Op deze bevrijdingsdag staan we stil bij de vrijheid. In Psalm 85 belijdt de dichter dat de Heere Zijn land gunstig is geweest. Werkelijk vrij zijn we als we door de Zoon van God vrijgemaakt zijn. Als we in het oordeel geweest zijn en onze zonden door het bloed van Christus vergeven zijn. In Hem hebben goedertierenheid en waarheid elkaar ontmoet en gerechtigheid en vrede elkaar gekust.
Psalm 85 vers 2: ‘Gij zijt Uw lande gunstig geweest, Heere! de gevangenis van Jakob hebt Gij gewend’.
Gelukkig is het land dat God de Heere beschermt
- Verheuging over het verleden;
- Verzuchting bij het heden;
- En verwachting voor de toekomst.
1. Verheuging over het verleden
Gemeente, Psalm 85 is een bekendere Psalm om te zingen dan om er over te preken of te mediteren. Dat is anders bij de 84e. Psalm 84 is populairder. Zeker ook als het om het meditatieve gaat.
Het is me opgevallen hoeveel preken en meditaties er zijn over 84 maar hoe weinig over 85. En nogmaals we zingen ‘m veel maar om er over te mediteren veel minder. Toch willen we dat vanmorgen met Gods hulp doen.
Wie de auteur weten we niet. Wel dat het geïnspireerd is door de Heilige Geest want anders had de Psalm niet in het Psalmboek gestaan. Meeste verklaarders denken aan Psalm in ballingschap of net na de ballingschap. Volk in vrijheid mocht leven maar nieuwe donkere wolken zich samenpakten. Na de Meden en Perzen zijn de Grieken gekomen en zelfs een eind maakten aan de dienst des Heeren. Toen dachten ze terug aan de tijden. Verheuging over het verleden en zuchten over het heden.
Spurgeon denkt door David. De Filistijnen vijanden. U bent Uw land, Israël, goedgunstig geweest, Jakob uit de gevangenis. Tienstammenrijk. Zo was het niet in de tijd van Babel. Toen Benjamin en Juda naar Babel waren gestuurd. Hoe het was weten we nooit helemaal. Dit weten we wel dat de Heere goed is geweest. De Heere een getrouw God is. U bent Uw land goedgezind geweest. En zo mag de dichter in geloof zeggen zo bent U nog. U hebt alle zonden bedekt.
Vanwaar toch de ballingschap van Israël. We mogen het niet altijd gelijkstellen met de komst van de boze die de komst van Christus wilde verhinderen. Vaak Israël die de Heere niet volgde. En dan komt de Heere met Zijn oordeel. Psalm 32. Bedekken en vergeven. En als God vergeeft door het werk van Zijn Zoon dan worden de zonden geworpen in een zee van eeuwige vergetelheid.
Vergeven doe ik het, vergeten niet zeggen wij. Het zou onmacht van de Heere zijn als Hij ze nog zou weten. Doet ze in een zee van eeuwige vergetelheid. Israël bevrijd. En mogen wij dat ook niet zeggen. 79 jaar. Bevrijd van Nazidom. En daarvoor gebeurd is. Niet Nederland en Israël gelijkstellen. Tirannie van het Wilhelmus gaat niet over het Nazidom maar over tachtigjarige oorlog.
Gelukkig is het land dat God de Heere beschermt. Dat komt uit die periode. We mochten weer in vrijheid leven. Nou moeten we niet denken dat het vroeger allemaal goed was. Iedereen vrome mensen waren en iedereen uit het Woord van God leefde.
1574 bevrijding van Leiden. Predikant die zei: Juk de Heere niet in vrijheid te kunnen dienen. Toen was er een burgemeester die een pistool pakte om die man te schieten. Franse overheersing gehad en Duitse overheersing.
Van Duitse bloed. Koningshuis. Huis van Emden. Duitsland het land van Luther. Van de Heidelbergse Catechismus. Duitsland het land van Bach. Hoe bestaat het. Oorlog met je buren. Wat een leed. Man die kwam met het boek, van hem wiens naam we niet eens willen noemen, ‘Mein Kampf’. Mijn strijd.
Hakenkruis. Ik hoef u hier niets te vertellen. Vroeger zelfs genoemd het dorp genoemd dorp van de weduwe en wezen. Procentueel uw dorp nog meer geslagen dan Rotterdam. Wat een zorgen en noden. En toch de Heere is ons land goedgunstig geweest. Toorn afgewend. Zijn daarmee alle zonden van land en volk vergeven? Dat durf ik niet te zeggen. Maar wel Zijn toorn afgewend.
Waarom? Opdat de goedertierenheden toch bekering leiden. En dan de ontkerstening doorgezet. Hier mocht een nieuwe kerk neergezet. Maar in de steden. Hier in Putten en ook in Elspeet, procentueel het gaat terug. De mensen hebben de Heere niet meer nodig. Die ons zo goedgezind was en Zijn verbolgenheid heeft weggenomen.
Zeker het brute van de vervolging van het fascisme. Maar het oordeel riep ook om de toorn van God. Maar zeker ook de zonden die roepen om de toorn.
2. Verzuchting bij het heden
We gaan naar het heden. De blijdschap dat God Zich over Israël had ontfermd. O God die droeg ons voorgeslacht. God van ons heil breng ons terug. We komen er niet helemaal achter in welke tijd, na de ballingschap of Filistijnen of tijd van de Grieken en niet naar het huis van de Heere kon gaan. Gemeente laat dat even in het midden.
In de grote nood verzucht breng ons terug. Dat heeft ook de betekenis van bekering. Breng ons weder. Geef een bekering. Een opwekking in land en volk. Breng ons terug o God van ons heil.
Jongens en meisjes weleens gehoord op catechisatie over de Messiaanse Psalmen. 22, 2, 72 geef Heer de Koning Uwe rechten. Maar wat dacht je van Psalm 85? Zelfs bij de Rabbijnen vinden we het terug. Heil. De Heere Jezus. Breng ons terug o God van ons heil en doe Uw toorn teniet.
Is dat niet wat we nodig hebben in onze gemeente, in ons hart. Uw toorn eeuwigdurend zijn? Van generatie op generatie. We zeggen niet het is oorlog. Maar zien wel de dreiging. Kom met Uw geest zodat Uw volk zich weer in U verblijd.
Vision van Ezechiël. Dal van dorre doodsbeenderen. Is het zo ook niet onder ons als de kerk geen lichtend licht en zoutend zout is. En mensen zeggen het is maar een dooie boel. Zult u ons doen herleven opdat we ons in U verblijden. Dan gaan wij Uw lof verkondigen. Toon ons Uw goedertierenheid Heere. Geef ons Uw heil. Een verzuchting in het heden. Kom met Uw heil, kom met Jezus, kom met de Zaligmaker. Kom in mijn hart. Zoals we ook gaan zingen met Psalm 108 vers 7. ‘O God, die ’s lands benauwdheid ziet, Red toch Uw volk uit zijn verdriet; Want ’s mensen heil is ijdelheid’. Sieg-heil. Dat is echt ijdelheid. ‘Maar als Gods almacht ons geleidt, Dan doen w’ in Hem de kloekste daân’. Laten we zingen van Psalm 108 vers 7 om dan nog even terug te komen op de toekomst.
3. Verwachting voor de toekomst
Gemeente, het mag beginnen nogmaals om de Heere te danken voor Zijn weldaden. Gij bent Uw land goedgezind geweest Heere. De zonde is bedekt. U bent niet toornig meer. Maar nu zitten we opnieuw nood, we zijn opnieuw in grote zorg. Er is een oorlog gaande. Gemeente merken we dat ook vandaag niet? Tegenover de Heere. Laten we ons Zijn banden scheuren en touwen verre van ons werpen.
Allen die Godzalig willen leven zullen vervolgd worden. Duivel, wereld, en ook nog eigen vlees. Job: heef niet de mens een strijd. Bij belijdenis welkom in de strijd. Men zit niet op christenen te wachten in de wereld. Wereld weet niet wat men doet. Calvijn: christenen beste staatsburgers.
Kerk heeft een strijd. Soms zucht je eronder. Hoe ons levend maken. Het voelt soms zo dat het leven eruit gaat. Bijbel gelezen, plicht gedaan maar maak mij levend Heere. Maar dan met het oog op de toekomst horen wat de Heere spreken zal.
Onweer God spreekt zei mijn moeder. Zegt de Bijbel ook. Maar ik hoor het wel maar versta het niet. Maar in Zijn Woord hoe Hij wil zijn voor arme zondaren. Spreek Heere Uw knecht hoort, net als Samuël. Want Hij zal tot Zijn volk en gunstelingen van vrede spreken.
Als ik nog een vreemdeling van de verbonden der beloften. Als ik een kerkganger ben die het nog niet kent. Dat is zo’n wonder. Want hoorde je het vanmorgen genade en vrede zij ulieden. Niet even wachten, alleen gunstelingen. Naar tot een ieder. Tot vijanden spreekt Hij van vrede. Hij is het die Zijne vriendheid biedt. Hij handelt nooit met ons naar onze zonden hoe zwaar wij ook Zijn wetten schonden.
Maar laten we niet terugkeren tot de dwaasheid. Laat bekering gelijk opgaan. Laten we de zonden niet aan de hand houden. Wapenen van de zonden neerleggen. Calvijn maakt van maar en. En ze zullen niet tot dwaasheid terugkeren. Kortom het is een belofte.
Een kenmerk van genade is dat ik geen lust meer heb in de zonden te leven en te wandelen en te gaan. Ja Zijn heil is nabij die Hem vrezen. Opdat er eer in ons land woont. Opnieuw gaat de dichter naar heil, naar de Heiland, Jezus.
Zodat er eer in ons land woont. Wat is de eer van ons land? Wat is de eer van Nederland? Toen wij kleine jongens waren gingen we voor het gemeentehuis zingen. Allerlei Vaderlandse liederen zingen. Gewijde krachten wijdt. Kabod. De eer. Wat stond op de muts van de hogepriester? Kabod Jahweh. Eer van God.
Wij zijn eerrovers van de eer van God. Ikabod. Eer weg. Christus. Opdat de eer van God er weer is. Komen we bij het einde van de Psalm. Goedertierenheid en trouw ontmoeten elkaar. Gerechtigheid en vrede kussen elkaar. Gemeente het woordje trouw heeft ook de betekenis van waarheid. Het ontmoeten of het omarmen.
Heel veel verklaarders weten hier niet goed uit te komen. Ik zeg niet het beter te weten. Vooral bij de Engelse puriteinen komen we het tegen. Goedertierenheid en waarheid. Trouw even parkeren. Blaadjes in de Tweede Wereldoorlog. Klopt. Trouw voor het volk. Wat is waarheid? De Heere Jezus, klopt. Hij is de Waarheid. Als we er iets van willen proeven moeten we ook weten van buiten Hem. Zonden. Hij ontdekt aan zonden, ongerechtigheid en oordeel.
Als God alleen aan de waarheid vasthoudt, dan kom ik er niet best af. Maar goedertierenheid en waarheid ontmoeten we elkaar. Door goedertierenheid aangedreven, zijt Gij mild in het schuldvergeven. Zijn goedertierenheid houdt haar kracht tot in het laatste nageslacht.
In de Heere zien wij de goedertierenheid en waarheid elkaar ontmoeten. En nog meer gerechtigheid en vrede elkaar kussen. Zo Gij in het recht zult treden. Maar nee daar is vergeving. Tegenover de eisende gerechtigheid is daar de vrede. De kus van de vrede.
Toen Aäron en Mozes elkaar ontmoeten. Mozes veertig jaar in de woestijn geweest. Bij Horeb. Uit de gevangenschap. Mozes bang. De Heere zegt Ik zal Aäron sturen. Als ze elkaar ontmoeten kussen ze elkaar. Tachtigjarige mannen. Zoals we in Rusland zien. Vielen elkaar in de armen, kusten elkaar.
Mozes de man van de wet. De wet door Mozes geworden. De genade door Christus. En dan kom de Hogepriester, Christus, in het binnenste heiligdom. Ze kussen elkaar.
De kus van Judas die heeft als het ware gebracht dat wet en Evangelie verzoend werden. De wet die eist, het Evangelie volkomen verzoening. Wat een Evangelie. Heiland opkomt dan komt er trouw en waarheid uit de aarde. Dan gaan we de Heere volgen de Weg, de Waarheid en het Leven. De schenkende gerechtigheid. Dan gaat Hij het goede geven. Hoe groot is het goed dat U geeft.
De Heere heeft veel goed. Als je een meisje mocht ontvangen in je leven, dat is goed. De vrijheid. Het land de opbrengst. Het lijkt dat hij weer helemaal terug gaat naar het materiële. Ik zal niet ontkennen dat het zeker een zegen is als het land vruchten geeft. Zoals de aarde de volle garven biedt. Maar het zijn verwijzingen. Het zijn verwijzingen naar de eeuwige zaligheid.
Als we dit jaargetij meemaken, het jonge groen weten we ook dat de blaadjes een keer gaat vallen. Maar in Bijbelse terminologie is dat anders en gebeurt dat niet maar zal het eeuwig zijn. ‘Zaligheid niet af te meten, vreugddie alle smart verbant, daar is de vreemdelingschap vergeten en wij zijn in het Vaderland’.
Gerechtigheid gaat voor de waarheid uit. Zet z’n voet. Hij zal ze zetten op de weg van Zijn voetstappen. De Heere leert ons te wandelen. Ook in deze onzekere tijd. Leer ons naar Uw waarheid te wandelen, ik zal dan in Uw waarheid wandelen, neig het hart en voeg het samen tot de vrees van Uwe naam. Niet de brede weg die tot het verderf leidt, maar de smalle weg die tot het leven leidt.
Dan is hier de bevrijding aangevochten maar als de Zoon vrijmaakt, dan zijn we werkelijk vrij. Eeuwige Bevrijdingsdag. Dat is geen een dag, geen twee dagen, maar eeuwigheid. Eeuwige blijdschap zal op hun hoofden zijn. Zullen we er allemaal bij zijn?
Amen.
Bevrijdingsdag zondag 5 mei 2024 – Nieuwe Kerk Putten, Holland – ds. M. van Kooten – Schriftlezing Psalm 85