Filippus wordt door Jezus opgezocht en geroepen. Op zijn beurt laat Filippus aan Nathanaël weten dat hij de Messias gevonden heeft. Zoekers kunnen vinders worden omdat de Zaligmaker gekomen is om verloren zondaren zalig te maken. Filippus krijgt later in zijn leven onderwijs van Jezus. Hij moet leren dat Jezus machtig en bereidwillig is. En dat Christus de Vader heeft geopenbaard. Christus nodigt ons vandaag nog uit om naar Hem te kijken en in Hem te geloven.
Filippus: een navolger van Christus met een klein geloof
Gemeente, soms heb je dat, dat je denkt passen die mensen bij elkaar. Een stelletje of partners in het bedrijfsleven. Vanmorgen ontmoeten we Filippus. Hoort die Filippus nu echt bij die 12 discipelen? Jezus zegt: ja. Boven de preek heb ik geschreven: ‘Filippus: een navolger van Christus met een klein geloof’.
- De soevereine roeping door Christus
- Geduldig onderwijs van Christus
1. De soevereine roeping door Christus
In Johannes 1 roept Jezus verschillende mannen ter navolging. Johannes, Andreas, Petrus. En dan Filippus. Johannes haalt hem voor het voetlicht. Wat weten wij van hem? Hij komt uit Bethsaïda. Zelfde plaats als Petrus en Andreas. Hij zal straks Nathanael vinden. Niet alleen was hij op zoek naar de Messias, ook anderen. Hij was in de synagoge onderwezen in de schriften. Ze zijn daar niet onverschillig onder gebleven. Ze zijn op zoek gegaan. Mooi is dat als je niet alleen bent in je zoektocht, in je jonge jaren, op een jeugdvereniging of in de gemeente. Samen zoeken naar de parel van grote waarde. In zijn leven is er iets gekomen van een zoektocht. Dat zegt hij tegen Nathanael. Wij hebben gevonden…! Wat bracht hem in beweging? Door onderwijs of gebrokenheid in je leven? Waren er teleurstellingen? Of de last van zijn ziel? Worsteling met zijn zonden? Johannes 14, krijg je die indruk. Hij vraagt: laat ons de Vader zien. Hij wilde bij de Vader gebracht worden! Het wordt ons niet verteld wat hem bracht tot zoeken.
Hij zocht in de Schriften. Daar heeft hij het over. Vers 46: over Wie Mozes in de wet geschreven heeft. En de profeten. Ja, heel het oude testament. Hij vond beloften. Keer op keer. Deuteronomium 18: een profeet uit uw midden zal opstaan. Of Jesaja en Jeremia en Ezechiël. Ze wezen op die Ene, die komen zal. Filippus raakt die woorden niet meer kwijt. Iemand die Jezus zoekt met de Schrift in zijn hand.
Wat is een zoeker? De schriften onderzoekt. En ook een bidder. Toon mij Hem! Doe Hem mij ontmoeten. Doe naar wat U gezegd hebt. Een zoeker is niet tevreden met alleen maar wat zoeken.
Wij hebben gevonden, zegt hij tegen Nathanael. Hem, over wie Mozes en de profeten hebben gesproken. Hij is ervan overtuigd. Hij moet nog wel wat leren, zegt Calvijn. Hij maakt twee fouten: niet de zoon van Jozef en Hij komt niet uit Nazareth. Maar Hij is wel de langbeloofde Zaligmaker.
Wat dit het zoeken waard? Wij kunnen ons druk maken om iets in bezit te krijgen. Zo mee bezig, ga je er zo in op. En dan krijg je het in bezit: was het het waard? Soms moet je eerlijk zeggen: nee. Dat is dan een teleurstelling toch? Filippus zou zeggen: jazeker.
Filippus, wat garandeert ons dat wij Hem vinden? Hij zou zeggen: zoekt en je zult vinden. Wie zoekt, die vindt. Het is gegarandeerd in die grote zoeker van zondaren. Daarom kunnen zoekers vinders worden. In vers 44 staat dat Jezus weg wilde gaan. Maar Hij vond Filippus. Zoeken en vinden wisselen elkaar af. Andreas zal zeggen: wij hebben gevonden. En ze zijn gevonden. Jezus wilde weg gaan naar Galilea. Jezus vond Filippus. Lukas 19, als voorbeeld, Jezus zoekt Zacheüs. Daar lees je dat Zacheüs Jezus wil zien. Maar hij blijkt een voorbeeld van Jezus werk: om te zoeken dat wat verloren is. Zo ook Filippus. De Heere zocht Filippus. God heeft hem verkoren om aan Zijn Zoon te geven. En al die andere die verkoren zijn. Die moeten opgezocht en gevonden worden. Jezus zoekt hem, en Hij weet waar Hij moet zoeken. En als Hij hem gevonden heeft, roept Hij hem.
Volg Mij! Er valt een band die nooit meer verbroken zal worden. Wat een wonder dat Jezus roept en doet volgen. Filippus komt niet naar voren als man met het sterkte geloof. Hij wordt wel een volgeling. Jezus hoeft niet een wonder te doen. Niet te vragen: wat denk je er van? Wat overtuigt Filippus? Deze krachtige roeping.
Wat is daar bijzonder aan. Het is de soevereine roep van de Koning. Hij is het Woord. Hij maakte door te spreken. Met een woord. Volg mij! Het is de roep van de Zaligmaker. Hij herstelt de gemeenschap tussen God en de zondaar. Er klinken veel stemmen vandaag, ook in je jonge leven. Probeer dat, doe dit, geniet hiervan. Genot, hard werken, wereld. Waar brengen de stemmen in de wereld je? Ze brengen je een beetje vreugde, voor een tijd. Voor even. Als je niet oppast, brengt het je in de duisternis. In de ondergang. Omdat je naar verkeerde stemmen hebt geluisterd. Vraag je af: waar brengt deze stem mij? Naar welke bestemming?
Volg Mij! Waar zal Zijn stem mij brengen? Waar zal Zijn roeping ons brengen. Het brengt een zondaar terug bij de Vader. Daar brengt Jezus een zondaar. Hebben we dat niet nodig?! Die onwederstandelijke roeping. De roeping van de zondaar. Mensen maken bekering soms zo ingewikkeld. God roept Zijn kinderen op verschillende manieren. Maar het komt erop aan om te stoppen bij God vandaan lopen en beginnen met het volgen van Jezus. Hij die meer is dan Mozes.
Zijn stem drong diep door bij Filippus. Hij moest volgen. Dat kan ook in uw en jouw leven. Hij kan en wil het ook in uw leven doen. Hij weet waar Hij je vinden moet. Hij zorgt ervoor dat je je omkeert. Ja. Wat volg je? Ben je op zoek naar Jezus? Misschien eerlijk: op dit moment niet. Ik heb het wel geprobeerd. Nee. Het is verder weg dan ooit. Hij kwam er wel voor! Zo komt Hij in de prediking van het woord. Hij zegt: volg Mij! Dat is de Soevereine roeping
2. Geduldig onderwijs van Christus
Waarom heeft Jezus Filippus geroepen? Hij gaat hen onderwijzen. Er zijn een paar lessen die Filippus specifiek moet leren. Johannes 6. Hij moet de macht van Christus is. Die komt in die spijziging naar voren. Hij is het meer overgetrokken. Hij zit daar en onderwijst op die berg. Hij kiest Filippus uit in vers 5. Waar zullen wij de broden kopen? En dan ontdekken we iets van het karakter van Filippus. Misschien mensen geteld, bedrag in portemonnee gezien. Hij kan goed rekenen. Maar het is niet genoeg.
Misschien herken je dat. Je ziet geen weg. Filippus een pessimist? Die tegen onmogelijkheden oploopt. We kunnen beter maar stoppen! Maar ben je niet iets vergeten? Wie stelde die vraag aan je? Ben je hoofdstuk 2 vergeten (bruiloft te Kana)? Voor Hem is niets onmogelijk. Die les daar in hoofdstuk 6 nooit vergeten. Hij deelde het brood. Via de discipelen! En de mensen werden verzadigd. En er was over! Wat onmogelijk is bij mensen, is mogelijk bij God. Als wij lege handen hebben, Hij kan ze vullen. Dat is de eerste les.
De tweede les is de bereidwilligheid van Christus. Johannes 12, vanaf vers 20. Het is de laatste week, vlak voor het heengaan. Voorbereiding van het Pascha. Een aantal Grieken komen naar Jeruzalem om te aanbidden. Zij komen tot Filippus. Het was misschien een Griekse naam of hij sprak Grieks. Ze vragen om een ontmoeting met Jezus. Heer, wij willen Jezus zien. Wat moet hij nu doen? Hij weet het nu niet. In hoofdstuk 1 ging hij naar Nathanael. Jezus was gekomen voor verloren schapen van Israël. Maar dit zijn heidenen! Maar weet je niet meer van die ontmoeting met de Samaritaanse vrouw in hoofdstuk 4? Dat velen in haar plaats tot geloof kwamen? Dat Jezus zei dat Hij het ware brood is dat aan de wereld het leven geeft? Johannes 12: onderwijst de volken, maakt ze tot Mijn discipelen.
Filippus gaat naar Andreas. Misschien herken je dat. Wat vind jij ervan? Je weet goed wat je ermee doen moet. Soms weet je niet wat je moet zeggen. Een discipel die het niet allemaal paraat heeft. Die het niet onthouden heeft. Voor wie Jezus lief heeft, kunnen er tijden zijn dat alles anders zit. Op je werk. Je wordt driftig. Je zegt dingen die je niet had moeten zeggen. En dan tot Jezus gaan? Nee. Maar Jezus zegt dat Hij niemand uitwerpt. Niemand vindt een gesloten deur. Wat je ook gedaan hebt. Die Grieken, laat ze tot Jezus gaan! Goed is de Heere voor de ziel wie Hem zoekt. Hij is bereidwillig.
De derde les. Die gaat over de openbaring van Christus. Wat ziet een mens wanneer hij Jezus ziet? Wie kan Jezus bekendmaken? Dan gaan we naar Johannes 14. Jezus is met de discipelen in de opperzaal. Jezus spreekt over Zijn lijden en sterven. De discipelen begrijpen het niet. Thomas vraagt: hoe kunnen wij de weg weten? Jezus zegt: Ik ben de Weg. Er maar een weg, via Hem. Via de middelaar. En dan vers 8, Filippus: laat ons de Vader zien en dan is het ons genoeg. Hetzelfde woord genoeg uit Johannes 6, bij de spijziging. Het is niet genoeg, zei hij daar. Maar hier: Dan ben ik tevreden. Een glimpje van de Vader. Kent u Mij niet Filippus? Je hoort de teleurstelling. Kent u Mij niet. En toch! Een onderwijzer die zegt: hoe lang en hoe vaak heb ik je dat niet gezegd?! En toch! Toepasselijke woorden voor Filippus. En voor u en jou! Zo lang achter Hem. Zo traag om te vertrouwen en te leren.
Gelukkig ik ben niet de enige, denk je. Zal Jezus nu de discipelen verlaten? Zo zit de som in elkaar, Zijn geduld verliest en gaat? Nee. Hij blijft bij hen. En Hij blijft hen onderwijzen. Psalm 119:130: ‘Het opengaan van Uw woorden geeft licht, het schenkt eenvoudigen inzicht.’ De eenvoudigen moeten onderwezen worden. Vraag van je kinderen. Mam, hoe ziet God eruit? Beste antwoord is wat Jezus ons leert. Wie Jezus ziet, ziet God. Hij toont wie God is. Hij heeft Hem ons verklaard. Hij laat zien wie Hij is en geeft een glimpje. Filippus, kijk naar mij!
Jongens en meisjes, ik zal een voorbeeld gebruiken. Misschien vind je het leuk om een bijzonder iemand te ontmoeten, bijvoorbeeld Koning Willem-Alexander. Jij wordt uitgekozen namens de school om de koning te bezoeken. De adjudant leidt je dan in het paleis naar de koning. Dat doet Jezus. Hij neemt je bij de hand. En leidt je naar de Vader. Hij spreekt tot je. Zet je oog op Hem. Hem zien onder de bediening van het Woord. Zo lange tijd en nog steeds blind?! De roep gehoord en de kerk uitgegaan zonder Mij?! Waarom niet bidden om open ogen? Opdat je zien mag. Als het zo blijft, loopt het niet goed af, dan sla je je ogen open in de buitenste duisternis. Wie Hem heeft leren zien, voor wie Hij heerlijk is geworden. Naar Hem luisteren. Filippus volgt nochtans Jezus. Hij ging niet met Judas mee. De roep was krachtig. Hij toonde de Vader in Zijn heerlijkheid. Wat is dat een groot wonder.
Filippus kwam uit Bethsaïda. Waar Jezus zoveel wonderen deed. In Mattheus klinkt: en velen bekeerden zich niet. Wee u, Bethsaïda. Ik zeg u dat zal Tyrus en Sidon verdragelijker zijn in de dag des oordeels dan Bethsaïda, zei Jezus. Vader, U hebt het aan de kinderen geopenbaard. Filippus wist, geen anderen uit Bethsaïda, waarom was het op mij gemunt? Welbehagen van de Vader. Jezus toonde Hem dat.
Dat we Filippus ontmoeten, vond ik bemoedigend. Soms denk je dat God alleen maar geestelijke kanjers in Zijn dienst heeft. Over Filippus hoor je geen bijzondere kwaliteiten. Gewone mensen. Voor hen heeft God een plaats. Word dus niet ontmoedigd door je gebrek. Nodig anderen uit tot Zijn dienst. Dat doet Filippus richting Nathanael. Kom en zie. Hij nodigt hem om te ontdekken wie Jezus is. Al is het er maar een deze week, die je ontmoet, nodig hem uit. En zeg: Kom en zie. Leer Jezus kennen als Redder en Zaligmaker. Amen.
Hervormde Gemeente Reeuwijk, Dorpskerk, zondag 10 februari 2019, 9:30 uur. Schriftlezing Johannes 1:35-52.