De discipelen gaan na de opstanding vissen, vertwijfeld als ze zijn. In de nacht vangen ze niets, maar Christus staat in de ochtend op de oever. Hij laat het licht doorbreken. Nu daagt het in het oosten; God maakt dat het Pasen wordt.

Gemeente van Christus, broeders en zusters, lieve mensen, op sommige plaatsen en momenten lijken mensen ontvankelijker te zijn voor het heilige. In een klein kerkje op het Franse platteland, in de koelte, een Godslampje ziet. Hier tikt de tijd anders. Of hoog in de bergen. Of de wind of de zee. Als je geraakt wordt. In deze kerk. Goudse glazen, het licht anders laten kleuren. Muziek onze ziel in vervoering brengt. In de kerk zijn er rituelen, sacramenten, iconen. Iconen zijn vensters op de hemel. Aanwezigheid van de Heer in het avondmaal.

In de katholieke kerk kent men ook relieken. Dat zijn overblijfselen van heiligen. In het altaar opgenomen. Dat verwijst naar de heilige zelf. Hier achter ziet u de altaarstukken. De altaartafels zijn ontwijd. Dat wil zeggen dat het reliek (het botje) uit het altaar is gehaald. Bedoeld om dicht bij het heilige te komen. De RK kent er veel. Vandaag is er een Nederlander heilig verklaard. Titus Brandsma. In Dachau vermoord.

Als we het over relieken hebben, dan is een reliek van Petrus of andere discipel nog dichterbij brengt of dat versterkt. Zij stonden dicht bij Jezus. Reliek van Jezus zelf is er niet, dat is onmogelijk. Wel splinters van het kruis. En de lijkwade van Turijn. Waarin de afdruk van Jezus te zien zou zijn. Ik hoef u niet te vertellen dat de echtheid daarvan nogal ter discussie staat. Jezus heeft echt bestaan. Dat wil het zeggen. De gekruisigde in linnen doeken gewikkeld. Velen knielen er voor meer. De wade is maar een paar keer te zien, de laatste keer in 2015. Iets zien van Hem.

Als je naar die devotie kijkt en naar hunkering naar sacrale, kan je jaloers zijn op de discipelen. Zij konden Hem echt zien en de vragen stellen. Ondanks ons verlangen naar zulke ervaringen en het tastbare, spreken de bijbelse verhalen juist een hele andere taal. De discipelen waren nog lang niet zo heilig. Ze lijken veel meer op wie wij zijn. Eigenaardigheden, twijfel, geloof en ongeloof. Tegen geloofshelden kan je misschien opkijken met heilig ontzag, maar daarmee blijft het ver weg. De discipelen zijn kwetsbare mensen van vlees en bloed die dichtbij komen.

Als je jarenlang met Jezus optrekt, is dat geen garantie voor het geloof. De verhalen laten zien hoe breekbaar het geloof was. Bach begreep dat. Deze 5e zondag na Pasen. Een triomfantelijk stuk? Uit volle borst zingen? U zij de glorie, opgestane Heer. Dat is niet wat u straks gaat horen. Niet hoe het begint. Het blijft voorzichtig en ernstig. En in mineur. Het schemert. Maar zachtjes breekt het licht er doorheen.

Wij zijn soms in de schemer. Als we daarin gaan staan, aan de oever van het meer. Eerst horen we dat het nacht is. De discipelen waren het water op gegaan. Het is een zoektocht wat je met de ervaring van de verschijning van Jezus moet. Wat betekent het om te leven en te geloven na Pasen? Is het leven van u en mij daardoor verandert?

Petrus lijkt deze vraag misschien negatief te beantwoorden. Ik ga vissen. Hij pakt zijn oude beroep op. Doet wat hij altijd gedaan heeft. De andere ook. Samen dobberen. Donkere diepte. Koud als de dood. Ze vingen niets. Niks geen heilige. Het zijn verloren vissers op zee. Het is nacht. Een symbool voor de innerlijke gesteldheid van de discipelen.

Er begint iets te dagen in het oosten. Jezus aan de oever. De uitzichtloosheid van teleurstelling wordt begrensd. Hij is het. Maar ze herkennen hem niet. Hoe moet je zien als je ogen aan het donker gewend zijn? Jezus zoekt contact. Hebben jullie iets te eten? Een vraag naar de basis van het leven. Hij krijgt een kort antwoord. Die vreemdeling zegt, werp het net uit aan de andere zijde. Blijf niet staren op wat vroeger was. Links is duister. Links is onbevattelijk. Links is sinister (in Latijn). Links hoort bij het duister, het onbewuste.

Maar nu daagt het. Gooi het over een andere boeg. Blijf niet staren op wat vroeger was. De hele nacht was het zo dat de frustratie groeide. De situatie keert met een simpele handeling om. En ten goede. Het net barstensvol met vis. Zo kan het soms gaan. Soms staar je op wat vroeger was, op verdriet en gebreken. Dan zie je gesloten deuren. Niet het voorzichtige ochtendlicht.

Het net zit barstensvol. 153 stuks. Dat getal heeft exegeten lang beziggehouden. 153 is een heel specifiek getal. Niet 152 of 154. De meest plausibele verklaring vond ik: er waren toen 153 soorten vis bekend. Iedereen mag er zijn, een plek vinden. Voor alle soorten is er een plek zonder dat het net scheurt. Dat sluit aan bij de reacties van de leerlingen. Voor u en mij is er plek in het net van de kerk. Met onze eigenaardigheden. De leerlingen spiegelen voor dat je verschillend reageren. Een leerling herkende Hem, Johannes. Hij kijkt nog eens goed. Het is Hem. Het is Jezus! Mensen die als Johannes geloven weten intuïtief dat er meer is. Bij wie gelovig voorzichtig ontluikt als een lentebloem. Ook Petrus, zo gauw als ze het horen in het water zich storten.

Wie je bent en waar je vandaan komt, je mag komen bij deze maaltijd. Ze eten op het strand. Brood en vis. Ze wisten dat het de Heer was. In het delen van de maaltijd kwam Hij dichtbij. Het werd licht en morgen. Een nieuwe dag.

Ik verbleef in Zwitserland in een klooster. In de verte kon je de toppen van de Alpen ontwaren. We vierden Pasen. De laatste dagen van Jezus kwamen dichterbij dan ooit. De zusters gingen letterlijk in het voetspoor van de leerlingen. Vroeg in de ochtend naar het meer wandelen. Sceptisch over deze carnavaleske optocht. De nacht zonder geluid. Alleen het geluid van de golven. Ik zag het vuur en de vis op witte kiezelstenen. Een stem van dit verhaal klonk. Er werd brood gebroken en vis gedeeld. Een lief gezongen toen de zon doorbrak. Ik zag de overkant. Met de besneeuwde toppen. Er brak iets in mij door. Alsof iemand mijn naam roep. Niemand zei iets. De Heer was er. Overrompelende eenvoud. Heilig, kwetsbaar, toegroeiend naar het licht. De Heer is waarlijk opgestaan. Amen.

 

Protestantse Gemeente Gouda, Cantatedienst/Goudse Glazendienst (BWV 4), zondag 15 mei 2022, 17.00 uur, St. Janskerk. Schriftlezing Johannes 21:1-14.