De Heere God heeft de wereld na de zondeval niet aan haar lot overlaten. God is Zelf gekomen. Hij heeft gerechtigheid aangebracht, Christus is voor de zonden gestorven. Het is de Heilige Geest die overtuigt van zonden, gerechtigheid en oordeel. Het is Christus die de goedkeuring van God de Vader heeft ontvangen voor Zijn volbrachte werk. Hij bidt in de hemel tot de Vader voor mensen om Zijn Geest te geven. God laat het verkondigen dat Hij niets liever wil dan zondaren te behouden.

Johannes 16 vers 8-11: ‘[8] En Die gekomen zijnde, zal de wereld overtuigen van zonde, en van gerechtigheid, en van oordeel. [9] Van zonde, omdat zij in Mij niet geloven; [10] En van gerechtigheid, omdat Ik tot Mijn Vader heenga, en u zult Mij niet meer zien. [11] En van oordeel, omdat de overste dezer wereld geoordeeld is’.

Getuigen om te overtuigen

Deze wereld is bezet gebied. De duivel is tot ons neergedaald, briesende leeuw zoekende wie hij zou kunnen verslinden. God had dat na Genesis 3 dat zo kunnen laten. Hij heeft beloofd vijandschap te zetten tussen deze overste en de wereld. Toen is de worsteling begonnen.

God heeft eerst gesproken tot Adam en Eva. In die dagen gesproken tot Enos. Ik heb hier ooit gepreekt over Lamech. De krachtpatser die het wel tegen God zou opnemen. Ik heb hier gepreekt over Noach. Het berouwde de Heere dat Hij de mens geschapen had. Maar God vond Noach. Door de ark behouden. Niet omdat hij beter was dan de anderen.

Noach wordt dronken in zijn tent. En een van zijn zonen lokt hem uit. De zonden is zo overweldigend in deze wereld. Toch begint God opnieuw. Abraham. In hem alle geslachten gezegend te worden. Abraham dacht het zelf te moeten regelen.

Er is altijd een bezetting in ons eigen hart om de zonden te dienen. God heeft niet alleen de strijd om de schepping maar ook om u en mij. Als ik het goede wil doen, dan ligt het kwade mij bij en dan spreekt ik de apostel na. Elke keer die hang naar het kwade.

Ze bouwen de afgoden rondom. Gouden kalf. Wat God ook doet. Kiezen voor zichzelf en voor de overste van deze wereld. God roept Zijn profeten. Vijanden rondom. Elke keer delft Israël het onderspit. Wat zijn we toch een dwaas en hardnekkig volk.

Uiteindelijk zendt Hij Zijn Zoon. U weet wat er gebeurd is. Ze hebben Hem gedood. Wie? Die met de boekrollen onder de arm. Ging niet elke grote verzoendag de Hogepriester het heilige in, in dat bloed vergeving. En toch ze hebben Hem gekruisigd, weg met Hem.

Toen Hij in het graf lag hebben Zijn vijanden gejuicht. Nu is het opvallend dat er bij de tegenstanders meer geloof is in de opstanding dan bij de discipelen. Ze hebben gehoord dat die verleider gezegd had op de derde dag op te staan. Er is nog wel kennis van God in de wereld, toen en nu. Maar we zijn geneigd die stemmen te overschreeuwen.

Mijn moeder zei dan: laat mij je nagels zien. Witte stipjes. Je hebt verkeerd gedaan, je hebt gelogen. Natuurlijk is dat maar iets uitwendigs. De duivel bezig om weg te trekken bij God.

Daartoe heeft God Zijn Geest gestuurd. Die preek van Petrus. U hebt Hem gekruisigd. We hebben geen God dan de keizer. Gekozen voor de tegenstander. Moordenaars van de Zoon van God. Het die kwam om te verlossen heb je weggedaan. De Geest komt overtuigen.

Van zonden. Hoe doet Hij dat, mannekes in zichzelf even schuldig, weglopers, voornaamste verloochenaar, in dienst te nemen, te vervullen met Zijn Geest. Op die eerste Pinksterdag kwam die Geest in die wind en dat vuur. Maar dat zijn tekenen die voorbij zijn gegaan.

Dat Hij mannen en vrouwen vol maakt van die Geest. En bange discipelen die zegenend zijn heengegaan en getuigen van het werk van God en het werk van Jezus. Zo heeft het God behaagd om in deze bezette wereld het Evangelie te bedienen. Zet Hij de aanval in op de verovering van uw hart.

God wil terughebben wat Hij eens gaf. Kent u de bezetting in uw hart? Ik ben uit ‘44. Slag van Arnhem. Gingen naar Barneveld. Hit voor de platte wagen gespannen. Daar stond in een kistje mijn persoontje. De hit werd geraakt. Ik lag tussen de spoorrails tussen Barneveld en Wageningen. De boze van de macht van Hitler. Er stond op de helmen van de soldaten: ‘Gott mitt uns.’ Hoe gaat de duivel tekeer tussen Rusland en Oekraïne. Dat is uitwendig. Maar het listige van de duivel dat het met deze wereld nog wel een beetje meevalt en op een akkoordje moeten gooien.

Petrus moet de aanklacht brengen aan zijn eigen volk. De Geest getuigt. Maar getuigt niet alleen maar overtuigt ook. Bekeert u. Als de Geest werkt, stelt Hij altijd Jezus Christus aan de orde. Daar moet u altijd de preek op nagaan. Als Hij niet in het middelpunt staat, dan is het hooguit wettisch napraten.

Dat Hij gekomen is voor de zonden van de wereld. Gelooft u dat? Overtuigt worden van oordeel. Dat is het eerste. Van zonde, van gerechtigheid, van oordeel.

Wat is zonde? Als vader en moeder kun je misschien wel een paar zonden van je kinderen opnoemen. Moeder gaf ons als wij iets verkeerds deden op onze kop. Dat was altijd uit liefde. Zonden is altijd tegen moraal, zoals we gelezen hebben in de Petrusbrief. Daar is de wereld vol van. Gelal. Overspel. En  daar zijn we niet beter in. Petrus schrijft over ons eertijds.

Zijn dat allemaal dingen die je verkeerd hebt gedaan? Die stipjes op de nagel. Geloof ik niet. Maar ons hart is ten diepste boos. Vijanden van God en van Christus. Verzoening door voldoening. We willen niet dat een ander het voor ons oplost, we willen onze eigen boontjes doppen. Farizeeën. We hebben de wet. We bidden dagelijks. Op de hoeken van de straten laten we het zien hoe godsdienstig we zijn.

Er is veel godsdienst zonder God ook in kerkelijk Nederland. Wat is nou de kern van de zonden? Zonden omdat ze in Mij niet gelooft hebben. Dat je niet schuilt bij Hem. Dat als je uit zwakheid in zonden, niet aan Gods genade moet vertwijfelen.

Het water van de doop wijst op Christus, gekocht door het bloed van Christus. Als we dan uit zwakheid in zonden val. Ik ellendig mens. Ik dank God door Jezus Christus.

Waartoe waait de Geest, is het vandaag Pinksteren? Niets dan uit Hem afdoende voor onze zonden is. Genade. Gratie. Die schuld gelegd heeft op Zijn Zoon. Die Zoon heeft betaald. Daarom staat het Evangelie vol van dat God onze zonden weg heeft gedaan zover het west verwijderd is van het oosten.

We hebben gezongen deze morgen van Gods goedertierenheid. Als halverwege deze maand zag ik in het kerkblad het brood gebroken wordt. Het handschrift der zonden dat tegen mij getuigde. Als ik mijn zonden op moet tellen kom ik misschien van een tot tien. Maar de Heere overziet heel mijn leven.

Het is omdat God zondaren, u liefheeft. Het is de Geest die overtuigt. Petrus in die Pinksterpreek, wat God gedaan heeft. Die Geest getuigt van zonden en van gerechtigheid. God had recht om u te laten sterven. Om u de geest met kleine letter te onthouden. Geest, dat is adem. God zou ons alle voorspoed kunnen wegnemen.

We hebben geen recht op leven maar recht op tegenslag. Dat Hij de adem wegneemt. We zijn allemaal op weg naar de dood. Eens blazen we de laatste adem uit. De dood is niet een vriend. Maar de eindoverwinning van de boze. Maar er is er Een in de wereld gekomen is. Maar wat betekent Pasen? Waar de discipelen denken dat dood dood is. En de vrouwen denken het lichaam te gaan verzorgen.

Gods goedkeuring. Je hebt het goed gedaan, je hebt een tien. Vers 9. Van gerechtigheid omdat Ik tot Mijn Vader heenga. Waaruit blijkt de gerechtigheid van God? Uit Hemelvaart, uit Pasen. Dat Hij het Lam heeft verhoogd tot Zijn troon. Hij heeft ons niet in de steek gelaten. Hij neemt het voor ons op.

Dan is daar een zondaar in Voorschoten. Die zit daar met de tweestrijd. Hoor hem Mijn Vader en geef Hem Uw Geest. Dat er omwille van Mij verzoening is. Dan doet Hij het geloof ontstaan als gave. Van Woord en Geest. Als Jezus die daar is als de Held, de Leeuw uit Juda. Die de loop van de geschiedenis bepaalt totdat Hij komt.

Hij overtuigt van gerechtigheid. Omwille van Zijn overwinning een kind van God mag zijn. En overtuigt van oordeel. Dat is het derde. Veroordeeld is. Luther zegt: het is een hond aan de ketting. Hij kan je nog in de kuiten bijten. Hij is veroordeeld, hij is verslagen.

Eens komt de dag dat het openbaar komt dat het Christus is die overwonnen heeft. De Geest overtuigt van oordeel. Daarom mogen we er duivel schelden. Hoe vaak wij ook uit zwakheid in zonden vallen, God laat niet varen het werk van Zijn handen. De Pinkstergeest.

En als u dan mag geloven een kind van God te zijn. En dan het laatste vers van Johannes 15. U zult Mijn getuigen zijn. Het geldt eerst de discipelen. Wat doet de kerk in deze wereld, als je van de Heere Jezus bent gaan houden, dan is het heerlijk om naar de kerk te gaan en van Hem te mogen spreken. Hem te dienen. En daarin mensen te bewegen door de kracht van de Geest, door die genade die uitgestort is. Deze God wil niets liever dan dat u behouden wordt.

Dat u het uitzegt tegen uw kinderen, kleinkinderen, ouders als u die nog mag hebben. God is goed. Hij overtuigt van zonde, gerechtigheid en oordeel. Heel die wereld zal vol zijn van die vrede. Geen zonden meer die nog tegen onze wil in ons overgebleven is. Dan zal de Vader en de Zoon en de Geest de lof ontvangen die Hij waardig is. Niet alleen als de Schepper maar ook als de Behouder.

Dan zullen we overstraald worden door het licht van Zijn vriendelijk aangezicht. Wat een dag zal dat zijn. Behouden te zijn. Soms zelfs tegen eigen wil in. Wie gelooft heeft het eeuwige leven. Wie gelooft vreest dood noch helle niet. Gelooft in het huis van de Vader met zijn vele woningen. Gelooft u dat om Jezus’ wil, wordt dan behouden van die boos en overspelig geslacht.

Amen.

 

Tweede Pinksterdag 6 juni 2022 – Rehoboth Voorschoten – ds. D. Siebelink – Schriftlezing Johannes 15 vers 26-27 en Johannes 16 vers 8-11 en Handelingen 2 vers 1-4, 14a, 22-24, 36-41 – Apostolisch vermaan uit 1 Petrus 4 vers 1-11