Biddag: vertel het maar aan de Heere

De weduwe gaat met haar nood naar de profeet Elisa en daarmee naar de Heere. Ze is arm en heeft een schuldeiser die haar zonen wil hebben om de schuld mee te voldoen. Ze maakt haar nood bij Elisa bekend wat haar gebed is. Zo dienen wij onze nood Hem bekend te maken. Eis van Mij vrijmoedig [Psalm 116]. Dan is de redding die de Heere geeft zeker.

2 Koningen 4 vers 1-7, vers 2: ‘En Elisa zeide tot haar: Wat zal ik u doen? Geef mij te kennen, wat gij in het huis hebt. En zij zeide: Uw dienstmaagd heeft niet met al in het huis, dan een kruik met olie.’

We hebben een prachtig mooi verhaal gelezen. Prachtige verhalen in de Bijbel. Het is de bedoeling dat we er iets van leren. Naar de Heere luisteren. Wat wil de Heere met dit verhaal van die vrouw die al heel zielig was, man overleden en kinderen opgeëist door schuldeiser, dan zou ze helemaal niets meer hebben. Gaat met de nood naar de Heere. Naar Elisa de knecht van God. Dan komt er een oplossing. Wat wil de Heere leren? Dat je alles aan de Heere moet vertellen. Vertel het maar. Zoals ik dat zondags altijd doe, heb ik drie punten. Ik moet het nog uitleggen waarom je alles tegen de Heere moet vertellen.

Drie woordjes onthouden.

1. Nood [dat is het bij deze vrouw]
2. Gebed [dat doet de vrouw, bidden tot de Heere]
3. Redding [die de Heere geeft]

1. Nood

Om de boodschap te onthouden. Vertel het maar. Wat is nood. Mee beginnen. Nood. Denk je aan een muzieknoot of walnoot maar gaat over nood met een d. Nodig hebt maar niet zonder kunt. Wat heb jij nu nodig? Nu vandaag? Vandaag biddag. Wij zijn hier om te bidden. Voor dat bidden moet er eerst nood zijn. Vraag ik aan u allemaal. Wat is uw nood? Biddag voor gewas en arbeid. Seizoen gaat weer beginnen. Nodig om eten en drinken en kleding te hebben. Dat hebben wij nodig. Eten en drinken. Eten uit de fabrikant, groenten uit de diepvries, uit blik. Voorlopig nog genoeg. Waarom zouden we de Heere bidden.

Prachtig verhaal. Vrouw is haar man kwijt. En nu, ze heeft schuld gemaakt. Dingen kopen maar geen geld. Tegen winkelier gezegd: geef maar ik heb het zo nodig en later krijgt u het wel. Misschien jij zo ook wel met voorschieten als je het geld nog niet hebt. Deze schuldeiser wilde geld hebben. Geef dan uw jongens maar, kunnen ze voor mij werken en geld opbrengen. Deze vrouw vertelt het heel eerlijk. Man was een profetenzoon. Mijn man was dominee, in de dienst van God. Daar deed hij heel goed zijn best, de Heere vrezende. Die man leeft niet meer. Die vrouw heeft het al moeilijk want haar man kwijt. Zoveel moeite al en dan nog schuldeiser. Eigenlijk staat er tussen de regels door: is het wel eerlijk wat ik krijg/niet krijg. Misschien kijk je zo ook wel naar een vriendje. Waarom gaat het nu zo? Nood. De vrouw gaat met de nood naar Elisa toe en klaagt ze haar nood. Dat ziet de Heere graag. Alles tegen Hem verteld. Hem bekendmaken. Wij zouden zeggen dat is ook vervelend. Zeurpieten aan Zijn deur, dat ziet Hij graag. Dat je het steeds weer verkeerd hebt gedaan, niet beter wordt. Hem daarvoor nodig hebt. Wat doet die vrouw met al haar nood? Wanneer komt ze bij Elisa? Toen ze het onmogelijk kon oplossen. Wij zouden zeggen: mens, waarom niet eerder gekomen. Wat de vrouw gedacht heeft: eerst zelf proberen op te lossen. Vastgelopen. De nood is zo groot dat er geen andere weg meer is. Nood. Weet je nog: die verhaal was om ons te leren. Vertel het maar, wacht er niet mee. Misschien wel niet durft te vertellen. Vertel dat dan, dat je niet durft. Niet eerlijk bent. Vertel dat dan. Wat wij doen? We willen wel bidden maar het diepste, het ergste, vertellen we niet. Deze vrouw moest het leren. Is het niet bijzonder dat de Heere het zo allemaal bestuurde? Dat ze leerde dat er redding is bij de Heere. Vertel het maar. Hoe bont je het ook gemaakt hebt. Vertel het maar.

2. Gebed

Vrouw naar Elisa. Doe ik voortaan ook: naar dominee, ouderling, vader of moeder die gelovig is. Dan doe ik net zo als deze vrouw? Maar verschil met toen en nu. Dagen van Elisa de Heere Jezus nog niet geboren. Geen Bijbel. Toen waren er mensen nodig waardoor God sprak. Nu mogen we rechtstreeks naar de Heere gaan. Hij is overal. Hij weet het. In dit kerkgebouw geen plekje waar Hij niet is. Waarom Hem vertellen wat Hij al weet? De Heere nodig hebben.

De vrouw vraagt niet om een berg geld. De vrouw vraagt niet om wat er gebeuren moet, om een oplossing. Maar ze maakt haar nood bekent. Bidden is de nood bekendmaken. Wij hebben ons wensenlijstje. Maar dat is geen bidden. Eerst beginnen bij wat nu nodig is. Vragen naar wat we makkelijk vinden en fijn.

Maar dan hebben we de Heere misschien niet meer nodig. Maar bidden is vertellen. Wat we nodig hebben. David als voorbeeld. Wegen bekendgemaakt. Jongens en meisjes, iets van mezelf vertellen. Toen ik studeerde en ook nog moest werken, toen was het moeilijk. Hem mijn nood bekendgemaakt. Toen sloeg ik de Bijbel open. ‘Ik heb U mijn wegen verteld en U hebt mij verhoord.’ Woorden van David. Toen dacht ik wel: dat zal ik nog weleens nodig hebben. Telkens aan deze woorden herinnerd.

Hoort de Heere? Psalm 147, de Heere hoort de jonge raven. Onrein dier. Zou Hij dan jou niet horen? Naar jou niet luisteren? Maar verhoort de Heere ook altijd? Misschien moeten wij wel zeggen: wat is het goed/bijzonder dat de Heere ons niet altijd verhoort. Niet als je beseft dat wij niet bidden kunnen. Daarom moeten wij ook bidden in de naam van Jezus. Al onze zonden, ook zondige gebeden, verhoort. Dat Hij onze gebeden brengt voor het aangezicht van de Heere.

Waarom vandaag bidden? Waarom vragen? Of moeten we vragen om de zegen van de Heere? Dat de Heere het goedvindt wat wij krijgen. Goedkeurt wat wij krijgen, ook wat wij niet krijgen. Weleens gehoord van iemand die heel arm was. Vroeg alles aan de Heere maar kreeg niks. Zijn reactie: zo dankbaar dat de Heere precies weet en geeft wat ik nodig heb. Vertel het maar. Wat moeilijk is, wat pijn doet. Vertel ook maar dat je het liefst alleen wilt oplossen, u niet nodig. Net als die vrouw. Pas toen ze vastgelopen was, ging ze naar de Heere. Vertelde alles. Maar ze ging. Ze is eerlijk. Nou eerlijk. Eerlijk gemaakt. Dat is nu het werk van de Heilige Geest.

3. Redding

De vrouw verkeert in grote nood. Schuldeiser voor de deur. Eist zonen. Jongens zijn belangrijk voor haar om geld te verdienen. Dan zegt de schuldeiser: geeft de jongens maar. Dan bij Elisa: wat heb je nog? Auto, fiets enzovoorts. Alleen nog kruikje. Al moeilijk om dat toe te geven. Eerlijk over te zijn. Vrouw gaat naar Elisa toe. Verwacht een oplossing bij Elisa, bij de Heere. Ook Elisa spreekt in vertrouwen op de Heere uw God. Alle kruiken halen. Waar olie in kan. Zorg dat je niet weinig heb. Jongens gaan de straten in. Alles nemen ze mee waar olie in kan. Uiteindelijk nergens in de buurt nog kruiken te vinden. Zelfs vingerhoedjes meegenomen. Vol is vol. En de deur wordt gesloten. En wat doet die moeder? Kruikje olie schenkt ze de olie in een vat. Gaat niet goed toch? Kan toch niet. Nee kan niet. Maar olie raakt niet op en giet vaten vol. De Heere doet een wonder, geeft redding. Bij het laatste vat. Alle vaten vol. Laatste druppels. Elisa gezegd: olie verkopen en schuldeiser betalen. En nog meer waar ze van mag leven. Leef bij het overige. Het was om te leren. Als het zo nood is in je leven en je gaat bidden met een brandend hart, dan gaat de Heere helpen boven verwachting. Als ik in de plaats van die vrouw stond had ik gevraagd: wilt u geven om de schuld af te lossen. Maar Hij geeft veel meer. Met de Heere val je nooit om! Bij mensen wel, beloven het en komen niet na of maar half. Vrouw gaat onmiddellijk terug naar Elisa. Zo dankbaar.

Het is biddag vandaag. Biddag kan het onmogelijk zijn zonder te danken. Danken zorgt voor bidden en bidden voor danken. Zo is biddag dankdag en dankdag en biddag. Wat denk je? Heeft die vrouw dit verdiend? De Heere zo nodig. Als je het zo hoort dan klinkt ze in het begin chagrijnig. Als de Heere had gedaan naar dat ze verdiend had, dan gezegd ga maar weg. En geldt ons ook. Waarom dan toch? God heeft de Heere Jezus Zijn Zoon gegeven. Jullie kunnen alleen maar schuld maken. En Jezus vergeeft de schuld. Wacht even, u zei net Jezus is nog niet gekomen. Dat is nu het geloof. Geloofde dat de Heere Jezus zou komen. De vrouw kon Hem niet zien maar geloofde het. Omdat Hij het zegt. Wij hebben de Bijbel. Verhalen laten zien wie de Heere is. Opdat je alles tegen Hem zou zeggen. Vertel het maar. Extra bewijs. Heere, ik heb gehoord dat er een vrouw was in de dagen van Elisa. Ze vertelde alles en er gebeurde een groot wonder. En erachteraan zeggen: u moet het nu ook aan mij doen. Ik wilde dat je zo vrijmoedig was.

Eis van mij vrijmoedig. Denk niet aan een ijsje maar eis, schuld bij vonnis, geëist. Eis. Eis op Mijn trouw. Omdat Ik God ben. Nood. Gebed. Redding. Amen.

Woensdag 14 maart 2018 – Hersteld Hervormde Kerk Putten – ds. R. van de Kamp [Putten] – 2 Koningen 4 vers 1-7