Hersteld Hervormde Gemeente, Driebruggen, 19.30 uur

Psalm 69, 1

Schriftlezing: Mattheus 27, 33-54

Psalm 40, 4

Psalm 22, 1 en 6

Psalm 118, 10 (aansluitend)

Psalm 85, 1

Preekaantekeningen (n.a.v. vers 51a)

Gemeente, het mag Goede Vrijdag zijn. Hoe kan het dat het zo heet, als wij gedenken het sterven van Christus? Want, nietwaar jongelui, bij sterven geliefde dan is daar toch verdriet? Sterven dat betekent afscheid. Dan komt er die scheiding die zal blijven. En hoe kan het dan bij de sterfdag van Christus een Goede Vrijdag zijn? Nou omdat het bij het sterven van Christus heel anders is. Betekent niet een scheiding. Zijn sterven houdt juist in: gemeenschap. Toenadering tussen God en de zondaar. Tussen de Heere en Zijn volk. Door het sterven van Christus is de toegang geopend. Weg voor de zondaar geopend geworden. Door Zijn sterven heeft Christus de weg gebaand om bij God te zijn.

Want toen Jezus stierf aan het kruis, scheurde het voorhangsel in tweeën. Dat is het machtig Evangelie van de Goede Vrijdag. De sterfdag van Christus, heeft de toegang geopend. Een heerlijk evangelie. Is dat voor ons het wonder van Goede Vrijdag? Want God bewoond toch een ontoegankelijk licht? Bij wie een sterveling niet verkeren kan.

Gemeente, dat is nu door smartelijk, plaatsbekledend lijden voor Zijn volk veranderd. Die scheiding tussen woonplaats van God en de mens, die is opgeheven. Dat is de boodschap van Goede Vrijdag. Lijdensevangelie van het voorhangsel.

Met Gods hulp vanavond bij stilstaan: het voorhangsel van de tempel. Een drietal gedachten.

  1. Dat voorhangsel gesloten
  2. (idem) Gescheurd
  3. (idem) Geopend

Daar is dat aangrijpend gebeuren, gemeente, dat Jezus op de Hoofdschedelplaats gekruisigd wordt. Met een grote stem geeft Jezus de geest, in de handen van Zijn Vader. Openlijk betuigd Hij dat Hij Zich in Zijn dood toevertrouw aan Zijn Vader. Zo is Zijn sterven een daad. Een daad van zelfopofferende liefde. Van zondaarsliefde. Zo diep, zo eenzijdig. Hij geeft Zijn leven tot een losprijs voor velen. En Zijn sterven gemeente gaat gepaard met geweldige tekenen. Dat laat ook zien, dat ook hier, iets bijzonders gebeurd. Iets wat van wereldomvattende betekenis is. Hier volgen dan de geboorteweeën van de nieuwe aarde, van de machtige toekomst. Dat sterven van Christus is de grondslag voor het nieuwe Koninkrijk van God. Bezig is te komen. Daarom komt ook het rijk der natuur in beweging.

Daar vindt een aardbeving plaats. Hier wordt het fundament van de verlossing gelegd. Hier in dat sterven, hier ligt het fundament van de reddende genade voor zondaren. Een van die tekenen is ook dat het voorhangsel van de tempel scheurt.

Jullie weten wel jongelui, wat dat voorhangsel was. Het gordijn, hing tussen heilige der heiligen en heilige. Voorhangsel, scheiding aangaf tussen allerheiligste, waar de Heere Zelf woonde en het heilige deel van de tempel, waar de priesters hun taak hadden in de bediening der verzoening. Dat was gemaakt van fijn linnen. De Bijbel zegt dat het gemaakt is van het allerkunstelijkste werk. Van grote betekenis. Ging ook een geweldige prediking uit. Dat voorhangsel hing aan pilaren van akaziahout en die waren met goud overtrokken, zoals alles in het heilige der heiligen, met goud bedekt wat daar binnen schitterde, de hemelse heerlijkheid, hoogheid, majesteit van God. De Heere had opdracht gegeven over dat voorhangsel: gij zult die onder haakjes hangen en de Ark der getuigenis binnen achter dat voorhangsel brengen. En jullie weten wat dat was jongelui. De Ark der getuigenis, Verbondsark, met verzoendeksel, met uiteinde de cherubs. Troon van God. Boven dat verzoendeksel, tussen cherubim, was de lichtende wolk, de shechina, van God. Lichtglans straalde daar af. Vervuld met goddelijk, heerlijk licht.

En als je daar nou naar binnen zou gaan, o dat kan een mens niet verdragen. Zo’n heerlijk licht. Dat zou ons zondaren verteren. En vandaar heilige der heiligen afgesloten werd met dat voorhangsel. Heilige woonplaats, troonzetel van de God van Israël. Hij is een heilig God, heerlijk God. En toch, Hij wil wonen in het midden van Zijn volk, maar achter dat voorhangsel. Dat voorhangsel maakt scheiding tussen God en de mens. Vanwege de zonde, ongerechtigheid. Daarom moest die scheiding er zijn. Belemmerd de toegang tot God. Brengt de aanwezigheid van God in een verborgenheid. Dat is de boodschap die van dat gesloten voorhangsel uitgaat. Dat is een zaak om te leren, gemeente. Te gaan verstaan, dat we voor dat gesloten voorhangsel geplaatst worden. De mens kan niet naderen tot God. God kan niet zomaar in contact, gemeenschap met mens treden.

Dus dat gesloten voorhang, jongens en meisjes, moet je eigenlijk zo zien: bordje, verboden toegang. Dan sta je toch stil? Dan ga je niet verder. Soms staat er een verwijzing bij, strafrecht, veroordeling krijgen. Gesloten voorhangsel, geen toegang.

Staat u erbij stil? Want o wee als je toch achter dat voorhang binnengaat, dan komt er het oordeel. Verterend licht op de heerlijkheid van God. Gesloten. Voorhangsel. Mag u daarvan weten? Gaat God dat verklaren? Dat is noodzakelijk gemeente. Hij is een vuurgloed bij wie niemand wonen kan. Verboden toegang. Ja, dat is Gods eigen gebod. In de wet van Mozes staat ook: deze zal u een scheiding maken. En waar komt nu die scheiding vandaan? Want dat is toch de les van dat gesloten voorhangsel. Wij mensen van nature gescheiden zijn van God.

Moet ons wijzen op de gebeurtenis in Hof van Eden. Daar immers uit verdreven. Adam van God is afgevallen. Wij in dat verbondshoofd ook van God afgevallen. Wij staan van nature buiten God. Zonder Zijn gemeenschap. Liggen we daar verloren. Dan verkeren wij onder het veroordelend recht van God. Gaan we deze dingen verstaan. Als u stil houdt voor dat gesloten voorhangsel. Want daar begint het toch mee gemeente. Ik weet dat het tegenwoordig anders wordt voorgesteld. Als God je bekeerd, hoor je er toch ook bij? Maar als de Heere bekerend gaat werken, zet God er een mens niet in, maar buiten. Dat is onze plaats. Daar liggen we van nature. Dat wil gesloten voorhangsel nu leren. Die afstand die er gekomen is door onze schuld, door onze ongehoorzaamheid in het Paradijs. Dat leert de Heere Zijn volk in te leven, tegenover dat gesloten voorhang nederig te worden en te buigen voor de majesteit van God.

Jullie weten ook wel, jongens en meisjes, wat in voorhangsel geweven was. Engelenfiguren. Cherubs die je tegenhouden, cherubs die ook voor de ingang van de Hof van Eden staan. De mens eruit gedreven. Onmogelijk terug te keren. Vlammend zwaard van de gerechtigheid van God verspert de toegang. Een gesloten voorhangsel. Moet u het erkennen? Ik heb moedwillig levensgemeenschap met God doorgesneden? Ik ben door eigen schuld losgekomen van mijn Schepper? Die scheur leren zien? Die breuk in uw leven? Als de Heere je ermee bekendmaakt, dan krijg je er smart over. Zo vinden we een wenend volk, verboden toegang.

Nou jongens en meisjes, dan ga je toch niet verder. Je wilt niet die straf ontvangen. Spreekt van straf, wel verdiend hebben. Dat nu te gaan beamen, tot schuld wordt, mijn zonden die scheiding maken tussen God en mijn ziel. Breuk in Paradijs, verloren zondaarsbestaan, zo diep, onmogelijk weer tot God te komen. Gesloten voorhangsel. Moest het wat u betreft gesloten blijven? Ja weet u wat we nou soms doen? Beetje opzij schuiven. Je gaat ernstig bidden. Je gaat ernstig nemen. En o die geboden van God. Maar het voorhangsel blijft gesloten. Dat betekent gemeente, met eigen werk aan einde moeten komen. Gesloten voorhangsel: afgesneden zaak wordt. Noch een mens, noch een engel kan dat voorhangsel wegnemen. Wordt het onmogelijk? Ondervindt u uw eigen onwaardigheid?

Dat voorhangsel gaat dan spreken. De deugden van God. Want gemeente, dat voorhangsel zaten verschillende kleuren. Dat gordijn bestond uit vier verschillende kleuren. Hemelsblauw in verweven, spreekt van Gods hoogheid. Troont in hemelse heerlijkheid. Daar  was ook het purper in verweven, donkerrode kleur, waardigheid van God, Zijn majesteit. Purperen mantel door koning gedragen. Purper wijst op grote macht, indrukwekkende majesteit van God. Ook het scharlaken, lichtrode kleur, wijst op het bloed. Bloed, daarin is het leven, bloed dat spreekt van verlossing en verzoening. Maar tegenovergestelde is de nood en de ellende, de dood, het oordeel van de mens. En tenslotte, de vierde kleur, dat was het wit. Fijn, linnen, wit, reinheid, heiligheid. In de gezichten van Daniël verschijnt God in een gewaad dat wit is als sneeuw. Heerst op troon van Zijn heiligheid.

Spreken nu deze deugden van God, heerlijkheid, majesteit, rechtvaardigheid, ja daar past zo’n verloren zondaar toch niet bij? Hoe kan ik, onheilig mens, bij die heilige God verkeren? Dat hemelsblauw plaatst me erbuiten. God is groot, ik nietig en zondig. Zo gaat het steeds sterker spreken. Verboden toegang. Ik sta schuldig aan deugden Gods.

Staan ook die cherubs daar, in voorhangsel. Vertegenwoordigen alles wat God heeft geschapen. Waken over het leven. Wat moet je dan als dode zondaar? Als rechteloos mens in jezelf, gesloten voorhangsel. En weet u wie ook niet dat voorhangsel binnen mocht? Jezus. Christus mocht ook niet hier naar binnengaan. Zijn priesterschap werd niet erkend. Want dat is het bijzondere. Een keer per jaar mocht de Hogepriester wel achter dat voorhangsel binnengaan. Zo komen we bij de tweede gedachte.

2.

Zo aangrijpend. Zo ongelofelijk bijzonder. Eeuwenlang is dat voorhangsel daar gesloten, een keer per jaar, Jom Kippoer, mocht de Hogepriester naar binnen gaan. Wat nam hij dan mee? Kon niet zomaar. Met het bloed naar binnengaan. Bloed van het lam dat geofferd was. Om bloed te sprenkelen op verzoendeksel voor heilig aangezicht van God. Dat is het geheim van de verzoening: alleen in weg van bloedstorting een weg van naderen tot God. Hogepriester niet met vreze en beven naar binnen zijn gegaan? Spanning zal hebben gegeven. Alles blinkt van goud? Lichtglans van de Heere zo schittert, aanwezig is? Bloed, hij zal zichzelf in zonde en onwaardigheid gekend hebben, maar het bloed, dat is het geheim van de verzoendag, in die weg gemeenschap met God.

En gemeente, zo gebeurt het, als Christus stervende is aan het kruis, Zijn geest geeft in hand van Zijn Vader, voorhangsel in tweeën scheurt. Van boven naar beneden. Nu is het de grote verzoendag. Wie daar zo sterft aan het kruis, dat is Hij, als het Lam van God, Zichzelf ten offer geeft. Aan dat kruishout een vloek wordt, in plaats van Zijn volk. Als Lam zonden der wereld wegdraagt. Hij geeft Zijn leven. Dat is het bloed dat reinigt van alle zonden. Schuld en straf der zonde weggenomen. O dan mag het grote heil zijn, ieder die in Hem gelooft. Door Zijn verdienste, voorhangsel scheurt. Onzichtbaar, gebeurt door een goddelijke kracht. Dit is van de Heere geschied.

Dit gescheurde voorhangsel, in tweeën. Betekent: nooit meer een geheel kan worden. Volkomen scheur. Wijst dat niet bijzonder op het volmaakte offer, dat Christus het Lam is, gekeurd en beproefd, door Vader geschonken, aanvaard. Door Christus verzoenend sterven scheurt dat voorhangsel. Betekent: komt een open toegang. Alles wat scheiding maakte tussen God en de mens is uit de weg geruimd. O wat predikt dat gescheurde voorhangsel, betekenis sterven van de Heere Jezus, vrije gemeenschap met God, ongestoorde zaligheid. Gemeenschap met God de Vader. Voor allen die in Hem geborgen zijn. Zo is dat gescheurde voorhangsel een getuigenis van God te Vader.

O gemeente, vaak heeft God gesproken over de Messias. God de Vader heeft ook tot Zijn Zoon gesproken. Is het u nooit opgevallen, tijdens het lijden spreekt Zijn Vader niet. Toen zweeg Zijn Vader. Erg en zwaar voor Christus geweest, gemeente. In de Hof van Getsemane, als een worm en geen man, bloedige zweet uitgeperst, de Vader zweeg. Door Judas verraden, door bende met zwaarden en stokken gevangen wordt genomen, de Vader zwijgt. Als Jezus daar als een spotkoning wordt gemaakt, mantel omgedaan, bespuwd en bespot, de Vader zwijgt. Als Jezus Zijn rug gewillig geeft voor de geselingen, God de Vader zwijgt. Als Jezus aan dat kruis wordt genageld, wat een pijn, wat een smartelijk lijden, als je daar iets van leeft, het is beschreven wat een kruiseling moet doormaken, lichamelijk en psychisch, geestelijk, om gek van te worden, wat erg, de Vader zwijgt. En als Christus dan roept, waarom verlaat Gij Mij, Hij antwoordt niet. O wat is vervuld in Christus stervende, Ik heb geen rust, geen ontfermen in Mijn verdriet. God de Vader zwijgt.

Misschien weet u daar iets van. Er is een volk dat te maken krijgt met een zwijgende God. Kan soms moeilijk worden in het leven. Gods kinderen moeten soms diepe wegen gaan. Vragen ze zich af: waar is God nu? Waarom grijpt Hij niet in? Laat de Heere dit toe? Kan diepe bestrijding worden. Onder zwijgend God te moeten verkeren. Zou God Zijn genade vergeten? Weet niet meer van ontferming? Veel bidden, smeken, God zwijgt. Houdt Zich verborgen. Is Hij wel voor mij, mijn God, verstoot Hij mij niet? Ja gemeente, kunnen we leren uit lijdensgang, dat God Zich soms verborgen houdt en dat God soms zwijgt ook als Zijn volk soms de diepste wegen moesten gaan. Waarom zoveel joden die concentratiekampen? Waarom veel christenen vandaag in concentratiekampen gemarteld? Lijkt alsof er geen God is. Als er dan toch geloof mag zijn, dan moet het worden, voorwaar, Gij zijt een God die Zich verborgen houdt. Heeft de Heere Zijn bedoeling mee. Stukje in de opvoedkunde, waarin de Heere leidt en onderwijst, in lijden gebracht, een zwijgend God, kan heel diep gaan, zwijgen niet uit onverschilligheid, gemeente, Gods wegen zijn hoger. Hij doet het ten diepste uit liefde, uit kastijdende liefde. Lijden kan soms diep gaan, weegt niet op tegen de heerlijkheid. In deze weg wil God plaatsmaken voor de borg. Om Zijn verdienste alleen gaat, dat volbrachte werk, dat overhouden. Bij God eeuwig mee zal vallen. Een heerlijk wonder wordt van Zijn barmhartigheden. Kan alleen door de gekruisigde. Dat lijden van Jezus, onder die zwijgende God, oneindig veel dieper. Hoe smartelijk voor Hem.

Weet u wat nou zo groot is? Dat voorhangsel scheurt. Dat is het spreken van God. Nu doorbreekt God de Vader dat lange zwijgen. Dit is een duidelijk getuigenis. Ontzagwekkend teken. De Vader antwoordt met het scheuren van het voorhangsel. O dat is een rijk evangelie, een machtig getuigenis. Dat sterven van Christus niet ijdel. Niet het laatste is, niet een mislukking. Deze echt de koning der joden is. Heerlijke Verlosser is.  Volkomen verzoening.

Nou, dat zal een schrik hebben gegeven, gemeente. Ja het was vrijdagmiddag, de priesters waren bezig met voorbereidingen voor avondoffer. Druk bezig met voorschriften vervullen. Ineens, dat voorhangsel scheurt. Wat zal dat een schrik zijn geweest! Onverklaarbaar. Wat gebeurt hier? Op het moment, dat offer wordt voorbereid om gebracht te worden, scheurt het voorhangsel. Maakt alle offers in de tempel overbodig. Met het scheuren van dat voorhangsel wordt het offer van Christus, als het volmaakte, enige aangewezen. Zijn kruisdood opent de weg tot God. Voorhangsel scheurt.

Wel gemeente, kleed dat aan de muur hangt, naar vele jaren ouderdom gaat scheuren, scheurt nooit van boven naar beneden of van beneden naar boven, maar altijd scheef af. Hier niet. Dat is Gods werk. Is het heerlijk voor u? Is het bevrijdend? Is het misschien ook ontdekkend, beschamend?

Ja, want wij zijn bezig van beneden van boven te werken. Wij denken steeds weer dat we iets mee moeten brengen naar God. Kon ik er maar echt om bidden, vast geloven, had ik maar die zekerheid, hoe vroom ook. Gaat vanavond een streep door. Dit scheurt van boven naar beneden. Dat is een goddelijk ingrijpen. En zo moet het ook in ons leven, een goddelijk werk worden. Gods kinderen zullen het herkennen. Het gaat bij mij van boven naar beneden. Daar kunt u het aan herkennen. Het is een wonder.

Een spreken van de Vader, die priesters zijn geschrokken, daar staan ze met wettische dienst. Hebben ze niets meer aan. Staat u met lege handen.  Hier alles kwijt mag raken wat van jezelf is. Wat je vast wil houden. Wettische dienst. Eigen gerechtigheid. Zo wordt het geen Goede Vrijdag. In de onmogelijkheid staat, van mijn kant altijd tekort, voor gesloten voorhangsel, dan schuld, als het een uitzien is naar dat wonder van genade, werk van God van boven, dan is dit evangelie van Goede Vrijdag, werk van God, in Jezus Christus, een volkomen verzoening.

Is God niet bezig Zijn eigen woning te ontheiligen? Open toegang komt? Kan niet anders, deze woonplaats van God heeft Zijn tijd gehad. God neemt nu woning door Christus verdienste in de harten van Zijn volk. Gescheurde voorhangsel roept om Pinksteren, om inwoning van God, door heilige Geest. Christus is de Hogepriester, Hij gaat niet met symbolisch bloed achter dit voorhangsel, maar met Zijn eigen bloed, hemelse heiligdom binnen. Niet alleen voorhangsel van aarde tempel is gescheurd, maar ook van hemels heiligdom gescheurd. Toegang tot hemelwoning is geopend. Daarom scheurt ook het voorhangsel van hemel. Hebreeën 10, leest u maar na, vlees van Jezus vergeleken met voorhangsel. Is gescheurd, lichaam verbroken, zonde van Zijn volk gedragen in Zijn vlees. Zo moest dat voorhangsel scheuren. Tussen heiligheid van God, zondigheid van de mens staat nu niet meer dan vlees van Christus, vlees waarin het Woord kwam, vlees dat als bescherming van onmiddelijke tegenwoordigheid van God. Dat vlees van Christus daalt God af, dat voorhangsel aan het kruis gescheurd. Zo werd Jezus sterven het offer der verzoening. Kon niet uitblijven, boven naar beneden, gescheurd.

Hoe ging dat op Jom Kippoer? Buiten werd het offer geslacht, bloed in het heilige der heiligen gebracht, anders geen verzoening. Christus buiten de poort geleden, bloed brengt Hij achter hemelse voorhangsel. Wat een boodschap uit gescheurde voorhangsel. Het wordt aanvaard in de hemel.

Scheurt in tweeën. Deze dood geeft Christus het recht hemelse heerlijkheid binnen te gaan. Dierbaar in Zijn sterven. Belemmeringen van zonde en schuld weggenomen. Zo nu te beleven dat het Goede Vrijdag mag zijn. Geopend voorhangsel mag kennen, u. Is dat ook voor mij vraag iemand zich dan oprecht af. Zijn dat de gebedsworstelingen? Nu is het wel gescheurd, maar is het ook geopend? Stel u voor dat er zou staan: van beneden af gescheurd. Dan vanuit de mens een opening gekomen. Dan moeten zeggen: zo zwaar mogelijk, zo wettisch mogelijk, dan mag je ook misschien daar boven komen. Wat zou het dan arm zijn. Eigen werk. Wonder is: van boven gescheurd naar beneden. Is Gods werk, vrije genade. Er kan en hoeft van de mens niets bij. Volkomen verlossing, geschonken uit vrij genade alleen. In Evangelie staat, zie, let er op, versta het goed, neem het ter harte. Zie, gescheurd van boven naar beneden.

En dat betekent dus dat niemand in onzekerheid en twijfel hoeft te vragen: is het open ook voor mij? Want dat kan wel heel vroom klinken, dan ben je toch bezig iets van de mens er tussen te leggen. Van boven naar beneden, dat is de ruimte van werk van God alleen. Evangelie zonder voorwaarden, zo rijk en vrij. Komt aan op geloof. Gelovig van die open toegang gebruik te maken. O zeker, staat u er dan voor, dat u moet zeggen: het is dicht, alles zo afgesloten. Moet u het niet als schuld gaan belijden, moet het niet bij u opengaan, bij God vandaan, ziet u goed. De scheur is niet voor een deel, helemaal naar onderen toe. Val er nu voor als een verloren mens. Zo de Heere toe te vallen. Zo u te laten reinigen door dat kostbaar bloed. Met vrijmoedigheid toegaan door troon der genade.

Ruimte genoeg, gescheurd in tweeën. Op die verse, levende weg, verzoende betrekking met U te mogen komen. Dat is de rijke vrucht van deze verdienste. U staat misschien ver af. Hoe kom ik? Mag er geen trekking uitgaan? Van deze verdienste? Nee, u kunt zelf niet over de schuld heen werken. U mag het voorhangsel niet wegschuiven. U moet roepen, o dat gemis, o hoe word ik tot God bekeerd? Hebt u zelf geen vrijmoedigheid? Het ligt buiten u, in Christus. Hij woont in verslagen geest. Tobbende zondaar.

God woont niet bij die priesters en de wet. Geen behagen in die offers. Of hebt u teveel van die eigen vroomheid? Ja, dat is het laatste wat de mens kwijt wil, laten we het maar eerlijk zeggen. Gescheurde voorhangsel verkondigt: alles moet weg. Zalig wie daarvoor moet buigen. Ik ben het waard dat het eeuwig gesloten zou blijven, voor zulken maakt God het een wonder, in kruisverdienste is voldaan in recht van God. God heeft al die deugden plaatsvervangend verheerlijkt.

Zalig als u zo Goede Vrijdag mag beleven, door geloof mag toegaan tot God te naderen, schuilend onder bloed van het Lam. Veroordelend recht wordt daar het vrijsprekend recht. Zo wordt Sion door recht verlost. Uit genade alleen. Vrije toegang tot God krijgt nu waarde door geloof. Geloof in beoefening. In weg geloof, open toegang gebruiken door die Middelaar, wonder van verzoening gaan erkennen. Verzoening heeft verschillende betekenissen, jongelui, maar vanavond dit: die twee die apart waren, God en mens, bij elkaar brengen, tot een te maken. Dat is de verzoening. Vrij tot God gaan. O bij dat Vaderhart van God komen door verdienste van Christus. Iets van die heerlijkheid te mogen kennen.

Gaan die kleuren uit dat voorhangsel spreken uit geloof. Mag geloof zich verblijden is die kleuren. Hemelsblauwe: Hij zorgt voor mij. Purperrode: koning der koningen, in Hem eeuwig geboren. Scharlaken, lichtrode: getuigt van kostbare bloed, daar steeds achter te schuilen, wonder te beleven van de wit van de heiligheid, o de zonde maakt geen scheiding meer in Christus verenigt met God. Zalig als u hier zo van mag getuigen, dat niets meer scheiding maakt tussen God en mijn ziel. Zo volkomen is het offer van Christus. Voorhangsel gescheurd, open, voor altijd, in toekomst volmaakt. In nieuwe Jeruzalem geen tempel, geen voorhangsel, daar alles vol Zijn, daar is de Heere God haar tempel. Daar mag God in Christus alles zijn in allen. Goede Vrijdag, welgelukzalig die de Heere doet naderen die zo mag wonen in dat heiligdom. O gemeente, dit is de poort des Heere. Lam te prijzen voor Zijn zaligheden. Amen. [20.59]