Niet uit onze werken maar uit genade. Toch beloning.
3. En onmisbaar
Zou misschien gaan denken dat werken niet belangrijk zijn. Maakt dit zorgeloos? Absoluut niet. Als u de zaligheid zou kunnen verdienen, dan zou u er alles aan doen. Denk maar Luther. Trappen van de Sint Pieterskerk met blote knieën beklimmen. Dan zou u alles op alles zetten.
Als het er dan toch niet toe doet, dan kan ik net zo goed voor het vaderland heenleven. De onderwijzer is als het ware heilig verontwaardigd. Nee zij! Werken an sich zijn niet uitgesloten. Het kan niet anders. Als we het ware geloof ontvangen hebben, dan brengen we werken der dankbaarheid voort. Tien geboden berijmd: gun door het geloof uit Christus krachten om die te doen uit dankbaarheid.
Wij gaan heilig leven als we dicht aan de voeten van Christus leven. In alles wat we denken en doen dicht bij Hem leven.
Best doen, dan komen we er wel. Oude dwaling. Dan zal God wel omzien naar je. Paard achter de wagen. Toch verdiensten. Dan gaat de heiliging voor de rechtvaardiging. Het werken zit er zo in. De wet ons ingeschapen. Zo geschapen naar Gods beeld. Het Evangelie niet. Werkt God door Zijn Geest. Werken van dankbaarheid zoudt voortbrengen. Dan gaat u zeggen. Alles wat ik gedaan heb. Wij zijn slechts onnutte dienstknechten. Onbegrijpelijk. Ook dat is genade.
Dan gaat het over de vraag of u de werken der dankbaarheid doet, laat zien. Jakobus. Toon mij uw geloof uit uw werken. Het kan niet zijn dat er ergenissen komen, maar wee u als de ergenis door u komt. Daar zo’n werk der dankbaarheid. Dat u niet iemand anders een ergenis bent. Calvijn: onderscheid tussen ergenis Farizeeërs en de kleinen. Wat erg als u een ander een belemmering vormt.
Hoe komt het dat ik zo weinig vergevingsgezindheid tegenkom in de gemeente. Zevenmaal des daags tot u wederkomt, zo zult u hem vergeven. Vergeven en daarna gelijk weer mis. Dan nog vergeven. Discipelen: vermeerder ons het geloof. Meer en meer uit Christus te leven. Als wij belijden een oprecht kind van Christus te zijn, hoe kan het dan dat u zo slordig bent in uw kerkgang.
Het heeft dominee Zweistra diep geraakt dat de helft van u niet aanwezig was afgelopen zondagmiddag. Trok hij zichzelf aan. Maar uw schuld en mijn schuld. De man is niet te verstaan. Is er zo gebed voor beter geluid. Ja maar de kerkvoogdij. Brengt vruchten voort der barmhartigheid. Wordt het gezien? Ziet hoe lief ze elkaar hebben?
Als het niet naar het Woord is, zal het geen dageraad hebben. Dan moet u ook alles op alles zetten dat dat bestreden wordt. Niet uw eigen weg gaan, uw eigen keuzes maken.
Een ding nodig. Allen. Bekering. Dagelijkse bekering. Het vlees onderwerpt zich de wet Gods niet. Hebt u vanmorgen de kreupele niet zien springen? Groot wonder. Ging heen voor geld. Naar uitgezien, verwacht.
De Heere deed boven bidden en denken. Waarom heeft Hij het op mij gemund? Omgezien naar mij als een dode hond. Zo te leven uit dankbaarheid. Getuigen te zijn. Geen beter leven dan te leven met Hem. Vlees moet sterven. Ja, dat is de strijd.
Kom gemeente, die werken. Hoe zit het met onze werken? Geen enkele waarde, toch beloning, en onmisbaar. Amen.
Zondag 3 juni 2018 – Hersteld Hervormde Kerk Putten – ds. R. van de Kamp – Heidelbergse Catechismus zondag 24 – Schriftlezing Lukas 17 vers 1-10