David weet van de goedertierenheid van God. Hij is een knecht van God. In Psalm 36 klinkt een verlossend antwoord. Het is de Heere die de mens en beesten behoudt. Zijn goedertierenheid is beter dan het leven. Bij de Heere is bescherming, onder Zijn vleugelen is het veilig.

Psalm 36 vers 7b en 8: ‘[7b] Heere U behoudt mensen en beesten. [8] Hoe dierbaar is Uw goedertierenheid, o God. Dies de mensenkinderen onder de schaduw Uwer vleugelen toevlucht nemen’.

Een profetisch antwoord op de crisis, aan ‘s Heeren zegen is alles gelegen

  1. Een verlossend antwoord;
  2. Een Godverheerlijkend Psalmwoord;
  3. Een lieflijk toevluchtsoord bij de Heere.

Wat is het toch geweldig bijzonder als we geroepen zijn om te dienen. De gaven die ons gegeven zijn. Dat mogen we in deze tijd van crisis wel de Heere bidden: dienen. David knecht van de Heere, niet eens koning. Bij de gratie van God. Daarom kwam het zo precies om niet te liegen en te bedriegen. Dat ja ja is en neen neen.

David de dingen zo geweldig diep de dingen aan de orde stelt. Als je neemt de moderne media, is er dan niet veel leugen en bedrog. Als we daar nu boven stellen het Woord van God. En je onderzoekt dat. Dat Woord staat tegenover alle leugen en bedrog. Dat Woord is alleen maar waarheid en eerlijkheid en vastheid.

Daarin ligt ook een geweldige genade. Er zijn mensen die op huisbezoek zeggen zou het niet allemaal aflopen. We gaan niet alles uitwerken, u leest ook zelf de krant. We zijn zondaren. Ik heb gezondigd. David wist dat zo geweldig diep.

David, gegrepen door God. David, naam betekent geliefde van God. Zo heeft hij als koning gesproken. Onbetrouwbare overheid. Zelf niet betrouwbaar geweest. Beslag van het Woord van God is weg. Op je werk. Zoveel verkeerde dingen die gebeuren. David weet het allemaal maar zet er wat tegenover. Een verlossend antwoord.

U behoudt mensen en beesten. Vindt u dat niet een geweldig wonder? Dat Hij erbij is en Zich niet terugtrekt. Die het van Hem verwachten zullen nooit beschaamd uitkomen. Vers 7b. We zien de gerichten over de aarde gaan maar ook dit Woord: U behoudt mensen en beesten.

Heere, U behoudt Adam en beesten. Dan klinkt het wat anders. Adam, wie was dat? Ons aller voorvader. Verstopte zich. Probeerde de dingen recht te praten. De vrouw die U mij gegeven hebt.

Staat er allemaal bol wat er allemaal verkeerd gaat. Geweldig veel bedrog en leugen. Elk land zou je kunnen doorlichten. Dat is een onbetrouwbare samenleving. Maar dat moet ons nopen naar die dag dat er gerechtigheid is hersteld, Jezus weerkomt op de wolken. Afrekening houdt met alles. Die gezegende Hogepriester opdat zondaren die de schuld belijden en tot Hem het alleen verwachten. U behoudt mensen en beesten.

Luther had altijd bijzondere opvattingen. Mensen die zich gedragen als beesten wil Hij nog genadig zijn. Paulus, ik ben vleselijk, verkocht onder de zonden. Vijanden met God verzoend. Calvijn letterlijk nemen: de Heere behoudt ook de beesten. Geweldige zorg over de beesten in de natuur.

Ik zit wat in het buitengebied. Elk beest zijn wetmatigheid heeft. Elk musje weer een ander geluid. In het buitenland. De Heere heeft de schepping gemaakt als een schoon boek. Eigenlijk komen Luther en Calvijn dicht bij elkaar. Adam, dat ben ik. Onze zonden. Boezemzonden. Wie heeft ze niet? Dat de Heere naar ons wil omzien. De grote liefde en grote genade, ik wil Uw God zijn.

Dat zeg Hij tot ernstig zieken of mensen die vastgelopen zijn in hun eigen leven. Wil trekken met koorden van liefde. Dan heb ik nog iets moois. Ik dacht een andere tekst te nemen. Hij behoudt. Want ik zou u graag meenemen om de grondtekst te laten zien. Jezus staat er letterlijk. Heel duidelijk in het Hebreeuws in lezen.

Wat heeft God de Vader gedaan om een verdorven mensengeslacht te redden? Jezus Zijn eigen Zoon gegeven. Zoon van God, Zoon van mensen. Dat Hij het zelfs doet regenen over bozen en goeden. Rechtvaardigen en onrechtvaardigen. Oog had voor de musjes, de kleinen.

In de crisis. Christus kwam, de Knecht des Heeren. Onze zonden gedragen. Zo groot, zo genadevol. Wat Paulus gezegd heeft: Ik houd het daarvoor

Het schepsel is wel onderworpen aan de ijdelheid. HSV: zinloos. Zinloos in de kerk, in de samenleving. Is er een echt doel. God vrezen en de ander te dienen. Wat zal er veel veranderen als dat zo was.

Mijn eigen geboorteplaats. Vogelgriep uitgebroken. De Heere is zo goedertieren. En goed. Zo’n prachtig woord. We weten niet zo goed het woord te vertalen. Daarom maar laten staan en uitleggen. Kracht. Cement. In het gezinsleven. Heere, dat kende David, te midden van de struikelen met Bathseba en de volkstellingen. U heb ik nodig. U bent goedertieren.

Wat valt ons op, zo vaak staat er goedertieren. Uw goedertierenheid beter dan het leven. Je kunt ook zeggen goedheid. Nou dat moet je niet zomaar zeggen. Tieren, nou razen. Lelijk doen. Er is ook nog een ander soort tieren. Planten. Tuinen. Wat tiert het alles welig. Daar zit kracht in, leven in, blijdschap in. Dat is het ten diepste. Gods goedertierenheid. Tieren in de goedheid van God.

Heere, als U nu dat rijke zegel op mij heb gelegd. Uw naam is Heere. Ik zal er zijn. Ook in tijden van zorg. Crisis in het bedrijfsleven. Agrarische leven. Crisis in de politiek.

Op school leren, binnenkort beginnen de scholen weer. Psalm 136 leren 26x, want Zijn gunst alom verspreid zal bestaan in eeuwigheid. Dan moet je bedenken dat er goedertierenheid staat. Dat is vastheid. Heiligheid. Bevinding. Vrede, blijdschap. Allemaal gaven van Hem. Ook bij het ouder worden.

Duur, kostbaar. Daar is Christus de echte Knecht des Heeren. De schuld op Zich genomen. Onze samenleving. Persoonlijk. Och dat u op deze dag zou bekennen dat tot uw zaligheid dient. Wonder van genade. En dan nog iets.

Ik ben het me bewust. Omdat we een wat lange voorafspraak hadden. Maar ook de climax. Dat de mensenkinderen de toevlucht nemen onder Uw vleugels. Hij is de schaduw aan Uw rechterhand. De vleugels van de engelen. Wat gaan we voor een tijd beleven? Het kan ons weleens bang maken. Maar waar heeft David op gekeken? De ark. Twee cherubijnen. Vleugels wijd uitgespreid. Teken van bewaring.

Wie het bij Hem zoekt vindt genade en bescherming. Vrede voor de grootste der zondaren. De beelden buitelen eigenlijk over elkaar heen hier in Psalm 36. Hoeveel malen heb Ik u bijeen willen vergaderen gelijk een kip haar kuikens. U hebt niet gewild. Zei David ook al.

Ach het zijn bij ons allemaal megabedrijven geworden. Maar altijd wel mooi om te zien. Die kloek. Slaat de vleugels over de kuikens heen. Lieflijk beeld. Evenals de goede Herder. Voor iedereen te begrijpen. Misschien heb je thuis wel kuikens. Als het kuiken wegloopt, gaat hij het bijna achterna. Wat is de Heere bezorgd, niet willende dat enige verloren gaan.

Met allerlei soorten relaties, huwelijken die kapot worden gemaakt. De Heere roept het toe: wend u naar Mij toe. Ook de kinderen. Hier mogen nog kinderen zijn. Ook waar de leeftijdsgroep begint bij veertig. Dat is erg. Hoevaak heb Ik u bijeen willen vergaderen. Zoek het bij Mij.

Bij de Heere is een overvloed. Reinigingswater nodig voor de offers. Ezechiël: stroom van levend water uit de tempel kwam. Als teken van de Heilige Geest. Uitstraalde naar de woestijn. Zo worden verdorde mensen weer verfrist. Wat zal er in deze tijd aan de hand zijn in de samenleving in deze tijd van crisis. Dorre mensen. Bij alles wat ze organiseren aan kunst.

Jezus’ leven van mijn leven. Jezus’ dood van mijne dood. Daarom Uw goedertierenheid is beter dan het leven. Er komt een dag die stroom van levend water. Die palm van levend water. Hier wordt de rust geschonken, het vette van Uw huis gesmaakt. Hebt u er lust in? Dronken worden. Een beek van wellust. Waar de Heere zal zijn alles en in allen. Als niemand mij kan troosten, Hij is bij mij en troost mij.

Amen.

 

Zondag 14 augustus 2022 – Pauluskerk Dordrecht – ds. P. Molenaar – Schriftlezing Psalm 36 en Romeinen 8 vers 18-23