De apostel Jacobus, broer van Jezus, wijst christenen die te maken hebben met verzoekingen, vervolgingen en beproevingen erop dat ze wijsheid bij God moeten zoeken. Wijsheid van Boven wordt geschonken door de Geest, in Christus Jezus. God is een gevend God; Hij schenkt zonder zwarigheid en karigheid. Christus is de wijsheid Gods. Zonder Hem kunnen we niet over wijsheid spreken. Wijsheid van Boven is leven naar Gods wil en wet. Erkennen dat we in onszelf dwaas zijn, hooguit slimme dwazen. Zonder die wijsheid kunnen we niet in dit leven. We hebben de wijsheid Gods nodig om als pelgrim onderweg te zijn naar het Vaderland dat Boven is.
Gemeente, bepaald geen onbekende tekst, Jacobus 1 vers 5. Indien iemand wijsheid ontbreekt… dat hij ze van God begere. Dat hij ze zoeke bij de Heere. Een woord dat in allerlei verbanden aangehaald wordt. In de komende weken zal schoolopening gehouden worden, op christelijke scholen. Het zal me niet verbazen wanneer hier en daar onze tekst zal worden aangehaald. En dat zal kunnen zijn dat ouders die hun kind voor het eerst naar het voortgezet onderwijs zien gaan, zeggen: je weet het he, als je wijsheid ontbreekt, zoek het bij de Heere?
Is het verkeerd als de tekst zo gebruikt wordt? Nee. Ik zal de laatste zijn om er kwaad van te zeggen. Mooi als ouders in bewogenheid hun kinderen aanraden wijsheid bij de Heere te zoeken. We moeten, voor die taak staan we vanavond, nagaan wat met wijsheid bedoeld wordt. Zou Jacobus het oog hebben gehad op een goed verstand? Jongeren die een klas kunnen overslaan – ik noem maar iets. Dat je geweldig mee kunt komen. Op je werk uitblinkt in schranderheid. Of is wijsheid meer in bijbelse zin – je klein bent voor God. O Heere, hoe bestaat het dat U mij zo zegent?! En als je zakt voor je examen; geef dat ik met mijn teleurstelling niet wegloop bij U vandaan. Dat ik hoop op U in al mijn wegen.
Wat me verder verbaast bij de tekst is: hoe komt Jacobus erbij om zo plotseling te spreken over wijsheid? Indien iemand tekortschiet in wijsheid… Wat brengt hem ertoe dit aan de orde te stellen? Het lijkt niet te passen in het verband. Het lijkt lukraak zoals Jacobus het erover heeft. Ja, dat kan lijken, maar het niet het geval.
Jacobus heeft het hier over verzoekingen en beproevingen. Blijkbaar hebben de lezers van zijn brief het bepaald niet gemakkelijk. Verzoekingen en verleidingen van de boze – om van de weg van de Heere af te gaan. Kruis dragen. Hun geloof wordt op de proef gesteld. God zegt: laat eens zien of het dienen van je wel echt is. Er is sprake van lijden en vervolging. In een vastgehecht zijn aan Christus – over zulke mensen gaat het hier – ze lopen klappen op.
Is dat zo vreemd soms? Moeten we ons daarover verbazen, als we onze tekst in het grote Bijbelse verband plaatsen? Eigenlijk is het toch zo vreemd niet. Christus is de grote Kruisdragen. Hebben de Zijnen dan ook niet een kruis te dragen op de weg die ze gaan door het leven?
Waar komt het bij deze christenen dan op aan, in die verzoekingen en beproevingen. Iemand kan zeggen: op volharding, geduld. Om het uit te houden. En Jacobus heeft het in vers 3 over volharding. Want dat is nodig. In de Bijbel wordt gesproken over standvastigheid – let er eens op hoe vaak dat in de brieven terugkomt. Het uithouden temidden van alles wat op je schouders kan komen. Je kan het ook anders zeggen: wijsheid. Dan zijn we bij de tekst. Echte, Bijbelse wijsheid.
Jacobus heeft het meer over wijsheid. Hij onderscheidt wijsheid van Boven en van beneden. Wijsheid uit de mens en wijsheid van God. Wijsheid heeft niet te maken met je hoofd maar met je hart – in de Bijbel. Vandaar dat u zo vaak leest dat de vreze des HEEREN het beginsel van de wijsheid is. Acht het voor vreugde, zegt Jacobus, als u verzocht wordt.
Ik kan me voorstellen dat er thuis iemand zit of hier in de Oude Kerk, die daar moeite mee heeft. Moet ik vreugde hebben over het feit dat ik verzocht wordt? Dat is mij te hoog… Moet ik dat voor vreugde houden. Juist daarom is die wijsheid zo nodig, waar Jacobus het hier vanavond in onze tekst over heeft.
In ieder geval moeten bij deze christenen niet vragen rijzen als ze op zo’n weg gaan vervolging. Hoe kan ik verdragen? Hoe kan ik de weg vinden die ik te gaan heb? Ook als het vol van nevels kan zijn? Hoe zou het kunnen dat zulke beproevingen mij tot zegen zijn? Hoe kan dat? Dat ik volhard op mijn weg… in het vasthechten aan God en Zijn Woord. Hoe kan het dat ik niet de dienst aan de Heere niet laat varen. Mensen zeggen soms: ik heb teveel meegemaakt om nog naar de kerk te gaan. Als God mijn leven dan zo leidt en regeert, welke bedoeling heeft Hij dan met mijn leven?
Als ik daar niet achter kijk, als ik daar weinig of niets van zie, de vragen meer of meer worden, de vragen pijnlijker worden, wat heb ik dan nodig? Wijsheid. Hoe kan ik op de Heere hopen? Als Hij voor mij zulke moeilijke wegen gaan. Volharden in het aanhangen. Wijsheid! Die God geeft door Zijn Woord en Geest. De wijsheid die van Boven is.
Als ik het goed begrijp, zegt iemand, is dit vooral een tekst voor de kerk in vervolging. Christenen in Nigeria, Iran; plaatsen waar vervolging heerst. Je hoort en leest er zoveel over – wat ze meemaken. Medogenloze en redeloze van de vervolgingen. Daar zal wel veel over deze tekst worden gepreekt?!
Jawel, maar deze tekst is ook gericht aan u en jou. Er is geen mens die kan zeggen; ik heb die wijsheid niet meer nodig. Dat zou werkelijk de grootste dwaasheid zijn vanavond. Dat mag duidelijk zijn.
Ook een christen in Nederland kan een zwaar kruis op zijn schouders krijgen. Hebben wij geen wijsheid nodig in onze welvaart en voorspoed die we hebben als kerken? Al gaan we de dingen in ander licht zien. We zien de betrekkelijkheid van de dingen in. De wijsheid om niet verstikt te worden in lauwheid. Opgaan in materialisme. Wijsheid om niet in rust en gezapigheid voort te gaan op een brede weg zoals Jezus die schildert. De wijsheid om niet zondags te zingen ‘God heb ik lief’ maar de andere dagen de wereld ver boven God te stellen? Is er geen wijsheid nodig om niet de dood boven het leven te kiezen.
Wat bedoelt Jacobus met wijsheid? In hoofdstuk 3 komt hij erop terug. Is er dan ook een wereldse wijsheid, vraagt iemand. In zekere zin wel. De wijsheid hoe je het hier prima voor elkaar kunt hebben in dit leven. Wijsheid die hand in hand gaat met nijd, afgunst, wanorde. Dan zitten we toch midden in het maatschappelijk leven van de 21e eeuw? De wijsheid buiten God en Christus om. Buiten Hem om, die zegt: Ik ben de wijsheid Gods… Je hebt voor de wijsheid van beneden geen Woord, geloof en bekering nodig.
Maar daar tegenover de wijsheid die van Boven is. Die wordt gegeven door de Geest. Hij gebruikt het Woord. Aan het einde van de preek zeggen: o HEERE, ik moet geholpen worden door iets wat van Boven komt. Door Christus die de wijsheid Gods is.
Wijsheid is niet dat je geweldige cijfers op school haalt. Of dat je intellectueel begaafd bent. Als je voor God niet buigt, ben je hooguit een slimme dwaas of slimme schurk.
Het gaat erom dat je verstaat wat de juiste weg is om te gaan, ook in de praktische dingen van het leven. Ik hoop zo te laten zien dat het met alle terreinen van het leven te maken heeft. Hoog tegen de HEERE opzien. Dat is wijsheid. Had u dat gedacht? Heel hoog tegen God opzien… HEERE, wat bent U groot! Wat staat me te doen hierin, daarin, morgen, op mijn werk, op vakantie, in de meest praktische dingen – naar de mening van de HEERE. De God die hier in Zijn Woord tot ons komt. Wat is recht in Zijn oog. Dat Hij mij Zijn goedkeuring geeft. Op die weg zal Ik het licht van Mijn aangezicht over je geven. Daar ligt troost en vreugde in. Het rechte inzicht in de dingen van het leven. Bij het lezen van u krant. Het tot u nemen van het nieuws. In de dingen van het eeuwige leven.
Jongens, zeggen jullie wel eens tegen de HEERE: wat vindt U hiervan of daarvan? Wijsheid in de strijd tegen de duivel. En mijn eigen ik. En wat is de duivel listig! Wat heb ik een wijsheid nodig om niet meegesleurd te worden.
Nu gaan we een beetje begrijpen dat de wijsheid in de Bijbel zo hoog gewaardeerd wordt. In Psalmen en Spreuken wordt gezegd dat deze wijsheid meer waard is dan goud en zilver. Mee eens? Jullie, jongens? Inderdaad! Die wijsheid, die een onwaardeerbare schat is. Inzicht in wat de wil van God is. Maar daarbij ook het verlangen dat de wil van God gedaan wordt. Geen wijsheid om wel goed te weten wat weg van de HEERE is, maar die niet te bewandelen.
Wat speelt wijsheid een grote rol in het leven met de HEERE. Noem nou eens iemand bij wie de wijsheid naar voren komt? Ik zou de naam van Henoch willen noemen. Die wandelde met God. In de wandel voor Gods aangezicht bloeide wijsheid op. Salomo mag zeggen wat hij begeert. Nou, er valt nogal wat te bedenken. Wijsheid! Om Uw volk te regeren naar Uw wil. Dat is wijsheid van Boven.
Jacobus heeft het ook over wijsheid van beneden. Laten we eerlijk zijn, er is ook schijnwijsheid en eigenwijsheid. Daarmee red ik het ten diepste zonder God en Christus. De vraag vanavond: als iemand van u wijsheid tekortschiet, wijsheid ontbreekt… Nou zo’n vraag wil brengen tot reactie. Antwoord. Ben ik dat? Bij wie wijsheid tekortschiet, aan wie wijsheid ontbreekt… Iemand die wijsheid moet ontvangen.
In de dingen die ons overkomen. De richting van ons leven: welke kant gaat het op? Wat brengt me verder bij God vandaan en wat dichter bij? Wie zal me dat bijbrengen? En dat leren?
Jacobus wordt niet bedoeld dat ik af en toe een beetje tekort kom, dat ik van mezelf toch wel wijsheid heb. In moeilijke situaties kom ik tekort. Nee, zo bedoelt Jacobus het niet. Wijsheid nodig hebben in alles. En voortdurend.
Als David staat bij Saul, die aan zijn voeten ligt, wat is dan wijsheid: dat hij Saul doodt of niet. Werelds bezien zou het slim zijn als hij Saul zou doden. Dan is hij van hem af. Saul kan hem zijn leven kosten. Maar David doodt Saul niet. Saul is de gezalfde van God. David weet: God zal het maken, ook als hij hem tot koning gezalfd heeft.
Of wijsheid bij Jozef. Als de vrouw van Potifar zegt: kom bij me. Wat is wijsheid? Dat Jozef erop in gaat? Jozef vlucht weg. Dat is wijsheid.
Hoe krijg ik die wijsheid? Kohlbrügge zegt: wijsheid is ook dat men vasthoudt aan het heil Gods. Het Woord van het heil in Christus. Genade alleen. Goed om daarop te letten. Dat is echte wijsheid, ook in de 21e eeuw. Vast te houden aan het Woord van Hem. Het heil in Christus. Vasthouden aan het Woord!
Al zou morgen heel Putten zeggen: God bestaat niet en het heeft geen zin Hem te zoeken en te dienen? Dat u dan zegt: toch zal ik Hem zoeken en dienen. Dat is wijsheid. Inderdaad. Dat bedoelt Jacobus. Het Woord liefhebben. De leer van de Zaligmaker – die alleen Zaligmaker is – en totaal, volkomen. Dát! Oog en hart krijgen voor wat God werkt. En wat Christus doet. In Zijn kracht en genade. Dat is wijsheid.
Nu moeten we nodig verder lezen in de tekst: indien iemand wijsheid tekortschiet, dat hij ze van God vragen zal, die een ieder mild geeft. Dus, gemeente, als u wijsheid nodig heeft (vandaag en morgen en ik weet niet hoe vaak op uw weg, wijsheid die van boven komt omdat alles van beneden u niet helpen kan), begeer die dan van God. Wat een raad die we vanavond krijgen!
God is de God van volkomen wijsheid. Christus wordt genoemd de kracht en wijsheid Gods. In Hem is een overvloed om zondaren wijs te maken tot zaligheid. In Hem is wijsheid genoeg om een zondaar die niet weet hoe hij wandelen moet – die rondtast als een blinde – om die te leiden op de weg van het leven. Om te leren welke weg hij niet moet inslaan en welke wel. Zulke mensen leiden op de weg van het heil. Zulke mensen opraapt en genadig leidt op de weg van het heil. Mensen die niet bij Hem weten te komen, weet te lokken en te trekken, tot Zichzelf. Die wijsheid is bij Hem te krijgen. Begeer wijsheid van deze God!
Jacobus wil dat vooral overbrengen. Bij deze christenen in hun verzoekingen en beproevingen – ze vragen zich af, wat is de weg die ik te gaan heb? Wanneer stond u voor het laatst voor het aangezicht van de HEERE met die vraag? Jacobus bracht die boodschap niet alleen toen over. Maar ook die boodschap komt vandaag hier – in de kerk van Putten of thuis meeluisterend. We worden aangespoord tot Hem te roepen. Hem te zoeken. In strijd, verzoekingen. Je kunt geneigd zijn om jezelf te beklagen. Of anderen aan te klagen. Wat ze me toch aangedaan hebben, moet je horen! Klagen over de wereld en de tijd waarin we leven, waarin zo ontzaglijk veel gebeurd. Dat zal waar zijn, maar hoe zit het met het ons roepen tot God?
Jacobus heeft het graag over het gebed. Een onderwerp dat hem blijkbaar zeer ter harte gaat (in hoofdstuk 5, maar ook aan het einde). Elia wordt ter sprake gebracht. Hij bad en het regende niet, 3,5 jaar. Hij bad weer en het regende. Een krachtig gebed van de rechtvaardige vermag veel, brengt veel tot stand. Deze Jacobus, waarschijnlijk een broer van Jezus, zal hij een biddend leven gehad hebben? De kracht van het gebed hebben ervaren?
Een voorbeeld: Psalm 19. David zoekt wijsheid. Reinig mij van mijn verborgen afdwalingen – dat is wijsheid om daarvoor te bidden. Houd uw knecht af van trotsheid – dat is ook wijsheid om daar voor te bidden. Laat de woorden van mijn mond tot Uw wil zijn. Lees dat thuis nog eens na. En bid het na! Psalmen zijn niet alleen gegeven om na te zingen maar ook te bidden. In alle omstandigheden van het leven. U vindt er vast wel stof tot gebed.
De HEERE wordt hier getekend in onze tekst als een gevend God. Die een ieder mild geeft. Gemeente, levend geloof leert Hem toch meer kennen als een gevend God. Kent u Hem zo? Geloof gaat ontdekken dat Hij zo’n machtig gevende hand heeft. Hij weet de grootste schatten thuis te brengen in het leven van zondaren.
God is toch ook een God die vraagt en eist? Hij eist toch volkomen gehoorzaamheid? U hebt gelijk. Dat is zeker waar. Jacobus wijst ons te meer op het gebed om wijsheid. Hij is ook een gevend God. Als Hij van u een wandel in wijsheid vraagt, weet Hij dat ook te werken. Hij geeft mild. Overvloedig. Letterlijk staat er: Hij geeft eenvoudig. Wij kunnen berekenend zijn als we iets geven. Bedoelingen hebben, om er zelf beter van te worden. God geeft zonder bijbedoelingen.
Nu moet ik vanavond echt zoeken naar een duidelijk woord om u iets helder te maken van wat hier bedoeld wordt. Hij geeft omdat Hij God is…! Dát! Zo eenvoudig. En oprecht. Wanneer we dat van God kunnen zeggen – Hij is nooit onoprecht. Het is onze tekst eenvoudig: een bedelaar bedelt ongekunsteld en God geeft eenvoudig. Hij weet wat nodig is bij pelgrims die op weg zijn naar een beter vaderland. Hij geeft in praktische omstandigheden van elke dag. Hij heeft nooit milder gegeven dan in Hem die de wijsheid Gods is. Die in Bethlehem gegeven werd.
Ik las van een arme vrouw in Engeland. Ze woonde in een klein, schamel huisje. Ze wist niet hoe ze de huur bij elkaar moest krijgen. Op een morgen wilde haar predikant haar bezoeken. Er werd niet opengedaan. Vreemd! Ze is altijd thuis. ’s Middags weer, opnieuw stil. Hij ziet door een raam de vrouw in een donker hoekje. Ze komt naar de deur. Ik was er vanmorgen ook al! Ik durfde niet naar de deur te komen, ik dacht dat het de huisbaas was voor de huur.
Soms maak ik in de geestelijke strijd precies dezelfde fout. Ik meen dat God op mij aankomt met Zijn eisen en vragen en wat ik op moet brengen en verlies uit het oog dat Hij een gevend God is.
Als u arm bent, alles erdoor gebracht hebt, en het ontbreekt aan echte wijsheid: zou u die niet zoeken bij de HEERE? Bij deze God. Zelfs als de vraag rijst: is dat nou een leven wat ik hier heb? Ook dan: zoek wijsheid.
Hij verwijt niet, zegt Jacobus dan. Er valt mij keer op keer het nodige te verwijten. Zo ontzaglijk veel keer. Ook als mijn weg anders loopt dan ik gehoopt had. Wat kan er bij mij niet bovenkomen, als mijn weg anders leidt… De God van alle genade komt niet met verwijten tot degenen die in Zijn handen vallen. Hen die bij Hem wijsheid zoeken. Hij overlaadt niet met verwijten. Als ik al weer moet belijden: HEERE, opnieuw ben ik er, ik kan me niet helpen, wereldse wijsheid baat me niet. Of bent u bang dat u te vaak aanklopt bij Hem? Iemand zei: God geeft zonder zwarigheid en karigheid! Wie zegt: HEERE, hier ben ik weer, ik kan weer mijn eigen hart niet vertrouwen.
Jacobus wil onderstrepen: en zij zal hem gegeven worden. Jacobus kan gedacht hebben aan Spreuken 2. In Spreuken wordt vaak over wijsheid gesproken. Als u haar zoekt als zilver, als een kostbare schat, dan vindt u ook. Durft u dat vanavond na te zeggen? De HEERE geeft wijsheid! Hij stelt daar Zijn eer in, om wijsheid te geven aan mensen die de weg helemaal kwijt zijn, en keer op keer kwijt zijn, afgedwaald zijn van Hem. Hij stelt er Zijn eer in zulke mensen wijsheid te geven. Kunt u begrijpen dat de HEERE zo is? Hij leert onderscheiden tussen goed en kwaad; wat tot Hem brengt en bij Hem vandaan jaagt.
Je kunt ook denken aan die tekst: bid en u zal gegeven worden. Is dat omdat ik zo’n bidder ben? Nee. Omdat de HEERE een gevend God is. Mensen die zeggen: HEERE, als het van mij afhangt, kunt U beter zwijgen. Het wordt een ander verhaal als we ons buiten Hem ophouden. Als we ons ophouden met wijsheid die van beneden is. Waar loopt dat op uit? U weet dat toch.
Het ging vanavond over wijsheid die van Boven is. Een ding moet aan het einde van de preek genoemd worden. Of beter: een Naam. Er is er een die genoemd wordt: wijsheid Gods. Hij geeft dat niet alleen, Hij ís het. Hebt u Christus, dan hebt u wijsheid. Ten diepste is onze tekst nooit los te maken van Hem. Stel u voor dat ik een mooi verhaal houdt over wijsheid maar zwijg over deze ene Naam. Hem, die de wijsheid Gods is. Geestelijk leven bergt in Hem. Schuilt in Hem, in alle nood en dood.
Zit er in dat begeren van wijsheid niet iets van een hunkering naar Hem, bij al degenen die Zijn verschijning liefkrijgen. Als ik van Hem ben en Hij van mij is, dan wordt mij eeuwige wijsheid gegeven. Niet alleen voor de weg hier maar ook om het toekomende vaderland te zoeken. Voor Zijn aangezicht leven hier op aarde. Hem zoeken. Hier hebt u Hem: de wijsheid. Wie van Hem is, wordt door wijsheid geleid. Geleid op de weg naar een beter Vaderland. Die komt eenmaal thuis. Wie zal mij de wijsheid geven om eenmaal in te gaan? Ik! zegt Hij. Steeds meer bidden om wijsheid en verlangen Hem al meer te kennen.
Amen.
Doe bij Uw knecht weldadigheid, o HEER,
Opdat ik leev’, Uw woorden moog’ bewaren,
En dat Uw Geest mij ware wijsheid leer’,
Mijn oog verlicht’, de nevels op doe klaren;
Dat mijne ziel de wond’ren zie en eer’,
Die in Uw wet alom zich openbaren.
Ik riep U aan, o HEER, met al mijn hart;
Verhoor mij, en ik zal Uw wet bewaren;
Ik riep U aan, in druk en leed verward;
Verlos mijn ziel uit angsten en gevaren;
Dan houd ik Uw getuig’nis, en in smart
Zal ik daar troost en wijsheid uit vergaren.
– Psalm 119 vers 9 en 73 (berijming 1773)
Hervormde Gemeente Putten, Oude Kerk, zondag 13 augustus 2023, 18:45 uur. Schriftlezing Jacobus 1:1-12.