Het doopwater in de christelijke kerk wast de zonden niet af maar is een afbeelding van de innerlijke wassing door het bloed van Jezus Christus. Het is het bloed van Christus dat reinigt van alle zonden. Geloof in Christus en u zult zalig worden.
Titus 3 vers 5: ‘Heeft Hij ons zalig gemaakt, niet uit de werken der rechtvaardigheid, die wij gedaan hadden, maar naar Zijn barmhartigheid, door het bad der wedergeboorte en vernieuwing des Heiligen Geestes’.
Heidelbergse Catechismus zondag 27 vragen 72 en 73.
Het diepe water van de doop
- Het wast onze zonden niet af;
- Het wijst naar het bloed van Christus;
- Het is een pand van de God van het verbond.
1. Het wast onze zonden niet af
Gemeente, jongens en meisjes, wast het doopwater onze zonden af? Het antwoord is kort en krachtig: neen het. Stellige ontkenning. Absoluut niet. En je had misschien ook geen ander antwoord verwacht. Stel je voor dat hier ja in plaats van nee had gestaan. Dat het doopwater je zonden zou afwassen. Denk maar eens mee. Dan moet je zo snel mogelijk gedoopt worden toch. Want stel je voor dat je sterft voordat je gedoopt bent. Dan zijn je zonden niet afgewassen. En als je zonden niet afgewassen zijn, kun je niet zalig worden.
Daarom in sommige kerken een nooddoop. Kindje in het ziekenhuis en gaat niet goed, verpleegkundigen zeggen het kindje gaat sterven. En dan mag zelfs de vader de nooddoop toepassen. Als je daarover nadenkt dan denk je ja maar toch ook nee. Maar hoe zit het dan met je zonden die je na je doop bedrijft. En zou het dan niet beter zijn om niet zo snel mogelijk maar zo laat mogelijk gedoopt worden, vlak voor je sterft. Beide lijnen zien we terugkomen in de kerkgeschiedenis. Aan beide lijnen wordt een automatische werking toegekend. Dan stroomt met het doopwater de afwassing automatisch het leven binnen.
We komen het ook om ons heen tegen. Meestal wordt het niet hardop gezegd maar wel stilletjes gedacht. Ik ben gedoopt dus. Maak de zin eens af. Ik ben gedoopt en daarom ga ik naar de hemel. Is dan het uiterlijke waterbad de afwassing van de zonden zelf. Zo noemen ze de doop zelf: het uiterlijke waterbad. Het kan onze innerlijke verontreiniging niet afwassen.
We blijven nog even bij die twee worden uiterlijk en innerlijk stilstaan. U kent die uitdrukking misschien wel: tweeërlei kinderen des verbonds. Uiterlijk zijn die het water over hun hoofd gekregen hebben maar innerlijk onveranderlijk. We zeggen weleens in de wereld maar niet van de wereld. Zo ook kunnen we zeggen met de doop: wel uiterlijk gedoopt maar niet innerlijk.
Dan denk ik aan wat de Heere Jezus zegt kinderen van het Koninkrijk die verloren gaan. En de ware wijnstok en de ranken. Wel in de wijnstok maar in Hem geen vrucht dragen. Een aangrijpende mogelijkheid. Zo zijn er ook innerlijk gewassen. Innerlijk veranderd. Hun zonden zijn afgewassen. Niet een rank die er maar bij hangt. Innerlijk met Hem verbonden door het geloof.
Wat bent u en wat ben jij voor verbondskind? Uiterlijk of innerlijk? Ben je een rank die vrucht draagt of ben je een rank die er vruchteloos bijhangt? Hoe weet ik dat? Dan moeten we in de eerste plaats niet het water van de doop kijken. Alsof dat water magisch is. Dat wast de zonden van ons niet af. Dat doet het niet. Dan moeten we kijken naar waar dat water heenwijst. Naar het bloed van de Heere Jezus Christus. We worden een innerlijk kind van het verbond als we innerlijk gewassen zijn door het bloed van Christus.
2. Het wijst naar het bloed van Christus
We hebben gehoord dat de opstellers van de Catechismus de vraag met een stellig nee hebben beantwoord. Het doopwater wast onze zonden niet af. En daar laten ze het niet bij. Nee, het bloed van Jezus Christus en de Heilige Geest. Horen we niet alle Evangelieklokken luiden? Het ligt in Christus. U kunt in Christus gereinigd worden. Niet een deel van de zonden. Het bloed van Christus reinigt van al uw zonden.
Dan denk ik aan het thema van de preek: het diepe water van de doop. Misschien keek je wel naar het doopvont. Daar kan maar een klein beetje water in. Maar dat doopwater wijst heen naar het bloed van de Heere Jezus Christus. Wat is daar onuitsprekelijk veel van.
Ik denk aan een lied van Jacob Groenewegen, eigenlijk een gebed: och laat ik in die reine plassen van Uw bloed zijn gewassen. We hebben het weleens over druppels. Als Hij besneden wordt dan vallen er druppels op de grond. En in de hof van Gethsemane. Door Zijn poriën. Druppels bloed. Dan kunnen we denken aan druppels maar denk dan nog maar een keer aan dat lied van Jacob Groenewegen. Plassen. Die reine plassen van Jezus’ bloed.
Als u dan nog worstelt met je jezelf. Met die vraag is het ook voor mij. Denk dan aan die reine plassen van Jezus’ bloed. Niet een paar druppels, overvloed. Alsof je bij strand Nulde stond en het water over keek. En dan nog veel meer. Ja u bent onrein, van uw hoofdschedel tot uw voetzool. Zo laten we de kracht van dat bloed van Christus tot ons inwerken. De opstellers zo beslist. Nee daar zitten niet twee kanten aan. Neen het. Want wat doen we Christus tekort, wat onteren we Hem. Dat kleine beetje water wat Hij geschapen heeft schrijven we aan toe wat Hij alleen kan doen.
Jongens en meisjes dat is best een beetje moeilijk te begrijpen. Stel je ligt in het water. Kust aan zee. Hulpeloos in het water. Dan vanuit een ooghoek zie je die boot van die reddingsbrigade. En op de die boot en gered. En stel je voor dat die drenkeling dan meteen naar dat gebouw van die reddingsbrigade komt en meteen over het vlag heeft en hoe geweldig het logo is en niet over wie hem gered heeft. Dat is wat wij doen als we het toeschrijven aan het water van de doop. Het is het bloed van Christus dat alleen reinigt van alle zonden.
Als we dan naar vraag 73 gaan, dan wordt misschien precies de vraag gesteld die u had. Maar zo wordt de doop toch maar wel genoemd. Zo schrijft Paulus het toch ook aan Titus. Of als we denken aan wat Ananias tegen Saulus zegt. Wat vertoeft u laat u dopen en uw zonden afwassen. Waarom wordt het dan wel met zoveel nadruk gezegd? Als het doopwater alleen maar verwijst naar het bloed van Christus.
De opstellers gaat geen ongemakkelijke vragen uit de weg. Dat doen ze om onze gedachten te vangen. God doet dat niet zonder grote oorzaak. Dan moeten we onze oren spitsen. Dan geven ze aan om ons iets te leren en te verzekeren. Het gaat allereerst over wat God wil leren. God spreekt alzo niet zonder grote oorzaak dat gelijk de onzuiverheid des lichaams
door het water, alzo ook onze zonden
door het bloed en den Geest van Jezus Christus weggenomen worde. God wil ons daar wat mee leren.
Dan zeggen ze de doop is een afbeelding, een illustratie. Zo werkt dat toch ook in schoolboeken. Misschien kun je het niet horen zo voor de schoolweek. Toch even. Aardrijkskunde of biologie. Afbeelding bij tekst. Soms roept het meer vragen op dan antwoorden. Maar een goede afbeelding beeldt uit wat geschreven staat. Zo ook met de doop. Een afbeelding. Van het bloed dat van alle zonden reinigt.
U zegt dat er straks nog een tweede deel komt, maar is dit niet wat karig. Dat het een afbeelding is. Doen we daar de doop niet tekort mee? Denk nog maar eens aan die drenkeling. Uit zee gered door die reddingsbrigade. Wat denk je als die daar op het strand loopt en daar die vlag ziet. Gered. Niet zomaar een plaatje. Elke keer als er kinderen gedoopt worden mogen we die afbeelding zien. Dat hebben we nodig. Elke keer als je je Bijbel opent, laat de Heere het ons zien. Het lijkt wel alsof we het niet begrijpen, niet willen zien.
Nog een ding voordat we naar de derde gedachte gaan. Is het niet een schamele afbeelding? Zoals in sommige kerken een heel bad. Schamele afbeelding. Zo vindt u het misschien ook wel, zeker als u in een kerk geweest ben waar iemand kopje onder ging.
Denk dan terug aan al die personen die in het Oude Testament besprenkeld werden. Spatten. Druppels van dat bloed komen op mensen of personen. We lezen het in de brieven van Mozes en Hebreeën. Zo moeten we het ook zeggen het zit niet in de hoeveelheid water. Dan was een druppel genoeg. Daarom dat doopvont met dat kleine laagje water terecht en heerlijk teken van het bloed van Jezus Christus. Als een druppel van het bloed van Christus u raakt, dan bent u gewassen.
Zullen we dat meenemen naar de doopdiensten dit jaar ook als u niet direct familie bent van de dopelingen. Daarom niet de oren dichthouden of de ogen, doe dat niet als Hij die afbeelding laat zien. Gewassen in Zijn bloed. Zo geven de opstellers onderwijs. En dan is er nog de derde gedachte: het pand.
3. Het is een pand van de God van het verbond
We hebben gehoord dat het een beeld is van het bloed van Jezus Christus dat van alle zonden reinigt. Maar daarnaast, ook nog, nee opklimming in. Die afbeelding was al heerlijk. Als we het met een organist vergelijken, hier alle registers vergelijken. Waarmee Hij wil verzekeren. We zouden het de handtekening van de Drie-enige God kunnen noemen. De doop als de handtekening. Waar zet God dan precies zijn handtekening onder? Die vraag wordt niet door iedereen hetzelfde beantwoord.
Veronderstelde geloof? Nog recent gehad in de kerkgeschiedenis van ons land. Of onder de handtekening van het geloof van de ouders? Absoluut niet. God zet Zijn handtekening onder Zijn belofte. Dat een ieder die in de Zoon gelooft, gereinigd is in het bloed van Christus. Zo ben je als dopeling voor het leven getekend. Ook als je er niets meer mee hebt. Dat Gods beloften ja en amen is. Dat is gemeente aan de ene kant een heerlijke troost. Kinderen andere wegen gaan. Misschien ziet u u hier nog wel staan. Of in de Oude Kerk. Of Ermelo. Of waar u in de kerk zat.
Wat doet dat ontzettend pijn. Maar tegelijkertijd wat een troost. Nooit buiten het bereik van God. Ik heb eens gelezen dat het vuur van de hel het meest pijn doet aan het lichaamsdeel waarmee het meest gezondigd is. Waar staat dat in de Bijbel, parkeer die vragen eens. Waar denkt u dan aan? Die mond. Altijd dat roddelen. Over deze of genen. Misschien denk je aan je ogen. Aan alles wat langsloopt of op internet opzoekt. Toch is het in beide gevallen niet waar. Als een verbondskind verloren gaat, zal het voorhoofd het meest zeer doen. Waar die handtekening geplaatst is. Zijn belofte is waar.
Dan kan het weer terugkomen. Ben ik dan een inwendig verbondskind? Dan komt het erop aan op het geloof in de beloften. Daarop verlaat. Daaraan vastklemt. Wat belooft Hij dan? Dat Hij ook uw en jouw zonden volkomen zal wegdoen door het bloed van Zijn Zoon.
Wat is geloven? Geloven is het inwilligen van Gods verbond. Goedvinden of toegeven of toestaan of goedkeuren. Wat raakt dat de kern van wat geloven is. Heere ik heb zo lang tegen het Evangelie gezondigd. Ik heb mij er zo lang tegen verzet. Ik kan het niet meer, ik heb mij er zo lang tegen verzet. Ik wilde er zelf nog iets meebrengen. Heere, ik stem het toe. U was de eerste in mijn leven. Op Uw beloftewoord laat ik mij rusten. Er is toch niemand die dat Evangeliewoord goedkeurt, zelf er helemaal tussenuit vallen. Ja dat is waar.
Maar niet alleen Christus maar ook de Heilige Geest. Hij gaat toeeigenen hetgeen je in Christus ontvangen hebt. Hij gaat instemmen. Het is het persoonlijk inwilligen van het verbond maar ook vrijwilig. Dat is nou precies de Geest. Gemeente, zou je niet op dat Woord verlaten? Als u zegt ik durf het niet, de reddingsboot komt langs.
Een ding aan het eind van de preek. Het leven van een christen is een strijdend leven. Maar in die strijd krijgen ze een pand. Komen met hun ouders bij het doopvont. God werkt door in de geslachten. In de donkere tijden waarin de Heere in werkt. Het is ook een sacrament. Verzekering en versterking van de afwassing van de zonden. Misschien wel bij de doop van een kindje dat je niet kent. Dat de Geest je dat diepe van de doop laat zien. Zo zeker als dat kindje daar met het water besprenkeld is, zo zeker zijn mijn zonden afgewassen. Dan gaat het van binnen zingen: ik zal gerust in vrede slapen, en liggen ongerust terneer, want U alleen mijn schild en wapen, schoon het onheil schijnt voor mij geschapen, zult mij doen zeker wonen Heer.
Amen.
Zondag 8 januari 2023 – Hersteld Hervormde Gemeente Putten – ds. D.J. Diepenbroek – Schriftlezing Titus 3