Als Christus in het huis van Martha gekomen is, is Martha druk met de maaltijd. Maria echter heeft het goede deel gekozen: aan de voeten van Christus. Ook in het huwelijk is er meer dan werken: de dienst des Heeren. Het is belangrijk om tijd te hebben voor Bijbellezing en gebed. Maria beseft dat ze van genade moet leven en dat ze het van de woorden van Christus moet hebben. Die plek aan Zijn voeten zullen we allen in moeten nemen om getroost te leven en te sterven.
Maar één ding is nodig
- Verwaarloosd door Martha
- Gezocht door Maria
- Aangeprezen door Christus
1.
De Heere Jezus is zo vaak op reis met zijn discipelen. Hier ook. Hij had geen woning. De vogels hebben nesten. De vossen holen. Maar Hij had geen plaats. Hier zit gelijk een boodschap in, dat Zijn discipelen eigenlijk ook maar altijd op reis zijn. Een pelgrimsvolk. Vanavond een vreugde samen het huis in te gaan. Maar toch: gij weet o God hoe ik zwerven moet op aarde. Toch waren er plaatsen waar Jezus zich thuis voelde. Er staat: Hij had Martha en Maria lief. Wat een zegen als Jezus zich in jullie huwelijkshuis thuisvoelt. Dat Hij komt en blijft!
Wel, dat heeft een ernstige ondertoon. Er zijn veel huizen in onze stad waar de Heere nog nooit is geweest. Lege, arme, stille huizen. Denk aan de herberg in Bethlehem. Voor Jezus was er geen plaats. Bruidspaar, als Jezus een keer op bezoek komt, gaat Hij nooit meer weg. Je vraagt aan de Heilige Geest of Hij woning wil maken voor deze God en koning.
Het huis was van Martha. Haar huis, staat er. Maria en Lazarus woonden bij haar in. Misschien is dat ook de ergernis straks. Het is haar huis! Die ergernis zou er niet geweest zijn als ze besefte: het is niet mijn huis, maar Christus’ huis. Ook voor jullie. Al je bezittingen: het is geleend en van de Heere geschonken.
Deze Maria zit niet aan Martha’s voeten. Het is het huis des Heeren. Daarom zit ze aan Jezus’ voeten. Hij is nu opnieuw gekomen. Vermoeid van de reis. Ze zagen er naar uit. We kijken niet zomaar neer op Martha. In haar is ook genade. Uw komst is het die ons heil volmaken zal.
Woont de Heere al in uw huis, gemeente? Hij staat aan de deur en Hij klopt. In tegenspoed. In kloppingen. Velen laten Jezus wachten. Ik hoop dat je mag zeggen, Ik blijf de Heer verwachten. Dat je bidt om Zijn Geest en de komst van Zijn koninkrijk.
2.
Maria zit op een ootmoedige plek. Als een christin. Niet uit gemakzucht. Nee dat mogen we Maria niet verwijten. Maria heeft samen met Martha hard gewerkt, o zeker. ‘Welke ook’ Zijn woord hoorde. Maria wilde niet minder doen. Maar ik kijk naar de bruidegom, je moet niet altijd werken. Het werk is maar een middel. De Heere is het doel.
Het werk was gedaan. Ze wisten, Jezus komt met Zij n gezelschap. Nu Hij gekomen is, zit ze aan Zijn voeten. Zo mag je op zondag komen. Gezegend als het zo vanaf vanavond in het huis van jullie zijn mag: niet alleen werken, maar ook het Woord. Het Woord ook bewaren.
Hoe komt dat zo weinig mensen daar zitten? Zit u daar? Er zijn goede argumenten voor. Te druk. Nog iets anders te doen. En verkeerde: ik heb er geen trek in. De wereld is boeiend en interessant. Zeker in digitale tijdperk. Wat zouden we met Jezus doen?!
Maria zit daar met een oprecht verlangen. Een levensbehoefte. Psalm 130: uit de diepte roepen. Mijn bestaan moet verzoend worden. De eeuwigheid. De Godsontmoeting. U bent het alleen die mijn heil volmaken kan. Ze zit te luisteren naar genade uit vrije genade. Waarom zit je hier Maria? Maar ook de vraag: waarom zit u daar niet Martha? Zit nou toch. Je hebt al zoveel gewerkt. Zijn persoon is meer dan het fijnste goud op aarde. Ze was heel erg druk. Voor haar gevoel ook belangrijke drukte. De stoelen klaar, het eten bereid. Het is wel erg goed. Niet af te keuren. De dienst des Heeren was wel een liefdedienst. Maar ze zat teveel aan de kant van het werk. Dat kan in de kerk ook. Is de Heere erin?
Als het erom gaat, bruidspaar, dan moeten wij niet de Heere dienen, maar dan moet Hij ons dienen! Ons? Ja! Hij is niet gekomen om gediend te worden maar om te dienen. Zijn ziel te geven tot een rantsoen. Martha met al haar dienen is een groot geestelijk tekort. Er is zelfs een ergernis in haar hart. Het gaat fout. Ze legt het bij Maria. Met bitterheid zegt ze het tegen de Heere. Ik mag u daarvoor waarschuwen. Druk in het huwelijk. Thuis of in het werk. Geen plaats voor de stille tijd. Dan gaat het niet goed. Zo druk zijn tot zaterdagavond laat. Op zondagmorgen heb je dan de gedachten er niet bij. De rijke boodschap gaat dan langs je heen. Van God krijg je 300 dagen werktijd in een jaar. Geen tijd om ’s avonds de bijbel te lezen en met elkaar in gebed gaan? Het kan gebeuren dat je gaat fitten, dat ie woorden krijgt, dat het tenslotte zo moeilijk gaat. Bidden jullie nog met elkaar? Lezen jullie nog? Nee. Dat is ten diepste de kwestie. Martha denkt, ik ben de gastvrouw, Maria moet mij helpen. Alle gaven zijn van Boven, van de Vader der lichten. Maak tijd. Ga neerzitten aan de voeten des Heeren! Dat verbindt in het huwelijk.
Martha, gij bekommert en onrust u over vele dingen. Liefdevol en ernstig zegt de Heere dit. Bruidspaar, gemeente, dominee, ambtsdragers! Zo gaat het niet goed. Het moet anders. Het hemelse brood gaat voor het aardse brood. Jezus waarschuwde: wees niet zo bezorgd over de dingen van de tijd. Let maar op de vogels. Die komen niet om van de honger.
Zoek nou eerst het Koninkrijk van God, Martha. Tob niet over je huis, kleding, kinderen. Het zijn goede gaven. God weet dat we die nodig hebben. Stop met rekenen. Ga neerzitten aan de voeten van Hem. hij is het Brood des levens. Jezus draait het om. Ik kom om te dienen. Mijn levenswerk is Knecht zijn. Voeten wassen. Mijn leven geven. Om dat uit te delen. Mijn vlees is waarlijk spijzen. Martha u bekommert u om vele dingen. Een ding is nodig.
Ik moet dat tegen u zeggen. Waarom? Hebben wij dat extra nodig? Ik ook. Wij allen. We leven in een tijd die vol is van activiteit. Brood des smarten eten. Maar: Hij geeft het Zijn beminden als in de slaap. Ons einde van het leven is snel. Wel bekommert geweest om de tijd? Niet om de eeuwigheid. Je kunt nog geen euro meenemen naar de eeuwigheid. Martha deed het wel een beetje. Gods kinderen, daar zeg ik dit ook tegen, wat kunnen we toch uit de aarde aards zijn. Als we zo worden afgeleid van het Woord en van het gebed en bezig zijn met het heden: op een duur wordt het geestelijk leven schraal. Dan zit je weken, maanden in de kerk: ik heb niks meer aan de preek. Je mag vragen stellen aan de preek maar ook aan jezelf. Een ding is nodig!
3.
Wat een gezegende plaats, waar Maria zit. Het goede deel gekozen. Let je erop? Maria prijst zichzelf niet. Nee. Ze zit op de laagste plek. Je hoort haar eigenlijk niks zeggen. De Martha’s praten en prijzen zich nog wel eens. Maar die ootmoedige Maria; de Heere prijst Zijn discipelen! Hongerig naar een woord. Maria kan alleen nog maar dieper buigen. Het woord kan alleen maar verootmoedigen.
God geve jullie dat je daar zo ootmoedig neer te zitten. Hoe zoet zijn mij Uw redenen geweest! Dat is het beste deel. Dan zeg je: genade is op Uw lippen uitgestort. U hebt de weg van Uw opstanding en sterven uitgelegd. Van Uw koninkrijk. Van Uw Geest. U heeft mij verteld van die troost in leven en sterven. Daar wil ik het werk wel voor neer leggen.
Maria heeft goede deel uitgekozen. De duivel kan dat niet meer afpakken. Wat Martha bij elkaar scharrelt, dat wordt afgenomen van ons – aan het einde van je leven. Maria heeft een schat bij God. De Heere zorgt voor die schat. Dat is die gezegende plaats. Dat is ook de lokking en nodiging. Een ding is nodig. Een plek aan Zijn voeten. Ik hoop dat dat voor jullie ook zo is. Ken je tegenspoeden en stormen? Geeft niet. Mijn oog zal op u zijn. Ik zal u niet begeven en niet verlaten. Ik eindig met dat versje:
‘Erenamen, al tesamen,
Vorstentitels zijn maar schijn,
Niets zo heerlijk, zo begeerlijk
Om een kind van God te zijn.’
Amen.
Gereformeerde Gemeente Gouda, woensdag 13 oktober 2021, 14.30 uur. Kerkelijke bevestiging van een huwelijk. Schriftlezing Lukas 10:38-42.