Nadat de Heere Jezus in Bethlehem geboren en in Jeruzalem in de tempel aan de Heere voorgesteld was, keerden Jozef en Maria met Hem terug naar Galilea. Dat deden ze niet voordat alles voleindigd was. Hierin klinken de eerste tonen van de verlossing: de Heere Jezus kwam naar deze aarde om het verlossingswerk te vervullen. In een weg van vernedering vanwege onze zonden en schuld. In gehoorzaamheid woont Hij in het verachtelijke Nazareth in Galilea. Alles wat ik niet kan heeft Hij volbracht. Hebt u Hem al lief gekregen? Kom tot Hem, geloof in Hem. Hij is de Zaligmaker en Koning.
Lukas 2 vers 39: ‘En als zij alles voleindigd hadden, wat naar de wet des Heeren te doen was, keerden zij weder naar Galilea, tot hun stad Nazareth‘.
Jezus onder ons
1. Hoe Hij onder ons is;
2. Waar Hij onder ons is.
1. Hoe Hij onder ons is
Gemeente, hier en thuis, een kind hoort bij zijn vader en moeder thuis toch? Bij hen groeit hij op, als het goed is dat een veilige omgeving. Hoe naar is het als het geen veilige omgeving is. Dat doet een kind nooit goed. Als hij in een veilige omgeving omgroeit, dan leert hij lief te hebben. Hoe is dat met Jezus?
Hij werd niet thuis geboren. Dat gebeurt meer: kinderen worden in het ziekenhuis geboren. Jezus werd niet in een ziekenhuis geboren. Waar dan wel? In Bethlehem. We slepen de stal er niet bij; het staat er niet. Maar in ieder geval niet in de herberg en werd gelegd in een kribbe.
Maar let op: in Bethlehem. Hij was de lang beloofde Zoon van David. Hoe gaat het dan verder? Blijven ze in Bethlehem? Lukas schrijft er niet over. Dan moet je bij Mattheus lezen. Ook dat Zijn ouders en Jezus als vluchteling naar Egypte zijn gevlucht. Lukas schrijft het opdat u zou weten waar Jezus vandaan komt.
Jezus is daar waarschijnlijk besneden in Bethlehem op de achtste dag. Hij kreeg daar de naam Jezus. Die naam had Hij al gekregen voor de geboorte. De engel had het tegen Maria gezegd. De kinderen weten het ook wel. En dan lezen we zo treffend dat ze Jezus naar Jeruzalem brachten. De eerste belangrijke plaats voor Jezus was Bethlehem.
De tweede belangrijke plaats is Jeruzalem. Aan de Heere voorgesteld. God dienen, daartoe was Hij op aarde gekomen. En daarna werd het armenoffer gebracht. Paar duifjes. En terwijl dat daar moest gebeuren, verschijnen Simeon en Anna. Wat hebben ze geweldige dingen gezegd over de ware Messias.
Jeruzalem de stad van God. Waar de Heere woonde ook al was de dienst aan Hem daar zo een dode dienst geworden. We hebben ervan gezongen, Psalm 122. Zal Ik, vul de Naam van Jezus daar eens in, het goede voor u zoeken. Het goede dat alleen bij God te vinden is.
Kun je dan niet met je hart zingen: Jeruzalem dat ik bemin, wij treden uwe poorten in. Dan lezen we in vers 39 na al dat geweldige gebeuren, als zij alles voleindigd hadden. Alles gedaan met het eerste kind, vooral als dat een jongetje was. Hier gaat het om de Heere Jezus.
Voleindigd wat is dat voor een woord? Dat door dit Kind alles wordt gedaan om u terug te brengen. Iets van God Drie-enig naar ons en onze kinderen. Dat heeft Hij laten zien. Betuigd. Verzegeld. Bekrachtigd. Daar is de doop een geweldig teken van.
Hier klinken de eerste tonen van de verlossing. Wat klinkt hier al dat voleindigd, dat verbindt Zijn kinderjaren al met het eind van Zijn leven. Hier licht iets op van het kruis van Hem. Als Hij alles voleindigd had, hier staat zij he, het gaat helemaal op Hem, Hij is er helemaal in betrokken. Hier wordt het offer voor de zonden en voor de schuld al zichtbaar.
Een leven in de zonden wil zeggen een leven zonder God. Niet zonder godsdienst. Zoals wij van nature zonder God leven. Offer voor de schuld. Wij Hem de eer niet hebben gegeven. Met God verzoend. De relatie met God weer hersteld. Dat offer komt Hij hier brengen. Hier komt Hij voor naar deze voor ons vervloekte aarde. Hier komt Hij voor en wordt Hij in de kribbe in Bethlehem gelegd. Hier vinden we Hem in Jeruzalem voorgesteld.
Ouders, kijk dan eens naar je kindje en tegelijkertijd naar het Kind Jezus. Verbonden. Is dat niet wonderlijk groot. Dat Hij nu al Zaligmaker wil zijn voor je kleine meisje. Hij wil ervoor zijn als voor u. Misschien vindt u het te groot. Het is niet te groot. De water van de heilige doop onderstreept het, bekrachtigd het.
Straks neemt Jezus Zelf dit op Zijn lippen. Dan hangt Hij aan het kruis op Golgotha en behaalt de overwinning op de duivel over de zonden. De overwinning die al vaststond. Toen heeft het machtig geklonken: het is volbracht. Hetzelfde woord.
Alles is voldaan. Wat naar de wet van de Heere te doen was. Door Hem de weg vrij om door Hem aangenomen te worden als Zijn kind. Daarom klinkt het zo indringend elke keer: geloof in Hem en dan heeft u het eeuwige leven. Dat God met Jezus kwam, dat staat vast en zijn feiten. En gelooft u dat?
God wil het u geven. Ontvangt u het ook? Neemt u het ook aan? Jezus voldoet alles voor mij. We tobben er weleens over hoe het toch moet, geldt het wel voor mij? Kom en zie dit Kind. Alles voldaan. Aan begin en einde van Zijn leven. Heel dat leven van Hem staat in dat machtige volbrachte werk. Kom, geloof, ontvang, neem aan. Of wilt u niet?
Weigert u? Met welke reden dan ook. Misschien dat u zegt: dat kunnen wij niet. Dat is een smoes gemeente. Om u van dat machtige van God en Christus af te houden. U kunt zich daar nooit achter verschuilen. Jezus wordt naar deze aarde gezonden en u wilt het niet?
Wie niet wil geloven in Hem, op die blijft de toorn van God. Kinderen des toorns. Dan roepen we de toorn van God over ons af. Terwijl dat niet nodig is. God zoekt u op. Kijk maar waar Hij gaat wonen.
2. Waar Hij onder ons is
Zij keerden terug naar hun stad Nazareth. Dat vinden wij heel gewoon. Dat vinden eigenlijk helemaal niets bijzonders. Zijn we helemaal gewend. Toch is het door de Heilige Geest door Lukas vermeld opdat wij ervan op zouden kijken. Jezus hoort toch in Bethlehem, in de stad Jeruzalem. Jezus zegt als twaalfjarige tegen Maria en Jozef: wist u niet dat moest Ik zijn in de dingen van Mijn Vader.
Hier klinkt Galilea. Ouders nemen natuurlijk hun kind mee. Natuurlijk nemen ze Jezus mee. Hun stad. Daar moet u goed op letten. Naar hun eigen stad. Niet naar de stad van Jezus, Bethlehem of Jeruzalem. Maar naar hun stad dat in Galilea ligt. Het heeft in de Bijbel een negatieve klank. Galilea der heidenen. Verachtelijk. Nathanaël: kan er uit Nazareth iets goeds komen.
Waar ligt dat dorp? Ergens in het dorpen. De meeste mensen zouden zeggen: ik weet echt niet. Onbekend maakt onbemind. Jezus wordt niet geboren om onbekend te worden in zo’n verachtelijk dorp. Dat was de bedoeling niet. Toch komt de Heere Jezus in Nazareth terecht. Dat is van God.
Waar het volk in duisternis verkeert, daar komt God. Hiermee gaat de geweldige belofte uit Jesaja in vervulling. Het volk dat in duisternis wandelt zal een groot licht zien. Hier komt Jezus onder ons. Vindt het licht van Zijn heerlijk Evangelie te schijnen. Zo komt Hij heel dicht bij u en ons.
Nee, het is geen koninklijk dorp. Het is ook niet de voorname stad. Hier, in Nazareth, in de vreemde komt Hij onder ons. Ook al was er een tempel. Ze hadden de heidense gewoonten overgenomen. Een dubbel leven. Wel een keer naar de kerk maar verder niets.
Hoe diep vernederd de Zoon van God Zich om in het verachte Galilea te gaan wonen. Heeft u dat al eens ervaren in uw eigen leven? Wij kunnen ons toch niet verheffen boven Galilea, dat verachte Nazareth.
Daar doen wij als kerkmensen nog een duit bovenop, door neer te kijken op mensen buiten de kerk. Dat zijn zondaren. Nee, gemeente, wij zijn zondaren. Kind van de toorn. Dat U tot mij komt. Dat het nooit meer zou kunnen als U niet afdaalde uit de hemel.
Zo diep onder ons kwam onder ons. Johannes schrijft het zo diep op: het Woord, dat is de Zoon van God, is vlees geworden en heeft onder ons gewoond. Zo heeft God ons opgezocht. In onze verlorenheid. Jezus onder ons aan ons gelijk geworden. Aan ons gelijk.
Mens geworden. Dat laat Lukas ook merken wanneer je even verder leest in vers 40. Wat over ieder kind gezegd kan worden. En het Kind groeide op. Dan doen onze kinderen gelukkig ook. Gesterkt door de Geest. Jezus moest ook groeien. Moest groeien in kennis en genade bij het volk had Hij. Het was wel een lieve jongen. Maar niets is Hem vreemd geweest ook deed Jezus nooit iets verkeerd. Nooit wat verkeerd. Dat is wat.
Jezus die nooit een grote mond gaf aan Jozef en Zijn moeder Maria. Nou, dat kunnen wij niet zeggen. Maar Hij wel. Ook als was Hij gewoon Kind. Kind met de kinderen, jongere met de jongeren. God zegt u, zegt ook onze kinderen, hier heb Ik Jezus voor je. Welke leeftijd je ook hebt.
Als Hij nou jouw Jezus wordt, hoe weet je dat? Hem gaat geloven, aannemen door de kracht van de Heilige Geest. Hoe weet je dat Hij dat voor jou deed? Dan ga je Hem lief krijgen. Dan komt er liefde in je hart voor Jezus. Dat grote wonder. Dat Hij kwam om mij op te halen voor God.
Alles wat ik niet kan heeft Hij volbracht. O wondere Jezus, Zaligmaker. Dan is Hij werkelijk wat Hij wilde zijn. Jouw Zaligmaker, jouw Koning, uw Koning. Zegt u dat mee? Want uw draagt Zijn Naam. Getekend door het onder ons komen wonen.
Dan krijg je Hem lief. Dan ga je graag vertellen aan anderen over Hem. Wie Jezus is. Dan draag je Zijn Naam met vreugde. Dan mag je dat ook doen zoals een kind. Niet met grote woorden maar met eenvoudige woorden. Misschien zegt u wel: wat hij nu zegt klopt niet helemaal, maar wat dan nog? Kind met de kinderen.
Hoe wordt Zijn Naam gebracht bij anderen door jou die Hem lief hebt gekregen. Vertel het maar, geef het door. Mensen in de straat. Dan begin je al buiten. Natuurlijk ook naar buiten toe maar ook naar binnen. Papa, mama, hebt u de Heere Jezus lief? Vraag dat maar eens na de dienst. Christus is het zo waard.
Dan ga je ook van Hem spreken. En dan ga je ook van Hem zingen. Mijn hart vervuld met heilbespiegelingen. Zal het schoonste lied van ene Koning zingen. Deze Koning. Amen.
‘Mijn hart, vervuld met heilbespiegelingen,
Zal ’t schoonste lied van enen Koning zingen,
Terwijl de Geest mijn gladde tonge drijft,
Is z’ als de pen van een, die vaardig schrijft.
Beminlijk Vorst, uw schoonheid hoog te loven,
Gaat al het schoon der mensen ver te boven;
Gena is op uw lippen uitgestort,
Dies G’ eeuwiglijk van God gezegend wordt.’Psalm 45 vers 1
Zondag 3 januari 2021 – Hersteld Hervormde Gemeente Putten – ds. J. Post – Schriftlezing Lukas 2 vers 21-40 – bediening van de verzoening en het sacrament van de heilige doop