De uitstorting van de Heilige Geest met Pinksteren

Met Pinksteren stort de Heere Zijn Geest uit. Het is een aaneenschakeling van de heilsfeiten: met Kerst God met ons, met Pasen God voor ons en met Pinksteren God in ons. De discipelen getuigen van de grote werken Gods. Wij ook? Wat er gebeurd is, gebeurt en gaat gebeuren.

Handelingen 2 vers 6: ‘En als deze stem geschied was, kwam de menigte samen, en werd beroerd, want een iegelijk hoorde hen in zijn eigen taal spreken‘. [grondtaal Grieks]

Gaat de Heere nu dan het koninkrijk aan Israël weder oprichten?

1. Wat er was gebeurd;
2. Wat er gebeurt;
3. Wat er gaat gebeuren.

1. Wat er was gebeurd

Gemeente, het is opmerkelijk en u leest er zo overheen, dat Handelingen 2 begint met het woordje en. Hij verbindt Pinksteren aan het voorafgaande. Hebben we gezien in het onderwijs van Jezus aan de discipelen. Prangende vraag waar ze nog mee zaten over de wederoprichting van het koninkrijk aan Israël. Hemelvaart. Brug die geslagen wordt tussen hemel en aarde. En volharden in het gebed door de discipelen. Heilsfeiten komen in een lijn te liggen.

Met Kerst is het thema God met ons. Met Pasen God voor ons. Met Pinksteren God in ons. De Heere die Zijn belofte en onderwijs geeft. Werkzaam hiermee. Waren eendrachtig bijeen de discipelen. De hele gemeente, 120 mensen. Zullen we zo voorzichtig de afgelopen week overzien: zijn we eendrachtig bijeen geweest en volhardend in het gebed? Wat verwacht u eigenlijk? En vandaag? Ziet u uit naar de uitstorting en inwoning van de Geest? Om geleid en geleerd te worden? Om Pinksteren te vieren en te gedenken. Niet oppervlakkig maar met grond voor die verwachting. Is die er? Zeker: uitstorting van de Geest is beloofd. Belofte van de Vader. U komt de belofte toe zegt Petrus op de Pinksterdag. Ons geroepen. Anders hadden we hier niet gezeten. Geroepen opdat u die belofte zou inwachten. Naar vervulling uitzien. Belofte van de Vader. Beseft u dat? De Vader die Zijn Zoon gaf, verkiezende liefde. Verlossende liefde van de Zoon en gaat uitstorten en uitdelen door de Geest. Geest die uitgaat van de Vader en Zoon en levend maakt. Verheerlijkt en aangebeden dient te worden [geloofsbelijdenis van Nicea].

Als Jezus opvaart ten hemel dan hebben de discipelen de vraag of Jezus het koninkrijk aan Israël gaat weder oprichten. Ze hebben Hem zo hard nodig. Begrijpen niet dat Hij opstijgt naar de hemel. Dan leert Jezus hen dat er nog een opdracht ligt. Evangelie verkondigen aan alle volken. Lukas beschrijft het nauwkeurig, heeft het nauw onderzocht. Discipelenkring weer volledig gemaakt daarna. Alles wordt wel gemaakt.

Die vraag op de Pinksterdag als ze de tekenen zien of dan nu het koninkrijk aan Israël weder opgericht zal worden. Het komt u niet toe te weten de tijden en gelegenheden.  Er moeten nog getuigen zijn. Nu niet anders dan toen. Getuigen nog steeds nodig. Bent u dat en jij? Getuigen van de grote werken van God. Dwars door alle weerstand heen heeft Hij het heil verworven en uitdelen. Zo aangrijpend als u iets van uzelf gaat zien door de kracht van de Geest dat de opstand en weerstand in u leeft. Dat u zich ertegen verzet. En andere kant de onwederstandelijke werk van de Geest. Niet kunnen getuigen. Nam Petrus liever het zwaard ter zijde. En dan gaat Petrus getuigen. Dan gaat het gebeuren. Vol van de Geest. Alle stukjes van de puzzel ineen vallen. Jezus de Gekruisigde die alles volbracht heeft. Het kan voor u allen. Bij Hem is vrede, verzoening, bij Hem is alles. De heerlijke verkondiging van het Evangelie door Petrus gaat gepaard met een strenge wetsprediking. Jezus die u gekruist hebt. Niet fijn voor het vlees. Zo nodig. Niets in u ligt. Enkel en alleen genade.

2. Wat er gebeurt

Stem horen. Welke stem. In het huis. Welk huis? U wilt inblikken. Gebeuren wonderen. Kenmerk ervan. Wanneer gebeurt het? Als de tijd vol is. Tijd werd vervuld. Om Pinksteren te peilen, wat het offerfeest was, de eerstelingen van de oogst werden geofferd. Ook over de wet, vijftig na het Pascha de wet op Horeb gekregen. Vijftig dagen na Pasen. Heeft er alles mee te maken dat de Heere nu laat zien dat het nieuwe verbond is ingegaan. Oude verbond. Mensen gefaald. Redden het niet in eigen kracht. Nieuwe verbond is werkelijkheid geworden. In de nacht dat Jezus is verraden, nam Hij de drinkbeker en sprak over het nieuwe verbond. Niet alleen voor de Jood maar voor heidenen ook, hele wereld. 2 Korinthe Paulus neemt de sleutel van het verbond.

Ineens geluid van een geweldig gedreven wind. Verklaarbaar? Het is onverklaarbaar. Vervulde het gehele huis. Toen kwam de menigte te samen. Geluid werd gehoord. Hoe ver? Karakter? Weten we niet. Wel dat de mensen kwamen. Mensen met verwachting kwamen maar misschien ook wel ramptoeristen erbij. Daar zijn. Hoe ook: God weet mensen daar te krijgen.

Ook de tongen van vuur. Daar zien ook iets van het nieuwe verbond. Horeb ook: wind, storm en vuur. Zelfde tekenen. Tekenen van Gods Geest. Niet de Geest zelf. Streep onder. Zeker in onze dagen met leven uit het gevoel. Tekenen van Gods heerlijkheid die de komst van de Geest vergezellen. Menigte beroerd. Raken in verwarring. Groot wonder. Horen in hun eigen taal de grote werken Gods.

‘Mijn hart, vervuld met heilbespiegelingen,
Zal ’t schoonste lied van enen Koning zingen,
Terwijl de Geest mijn gladde tonge drijft,
Is z’ als de pen van een, die vaardig schrijft.
Beminlijk Vorst, uw schoonheid hoog te loven,
Gaat al het schoon der mensen ver te boven;
Gena is op uw lippen uitgestort,
Dies G’ eeuwiglijk van God gezegend wordt.’

[Psalm 45 vers 1 gezongen tijdens de kerkdienst]

Als vraag meegeven: hebben de discipelen in hun eigen taal gesproken en hoorden de mensen het in eigen taal. Of spraken ze verschillende talen? Eenvoudige vraag zegt u. Spreekwonder niet maar luisterwonder? Commentatoren buitelen over elkaar heen. Grote werk van God. Vanuit de eeuwigheid. In de beginne schiep God de hemel en de aarde. Hoe Zijn Zoon gaf en kwam. Zondaren zalig te maken. Mensen die Hem niet nodig hadden. Die gewoon doorleven alsof er niets aan de hand is. Zo horen ze de grote werken Gods in hun eigen taal. De discipelen hebben de opdracht begrepen. De taak. Jeruzalem. Daar te beginnen? Daar zoveel weerstand. Hoe moet het daar? Ze zijn er vol van. Waar het hart vol van is loopt de mond van over. Judea en Samaria tot het einde toe. Maar de menigte werd beroerd. Ze begrepen het niet. Dit wonder dat ze allen hoorden in hun eigen taal. Drietalig de meesten. Van huis uit Hebreeuws of Aramees. Ze leefde in de verstrooiing en kenden het Grieks. En ook nog eigen landstaal.

Dan wordt het mogelijk om getuigen te worden. De Heere zorgde er zelf voor. Hoe moet het dan als we buiten Israël zijn? De Heere zegt: Ik ben het die zal voorzien. Zo bereidt Hij hen toe. Want als de Heere roept dan maakt Hij ook bekwaam. De Heere roept geen bekwame mensen maar maakt bekwaam. Genoemd toen de ambtsdragers verkozen werden. Nu ook. Worsteling. Hoe kan ik het nu uitleggen? Hoe aan een collega uitleggen? In de buurt? Hoe kan ik het doen? Is het uw vraag.

Heere heeft geen mensen nodig maar gebruikt ze wel. Hoe kunnen we mensen bekeren? Het is onmogelijk in eigen kracht. Maar God geeft het. Vervuld mensen. Dan komt het goed. Ligt alles in Zijn kracht en mogendheid.

3. Wat er gaat gebeuren

Als Petrus preekt dan worden mensen getroffen. Geraakt in het hart. Overtuigende werk van de Geest. Dan de vraag van de mensen: wat moeten wij doen? Gelooft in de Heere Jezus en u zult zalig worden. Tot Christus geleid. Tegelijkertijd gebruikt Hij daar mensen voor.

Denk aan professor Wisse. Voorzitter van college om mensen aan te nemen tot bediening van het Woord. Kwam iemand die wilde predikant worden. Hebt u weleens iemand geprobeerd te bekeren? Nee, zei hij. Kom volgend jaar maar terug. Heeft u het al weleens geprobeerd? Iemand uit de gemeente proberen te bekeren? Allermoeilijkste misschien wel. Zie je de wanhoop in het gezicht. Niets anders doen dan wijzen op de liefde van Christus. Als je vastloopt op dogmatische gedachten.

Zijn ook mensen die spotten op het tempelplein. Zeggen: zijn vol zoeten wijn. Doet u niet toch? Bent u te degelijk voor. Maar u spot ook als u er niets van verwacht. Wat gebeurt er? Ondanks dat gaat Hij door. Dwars door alles heen. Hier worden de Heere de eerstelingen van de oogst worden toegebracht. 3000 zielen.

Zouden het erover hebben wat gaat gebeuren. Hele wereld over. Talenwonder. Volken verspreid over de hele wereld. Denk maar terug aan de torenbouw van Babel. Babylonische spraakverwarring. Die vloek is weggenomen omdat Christus tot een vloek is gemaakt. Eerst scheiding en nu het talenwonder waarmee de Geest gaat binden.

Over wat er gaat gebeuren. Zo hoort een ieder in zijn eigen taal. Zouden we Paulus niet na bidden dat we die Geest niet zou bedroeven of weerstaan? Of eigen begeerten te volgen. Door de Geest te wandelen en in Hem. Prachtig beeld van Paulus die mensen in Filippenzen die Hij roemt. Gaat niet zozeer om de gaven maar om de vrucht. Vruchten van geloof en bekering. Van blijdschap, lankmoedigheid en matigheid. Meer blij met de vrucht dan met de gaven. Duidelijk punt. Blijer zijn met de vrucht dan met de gaven. Opdat zo anderen tot jaloersheid worden verwekt.

In het bijzonder aan het oude bondsvolk Israël. Als het Evangelie dan verkondigd is aan alle volken, vertaalwerk onder zoveel volken maar 1100 volken naar schatting nog niet. Tot 2050 nodig. En Joden nu terugkeren naar Israël omdat ze zien dat de God van Abraham, Izak en Jakob werkt.

Ik hoop dat die vraag zo overblijft: wat moeten we doen? Die Geest die zo krachtig uitgestort is en wordt. Zoals de profeet Joël profeteert: zolang de zon en maan er zijn wordt die Geest uitgestort.

Zondag 20 mei 2018 – Hersteld Hervormde Kerk Putten – ds. R. van de Kamp – Handelingen 2 vers 6