Zondag 29 oktober 2017 – Hersteld Hervormde Kerk Putten – ds. R. van de Kamp – Hebreeën 9 vers 16 – bediening Heilige Doop

Voorzang Psalm 29 vers 1

Gebed, Votum en groet

Psalm 74 vers 19

Wet van God uit Exodus 20

Psalm 115 vers 7

Schriftlezing Hebreeën 9 vers 1 – 18

Gebed

Doopbediening met ook zingen van Psalm 105 vers 5 en 134 vers 3

Psalm 89 vers 2 en 13

Preek over Hebreeën 9 vers 16

De noodzakelijkheid van de Middelaar Christus
1. Vanwege de zonden;
2. Gegeven tot verzoening;
3. Uitgewerkt in de belofte.

Als u Hebreeën 9 leest, best wat ingewikkeld. Aandacht erbij om te volgen wat is bedoeld. Wat Paulus, ervan uitgaande dat hij de schrijver is, schrijft. Kern: dtaait om oud en nieuw. Oude en nieuwe verbond. In de historie van het heil. Schanierpunt de komst van Christus.

In de Reformatie ook. Weer in het oude verbond terechtgekomen. Belijden iedere avond dat het weer fout was maar dat er vergeving ligt in het bloed van Christus. Paulus begint ‘en daarom’. Omdat Christus gekomen is, betaald heeft, Zijn leven gegeven heeft.

Paulus maakt het heel aanschouwelijk. Eerste tempel voor priesters, en de tweede tempel, heilige der heiligen, alleen Hogepriester in met bloed. Zolang de priesters een offer wilde brengen, nog mensen nodig hadden, was het nog onvolmaakt.

Middelaar tussengekomen. Overtreding wat hier is bedoeld, anders dan in ons taalgebruik. Klein vergrijp in het strafrecht, wegenverkeerswet bijvoorbeeld. Maar hier gaat het over een overtreding tegen God. Verzoening nodig.

In het Oude Verbond probeerde men het vlak te krijgen met eigen werken. Het klopt niet, de stank komt ervan af. Of zegt u: ik sta daar boven. Dan kent u uzelf niet.

Hij is een volkomen Zaligmaker. Daar kan niets bij van u. Maar o wonder van genade er hoeft ook niets bij.

Reformatie. Wat is de kerk Rooms geworden! Eigen vlees voorop. Duizend jaar doorgegaan tot 1500. Eerste christengemeente zo in Bijbel beschreven, hoe het eraan toeging. Tot voorbeeld. Wonder dat de Reformatie kwam. En nodig nog steeds.

2. Gegeven tot verzoening

Wat onmogelijk is door de wet, dat heeft Christus gedaan. De wet doet twee dingen. Het versterkt een mens of het brengt hem tot vertwijfeling. Versterkt: nu ik ben het er nog aardig af. Gaan dingen niet goed in het leven maar ook goede dingen. Wet houdt u af van Jezus Christus. Anderzijds kan de wet tot vertwijfeling werken. Wet functioneert alleen in Christus. Veroordeelt mij maar Evangelie dat mij vrijspreekt. Weer dat oude en nieuwe. Onder de wet en onder de genade.

Christus heeft zich gegeven. Hij wist dat u het niet zou redden. U de breuk geslagen. Hij in het oordeel gekomen. Wat u niet kunt, doet Hij. Boston: doe wat u kunt. Het komt erop aan dat wij het eigendom zijn van Jezus Christus. Buiten Hem moeten we verloren gaan. Als dat ernst wordt in je leven, dan zet je toch alles op alles? Doe wat u kunt. En God geeft wat u niet kunt.

U kunt niet zo leven zoals u geboren bent. U redt het niet. Omdat u telkens een kloof slaat tussen God en uw ziel.

Wel aangrijpend wat Paulus schrijft. Dood moest tussenkomen. Noodzakelijk. Jezus Christus en die gekruisigd. In het nieuwe verbond draait het alleen om Hem. Wel Zijn dood nodig. Hij lijkt erop dat het woord Verbond en Testament door elkaar heen gebruikt. Testament is een laatste-wil beschikking. Wat na onze dood moet gebeuren. Zowel bij een verbond als testament is de dood nodig.

Waarom moet de dood er tussenkomen? Ook bij het Verbond. Genesis 12, moet bloed vloeien. Dieren moeten sterven. Bij Abraham, bij Mozes die het volk met bloed moet besprengen.

Het nieuwe verbond is vast in de dood van Jezus Christus. Christus is nodig in ons leven. Toestemt dat de dood nodig is, noodzakelijk is. Daarmee betekent u uw eigen oordeel. Ermee eens dat u een zondaar bent. Onmogelijk om voor God te bestaan. Christus gegeven tot een Middelaar. Wordt uitgewerkt in de belofte.

Dan kom ik bij u ouders. Gaat over een belofte, die de Heere geeft en verzegelde. Wat wordt er dan belooft? Het gaat om de eeuwige erfenis. De eeuwige erve. Het gaat om het eeuwige leven. Daarin wordt de noodzakelijk van Jezus uitgewerkt.

Is er nog iemand vanmorgen die dat eeuwige leven nodig heeft? Wat een vraag, zegt u. Iedereen staat toch naar het eeuwige leven? Nu ja, het is maar de vraag. Misschien denkt u hier wel het eeuwige leven te hebben? Ouderen om u heen sterven, soms een jongere et cetera.

Of anders: leeft het eeuwige leven bij u? Dan maakt u zich tot zo druk om het hier en nu. Het eeuwige leven, als dat gaat schitteren. Leeft u dan bij deze belofte van de eeuwige erfenis?

Als je vader en moeder iets beloofd hebben, ook al duurt het nog drie maanden. Dan toch iedere dag: u weet het wel wat u mij belooft heeft.

Zoveel vragen kunnen er leven. Of dat eeuwige leven ons wel beloofd is? Ouders: u hebt het vanmorgen gezien! Dankgebed. Tot kinderen aangenomen! Wij maar denken en dubben hoe zeker is de toezegging van de Heere? Komt bij u en mij vandaan. Kunnen het niet geloven in de letterlijke zin. Nauwelijks geloven. Eeuwige leven belooft Hij. Als u ziet op uzelf, op uw afmakingen et cetera.

Staat toch nog iets bij: degenen die geroepen zijn. Ben ik geroepen? Als u nog nooit het idee had geroepen te zijn, dan roep ik u nu. Zie uw Meester, uw Middelaar. Zo ook aan het doopvont gestaan. Aan u heeft de Heere dit betuigd en verzegeld! Waarom u en niet uw collega? Waarvan u merkt dat hij totaal vreemd is aan God en Zijn Zoon Jezus. Zegt u: paar lagen in het Woord. Algemene roeping, bijzondere roeping. Gaat om uitverzieking? Nee! Gaat om of u gelooft. Leven zoals Abraham. Hij bouwde geen stad, woonde in een eenvoudige tent. Verwachtte de stad die fundamenten heeft, waarvan God zelf de Bouwmeester is. Door het geloof! Het eeuwige leven. Hem te kennen, van aangezicht tot aangezicht. Die zondaarsliefde.

Oude zichtbaar. Het klopt niet. Het gaat ook niet kloppen. Wel alles op alles zetten ouders. Dat het de Heere is die de belofte waarmaakt! Als je ze iedere dag mag voorstellen, dan kan het toch niet anders dan dat ze zalig worden. Verbond. Geboren op de erve (erfenis) van het verbond. Prachtig, een wonder, zegt iemand en waar ligt de kern? Oude voorbij, nieuwe gekomen. Het oude is voorbijgegaan, ziet het is alles nieuw. Uit te zien naar die erfenis.

Hij die mildelijk geeft en niet verwijt. Ouders, nog een keer, laten we aan Zijn gunst niet vertwijfen. Amen.

Psalm 103 vers 9

Gebed

Psalm 59 vers 10

Zegen

Een Vaste burcht, Lutherlied vers 1 en 4