In de Bergrede van de Heere Jezus Christus gaat het over de verborgen werking van het zout en over de openbare werking van het licht. Christenen verschijnen het licht van God op deze aarde. Het licht is afkomstig van God en dat ontvangen allen die in Hem geloven. En dat licht schijnt met het doel dat God verheerlijkt wordt.

Mattheüs 5 vers 16: ‘Laat uw licht alzo schijnen voor de mensen, dat zij uw goede werken mogen zien, en uw Vader, Die in de hemelen is, verheerlijken‘.

Geliefde gemeente de tekst komt uit wat wij zijn gaan noemen de Bergrede. Mattheüs 5-7. Een preek die de Heere Jezus daar heeft gehouden rond het meer van Galilea. En de discipelen en mensen luisterden. Grondwet van het Koninkrijk. Grondhouding in het leven. Als dat Evangelie in dat leven gaat werken dan wordt het zichtbaar. Zoals zuurdesem. Zout dat in het verborgen is maar smaak brengt en bederf tegengaat maar wel werkzaam is.

Barmhartig. Rein van hart. Naast dat ze een verborgen werking hebben zoals zout dat heeft, hebben ze ook een openbare werking. Licht. Ook geroepen tot openbare invloed. Zoals een stad op een berg niet verborgen kan blijven, zo kunnen kinderen van God ook niet verborgen blijven.

Het staat ook in het kader van vers 1, de schare. Meer hoorders bij. Hij zegt het tot degenen die Hem volgen, de discipelen, en ook die tot Hem luisteren. Joden, kinderen van het verbond. Roeping voor het volk Israël te midden van de heidenen om een licht te zijn te midden van de volken. En omdat Mattheüs het opgeschreven heeft en wij het horen, dat geldt dat ook voor ons.

Laat uw licht schijnen

  1. Waar komt dat licht vandaan?
  2. Wat is dat branden dan?
  3. Waarom moet dat licht branden?

1. Waar komt dat licht vandaan?

Vers 16 is natuurlijk een gevolg van vers 14. U bent het licht van de wereld. Het licht moet er eerst zijn voordat het kan gaan schijnen. Jezus zegt Ik ben het licht der wereld.

God is een licht. Hij werkt door Gods Geest licht in duistere ogen. Maakt kinderen van het licht. God wil Zijn kerk gebruiken om getuigen van het licht. Openbare invloed. Eertijds duisternis zoals Paulus schrijft, en nu bent u licht. Kaars niet onder de korenmaat zetten. Licht gaat nooit uit zichzelf branden. Moet aangestoken worden.

Er is geen mens die licht uit zichzelf gaat geven. Komt omdat we een verduisterd verstand hebben. Wij missen de heerlijkheid van God. Uit de duisternis getrokken tot Gods wonderbaar licht. Je moet aangestoken worden. Wat moet er dan gebeuren? Wie moet dat dan doen? God moet dat doen. Hij is de enige die mensen aan kan steken.

God sprak in de schepping en er was licht. Zo ook in de herschepping. De opening van Uw woorden geeft licht, hebben we net gezongen. De Heilige Geest komt het licht aandoen. Dat licht maakt alles openbaar. Zet alles in het licht. Dan gaan we ontdekken dat we geen licht zijn. Letterlijk uitgegaan zijn. Duisternis.

Dan doet dat God ook om ons te leren kennen wie Hij is. Licht aan te doen in de duisternis. Christus leren kennen. Als de Heere zo in je leven komt met Zijn Woord en overtuigd van zonden, gerechtigheid en oordeel. Heiligheid gaat zien. In Gods Zoon Gods barmhartigheid gaat ontdekken. Niet alleen om ons licht te geven maar licht te zijn.

We staat u bent het licht der wereld. God moet dat geven. Om te geven verlichting in de kennis van God door het aangezicht van Christus. Dan gaan we iets ontdekken van dat wij gezondigd hebben. Dan maakt Hij kinderen van het licht. Dan komt er verschil tussen vroeger en nu. Kunnen we dat zeggen hier of thuis? Een ding weet ik: ik was blind, het was duisternis, maar nu zie ik.

Het was eerst duisternis toen ik hoorde over zonden en duisternis. Waar heeft dje man het over? Ja we zijn zondaren maar nog niet persoonlijk. Ik had nog geen oog voor de barmhartigheid van God. Maar nu zie ik er iets van. Niet ze steken het zelf aan, bij de profeet Jesaja, dat is kunstlicht. Ik ben lid van de kerk, beter dan buurman, leef netjes mee. Nee dat bedoel ik niet.

Het gaat om dat Goddelijke week in ons persoonlijk leven. Is dat licht aangestoken? Wat een wonder van genade als je dat mag zeggen, er is toch verschil tussen vroeger en nu. Het is genade als Hij overkomt in ons leven. Als dat gebeurt is gemeente, wandel als kinderen van het licht.

2. Wat is dat branden dan?

Laten we dat licht ook schijnen? Zolang een kaars niet aangestoken is, dan is die net zo duister als de omgeving om zich heen. Als dat licht komt, dan drijft dat de duisternis weg. Het licht wint het altijd van de duisternis. Heel persoonlijk: laat uw licht schijnen. Niet dat van je vader of moeder. Als je dat mag zien, dan ben je rijk gezegend als kind maar dan heb je dat zelf nog niet.

Geweldige zegen als je mag zien als iemand dichtbij in je omgeving met de Heere leeft. Dat de Heere dat ook aan jou wil geven. Laat uw licht schijnen. Daar zit ook de ruimte in dat de Heere wil dat het licht ook gaat schijnen in jouw leven. Wedergeboorte. Heel persoonlijk in je leven.

Kaars brandt niet. Steek je een lucifer aan en houd je bij het lontje. Totdat het vuur overspringt op de kaars. Kaars neemt het vuur aan. Neemt het vuur over. Dan gaat het licht aan. Als het Woord verkondigd wordt, is dat als de lucifer om u aan te steken. Neem je het aan of blaas je het uit? Als het licht gaat schijnen over je zonden? Dat er maar een Zaligmaker is. Nou dat is voor mij niet [red: geluid van uitblazen]. Als je het aanneemt, gaat het vuur dan over op jou.

Dat je ervoor buigt, je leven ernaar schikt. De vreze van de Heere aanwakkert. Nou is het wel zo dat als dat licht overgaat, dat niet iedereen hetzelfde licht gaat verschijnen. Niet allemaal even hard branden. Grote lichten, kleine lichten. Sterren tot grote heerlijkheid. Je hoeft niet het licht van de ander te verspreiden. God heeft grote en kleine lichten.

Op een aangename manier wil laten verspreiden in de wereld. Dat is Zijn manier. Je kunt in je woonkamer een bouwlamp hebben staan in het midden die alles in een keer verlicht. Niemand van de mensen hier heeft dat in de kamer. Maar kleinere lampen. Soms een kaarsje.

Er zijn grote lampen ja, grote lichten. De profeten. Jesaja, Jeremia. De apostelen. Petrus, Paulus. In de kerk Priscilla en Aquilla. In de kerkgeschiedenis Augustinus, Beza, Luther en Calvijn. God heeft veel meer kleinere lichtjes. Waarvan wij niet eens weten. God gebruikte ze. Laat zo uw licht schijnen. Als je weet dat je het door het geloof ontvangen hebt, dat je het licht laat schijnen. We hoeven niet allemaal theologische boeken te schrijven. Misschien kun je in een paar zinnen veel beter zeggen tegen een kind dan de dominee. Wat een getuigenis. Niet allemaal een inleiding.

We hoeven niet allemaal in het ambt te staan. God heeft veel meer kleinere lampjes en Hij plaatst ze waar Hij wil. Lamp moet blijven schijnen. Zoals de lampen bij de wijze en dwaze maagden. Er is dagelijkse bekering nodig. Juist daaruit blijft het leven tot Gods eer. Niet ik heb nou

Dat vuur op de kaars vraagt om de voeding. Niet als een dwaze maagd daar niet meer om bidden om straks tot de ontdekking te komen dat het licht uitgegaan is. Daarvoor geeft God het gebed, kerkdienst. Niet aan een kerkdienst wel genoeg. God voedt het licht. Maak nou ijverig gebruik van de genademiddelen.

We zijn toch geen walmende kaars geworden? Dat je het Woord een tijd dicht laat? Dat we zo druk zijn met de dagelijkse dingen bezet zijn dat we geen tijd hebben voor het Woord. Of onze eigen ideeën die we in het Woord niet terugvinden? Moet de lont korter geknipt worden?

3. Waarom moet dat licht branden?

Zo’n kaars wordt aangestoken om op te laten branden. Merkwaardig doel. Die kaars moet niet heel blijven. Opgebrand worden. Mijn liefde en ijver brandt. Ik draag Uw heilige wet. Het Licht in de wereld, de Heere Jezus Christus, is helemaal opgebrand in de dienst van de Vader. Helemaal verteerd. Tot eer van de Vader, tot redding van zondaren. Niet Mijn wil maar Uw wil geschiedde. Al kostte Hem het alles. Geboren om te sterven aan het kruis. Gekomen om Zijn leven te stellen voor de schapen.

Dat licht wil Hij overbrengen. Hun leven gaan stellen in de dienst. Paulus in Romeinen. Zo bidt ik u dat u uw lichamen stelt tot een offerande, hetwelk is uw redelijke godsdienst. Onze kaarsen aangestoken worden om op te branden in de dienst van de Vader. Dat is het doel. Hij wassen, toenemen, ik minder worden. Met dat doel wordt die kaars neergezet. Op een bepaalde plek gezet. Soms de kaars verplaatst naar een andere plek. Abraham geroepen uit Ur. Apostelen gezonden. Vaak op de plaats waar je neergezet bent te midden van de broeders.

Het liefst wil je, dat zit wel in ons, rustig op je plekje op te branden. Zondagschool, jeugdwerk, dat zie ik niet zitten. Kandidaten gesteld. Nou ik?! Straks word je nog gekozen ook. Als God nou dat licht wat Hij je gegeven heeft wil gebruiken. Niet de kaars onder de korenmaat.

Korenmaat. Om koren te meten. Ongeveer negen liter. Vergelijken met een emmer. Niet over een kaars. Dan zie je het licht niet en gaat de kaars ongetwijfeld binnen de kortste keren uit. Al de alledaagse dingen die God je je gegeven heeft als een emmer gebruikt. Bedrijf. Schoolwerk. Al je vrijwilligerswerk. Waar de tijd om met de Heere door te brengen zo makkelijk door je vingers doorglipt. Welke korenmaten zijn er? Juist zo doortrekt ons hele leven. Als er zaken en handel gaat, honderduit praten, weten we onze waren aan te prijzen, en als het over het Evangelie gaat weten we geen woorden te vinden?! Over je hobby weet je alles te vertellen.

Dat soort korenmaten moeten maar weg. Mijn lippen Uw Woord gestaag vermelden. Naar kinderen, collega’s. Naar onze belijdenis die met goede werken versieren. Zes dagen zult u arbeiden, de zevende dag de dag van de Heere uw God.

We hadden uitgesproken dat als er iets is in ons leven zou zijn waar ambtsdragers iets over zeggen, gewillig ontvangen. In voorspoed dankbaar, in tegenspoed geduldig. Als uit de hand van de hemelse Vader ontvangen. Want die geloven zijn ervan verzekerd dat niets ons zal kunnen scheiden van de liefde van God in Christus Jezus. Om dat licht in ons laat schijnen. Die God liefhebben alle dingen, echt alle dingen, moeten medewerker naar Zijn voornemen.

Zichtbaar wordt iets van die vrucht van de Geest. Vrede, geduld, zelfbeheersing. Als we aangestoken worden door het Licht der wereld, gaan we op Hem lijken. Krijgt Christus afbeelding in ons leven. Hoe gaan je om met andere kinderen in de klas? Die misschien wel gepest worden. Welke filmpjes stuur je door? Jongens hoe gaan je om met de meiden, meiden met de jongens? Hoe gaan je om in de sport als je samen een wereld verliest en eentje was niet zo goed.

Hoe gedraag je je in je bijbaantje? Als de baas komt ga je gauw weer hard aan het werk. Thuis, tegenover je ouders, broers en zussen. Probeer je te helpen voor elkaar. Je hoeft echt niet te denken straks bij de preekbespreking. Daar ga ik echt niet naar toe. Ik weet niet wat te zeggen. Als je mag weten wat de Heere je gegeven hebt, zet het niet onder de korenmaat van verlegenheid. U kunt zo goed het sfeerlichtje zijn.

Hulpverleningszondag. Herbergzaamheid. Waar we kunnen de nood ledigen. De zieken bezoeken. De gevangenen opzoeken. Die verzin ik niet zelf. In Zijn geboden. Opdat wij anderen mogen winnen tot het Koninkrijk van God. Tot eer van God. U gebruiken als een groot of klein licht. Straks die schare mag staan en God de eer geven. Handelingen 2. Deden dagelijks toe tot de gemeente die zalig werd.

Leesbare brief. Niet met vlekken. Beduimeld. Maar een leesbare brief. Niet op zondag zingen tot Gods eer en doordeweeks je tong gebruiken tot onwaarheid. Niet op zondag zingen hoe lief heb ik Uw wet, en doordeweeks de kantjes eraf lopen. Niet de wereldse levensstijl. En dan niet denken het maakt niet uit wat de mensen van mij denken. Dat kun je alleen zeggen als je handel en wandel op grond van God Woord geen aanleiding geven om iets van je te denken.

Wat een opdracht. Gode zij dank, daar is het Licht der wereld. Die die wet volkomen wet volbracht heeft. Hem steeds aanroepen om het van Hem te ontvangen. We zijn Zijn maaksel. Leer mij naar Uw wil te handelen, ik zal dan in Uw waarheid wandelen.

Begin van de dag in gebed. Heere, wilt U mij vandaag gebruiken om Uw licht te laten schijnen. Maak in Uw Woord mijn gang en treden vast. Laat zó uw licht schijnen voor de mensen opdat zij Uw Vader die in de hemel is mogen verheerlijken.

Amen.

 

Zondag 5 februari 2023 – Eben Haëzer Christelijke Gereformeerde Kerk Rijnsburg – ds. L.A. den Butter – Schriftlezing Mattheüs 5 vers 1-16