De dwaze mens houdt geen rekening met het bestaan van God, zo houdt de dichter van Psalm 14 ons voor. Verschrikkelijk zal diens oordeel zijn als God in het eindgericht recht zal doen. Van nature zijn wij allen afgeweken en leven we ons leven buiten God. Door genade kan daar verandering in komen en worden we Gods volk, dat soms verdrukt, gemarteld en gedood wordt, maar in het eindoordeel de eeuwige erfenis zal ontvangen.
Gemeente van Christus, bent u wijs of bent u dwaas? Een vreemde vraag misschien. Wanneer ben je wijs? Wanneer je eerst goed nadenkt en dan de dingen doet. Dwaas ben je wanneer je zomaar iets doet. Dan handel je onverantwoordelijk.
De Bijbel leert wat anders. De dwaas zegt in zijn hart: er is geen God. Dan gaat het om mensen die wel geloven dat God bestaat, maar God speelt in hun leven geen rol. Praktisch atheïsme. Voor velen is dat een geweldige opluchting. Franca Treur zegt: nu ben in eindelijk vrij van God, van mijn opvoeding, van al die regels en geboden, nu ben ik vrij. Ze is niet de enige. Gelukkig vrij en gelukkig – zonder God. God doet er niet meer toe, of Hij nou bestaat of niet.
Dat is verbijsterd, vanmorgen, gemeente, de dichter ziet zulke mensen onder zijn volk! Juist aan dat volk had de Heere zich bekendgemaakt. Maar ze gaan hun eigen gang. De dichter kijkt ook over de grenzen van zijn volk heen. Bij de andere volken is het precies hetzelfde. Er is niemand die God zoekt! Niemand die Gods geboden houdt…
Voelt u zijn verdriet? Zelf leeft hij wel met God. Er zijn er meer. Hij heeft het over Gods volk. Voor hen is de Heere een schuilplaats. Overdrijft onze dichter niet op een verschrikkelijke manier? Ik hoop dat u wel met de Heere leeft. En Hem lief hebt.
Maar misschien is er een ander. Ja, God bestaat wel, maar in mijn hart en van buiten: ik houd niet echt rekening met Hem. Dat kan ineens gebeuren in je leven. Of geleidelijk. De dwaas zegt: er is geen God.
Het gaat om een groep mensen in de samenleving. Mensen die de dienst uitmaken. Invloed hebben in de samenleving. Journalisten, politici, bankdirecteuren, mensen die sociale media beheersen, artiesten. Het geldt niet van al die mensen. Maar als het wel geldt, wat ziet onze dichter dan? Mensen die invloed hebben, ja dan merk je dat in hun levenshouding en gedrag. De dichter zegt: ze handelen verderfelijk.
Zware, diepingrijpende zonden. Wat ze doen is volstrekt verwerpelijk. Het leven van de ander is niet veilig meer. Het begin en einde van het leven niet. Onrecht in woorden en gedrag. Corruptie. Verrijking. Ontrouw in huwelijk en relaties. Verkrachting van meisjes. Ontrouw. Leugenachtigheid. Hebzucht. Nep nieuws. Wat is de moraal van degenen die invloed hebben? Ja, dankbaar, maar niet aan de Heere God. Samen zijn ze stinkende geworden (SV). Ontaarde mensen. Als melk die verzuurd is.
Zou het niet herkenbaar zijn? Hoe leven mensen die heel veel invloed hebben? In de wereld waarin we leven? Geen God… Een godloos leven. Leven naar eigen normen en waarden. Maakt het mensen vrij en blij? Of ten diepste, gemeente, angstig en bedreigd? We zullen dit en dat? Of pessimisme: het leven is zinloos. Ik sta er uit.
Er komt nog iets bij. Het is moeilijk voor Gods volk in zo’n samenleving. Mensen die wel in Gods weg willen gaan. Vijandig. Je wordt anders behandeld. Soms word je leven onmogelijk gemaakt: gevangen, gemarteld, gedood. Is ook dat niet herkenbaar? In eigen samenleving. In eigen leven. Maar zeker in de wereld om ons heen. In wel 50 landen wordt Gods volk vervolgd en gedood. Vers 4: die Mijn volk eten alsof ze brood eten. Dat doe je gewoon. Zonder nadenken. Zonder emotie. Zo worden degenen die God vrezen, behandeld. Niet in tel. Uitgelachen. Alsof het de gewoonste zaak van de wereld is. Keihard. Zonder gevoel en medelijden.
Maar hoe kan dat? Zo vraagt de dichter af. Konden ze niet beter weten? Zijn ze niet bekend met God, met Zijn heil en geboden. In Israël zeker. In onze tijd ook nog wel. Maar er bestaat geen God. De mensen weten het niet meer. Hebben ze hun geweten dichtgeschroeid? Hebben ze geen kennis? Ja, daar schort het aan, zegt de dichter.
Hoe komt dat dan? Door omstandigheden in je leven? Dingen die we niet begrijpen waardoor je God bent kwijtgeraakt. Op mezelf teruggeworpen? Of argumenten: er kan toch geen God zijn want anders… Of dieper: wij kunnen niet alleen maar willen ook niet rekening houden met God en Zijn dienst. Vanuit jezelf wil je toch vrij en autonoom zijn. Jezus zei: u hebt niet gewild. Moedwillig verzet. Ik wil niet.
Wat zegt onze dichter nou? Dat is nu onze eigenlijke dwaasheid. Dat we denken en zo leven: er is geen God. En dat ons dat ook niet meer benauwd. Maar ons blij maakt. Daardoor denken we gelukkig te zijn. Menselijke dwaasheid!
Eeuwen later neemt Paulus deze woorden over, in de brief aan de Romeinen. Hij geeft er een diepere betekenis aan. Allen zijn ze afgedwaald. Er is niemand die goed doet – zelfs niet een! Dat is aangrijpend. Dat zegt hij niet van een groep mensen, maar in Romeinen 3 geldt het voor de hele mensheid. Niemand uitgezonderd. U, ik en jij. Ja, maar Paulus, overdrijf je hier niet verschrikkelijk? Paulus met zijn depressieve mensbeeld. Er is toch veel goed en liefde? Het is toch niet zo slecht en kwaad.
Als het gaat om de echte werkelijkheid in ons hart en leven, de realiteit van Gods geboden, als het gaat om de echte zin van ons leven (God volmaakt lief te hebben en te loven en te prijzen, in je hart en leven, en je medemens lief te hebben als jezelf), geldt het dan niet voor elk mens: tegenover God heb ik gefaald. Zijn we niet in staat tot de meest verschrikkelijke dingen?! Dwaas! Dat zijn we ten diepste allemaal. Hoe wijs we ook zijn in eigen oog, of hoe wijs anderen u vinden.
En God dan? God ziet en weet het niet? Ik kan rustig mijn gang gaan? Een reusachtige vergissing. Onze psalm zegt: de Heere kijkt vanuit Zijn hemel woning naar beneden op alle mensenkinderen. Is er iemand die Mij zoekt?! Iemand die beantwoordt aan de zin van het bestaan. Hij wil het zien en registreert het.
Wat ziet Hij? Allen zijn ze afgedwaald. U, jij en ik. Dat is een onvoorstelbaar diep verdriet. Dat roept Zijn heftige en heilige reactie op. De Heere is ten diepste onze Rechter. Hij kan van ons niet af. Zo trekt de Heere Zijn conclusie. Alle mensen worden in staat van beschuldiging gesteld. Zijn er verzachtende omstandigheden? Nee. Vanuit onszelf kan niemand tegenover God bestaan. Niemand kan zich redden. Iedereen verdient Zijn straf.
Maar, zegt de Psalm, in de Heere Jezus Christus mogen we geloven dat we gered zijn. Paulus heeft het over de dwaasheid van het kruis. En Jezus is Gods hoogste wijsheid. Jezus wordt vanmorgen weer gegeven tot rechtvaardigheid. Dat wil zeggen: we staat weer recht tegenover God. Geen veroordeling meer. Maar vrijspraak van alle schuld en straf. Daarom worden wij altijd opgeroepen: doe de goede keuze. Blijf niet dwaas. Word wijs. En blijf wijs.
Wanneer word je wijs? Wanneer ben jij wijs in je leven? Als we het verliezen van God. Ons aan Hem toevertrouwen. Wijs gemaakt, door de Geest. Die blindheid, dwaasheid en onwil wordt door de Geest gebroken. Hij laat het zien. En hoe heerlijk Jezus is. Wijs ben als je niet meer zonder God kunt. Daarom, laten we ons maar niets wijs maken door wie dan ook. Maar wijs maken en houden door God. En door de Heere Jezus Christus.
Uit Hem is dan ook het beginsel van de echte wijsheid. De echte wijsheid in ons leven is de vreze des Heeren. Een prachtige uitdrukking uit het OT. Dan hoef ik niet meer bang te zijn voor God. Wel een diep ontzag voor de Heere. Hij is de heilige. Zo totaal anders dan ik, mens. En heel vertrouwelijk met deze God omgaan, zoals een kind met zijn vader en moeder. In Christus is deze hoge God onze genadige Vader geworden en Hij ons zeer nabij.
In deze vreze oefenen we ons hele leven lang om wijs te zijn. Een leven in vertrouwen op Hem. Wat dat concreet betekent? Lees het Spreukenboek maar. Pas op voor de verleiding van de vreemde vrouw of man. Pas op voor hoogmoed. Doe recht en haat het inrecht. Help de armen. Wees eerlijk en integer en betrouwbaar. Eerlijkheid duurt het langst. Pas op voor machtsmisbruik. Pas op voor geweld in woorden en daden. Neem de ander serieus, behandel hem eerlijk.
Ja, gemeente, dan zijn er ook tijden dat je verwonderd bent. En dankbaar. Over wie God is. Maar ook verdriet dat je de Heere en je medemens tekort doet. Als wijs mens zijn er momenten dat God zich kan verbergen. We ervaren niets van Hem. Dan is het donker. Maar in Zijn trouw maakt Hij het licht. Dat je ervaart: God leeft en weet van me af. Hij blijft en is er voor mij!
Wijs gemaakt. Dan lijkt het alsof je aan het kortste eind trekt. Je telt niet meer mee. Klinkt het soms: hoe lang nog? Doe recht! De dwazen kunnen wel denken, laten we het leven van de wijzen moeilijk maken. Maar God ziet en weet alles. Hij staat aan hun kant. Van Hem is de kracht en de trouw om te volharden als een wijze.
Soms bevrijdt de Heere op een verrassende manier. Zo ineens. De Heere staat aan hun kant. Gemeente, jongelui, God trekt ook een grens. Tot hiertoe en niet verder. Bij het sterven en eindoordeel. Dan blijft Jezus niet verborgen. Dan zullen alle vijanden van God en van Zijn volk gestraft worden. Een schrik zal hen dan overvallen (vers 5). De werkelijkheid is toch anders dan ze hadden gedacht. Er is toch een God! Hij spreekt een vonnis uit. De dwazen moeten Hem dan gelijk geven. Ons wacht een leven buiten de liefde van God. Een leven onder Zijn toorn. Met eeuwige wroeging. Had ik maar geluisterd toen ik in de Ichthuskerk dat… Aangrijpend.
Ook alle wijzen zullen Christus zien. In de vreze des Heeren. In diep ontzag. Ook in verlangen en liefde. Zonder vrees en zonder angst! In de liefde is geen angst en vrees. Alle wijzen, wijs gemaakt, zullen op die grote dag Christus ontmoeten als Rechter en als Jezus, hun redder en verlosser. Hij zal het bevestigen: Ik heb u er niet voor over gehad dat u veroordeeld zou worden. Ik heb het oordeel voor u gedragen. Nu, u eeuwig vrij! Kom maar. En ontvang de erfenis die voor je is weggelegd. Dan ben Ik alles in allen.
God zal recht doen. Alles recht zetten. Hij zal de rollen omkeren. De psalm eindigt met een gebed. Naar de omkering en vernieuwing. Ook Israël zal delen in die toekomst. We zien ernaar uit. Alle wijzen zien ernaar uit. Psalm 14, een sombere psalm? Nee toch niet. Hij bemoedigt ons en biedt uitzicht. Je wordt als dwaas gezien en behandeld. Maar. Maar. Laten we wijs zijn. En blijven. Trots zijn en zielsgelukkig met onze God. Laten we gelukkig zijn met een leven met God, met Zijn geboden, op weg naar Zijn toekomst. Amen.
Hervormde Gemeente Reeuwijk, Ichthuskerk, zondag 14 juli 2019. Wetslezing uit Exodus 20 (‘horen wij in verbondenheid met de joodse synagoge de goede geboden van God’) en Schriftlezing Psalm 14.