Net als Jonathan moeten wij op God vertrouwen – ook als we ons in moeilijke omstandigheden bevinden. Wij worden geroepen getuige te zijn en van God alle hulp te verwachten. We hebben net als Jonathan weinig van de overheid (zijn vader Saul) en de kerk (priester Ahia) te verwachten.

Gemeente, jongens en meisjes, opvoeden is voor een groot deel voordoen. Voor leven. Gedoopt zijn? Vader en moeder hebben beloofd jullie in te wijden in het geheim van het geloof. Wat God van ons vraagt. Wat betekenis geloof is voor ons leven. Ze zijn een voorbeeld voor ons. Aflezen. Ze gaan ons voor in dienen van de Heere. Jullie hebben identificatiefiguren nodig.

Komt echter ook voor dat ouders er een puinhoop van maken. En dat kinderen toch tot geloof komen. Zo een beschamend voorbeeld zijn voor hun ouders.

Dat vinden we in de geschiedenis. Om goed te begrijpen, eerst achtergrondinformatie. Saul, eerste koning van Israël. Daarvoor geregeerd door richters. Israël had veel te lijden van de volken. Koning verlangd, een sterke man. Saul. Aanvankelijk zorgde hij voor wat Israël nodig had. Filistijnen hadden nog geen krimp gegeven.

Tweede regeringsjaar. Jonathan overvalt het garnizoen en verslaat ze. Dat lieten ze er niet bij zitten. Enorm leger op de been. Bij Israël slaat schrik om het hart. Saul houdt maar paar Israëlieten over. Zo snel mogelijk tot actie overgaan? Aanval is de beste verdediging.

Samuel moest eerst nog een offer brengen. Dat was het gebod van God. Samuel had echter een volle week op zich laten wachten. Een enorme beproeving! Saul had nu een voortrekkersrol moeten spelen. Ondanks alles op God vertrouwen? Nee. Ook angst ging aan hem knagen. Had zelf maar een offer gebracht, dat Samuel had moeten brengen.

Samuel verschijnt. Verwijdt Saul zijn ongehoorzaamheid. Zegt dat een ander tot koning zal worden gezalfd. Legertje nu van 600 mannen. Met die verschrikkelijke boodschap van net. Er is geen smid meer te vinden. Er kunnen geen zwaarden en speren meer worden gemaakt.

Wat doe je in zulke omstandigheden? Kom je op de knieën? Bijbel spreekt daar niet over. Koning lijkt lam geslagen. Kan ons ook overkomen na slecht nieuws gesprek bij dokter.

Er is in het leger een priester. Ahia. Vers 3. Efod bij zich. Een middel waarmee men de Heere kon vragen wat men moest doen. In de Efod bezat de priester als het ware een rechtstreekse telefoonverbinding met de hemel. Sloot aan bij de cultuur van die tijd. Nog geen Bijbel. De Heere maakte zich op een ander manier bekend. Priester is dus ook in het legerkamp.

Nou, dan is er voor hem werk aan de winkel. Wijzen op de Heere! God via Efod om raad te vragen! Maar ook Ahia neemt geen initiatief. De verbindingsweg is wat hem betreft doorgeknipt. Ahia was een kleinzoon van Elia. Naam Ikabod valt. Oom van Ahia. Ongebruikelijk om in geslachtsregister ook naam oom te noemen. Naam Ikabod herinnert aan voorval. Overgrootvader was Hogepriester, Eli. Filistijnen hadden Ark meegenomen. Symbool Gods aanwezigheid verdwenen. De Heere had zich teruggetrokken, zo werd ervaren. Dat bericht kwam en toen beviel de oma van een baby; Ikabod. De eer is weg. Zo ontzet was de moeder.

Nu herinnert de bijbel hieraan. Situatie komt overeen. Toen was de Ark weg. Zo beleefd Ahia dit moment. Dan heeft de Efod geen zin. Komt niet tot actie.

Twee legers. Filistijnen, overmacht. Israël, verlamt door angst. Saul durfde geen actie niets te ondernemen.

Dan iets bijzonders. Jonathan. Zoon van Saul. Hij zou geen koning worden. Kon hij vergeten. Toch heeft Jonathan dit niet boos gemaakt op zijn vader of de Heere. Hij geeft blijk van zijn verantwoordelijkheid. Geloof: gaat het om de eer van God en dan valt eigen eer weg.

Vers 3. Op eigen houtje. Als mensen weten, dan zullen ze hem tegen houden. Jonathan ging in de ogen van het volk veel te onbesuisd te werk. Alleen wapendrager is op de hoogte. De Heere kan even goed door weinig als door vele verlossen. Is groot geloof.

Is ook een waagstuk. Voelt zich verantwoordelijk en afhankelijk van God. Hoe weet hij dat dit Gods weg is? De zegen kan verwachten?

Jonathan bevindt zich in situatie waar we van weten. Beslissingen nemen. Ouderling, geroepen tot ambt. Eigen bedrijf. Jongen of meisje op ons pad. Geroepen tot ontwikkelingswerk.

Jonathan grijpt naar een teken. We laten ons zien, als ze roepen: kom maar, dan gaan we. Dat is een teken. Beroep op de Heere is niet tevergeefs. De Filistijnen reageren: kom maar op als je durft.

Ze klimmen tegen stijle heuvel op. Vechten met succes. Hoogte waar Filistijnen zich bevinden is klein en smal. Gevecht van man tegen man. Jonathan grijpt de Filistijnen en laat het aan wapendrager over om ermee af te rekenen. Filistijnen raken in verwarring. Denken: hier zit de God van Israël achter.

Wat heeft dit ons te zeggen? Jonathan doet omgekeerde van zijn vader. Doet een beroep op God in zijn nood. Bij de Heere is uitkomt. Alleen bij de Heere. Zonder de Heere, dan roepen we ellende over ons af.

Saul laat zien hoe hardleers we zijn. Eerst zelf offer gebracht. Gebod genegeerd. Zelf offer gebracht. Nu opnieuw in nood, tegen overmachtige vijand, blijkt hij opnieuw niets geleerd te hebben.

Jonathan doet beroep op God. Vraagt om een teken. Gebed. In alle dingen van het leven is het belangrijk de Heere te kennen. Wijsheid, uitkomst. Weg wijst! We leren dat niet alleen hier. Bijbel zegt, in brief van Jacobus, als iemand wijsheid tekortschiet, laat hij die dan vragen aan God.

Om erachter te komen of de Heere  akkoord gaat, grijpt Jonathan naar een teken. Wij ook zo? Ik geloof het niet. Komt in OT slechts sporadisch. In NT helemaal niet. Zelfs negatief over vragen teken (Farizeeën en Schriftgeleerden: geen ander teken dan teken van Jona). Niet vergeten ook dat wij een Bijbel mogen hebben. Wij beslissingen nemen met open Bijbel en biddend. Kan ik dan vanuit Bijbel een antwoord krijgen op vragen waar ik nu mee zit? Ja! Zo machtig blijkt de Heere keer op keer te zijn!

Jaren geleden, preekte ik eens over de geschiedenis van storm op zee. Naderhand kreeg ik te horen: de dominee wist zeker van onze problemen?! De Heilige Geest wilde de prediking gebruiken.

Hier staan twee partijen tegenover elkaar. Israël in voortbestaan bedreigd. Meer dan een oorlog tussen twee volken. Israël en Filistijnen is beeld van strijd tussen satan en God om macht in de wereld. Foto van onze gemeente in de wereld. Wereld wil niet van kruis weten. Overmachtige wereld. Ook vanuit onszelf kunnen we volstrekt geen vuist maken.

Hoe zou het zijn afgelopen als ook Jonathan niet zou zijn opgetreden? Vernietigd! Dat bepaalt ons bij onze roeping. Strijd aanbinden met de wereld. Christus belijden in ons leven. Er zijn daadwerkelijk oorlogen gevoerd. Wij nu niet. Wel: u zult Mijn getuigen zijn. Thuis, als ouders, tegenover mensen, werk, waar al niet! Dat kun je niet aan anderen overlaten. Van de overheid viel er in de tijd van Jonathan weinig verwachten. Ook niet aan de kerk. Dominee en ouderling zijn ook maar mensen. Alleen maar dopen? Verder moet de school het doen? Zo is het niet. Onze taak: kinderen brengen bij Jezus.

In de geschiedenis van vanmorgen staat de eer van God op het spel. Wat is God ons waard? Jezus gaf Zijn leven voor ons! Hebben we Hem lief? Onze positie als christen komt steeds meer onder druk te staan. Zondagwerk. Solliciteren. Hoorde van de week nog dit: jongen van 18, vakkenvuller supermarkt. Zondags kom ik niet. Maar hij kon wel leiding gaan geven. Verhinderde niet.

Optreden Jonathan gaat in onze ogen om hachelijk avontuur. Vraagt om ongelukken! Onze situatie is weinig anders. Neiging om in onze schulp te kruipen. Hoe is het om ergens te gaan eten? Thuis bidden, daar ook? Dit keer maar niet. Getuige zijn is moeilijk, vraagt veel. Laten we de belofte niet vergeten. Wie Mij belijden zal voor de mensen, zal Ik belijden voor de Vader.

In de geschiedenis van vanmorgen worden vijanden verslagen. Groot is onze verantwoordelijkheid. Als wij onze roeping verzaken, wie zal dan satan verslaan?  Recht doen aan de bijbel, niet over het hoofd zien: wie Mij verloochenen zal, die zal Ik ook verloochenen. Ergste wat een mens kan overkomen.

Tenslotte nog dit. Optreden bleef niet zonde resultaat. Niet op CV van Jonathan schrijven. Niet een wapenfeit van hem. God verbond Zijn zegen eraan! Vers 23. Zo verloste de Heere. God weerstaat Zijn vijanden, maar wil ons gebruiken. En het is onze roeping om ons laten gebruiken. Amen.

Hervormde gemeente Nieuw Balinge, zondag 22 juli 2018, 10 uur. Schriftlezing 1 Samuel 14:1-15.