Het zevende gebod uit de wet van God, de echt niet te breken, raakt onze naasten. Mensen raken daardoor diep beschadigd terwijl God ons daarvoor niet over heeft. De liefde van God spreekt door dit gebod. We zien de brokstukken om ons heen. Tot de vrouw die tot de Heere Jezus is gebracht en niet gestenigd is zegt Hij: gaat heen, zondig niet meer. Dat klinkt vandaag tot ons.
Johannes 8 vers 7: ‘En als zij Hem bleven vragen, richtte Hij Zich op, en zeide tot hen: Die van ulieden zonder zonde is, werpe eerst den steen op haar‘.
Er breekt nogal wat
Geliefde gemeente van onze Heere Jezus Christus. God heeft het beste met ons voor. Dat kan niet vaak genoeg gezegd worden. Zeker als we de geboden van God behandelen. Zevende gebod. Vaak andere gedachten, ideeën bij. Dit mag niet en dat mag niet. Jij gaat naar de kerk en mag dit en dat niet. Als je vanavond zo denkt, dan zit je op het verkeerde spoor.
Als je je aan die geboden houdt, dan is er leven. Die Schriftgeleerde kwam: hoe ontvang ik het eeuwige leven. Wist die man dat dan niet? Jawel maar verzoeken. Wat zegt de wet, zegt Jezus. God liefhebben met heel je hart. Wat is de reactie van de Heere Jezus: doe dat en u zult leven. Dat zijn de woorden van de Heere Jezus.
Niet ter beperking. Juist ter bescherming van ons leven. Hier bij het strand, nu is het een beetje koud. Aantal bakens, zo’n koord. Daarachter moet je niet komen. Daar is de stroming. Daar mag je niet komen want daar wordt het gevaarlijk. Daarvoor alle ruimte om te spelen en te zwemmen. Maar daarachter komt je leven in gevaar. Daar breekt iets stuk. God heeft ons er niet voor over.
Daarom heeft God Zijn geboden gegeven en ook het zevende. Dan naar het volgende punt: dit gebod raakt aan de grens van het leven van de naaste. Echtbreuk. Dan breekt er iets bij de naaste. Echtscheiding dat daar gegeven. Dat ja breek stuk omdat ik mij losbreek. Bleef het daar nou bij.
Het klassieke huwelijksformulier spreekt over een vrouw als het zwakkere vat. Vaas uiterst kwetsbaar. Man met zorg mee omgaan. Vazen in de hand van de pottenbakkers, zegt Paulus. Dat wij mannen dan zo sterk zijn. We zijn misschien net iets krachtiger, dat zou kunnen, maar wij zijn ook vazen en kunnen breken.
En zeker bij echtscheiding, twee vazen botsen. Niet zo’n goed idee, je moeder niet blij mee om te proberen. Verhalen rond ruzies, onzekerheden. Mensen die met schulden achterblijven. Niet durven binden aan anderen. En dan nog maar te zwijgen over de schade voor kinderen. Keuze tussen papa of mama. Geen keuze durven maken. Wat een brokstukken levert dit op. Daar heeft God ons niet voor over.
Dit geldt voor meer dan alleen de echtscheiding maar ook als het niet tot een scheiding komt. Seksualiteit. Het raakt altijd aan de naaste. Dan denk ik ook aan het kijken naar porno. Weleens een militair gevraagd. Doe ik geen mensen toch geen kwaad mee?! Is maar de vraag. Wat voor industrie daar achter schuilgaat. En als je getrouwd bent, wat voor een impact heeft het dan op je man, op je vrouw. Naar de perfecte modellen. Wat een brokstukken zijn er ook niet op dat gebied. Onzekerheden bij degene die het raakt.
Wat een brokstukken als het gaat om gedachten. Gedachten waarvoor seksualiteit bedoeld is. Wat een brokstukken bij misbruik van kinderen. Door een oom, iemand in hun omgeving. Voor die brokstukken heeft God ons niet over. U zult niet echtbreken. Nu klinkt het negatief: nu breekt er veel.
Wat is er veel moois. Op het gebied van seksualiteit. Twee pubers die verliefd worden. Of ouderen samen knielen in de kerk. Of huwelijksjubilea. Na twintig, dertig, veertig jaren, als de eerste dag dat ze verliefd zijn. Tot over de oren verliefd.
Altijd te maken met een ander. Hier ben je nooit alleen. Juist dat feit moet ons uiterst voorzichtig maken. Je hebt met die vaas van die ander te maken. Die kan makkelijk butsen oplopen. Krijg je er nooit meer uit. Wij ervoor moeten waken dat we die schade aanrichten bij de ander. Verantwoordelijk als het gaat over relaties, seksualiteit.
Je hoort, om nog maar een voorbeeld te noemen, dat jongens en meisjes elkaar een appje sturen: het is over. Er kan een reden zijn om het uit te maken. Maar alleen een appje?! Wat een beschadiging levert dat bij de ander op. God heeft er ons niet voor over. Op dit gebied beschadigd er ontzettend veel. Ben ik bezig met de ander te beschadigen of op te bouwen, op te poetsen nog mooier te maken.
Dit gebod raakt ook wel degelijk ons eigen leven. Paulus schrijft dat ons lichaam een tempel is. Jongens en meisjes weten dat wel wat een tempel is. Tempel in Israël. Eerst de tabernakel en later de tempel. God woonde daar. Op de lofzangen van Israël. Die tempel staat er niet meer. Waar woont God nu? In jou. Ons lichaam en onze ziel.
In Jezus Christus is God naar deze wereld gekomen. God wil in ons heel persoonlijk wonen. Maar ja, als ik dat zo zeg is het wel de vraag is er plaats voor God en de Geest? Wanneer kan nou de Heilige Geest in je wonen en werken? Zuiver en heilig zijn. Die tempel in Jeruzalem ook.
Dat wordt wel duidelijk als je al die voorschriften lezen. Die priesters. O ja ik heb nog dienst, loop zo naar binnen van de overkant van de straat. Nee, allerlei wassingen. Vuil onder de nagels vandaan. Hogepriester kwam er Heilige der Heiligen mocht geen vuil komen. Ezechiël heeft het gezien. In een gezicht dat God de tempel verlaat. Dit is zo’n vuil huis, hier kan ik niet meer wonen.
Bedenk wat dat is dat God vertrekt. Dan moet je het alleen oplossen en dat redt je nooit. Dat is precies wat er gebeurt als wij ons inlaten met de vuiligheid. Dan breekt er van alles kapot. Voorbeeld uit de Bijbel. David. Bed gedeeld met Bathseba. Die knappe vrouw wil ik. Ze wordt zwanger. David heeft nog geprobeerd Uria naar huis te sturen. Vindt die oorlog zo belangrijk. Dan besluit David iets anders te doen, dan moet Uria maar uit de weg geruimd worden. Dat doet hij niet zelf maar laat hij de vijand doen.
Psalm 32. Mijn beenderen verouderden in mij. Leven grauw en grijs. Tempel werd ruïne. Leven steeds somberder. Dat is ala je die grens van het zevende gebod overgaat. In het begin misschien niet eens in de gaten. Als Nathan tot hem kwam. U bent die man. Lang leven de lol, wie maakt mij wat. Voor God geen ruimte.
Geen ruimte voor de Heilige Geest. Omdat je vol bent van andere dingen. Seksualiteit je afgod is geworden. Raakt ook aan het eerste gebod. Geen andere goden voor Mijn aangezicht hebben. Israël zijn bruid. Bij Hosea noemt de Heere het overspel. Ik hoop dat je proeft dat de Heere je niet wil beknellen. Dat de Heilige Geest wegtrekt uit je leven. Dat er voor Hem geen plek is in je leven.
Dat is ook de reden dat de Heidelbergse Catechismus het breder trekt dan de echtbreuk zelf. Uit de buurt blijven. Op afstand blijven. We denken vaak nog al groot van onszelf. Als ik een keer een schuine mop vertel, dan betekent dat nog niet dat ik met een ander in bed duik. Als wij denken dat er een hele lange weg ligt tussen de schuine mop en overspel, maar ken je jezelf dan, heb je dan wel in de spiegel gekeken. Ik geef wel toe dat er verschil in zit. Maar gedachten beïnvloed. Blijkt een kortere weg te zijn dan we dachten.
Ik hoop dat we proeven dat God bij je wil blijven in je leven. En niet wat gebeurde bij Ezechiël. Dat de Heilige Geest de deur dicht moest trekken. Dit staat in het stuk van de dankbaarheid. Dat er ruimte is voor Hem. Door weg te blijven bij alles wat bij huwelijk en seksualiteit niet door de beugel kan. Die gave van seksualiteit waar misschien in de christelijke kerkgeschiedenis wel te negatief over is gesproken. Maar door al die schuine praat halen we de glans eraf.
Misschien iemand die zegt vanavond als het dan zo ligt. De naaste ervoor bewaren. Mijn hoofd zit vol met allerlei gedachten daaraan. Helemaal niet bezig met gedachten aan God. Wat een brokstukken achtergelaten. Brokstukken in mijn eigen leven en in het leven van anderen. Kan uiterst pijnlijk zijn. En last waar je onder gebukt gaat. Zevende gebod, zei het al aan het begin. Meegetorst. Die schuld voelbaar. Veel meer schuld dan al die roddels. Zonden op gebied van het zevende gebod. Misschien wel omdat wij intuïtief aanvoelen dat onze gebeden verhinderd worden.
Als je zegt ik sta schuldig. Luister nog even naar die geschiedenis die wij hebben gelezen. Waar is die man gebleven, zou je kunnen afvragen. Eentje genoeg voor de Farizeeën. Man misschien sterker en weggeglipt. Ze willen de Heere Jezus een hak zetten. Die vrouw nee ik wil niet mee. Ze duwen die vrouw in de kring. Wat moet die vrouw zich diepongelukkig hebben gevoeld.
Wat moet er nou gebeuren met deze vrouw? De wet van Mozes zegt dat ze gestenigd moest worden. De Romeinen hadden het alleenrecht. Houd zich niet aan de wet van Mozes. Dat spanningsveld. Wat doet Jezus? Schrijft in het zand. Hurkt neer. Wat schrijft Hij dan? Sommigen hebben gedacht de wet van Mozes. Staat er niet. Houden aan. Toe nou Jezus, wat moet er gebeuren.
Wie zonder zonde is, gooi de eerste steen. Wel met een schoon geweten. Dan blijkt dat deze mensen nog enige zelfkennis hebben. Oudste voorop. Een voor een. Dan blijft alleen achter met die vrouw. Waar zijn uw beschuldigers? Waar zijn ze gebleven? Niemand had een schoon geweten. Zo veroordeel Ik u ook niet. De aanleiding was niet fraai. De uitkomst prachtig. Stenen gooien zijn we veel te goed in. Zal hier op Katwijk niet anders zijn.
Stelletje moest trouwen. Weten ze bij het vijftigjarig jubileum nog. Man die zijn handen niet thuis kon houden, kom je nooit vanaf. Het gooien van stenen. Terwijl we als we eerlijk naar onszelf kijken, dan moeten we zeggen niemand heeft het recht een steen te gooien. Er is hier niemand met een zuiver geweten. Er is er maar Een, dat is Christus. Hij heeft recht een groot rotsblok op ons allemaal te gooien. Hij was zonder zonde. Hij had alle reden om ons te verbrijzelen. En Hij doet het. Zo veroordeel Ik u ook niet. Hij is juist gekomen om ons te heiligen. Daarom heeft Hij aan het kruis gehangen, ook voor de zonden van het zevende gebod.
Wat je ook verkeerd gedaan heb op dit gebied, vanaf vanavond geldt: ga heen, zondig niet meer. Is dat niet te gemakkelijk? Je kunt deze woorden bijna horen als we hebben het er niet meer over.
De woorden van Jezus: leef uit Mijn genade. Moet je opletten wat er gebeurt. Dan komt er een verlangen om niet meer te zondigen. Ik geloof dat je er alles aan zult doen om te herstellen wat er te herstellen is. Vandaar deze woorden: ga heen, zondig niet meer.
Amen.
Zondag 22 januari 2023 – Benjamin Uni-zaal Hersteld Hervormde Gemeente Katwijk-upon-Sea – ds. J. Kommerie – Schriftlezing Johannes 8 vers 1-11