In het Avondmaal zien we wat Jezus voor ons gedaan heeft: Zijn leven gegeven voor zondaars. Hij kocht ons, omdat wij van nature niet aan Hem toebehoren. Hij kocht geen ‘schone’ mensen, maar zondaren die gereinigd moeten worden. Christus doet dat en Hij maakt ons tot Zijn volk.

‘Hij heeft zichzelf voor ons gegeven om ons van alle zonden vrij te kopen, ons te reinigen en ons tot Zijn volk te maken, dat vol ijver goede werken doet.’

We vieren vandaag het avondmaal. Voor het eerst met elkaar. Een keer met een paar mensen, met 5. Nu met elkaar. Dan komt die vraag, wat is het avondmaal? We willen ons concentreren op wat Jezus heeft gedaan.

Hij heeft Zichzelf voor ons gegeven. Hij gaf zich.

Kijk, je kunt van alles geven in het leven. Een cadeautje, als iemand jarig is. 5 euro, 10 euro, 100 euro. Maar dat is maar een gedeelte van wat je hebt. Of tijd en aandacht. Dat is dan niet alle tijd die je hebt. Je geeft nooit alles. Wij houden in wat wij geven altijd zelf een heleboel over. Want wie geeft zijn hele bankrekening weg? U niet en ik ook niet. Natuurlijk hebben we geld voor een goed doel over, maar niet alles.

Paulus zegt: Jezus gaf zichzelf. Hij hield niets over. Hij gaf alles. Namelijk Zichzelf. Met jezelf komt alles mee. Hij gaf Zijn leven. Dat is verschil tussen Hem en ons. Hij gaf dat. Hij hield niets over.

Voor ons. Twee woordjes. Hij gaf niet zomaar, zonder doel. Nee. Hij had ons op het oog. Het ging Hem om ons. Paulus sluit zichzelf erbij ons. Niet voor jullie, of jou. Nee, ik hoor er ook bij. Wij hebben het allemaal nodig dat Hij alles heeft gegeven. Hij gaf alles.

Paulus heeft het natuurlijk over de dood aan het kruis. Waar het Avondmaal naar verwijst. Hij gaf alles. Dat wordt gesymboliseerd in een klein stukje brood en klein slokje wijn. Je moet bedenken hoeveel brood erdoor heen gaat in al die Avondmalen bij elkaar. En die wijn bij elkaar. Alles bij elkaar: dat is nog lang niet alles. Hij gaf alles.

Hij heeft er een doel mee. Het kruis heeft een doel. Zijn dood heeft een doel. Paulus zegt dat er meteen achteraan. Om… Opdat!

Ons van alle zonden vrij te kopen. Hij krijgt ons. Wij zijn niet van Hem van nature. Wij zijn van onszelf, denken we dan. Wij zijn van de zonde. Wij zijn in zekere zin niet Zijn eigendom. Hij koopt ons. Wij zijn zondaar. Mensen waarvoor Hij moest sterven, alles voor moest geven. Daar koopt Hij ons van vrij. Hij betaalde met Zijn leven. Als wij van Hem zijn is dat door genade en Zijn bloed. Je koopt iets en het wordt van jou. Dan doet Hij twee dingen.

Hij reinigt je. En Hij maakt je tot Zijn volk.

Hij reinigt je. Zijn wij dan niet schoon? Ik denk dat een aantal van u wel onder de douche hebben gestaan. Uiterlijk zijn we schoon. Maar innerlijk valt het tegen. Wat we zeggen, denken, doen. Zonde. Niet doen wat we zouden moeten doen. Als Christus ons koopt, koopt Hij niet iets moois.

Als wij iets kopen, kopen we iets moois. Als je een nieuw bankstel wilt kopen, ga je naar een meubelboulevard. Je kijkt naar de vorm, kleur enzovoort. Je koopt iets wat je mooi vindt. En wat schoon is – niet met vlekken. Anders hoeft het niet. Een showroom model daar kan een vlek op zitten.

Jezus koopt ons. Wij, met zonde. Het eerste wat Hij doet: ons schoon maken. Hij koopt zondaren. Mensen die nog gereinigd moeten worden. Door Zijn bloed. Dat vier je aan het avondmaal. In het formulier staat ook: je komt niet omdat je in jezelf zo goed bent. Nee. Hij koopt om ons goed te maken.

Hij maakt ons tot Zijn volk. Zijn volk is dus wel rein en schoon. Door Hem. Niet van jezelf. Je kunt het van jezelf nooit worden. Hij reinigt je. Dan ben je van Mij. Dat volk, dat de toekomst van de Heere heeft. Dat volk dat mag leven uit Hem. Dat vier je aan het avondmaal. Wat je zelf niet kan, doet Hij. Het is volkomen tegenover wat wij zouden doen. Wij zouden niet de vuile mensen willen hebben, die had eerst zichzelf moeten schoon maken. Hij zegt: Ik maak je schoon.

Je mag Mijn volk zijn. Een volk vol ijver om het goede te doen. De goede werken. Je kunt je afvragen, Heere, nu hebt U mij gekocht en gereinigd en tot Uw volk gemaakt en U vraagt van mijn goede werken te doen, wat moet ik nou doen? Dat is de vraag die je kunt stellen aan de Heere. Vertelt U dat dan niet hier in dit gedeelte? Dat doet Hij wel.

In het begin: om ons van alle zonde vrij te kopen. In het Grieks staat een woord voor zonde. Paulus gebruikt verschillende woorden. Hier: wetteloosheid. Het niet doen van de wet. Tegenover de wet staan. Dat is zonde. Het gaat hier om de wet. Hij koopt jou, wetteloze. Of: tegenover de wet staander. Wat deed je fout? Je leefde niet naar de wet van de Heere? Goede werken zijn dat je dat wel gaat doen.

Dus leven in regeltjes? In de tien geboden, die we lazen, gaat het om regels? Nee, het gaat om Mij liefhebben. Dat is geen regel, maar de wil van het hart. Willen doen wat de Heere van je vraagt. Dat zijn goede werken. Doen wat de Heere van je vraagt. Leven zoals Hij dat heeft. Hem navolgen. Daar gaat het ook om in de tien geboden. Jezus zegt dat ook tegen die Farizeeër: je doet de geboden wel, maar je bent de liefde kwijt. De liefde waarmee Hij ons liefheeft. Omdat Hij alles gaf. Leven in die en uit die liefde. Zoals Hij heeft geleefd. Dat is het goede doen.

De Heere die geeft ons daar dus aanwijzingen voor. Dat je weet hoe je het goede kunt doen. Dat je van de tafel weer weggaat. Beseft: Hij heeft alles gegeven om mij vrij te kopen en te reinigen. Hij gaf alles. Wat vraagt Hij van mij? Doe dan het goede. Kijk naar Mij. Dan zie je de liefde en trouw van de Heere. Zo mag je als mens die avondmaal vierde door het leven gaan. Hem loven en danken en prijzen. Dat Hij zichzelf gaf voor ons. Hij deed het niet zomaar. Voor ons. Opdat wij als gereinigde mensen leven als Zijn volk en leven zoals Hij dat vraagt. Op weg naar Zijn toekomst.

Amen.

Richt op uw woning en roep ons tezamen,
omring ons met uw alvermogend woord,
wees ons een tempel en roep onze namen,
zodat wij juichen: God heeft ons verhoord!

Richt aan de vreugdedis voor al de dagen,
reik ons de beker van uw trouwverbond,
wij zullen altoos van uw heil gewagen
in brood en wijn, totdat Gij wederkomt.

– Gezang 119 vers 3 en 4 (Liedboek voor de Kerken)

Hervormde Gemeente Sluipwijk, zondag 13 september 2020, 10.00 uur. Schriftlezing Titus 2:11-15. Viering Heilig Avondmaal. Dienst met beperkingen in verband met Coronacrisis: 1,5 meter afstand, gelimiteerd aantal bezoekers, desinfectie handen bij ingang. Avondmaalviering: de dienaar ging rond met brood en wijn (met handschoenen aan en een mondkapje op).