Het Hooglied beschrijft een beeld van een huwelijk. Hierin wordt het huwelijk tussen God en Zijn volk, Christus en Zijn kerk, uitgebeeld. Wie is zij die daar opklimt uit de woestijn? Het is de bruid, de kerk van Christus. Zij heeft gefaald en blijft falen. Maar dat geldt niet voor de Bruidegom, Christus. Wat doet de bruid? Zij steunt en vertrouwt op Christus, haar Liefste.
Hooglied 8 vers 5a: ‘Wie is zij, die daar opklimt uit de woestijn, en liefelijk leunt op haar Liefste?’.
- Waar de kerk vandaan komt en waar de kerk naartoe reist;
- Hoe de kerk reist.
Vertrouwen op Christus
Gemeente, onder de boeken van het Oude Testament neemt het boek een bijzondere plaats in. Heilige der heiligen van het Oude Testament noemen de Joden het. Huwelijk tussen God en Zijn volk. Huwelijk van Salomo en de dochter van Farao. Nieuwe Testament: Christus en Zijn gemeente.
Hooglied gelijkenis, allergie. Zaad gestrooid. Valt op de weg, tussen de doornen. Slaat op verschillende reacties van hoorders. Alle details betekenis. Zo moeten we het Hooglied ook opvatten. De bruid heeft gefaald, nergens de Bruidegom. Christus Zelf, zonder zonden. Wie overtuigt Mij van zonden? Maar van een zondig mens, wie zal mij verlossen uit het lichaam dezes doods.
Het beste huwelijk, ik heb het zelf ervaren, wordt ontbonden door de dood. Hoe dan de liefde is sterker dan de dood? Romeinen 8. Niets kan mij scheiden van de liefde van Christus ook de dood niet. Of: na de dood is het leven mij bereid.
Vergeleken met een huwelijk tussen een man en vrouw. Jeruzalem versierd als een bruid en een man. Hooglied over Christus en Zijn kerk. Daarmee beginnen. Ook afgeleide huwelijk tussen man en vrouw maar niet mee beginnen. Schrift met Schrift vergelijken, hoofdregel.
Daarnaast hulpmiddelen. Daarin ook een vriend en metgezel van allen die U vrezen. Boek bundelt meditaties. Om Sions Wil. E. van Meer. Al jaren predikant voor hij tot bekering kwam. Meditaties schrijven kon hij. Over Hooglied: Christus en Zijn bruidskerk. Doet recht aan wat er echt in het Hooglied staat. Twee weten meer dan een. Dan wordt weleens tegenworpen: joh, het moet van boven komen. De Geest. Helemaal. Maar mag weleens van anderen komen. Als het niet zo is, getuigd van hoogmoed. Vriend en metgezel die Uw Naam vrezen.
1. Waar de kerk vandaan komt en waar de kerk naartoe reist
Waar komt zij vandaan? Kerk komt uit Egypte en reist naar Kanaän. Ik ben de Heere uw God die u uit Egypte heeft uitgeleid. Wat ligt ertussen? Negev-woestijn. Gebergte van Juda. Dat ligt hoger. Vandaar wie is zij die daar opklimt uit de woestijn?
Ik hoop niet dat u zegt ik heb er nooit last van gehad van die woestijn. John Newton. Amazing grace. Gaf aan mij oog licht. Matroos geweest. Dorpje niet ver van Bedford stond hij. Later in Londen. Bordje in huis. Erop: U zult gedenken dat u dienstknechten was je Egypte. Het staat er nog in het huis. U zou er naar toe kunnen gaan en de eigenaar kunnen vragen het te zien. Niemand slechter eraan toe als ik, zei Newton.
Hoe begint bekering? Dat God je trekt uit de duisternis tot Zijn wonderbaar licht. Dan zeg ik Newton na: ik ben niet die Newton die ik was, maar ik ben ook nog niet die Newton die ik zou moeten zijn. Eens was ik blind, nu mag ik zien. Maar tot laatste snik last van de zonden.
Nog in de woestijn. Betekent het dat je niet mag genieten? Die kant moeten we niet op. Als iemand van genade leest, mag je van het leven genieten. Calvijn: met mate. Bij een christen past geen onmatige vreugde of een onmatig verdriet. Dit leven niet alles. Maar aan de andere kant: dit Woord kan ofschoon ik alles mis,
Je mag genieten van het mooie weer, je vrouw, je kinderen dat ze nog naar de kerk mag gaan als ze dat tenminste nog doen. De één hoopt dat het altijd zo blijft. Hoe oud? Zo oud mogelijk. Epucureërs:
Als ik er ben is de dood er niet. Als de dood er is ben ik er niet. Maar na de dood begint het pas. Als de aardse vreugde voorbij is, dan de echte vreugde pas. Buschauffeur zei: Nou vrouwtje je hebt je beste tijd we gehad. Buschauffeur had het mis. Mijn beste tijd komt nog.
Schotse predikant Murdoch Campbell. In ene nacht voerde God Zijn volk uit Egypte en vervolgens duurde het veertig jaar voordat Egypte uit het hart. van Israël was. Hier op aarde hebben we zondige gevoelens. De een hier de ander daar. Niemand kan dat ontkennen en iedereen heeft dat.
Ik zag in de consistorie een foto van dominee Van der End. Eindigde bediening in Ameide. Kwam bij de dokter. Nog klachten dominee? Ik heb nogal last van mijn hart. Uit mijn hart komen boze bedenkingen, hoererij. Heb je er ook zo’n last van dokter? Ook vergeving voor de zondige aard. Leven lang tegen te strijden. Dat is past over als we de doodsjordaan over zijn gegaan. Hun blijdschap zal dan onbepaald door het licht van Zijn aangezicht straalt.
We hebben allemaal gewoonten. Soms zijn we er zelf blind voor. Hier staat bijna niemand met bidden. Een enkeling zag ik. Eens was ik met predikanten uit Malawi. Jullie blijven zitten met bidden?! Dat kan echt niet. Het is staan of knielen. Nou dan maar beter staan. Sindsdien doe ik het met de studenten staan bidden. Dan zeg ik niet daar staat of valt de zaligheid mee.
Eens was ik blind en nu zie ik. Dan is het niet joh waar heb je het over? Waar ben je gedoopt, waar heb je het over? Dan ontmoet je christenen in India, in China. Die begrijpen het meteen. Gereinigd door Christus bloed, door de Geest geleid. Dan hier op aarde niet meer thuis. Als we echt een christen bent geworden, van huis uit of later, dan heeft het je hart geraakt.
Waar gaat het dan naartoe? Meer dan eens heb ik het gehoord dat mensen beweerden dat je geen zekerheid kunt hebben. Dan misgun je anderen wat je zelf niet bezit.
Met wie ben je getrouwd? Daar moet ik lang over nadenken?! Nee natuurlijk niet. Dat weet je. Wie is Christus voor je? Dat weet je. Het kan dan durf je het niet te zeggen. Maar dan denk ik aan de dochters van Jeruzalem. In het eerste deel van Hooglied 8 de dochters zelf het woord nemen.
De dochters zijn de bruidsmeisjes. Wie is het daar opklimt uit de woestijn? En ze deden het zelf ook. Zoete banden die mij binden. Hunne harte tale tolk. Als dit de taal van je hart is, dan ben je een levend lidmaat van de Kerk.
Christen in Christenreis bij het paleis liefelijkheid. Klopt aan. Waar kom je vandaan? Weg wereld weg schatten. In de tijd van Bunyan de vraag om belijdenis: waar kom je vandaan en waar ga je naartoe.
Dan zijn er uitdrukkingen die dogmatisch wel wat aanpassing behoeven. Maar vroeger zeiden ze bij de gezelschappen: Heb je het wonder erin gehoord? Het klopt helemaal. Maar het wonder kwam er niet uit. Maar dan kan het zijn dat je iemand ter zijde moet nemen. Dat moet je anders zien. Maar het wonder kwam eruit.
Dat vind je bij Augustinus in de vierde eeuw na Christus. En bij Bunyan. Of Philpot. Er waren er ook die een andere kijk op de kinderdoop hadden. Al meen ik het recht te hebben met de kinderdoop. Maar zij meer geleerd dan velen van ons en misschien wel wij allemaal bij elkaar. Wie zou die hoogste Majesteit dan niet met eerbied prijzen?
2. Hoe reist de kerk?
Die bruid ruikt heerlijk. Goed verzorgd. Dat staat in Hooglied 3. Dat mag ook. En toch dat blijft in Hooglied 8 weg. Ze leunt op haar Liefste.
Niet een bed, ledikant. Maar een draagkoets. Met zestig mariniers erom om die bruid te beveiligen. Waar is die draagkoets gebleven? We lezen het niet. Ze leunt op haar Liefste.
We moeten het geestelijke leven niet systematiseren. Het lijkt net of hij ons niet vertrouwd. Hij heeft God college. Maakt mij door Uw Woord en Geest bekend. Tranen en maten zijn er. Dat geldt nog. Want op het moment de mensen het in de gaten krijgen is de aardigheid eraf. Want dan zij ze wat en worden we wat.
Hoe meer ik op Christus zie, hoe blinder ik word. Toename in genade. Leunt op Christus. Moede kom ik arm en naakt tot de God die zaligmaakt. Toevluchtnemend en een verzekerd geloof. Wel betuigen ik klam mij aan Christus vast. En dan een verzekerd geloof: ik weet Die ik vertrouwd heb. Pauwe: toch een bedenking. Een verzekerd geloof mag nooit meer dan een toevluchtnemend geloof worden. Nooit bovenuit stijgen. Wat maakt een christen aangenaam: leunt op Christus.
Op mensen kun je te veel leunen. Verwachten. Vader en kind. Nu te zwaar. Of een vriend, nu wordt het mij teveel. Dat is bij Christus niet zo. Wie het meeste leunt, heeft het zelf niet in de gaten. Dominee Smits. Was de zondag over bij een jonge ouderling. Dochtertje van de ouderling was vijf jaar en ging ook mee. Moeder zette koffie.
Dominee, wat kunt u mooi vertellen over de Heere Jezus. Je raadt het antwoord van de dominee nooit. Met tranen in zijn ogen: Kind, is dat echt waar? Dat kind van vijf wist er nog meer van dan hij dacht dat hij had. En dat toonde precies aan dat hij het zelf ook wist.
Je kunt de oceaan niet leegscheppen. Daarmee kun je het werk van Christus vergelijken. Het kan niet zijn dat je er niets van weet -dan staat het er slecht voor.
Verzegeld. Heilige Geest. De Geest en de bruid zegge kom. Weet je daar nog niet van? Kom tot Christus. Kom Heere Jezus, kom toch haastig, God des levens. Wanneer komt die dag dat ik bij u komen mag.
Een collega zei tegen iemand. Joh, ik kom daar straks toch niet? Als je daar echt wilt komen, zul je er komen. Het is goed nabij God te zijn. Augustinus: Al biddend om Zijn Geest heeft Hij mij leren bidden door Zijn Geest. Bij de een zo en de ander op een andere manier. Joh ik doe het alleen met m’n verstand. Dat is niet goed. Maar dat is altijd beter dan er niet om bidden. Niet zeggen: ik bid al zo lang
Ik denk dat je op de foute deur klopt. Op de deur van het werkverband. Eenvoudige boomkweker zei dat. Genadeverbond. Roep me aan in de dag van de benauwdheid.
Als we niet God de schuld geven als we op de brede weg wandelen. En als we op de smalle weg wandelen: ik roem in vrije gunst alleen. Dat geve de Heere.
Amen.
Donderdag 7 oktober 2021 – Beth-El Christelijke Gereformeerde Kerk Katwijk – ds. P. de Vries – Schriftlezing Hooglied 8