Het geloof in de Naam van Jezus Christus de Nazaréner

Het wonder van de kreupele die genezen wordt is mogelijk in het geloof in de Naam van Jezus Christus de Nazeréner. God geneest deze man en doet daarbij geen half werk maar maakt dat de man even daarna in de tempel terug te vinden is; wandelende en springende, en lovende God. Het kan alleen door het geloof dat de Heere werkt. Als daar dan het ‘sta op en wandel’ klinkt, dan gaat dat alleen door het geloof in Hem, in de Naam van Jezus Christus de Nazeréner.

Handelingen 3 vers 16: ‘En door het geloof in Zijn Naam heeft Zijn Naam dezen gesterkt, dien gij ziet en kent; en het geloof, dat door Hem is, heeft hem deze volmaakte gezondheid gegeven, in uw aller tegenwoordigheid.’

Het geloof in de Naam van Jezus Christus de Nazaréner
1. De werking;
2. Het wezen;
3. De versterking.

1. De werking

De discipelen zijn erop uitgegaan. In opdracht van Jezus. Getuigen van het wonder van Golgotha en het opstanding uit de doden. Zijn er vol van. Gaan voor gebed naar de tempel. Daar een kreupele aan de poort. Geen geld hebben ze. Wat ze hebben geven ze. Terstond genezen in de naam van Jezus. De man had nooit kunnen lopen. Zoals ale je je benen breekt, dan revalideren. Hier staat dat de man huppelde. In een keer alles. De Heere doet geen half werk.

Toen Jezus afscheid nam van de discipelen sprak Hij tot hen. Johannes 14. Die in Mij gelooft zal wonderen doen. Gebeurt hier. Deze mannen zullen hier toch alle lof en eer ontvangen. Dat niet. Maar weerstand. Worden in de gevangenis geworpen. Die weerstand is er. Ook vandaag. Niets vreemds toch als ik u vertel. Ik ken iemand, nee ik heb het over u. Wie wil er niet van genade leven? Weerstand in ons, ons vlees.

Discipelen worden geroepen om te getuigen. Hoe komt het toch? Wat is de bron, de oorzaak, van de genezing van deze kreupele. Door het geloof in Zijn Naam heeft Zijn Naam deze gesterkt. Geloof slechts een instrument. Christus die de gerechtigheid werkt. Gesterkt. Tekst gaat er verder op in. Geloof dat door Hem is. Het geloof door Jezus Christus is gewerkt. En gemeente dat die kreupele er niks aan gedaan heeft. Niets aan toegevoegd heeft. Ligt alles in Jezus. Hij werkt alles. Geloof schenkt, gewerkt door de Heilige Geest. Door Hem gewerkt. Is er dan geen onvoorstelbare reden tot dankbaarheid? Dat de Heere het werkt. Zijn er tobbers? Hoe kom ik tot het geloof? Ik hoop dat ze er zijn. Een levend geloof een aangevochten geloof. Een groot wonder dat de Heere dat gaat werken.

U mag ook lezen in Hem. En het geloof dat in Hem is heeft hem deze volmaakte gezondheid gegeven. Als in gelezen mag worden, dan zou ook het hem zonder hoofdletter kunnen worden lezen. Hem kan ook met een hoofdletter. Grieks heeft geen hoofdletters. In Hem kan beide dan. Hoofdletter en kleine letter. Het geloof dat in Hem, Jezus Christus, is. Hebreeën 12. Overste Leidsman en Voleinder van het geloof. Dat betekent: Zijn leven was in een volkomen geloofsgehoorzaamheid. Zo de Heere, Zijn Vader te volgen zonder te vragen, te mopperen. Van kribbe naar kruis. Het geloof is door Hem en in Hem.

Ook te lezen als kleine letter. Geloof in de kreupele. Het geloof in hem is. Dat heeft gevolgen voor hem. Totaliteit. Geloof zijn deel en geheel zijn deel. Heel zijn leven doortrekt. Gisteren hadden we het thuis nog over dat je geen nieuwe wijn in oude zakken moet doen. Het bestaat niet het geloof in uw oude bestaan. Het is onmogelijk dat het geloof daarin zal functioneren. Totaal veranderd in zijn leven bij de kreupele. Vernieuwing zo noodzakelijk. Zelfonderzoek. Stukken worden geraakt in de totaliteit. Hoe groot mijn zonden en ellende is, al mijn zonden om de verdienste van Christus te leven en tot Zijn eer te leven. Hoort bij elkaar.

Hoe weet ik nu of de Heere dat geloof in mijn leven gewerkt heeft? Dan weet ik het dat we in het kerkelijk leven zeggen: er zijn Paulus  en Timotheüs. Bij Paulus krachtig en duidelijk gewerkt. En bij Timotheüs geleidelijk gewerkt. En dan de vraag: wie is Jezus voor u? Schilder Hem dan eens uit? Aan het vloekhout van het kruis moest sterven. Geen andere weg is.

Ik wil u erop wijzen aan het begin van deze week van voorbereiding. Drie stukken hebben we behandeld. Zelf onderzoeken is niet wroeten in uzelf maar kan het worden als u er de grond van maakt. Kan de zegen er al zijn voordat het Avondmaal is. Uw agenda strijdt er misschien mee. Moeilijk. De strijd ermee. Maar de scheidslijn die getrokken wordt. Als u leeft in zonden te vernamen van de tafel af te blijven. Maar waar de drie stukken functioneren, die zijn waardige disgenoten aan Zijn tafel.

2. Het wezen

Bijzonder bij de kreupele. Ziekte beeld van de zonde. Zeker bij melaatsheid het beeld van onze onreinheid. Ook bij de kreupele het beeld van een zondaar. Maar Hij mag het geloof ontvangen. Dat geloof ontvangen dat ziet op de gekruisigde Christus. Wat is er gebeurd in zijn leven? Wat is de oorzaak ervan, van zijn gezondmaking? Terug te leiden op die ene naam. Op Zijn naam. Wiens naam? De naam van Jezus Christus de Nazaréner. In de naam van Hem sta op en wandel. En gemeente, kruisiging en opstaan uit de dood van Jezus kort ervoor. Het heeft nog maar enige dagen geduurd, de uitstorting van de Heilige Geest op Pinksteren. Die man, Jezus uit Nazareth, die zoon van de timmerman, een van ons, in Zijn Naam gebeurt er nu opnieuw een wonder. In Zijn naam wordt deze kreupele opgericht. De naam van Jezus, dat is Zaligmaker. De naam van Christus, de gezalfde tot profeet, priester en koning. In de naam van die Nazaréner, hij is werkelijk mens geworden, de broeders gelijk geworden uitgenomen de zonden. In die Naam. Naam van de kreupele niet genoemd. Niets met de mens Niets te maken met de naam van de kreupele, de discipelen.

Kreupele er tussenuit. Telt niet mee. Het is niet zijn ernst, zijn tranen, zijn gebogenheid, of op zijn nood. Of zelfs gemis. Maar het heeft geen enkele waarde. U ziet het. Het is Jezus de Nazaréner. Telkens weer een les voor ons om dat te leren. Wij denken er zo snel recht op te hebben. Iets te verdienen. Er is niets in deze kreupele. Soevereine genade.

Wij zien Jezus gestorven op Golgotha. Die het daar uitgeroepen heeft: het is volbracht. Maar daar kunt u het toch niet meedoen? Een ontzaglijk groot wonder. Hoe velen gaan er niet aan voorbij. De grote vraag is hoe komt Christus tot de zondaar? Mag belijden: niet alleen voor anderen maar ook voor mij. Hoe groot kan de aanvechting zijn als satan je aanvalt, ook na ontvangen genade. Je vergist. Een grote droom? Je weet het: je hart is bedrieglijk. Het kan zo maar zijn dat je je bedriegt en dan eet en drink je jezelf een oordeel.

De zekerheid van het geloof ligt in het geloven. Opdat dat u opnieuw, voor het is of opnieuw, zo gebracht te worden op Golgatha. Daar hangt het Leven aan het dode hout. Ik belijd ermee midden in de dood te liggen. Leven buiten mijzelf te zoeken. In de dood te liggen, in de chaos, in de puinhoop. Geen enkele redenen mij er op te beroemen. Wat kunt u dan ook zelf tussen zitten. Iets in uzelf zoekt. Zelf zo graag de Heere een handje meehelpt. Iets wilt betekenen, wilt zijn. Zonderegister uit het Avondmaalsformulier voorgelezen. Wat dacht u: geldt het niet van u? Bent u niet genoemd? Ging het u voorbij? Misschien hebben die zonden u dan niet geraakt, die uiterlijke zonden. Is het niet juist die Geest die overtuigd van die zonden omdat wij in Hem niet hebben geloofd. En eerlijk zijn. Ga uw eigen leven maar na. Waar waren die momenten van verootmoediging. Zelfverloochening? Zelfvernietiging? Buiten Hem geen stap kunnen zetten. Hoeveel ging er niet gewoon op de automatische piloot. Niet bij nagedacht. Hoeveel momenten niet zelf afgedaan. Niet gesmeekt om Zijn genade en bescherming. Wat hebben wij het nodig, het geloof in Hem. Dat geloof in Mij [Jezus]. Zijn er nog die hun naam willen horen noemen? Misschien was dat wel u gebed. Zoals de kreupele met lege handen en u wilt iets ontvangen van Hem. Wat ik heb geef ik u. In de naam van Jezus Christus de Nazaréner.

3. De versterking

Versterking van het geloof. Daarom geeft de Heere de sacramenten, het Avondmaal. Ziet u ernaar uit tot versterking van het geloof? Hem te ontmoeten? Meer en meer op Hem zou zien. Dat is toch het geloof. Meer en meer van Hem verwachten. Een proces van hoe langer hoe meer [Catechismus]. Heere wil nog lager afdalen vanmorgen. Niet van brood en wijn maar van de kreupele.  Gebeurt in u aller tegenwoordigheid. Die gezondmakende kracht, die vergevende genade.

Wat heeft de kreupele gedaan? Hij heeft niets gedaan. Kon er niet eens komen. Door vrienden gebracht. Zo bent u vanmorgen gebracht.

Sta op en wandel. Flits door mijn hoofd bij het eind van het tweede punt over het wezen van het geloof. Kan je dat wel zeggen? Sta op en wandel. Ik mag het niet alleen zeggen, ik moet het u zeggen. Wat zal het zijn als u op zo’n grote zaligheid geen acht hebt. Zo werkt de Heere. Door Zijn Woord. Talloze voorbeelden. Het volk van Israël voor de Rode Zee. Opdracht, gaat niet om voort te trekken. Op het moment dat ze geloven kan het. Man met de verdorde hand. Wat  hij het niet kon was zijn hand uitstrekken. En dat te doen door het geloof. Wat u niet kunt is opstaan. Gekluisterd aan de bank. Geen denken aan. Door geloof door Zijn Naam.

Mag geen voorwaarde aan verbonden worden. Door Zijn Naam. Gebeurt in uw aller tegenwoordigheid. Zoals Johannes schrijft over de tekenen die zijn opgeschreven. Niet allemaal maar deze geschreven opdat u gelooft. Komt op het eigenen aan. Het eigendom van Jezus Christus te zijn. En wat ellende als ik nog zo goed kan bewegen. Het nog zo goed weet. Hebt u er geen vreselijke last van, van dat redeneren? Dat houdt u op de been. Uit de handen van Christus. U moet van uw plaats af. Opdat Hij Koning zou zijn in uw leven. Uit handen geven. Die Naam die onder de hemel gegeven, die ene Naam waardoor wij moeten zalig worden. Die ene Naam die de kreupele gegeven is, u gegeven is. Kent u die Naam? Kent u Hem? In Zijn wezen. En van God gezalfd. Alles ligt in Hem. Geld heb ik niet maar wat ik heb geef ik u in deze Naam. Amen.

Zondag 3 juni 2018 – Hersteld Hervormde Kerk Putten – ds. R. van de Kamp – Handelingen 3 vers 16