Op Gede Vrijdag en Pasen heeft Jezus de beslissende slag geslagen, maar het is nog geen Victory Day. Jezus regeert nu nog tussen Zijn vijanden – waar wij zoveel last van kunnen hebben: ziekte, zonde, dood, verslaving, stress. De vijanden weten dat ze de slag verloren hebben en eens zal God definitief met hen afrekenen. Jezus regeert niet ‘nadat’ Zijn vijanden aan Hem onderworpen zijn, maar ’totdat’. Daarna zal Hij de soevereiniteit aan Zijn Vader overdragen en zal God zijn alles en in allen.
Na Pasen – onderweg naar Gods toekomst
Gemeente van Christus, soms zijn er woorden in de tekst die blijven haken. Sleutelwoorden. Je zoekt wat de betekenis is. Als we dit helder hebben, dan verstaan we het beter. Het woord ’totdat’ is een sleutelwoord voor mij. Christus is Koning totdat Hij alle vijanden onder Zijn voeten gelegd heeft. Niet ‘nadat’. Maar ’totdat’. Zo willen we ons vanmorgen op Jezus Christus, de Priester-Koning constateren.
Jezus als Koning totdat Hij al Zijn vijanden onder Zijn voeten heeft gelegd. Er zijn twee vragen bij te stellen. Het is toch Pasen? Dood en duivel zijn toch verslagen? Die zijn toch overwonnen? U zij de glorie, de victorie? Is dat te hoog, te euforisch? Heeft de opstanding wel zo’n geweldig machtige uitwerking? Naar tijdgenoten maar ook je eigen ongeloof, twijfel, vragen. Die zeggen: wat is er nu eigenlijk veranderd? Die machten zijn er toch nog? Hoe zit dat precies? De tweede vraag: Jezus moet Koning zijn totdat Hij alle vijanden onder Zijn voeten heeft en daarna, wat dan? Legt Hij dan Zijn koningschap neer? Doet Hij afstand van de troon?
Ik wil vertrekken bij wat meteen helder is. Christus is opgestaan. Christus is de Levende. Uit het graf levend geworden. Hij is Koning. Het deed me denken aan Guido de Brès – de opsteller van de Nederlandse Geloofsbelijdenis. Hij schreef een brief aan zijn moeder in de laatste nacht van zijn leven. ‘Wij hebben een Koning!’ schreef hij. Dat getuigenis klinkt hier krachtig door. Paulus schrijft over het Koningschap van Jezus.
Daar waren vragen over in Korinthe. Christus moet Koning zijn. Zullen we op Hem inzoomen? Hij is Koning die voor jou geleden en gehangen heeft. Voor jou gestreden en gebeden. Voor u de dood is ingegaan. De Koning der Joden – het bordje boven het kruis.
Hij leeft. Hij overwon dood en graf. Een levende Koning. Ik ben de Eerste en Laatste. Hij legt Zijn hand op ons in de ontmoeting die Hij vanmorgen hier organiseert in de Ichthuskerk. Soms ben ik bang en onzeker. Hij heeft hart voor ons. Als het leven soms pijn doet. Als alles donker is. Als vragen zich onweerstaanbaar aandienen. Als zonden je frustreren. De tijden schraal. Ongeloof je de baas. Hij is een Koning! Hij bidt dat je geloof niet zal ophouden. Hoe klein en aangevochten ook.
Hij regeert tussen de machten. Zijn Koninkrijk heeft Hij gevestigd in vijandelijk gebied. In de crisis van de tijden. Ook in je eigen leven. Hij regeert tussen de machten. In bezet gebied is Hij gekomen. In gevecht met de overste van de wereld. God had het gaaf gemaakt. De donkere zwart is gekomen. De grootste ramp aller tijden: we hebben met God gebroken. De naweeën daarvan blijven door de wereld trekken. Hij heeft Zijn Koningschap gevestigd. Daar was het open graf. In deze wereld en in deze tijden.
Paulus schrijft: Hij moet Koning zijn. Dat hulpwerkwoord ‘moeten’ valt me op. Dat komt vaker voor. Het is geen dwang of noodlot. Maar het heeft iets van de heilige wil van God. Het plan van God met deze wereld. Die vastlag in gebrokenheid, bezet gebied door de boze machten. In deze wereld is Christus Koning geworden.
Nog iets, wat wel duidelijk is, maar om het scherper te hebben: Hij is anders dan Zijn vijanden. Het gaat in de tekst over de vijanden. Die willen je stuk maken. Je om zeep helpen. Wat denk je van verslavende machten? De prestatiedruk, van jaloezie, bitterheid, boosheid. Die maken je stuk, branden je op. Egoïsme. Machten die je stuk maken. Deze Koning is anders. Psalm 110: de Koning die ook Priester is. Die vergeeft en geneest. Hij regeert met een hart vol liefde. Je mag komen met je schuld en gebrokenheid. Zalig zijn de armen van geest voor hen is het Koninkrijk. Dat je het zelf niet meer redt. Niet meer met jezelf kunnen aankomen.
Hij regeert met de overmacht van Zijn liefde. Hij regeert niet door nietsontziende almacht. Zijn Koningschap blijft vaak verborgen. Het vraagt lange adem. Als het Koningsdag voor je geworden is als je Koningskind geworden bent, ken je daar iets van. Niet van macht, geweld, maar van dienstbetoon en barmhartigheid en aanvaarding. En zachtmoedigheid en geduld. En juist van de liefde.
Nu lezen we in de tekst dat Christus als Koning regeert tussen de tegenstanders. De tegenstanders die Hem weerstaan. Tussen de machten die maar niet willen buigen. Dan die vraag: heeft Christus met Goede Vrijdag de machten niet echt verslagen? Kan Hij ze niet de baas? Is Hij een Koning waar je niet veel aan hebt? Een Koning die aan handen en voeten gebonden is?
Welnee. De beslissing is echt gevallen. De dood kon Hem niet houden. De dood is de uitdrukking voor alle machten, heel dit hoofdstuk is er vol van. De dood en machten konden Hem niet houden. Eerste christenen hebben Hem ontmoet. Paulus noemt er verschillende. Ik moest aan Thomas denken. Hij kon er ook niet bij. Hij mocht zijn handen leggen in Zijn wonden. Ook die broeders en zusters kregen een tastbaar bewijs van Jezus’ overwinning.
Hoe zit dat dan met die machten? Een bekend voorbeeld – ik weet geen betere. Decision Day (D-Day) en Victory Day (V-Day). Toen de geallieerden landden in Normandië. De beslissende slag werd geleverd in Normandië. Er kwam nog een lange, donkere winter. De slag om Arnhem. Goede Vrijdag, Pasen. De dag van de beslissing. Jezus heeft de beslissende slag geslagen. Dat gedenken we. Daarom is het Koningsdag, vandaag ook, anders dan gisteren. De tijd tussen september ’44 en mei ’45: een guerrillaoorlog is er. Oekraïne, Noord-Korea, Israël. Haat, ziekte, sterven. Machten van honger en armoede. Vervolging en vervuiling. Aantasting van de schepping. Kleine pesterijen op het schoolplein bij jou. Donkere machten. Mensen die elkaar ombrengen. De duivel die wanhopig Jezus’ Koningschap onderuit wil halen. Hij wil je loswrikken van Jezus. De macht in jou: ongeloof, verborgen zonden, verslagen. De macht van de stress. Waardoor je niet toekomt aan concentratie waardoor je niet toekomt aan Jezus en het zicht op Zijn Koninkrijk verliest. Al die machten heten vijanden. Vijanden van Jezus en Zijn Koninkrijk en Zijn Bruid. Soms ben je er moe van. Als de Decision Day er eens was: waarom maakt U er geen eind aan? Laat komen Uw rijk! Wat zou ik dankbaar zijn… Ik denk het ook zo vaak. Hoe lang nog, voor Uw rijk komt? Uw Koninkrijk kome…
Er is nog iets. Deze tijd is ook de tijd van geduld en genade. Voor ons en de kinderen. Voor een nieuwe generatie, de wereld om je heen. Vrienden en collega’s. Waarom duurt het? Omdat Christus wacht. Niet omdat Hij de belofte aan het vergeten is. Hij verlangt zo intens. Hij werkt er naar toe dat Zijn huis vol wordt. In de veelheid van onderdanen schittert de glorie van onze Heiland. Het heeft straks echt iets van: ik had een voorstelling gemaakt, maar het is zo veel groter en heerlijker.
Het heeft een appel voor ons. Stel je voor dat je je los aan het maken bent. Dat lauwloenige gedoe. Mee kappen zou ik. Dat loopt slecht af. Kom, nu is de tijd. Christus regeert niet met ijzeren hand of zelfmoordcommando’s. Maar door woord en geest. Door de liefde. Door de dwaasheid van de prediking. Terwijl ik zo dubbel en donker ben: Hij biedt Zijn vrede aan. Hij gaat daarmee door in deze wereld.
Hoe lang? Totdat! Totdat Zijn vijanden voorgoed zijn uitgeteld. Onder Zijn voeten: dat is een beeld uit Psalm 110. In het oude oosten zetten de vorsten de voeten op de vijanden, die lagen op de grond. Teken van overwinning. De vijanden worden voorgoed uitgeschakeld. Satan, dood, hel. De machten die niet passen bij de Priester-Koning. Het zal goed en gaaf zijn. De machten die de schepping en gemeente en Gods kinderen tiranniseren. Op de dag waarop Hij komt. De dag van de victory. Ze worden voorgoed onttroond. Dan is de guerrillaoorlog voorbij. Oordeel is crisis (Griekse woord). God spreekt recht en zet de dingen recht. Dan is de dood voor altijd een gepasseerd station. Geen slopende ziekte, geen pijn, geen sterfbed. Geen angst en tranen. God zal alle ogen van de tranen afwissen. Geen kind wordt meer misbruikt of gepest. Nooit meer zondigen. Nooit meer!
Wat een dag van rusten zal dat wezen, onstraffelijk voor U verrezen. Naar Uw dankaltaar!
Dan draagt Jezus Zijn soevereiniteit over aan de Vader. Hij onderwerpt zich aan de Vader. Aan Hem die alle dingen onder Zijn voeten onderworpen heeft. Hoe moet je dat lezen? Het volmaakte resultaat van Zijn werk biedt Hij aan aan Zijn Vader. Kijk, Vader. De wereld, de schepping is helemaal van U. Voor U! Al Uw en Mijn vijanden zijn weggedaan. Heel Zijn kerk en werk en Schepping draagt Hij over. Een speciale periode, daarin was Hij middelaar, door Zijn leven te geven. Dat intermezzo gaat voorbij. Het koningschap van God over alles is een feit. De Drie-Enige God is alles en in allen. Vader, Zoon en Heilige Geest. Het draait nu om Christus – om de verzoening. Het gaat om de Vader. Het scharnier: het draait om Christus. De deur gaat open naar de Vader. Als Jezus het Koningschap overgeeft, zal God alles en in allen. Dan mag ik voluit kind zijn. God is werkelijk alles. Daar gaat het heen. Op naar Gods toekomst. Houd moed. Hij komt. Geborgen in Christus zijn wij met Christus gericht op de Vader. U alleen behoor ik toe! Uw Schepping wordt weer een loflied. Als die dag aanbreekt en Gods schepping een loflied zal zijn: dan is het er eindelijk. Glorie voor U; eer aan de Vader, Zoon en Heilige Geest.
Amen.
Hervormde Gemeente Reeuwijk, Ichthuskerk, zondag 28 april 2024, 9.30 uur. Schriftlezing Psalm 110; 1 Korinthe 15 : 20 – 28.