De Bijbel, de Heilige Schrift, is het eeuwige Woord van God. De Heilige Schrift is volkomen in de zin dat er alles in staat wat nodig is om te geloven. Guido de Bres, de opsteller van de Nederlandse geloofsbelijdenis, was het erom te doen om de Heilige Schrift na te zeggen. De Schrift heeft het absolute gezag. Het is voor de gelovige een lamp voor de voet en het licht op het pad ter zaligheid.
De volkomenheid van de Heilige Schrift
Het is u hopelijk bekend dat Guido de Bres zeer uitvoerig stilstaat bij de Heilige Schrift en de betekenis ervan. Hij wijst er maar liefst zes artikelen aan. Eerst te belijden wie God is. Hoe God bekend wordt, de Schriften te openen. En dan over de Schriften. En dan de Schriften als regel van het geloof.
U weet misschien dat bij Reformatorische scholen gevraagd wordt hiernaar uit de belijdenis. Wie de sollicitant is. Of hij naar de Schrift leeft. Of eigen opvattingen erop nagevraagd. Soms zelfs doorgezaagd. Als Guido de Bres de Schriften als gezaghebbend neerzet, dan komt dat niet uit eigen koker. Uit de Schriften zelf. Psalm 12: de redenen van de Heere zijn rein, gelouterd. Zevenmaal tot het zuiverste metaal is gekregen. Reine redenen.
Of om iets anders te noemen. Psalm 19. De schepping. Maar de wet van de Heere gaat dieper. In de Schriften openbaart de Heere Zich. Paulus tegen Timotheüs: alle Schriften van God overgegeven. Wees er maar zuinig op. Die Schrift uitermate nuttig. Onderwijs in tot rechtvaardigheid. De nieuwe schepping, de mens Gods heilig moet zijn. Toebereid tot het volmaakte werk. Prachtig als we spreken over de Heilige Schrift.
Guido de Bres: de Heilige Schrift is volkomen. Op welk punt? Vervat volkomen de wil van God. De Heere die wil zalig maken, alles wat nodig is om te geloven, wat een mens schuldig is om te geloven en zalig te worden, dat wordt daarin voldoende geleerd. De volkomenheid van de Heilige Schrift. Alles nodig is voor de mens om zalig te worden wordt daarin geleerd.
De volkomenheid van de Schrift betekent niet dat alles erin staat. Dat kan niet. Johannes schrijft dat hij nog meer had willen schrijven. De Heere is zo rijk, zo vol, dat is niet in boeken vatten. Klop en klaar: alles staat niet in de Bijbel. Als het gaat om de voorzienigheid, hoe dingen lopen, daar weet u ook alles van. Leven loopt anders dan je eigenlijk anders zou willen. Gebeuren dingen waar je verdriet over bent, dingen die je uitermate verheugen.
Guido de Bres: we houden de grens aan die God ons geeft. Die grens gaan we niet over. De Schrift is niet volkomen in de zin dat alles erin staat maar wel volkomen in de zin dat alles daarin staat wat nodig is tot zaligheid. Guido de Bres: bevat de wil van God volkomen.
In artikel 1 gesproken wie God is. Artikel 2 hoe God daar bekend wordt. De schepping, letters daar moet een architect zijn, een bouwmeester. Ten tweede geeft Hij ons nog volkomenere kennis van God. De zaligheid van de zijnen, de wil van God. Dat de Heilige Schrift de wil van God volkomen bevat. Wat is dat?
Paulus zegt ergens: God wil niet dat enige verloren gaan maar dat allen zalig worden. Ik heb geen lust in de dood van de goddeloze. Die wil van God, die volkomen wil, wat de mens moet geloven om zalig te worden. Dat wordt daarin genoegzaam geleerd. In dat Woord van God worden wij geconfronteerd met de wil van God, slaat het onze kort en klein, tweesnijdend scherp zwaard. Zet je in de brand. Dat Woord van God leert je, overtuigt je ervan: ik ben de dood schuldig. Dat Woord wijst de Weg aan, de redding aan, Jezus Christus, Zijn bloed verzoening aanbrengt, dat God een profeet daar in Israël heeft geroepen. Held heeft besteld. Mensen in uiterste nood te hulp om uit te redden. Dat staat allemaal in dat Woord wat nodig is om zalig te worden.
Mag ik u eens vragen: leest u zo de Bijbel? Mensen zijn soms van die haarklovers, wijsneuzen. Om anderen de loef af te steken. Belezenheid kenbaar te maken. Gaat het allemaal niet om. Heb u het Woord al leren lezen met het oog op uw behoud, zaligheid, oog op Gods eer, Gods Naam. God wil de zaligheid van de zijnen.
Guido de Bres schrijft letterlijk wat de mens schuldig is om te geloven, let erop dat het alles vastgezet is op Christus. Niet meer en niet minder. Wat te geloven is het Evangelie van Jezus Christus. Dat alleen het bloed van Jezus Christus reinigt van alle zonden en daar mag niets bij. De Heere heeft gesproken. Het laatste woord in Zijn Zoon die gekomen is om te bevrijden. De zaligheid is in geen ander. Dit is de waarheid, uw Heiland, die u aan moet roepen. Gekomen is om zalig te maken van de zonden.
Dit staat in de Schriften, zegt Guido de Bres. Niets bij doen en niets afdoen. Een belijdenis steunt op de Schrift alleen. U leest een Bijbeltekst, een Evangelie, al komt een engel uit de hemel met een ander Evangelie, die is een leugenaar. Je kunt het teruglezen in Deuteronomium en in Openbaring. Een Schrift. Belangrijk punt hoor gemeente. Er wordt beweerd dat er vele wegen zijn.
Wat een schande om dat te beweren. God heeft een Weg gegeven. Als we die niet gaan, dan vertreden we Zijn liefde. Die Schriften die Jezus Christus verkondigen, die zijn volkomen, niet anders te zeggen, niet anders te doen. Het is alleen maar gerechtvaardigd worden door het geloof. Niets en niemand anders.
Het zijn nogal dingen die Paulus heeft geschreven. In Galaten heeft men de prediking geloofd maar op een zeker moment wat los van geraakt. Wetswerken bij. De besnijdenis nog zelf doen. Paulus zegt: het is Christus Jezus alleen en daar komt niets bij. Uitzinnige Galaten, wie heeft u betoverd?!
Ik heb weleens gehoord dat een dominee daar consulent was. Mocht rijk daar dienen. Daarna een ander die daar diende. Wettische toer gegaan. Dominee Verkade, ik zal de plaats niet noemen, wie heeft u betoverd? Wie heeft u van de weg gehaald? Dat is wat Guido de Bres durft te zeggen. Die boodschapper die een ander evangelie brengt, die is te verwerpen.
Achtergrond. Belijdenis van Guido de Bres dit heeft geschreven. Het heeft hem zijn leven gekost. Belijdenis 1561, belijdenis van de muur van Doornik gehoord. Bij de leidslieden duidelijk te maken. We zijn niet gevaarlijk. Toen hij getraceerd was als de auteur was, is er op hem gejaagd. Het heeft hem zijn leven gekost.
Het is hem een eer voor God te mogen sterven, schrijft hij voor zijn sterven aan zijn vrouw. Hij dankt zijn vrouw voor zevental jaren. Dat zij hem zal volgen in het komen tot God, staan voor Zijn troon. In Roomse kerk geworden is: Schrift en traditie. Schrift en kerk. Concilie van Trente: te vinden in Schrift en kerk. Daar is hij te vinden. Ook met Zijn discipelen omgegaan. Ook daar gesproken. Twee tradities. Beide te bestempelen als van de Heilige Geest ingegeven.
Overigens dat zit ook een beetje in een ultra orthodoxe kant en bij de dopersen. De Geest mij dat geleerd. Je zult het moeten bouwen op de Schrift. Reformatie: Sola Scriptura. Geen menselijk geschrift erbij voegen. Of de ouderdom erbij bezweren. Of besluiten erbij genomen. Nee, het is de Schrift alleen. Hiermee kraakt Guido de Bres de Roomse kerk.
De Paus, Ex cathedra. Dat Maria altijd maagd is gebleven. Geen aanknopingspunt. Als de Schrift zegt, o die is zalig omdat ze de Heere Jezus Christus heeft voortgebracht. Nee, zegt de Heere Jezus Christus: zalig zijn zij die het Woord van God horen en dat doen.
Wat De Bres niet zegt is dat Gods kinderen geen goede dingen kunnen zeggen. Dat kan wel. Maar geen isgelijkteken ertussen. Het Woord is alles voor het heden en de toekomst en die grens niet overschrijden. Zullen we het zo houden? Ook in de Reformatorische traditie. Helaas er zijn mensen die zweren bij oude schrijvers. Onfeilbaarheid van de kanttekeningen. Zijn me zeer lief. Maar er is geen sprake van onfeilbaarheid. Er is altijd de weg te gaan van de Schrift. Gods Woord heeft heerschappij. De woorden van God die zijn absoluut. Daar is aan te toetsen.
We zijn een gemeente van Schrift en belijdenis. Onthoud het goed: de Schrift komt bovenaan en dan een hele niks niets, en dan de belijdenis. Het is nazeggen van de Schrift. Het is een staf om mee te gaan, geen stok om mee te slaan. Alles voor verbetering vatbaar is als het Woord dat aanwijst. Ook geen gewoonten die mensen voor absoluut gaan houden. Kan best gevoelig liggen. Ik zal geen voorbeelden geven. Ik heb ook dingen van huis uit meegekregen, en ik ben mijn ouders er dankbaar voor.
Maar geen wet van Meden en Perzen. Maar er is ook een andere gewoonte. Kan niet zeggen nou gaat die ander buiten de Schrift om. Het is altijd toetsen aan de waarheid van God. Kijk eens mee, dan komen we op dat laatste. Waar de Schrift alleen en niets anders dan de Schrift, dat zeggen we omdat we ons bewust zijn dat de mens van nature leugenachtig is en ijdeler dan de ijdelheid zelve. Alles verwerpen wat met de onfeilbare regel niet in overeenstemming is. Die verwerpen we van ganse harte.
Hoe staat dat bij ons? Verwerpen we nou inderdaad graag met ons hele hart wat in strijd is met wat de Bijbel leert over zalig worden, Gods wil om te behouden. Of is het anders? U ziet wel het is een zaak van het hart. Ik weet niet hoe je het voor elkaar krijgt als je ogenblik toch aan het gedogen gaat, toelaten gaat. Als je dan nog eens weet dat een ander dwaalt ten dode. Hoe kun je het op je geweten halen?
Paulus zegt: al kwam een engel uit de hemel met een ander evangelie. Beproeven of de geesten uit God zijn. Deze leer niet wordt gebracht, dan niet in huis ontvangen. Alle geest die belijdt dat Christus in het vlees gekomen is, die is uit God. Alle niet die de antichristus. We komen op voor de menswording van Jezus Christus.
De erfzonde in de moederschoot van het lijf afgehouden. Geen zonde heeft gedaan. Lichamelijk is opgestaan. Als die niet is opgestaan dan zijn we de ellendigste. Het moet zegt Paulus. We hebben niet anders, we prediken Christus der Schriften. Hij komt terug om te oordelen de levenden en de doden. We hebben deze leer der zaligheid. Dat is het alleen. Nou bidden we het elkaar toe dat we volgegoten van die liefde blijk geven. Met het leven in onze omgeving. Niet in praat in de eerste plaats, maar in daad, in levensgang.
Augustinus: meer geëvangeliseerd met het leven. En ook nog met het woord. Elke dag met Hem opstaan. De Christus der Schriften, het Lam van God, die is het.
Ga dan heen en laat blijken voor wie de Christus der Schriften is. Ik hoorde van een man. Het is mijn gewoonte niet. Ging naar huis. Moeder ging het eten maken. Hij trok zich terug. Kuste eerst het Woord. Moet je niet na gaan doen. Zo was hij voor God.
Dan denk ik ook aan een woord van Ledeboer: Een kus van Jezus’ mond is meer dan alle zwarte grond. Uw Woord is een lamp voor mijn voet, met die lamp ter zaligheid.
Amen.
Zondag 14 november 2021 – Rehoboth Hersteld Hervormde Gemeente Voorschoten – ds. J.W. van Estrik – Schriftlezing 2 Timotheüs 3 vers 10-17, belijdenis met artikel 7 Nederlandse Geloofsbelijdenis