Jesaja mocht al profeteren dat het heil ook voor de heidenen zou zijn. Een volk waar de HEERE tot Pinksteren geen speciale bemoeienis mee had en een volk dat Hem niet kende. Dat is de enige grond om vrijmoedig tot Christus te gaan: om als een arme en verloren zondaar tot Hem, de hoogste Profeet, Leraar en Leidsman, te gaan. Wij bezitten niets, Hij alles. Laat u door Hem leiden op de weg ter zaligheid.
Gemeente, toen de Heere de belofte sprak tot Abraham aangaande het zaad, heeft God belooft dat alle geslachten in hem gezegend zouden worden. Simeon zong ervan in de tempel. Paulus heeft niet allen voor de joden maar ook de heidenen het evangelie verkondigd. De boodschap is ook voor de heidenen. Dat was belooft al bij de profeten. Zoals in Jesaja 55, vers 4 en 5.
Christus als de bron der zaligheid
- De heenwijzing tot Hem
- De verkondiging door Hem
- De onderwerping aan Hem
- De verwondering over Hem
1. De heenwijzing tot Hem
Gemeente, de profeet Jesaja is door de bekende dominee Hellenbroek genoemd de ‘evangelische Jesaja’. Hij heeft heerlijk over de Messias geprofeteerd. Over Zijn geboorte. Ziet een maagd zal zwanger worden. Ook over het bewijs dat Hij waarachtig God is. Zijn Naam is wonderlijk, raad, sterke God en Vredevorst is. En de ambten die Hij zou bekleden, als profeet en leraar. En de bittere en smadelijke weg die Hij ging om aan het strafeisend recht Gods te voldoen. De welmenende oproep van het evangelie, komt koopt en eet. De leer van vrije genade. Zonder enige verdienste met God verzoend te worden.
Ook heeft hij over de verkondiging tot de heidenen gesproken. Ook tot de volken buiten de joden. Daarom ook tot u en mij. De HEERE had gezegd: Ik zal u ook geven tot een verbond der heidenen. Daarom begint de tekst met ‘Zie’. Let op. God de Vader spreekt! Het vraagt onze aandacht op wat nu volgt. Menigmaal wordt dit woord gebruikt als het gaat om de arbeid van de Messias.
Ik heb Hem tot een Getuige der volken. De Getuige van het verbond der genade. Calvijn zegt: ook te vertalen met Leidsman of Leraar. Door de HEERE aangewezen en gegeven. Aan de volken gegeven. De boodschap van het woord van vrije genade niet alleen aan de joden verkondigd, maar ook tot ons. Voor elk die in het duister dwaalt…!
Een Getuige. Die treedt vaak op in een proces. Die moet onder ede een verklaring afleggen. Het gaat over de waarachtige Getuige. Hem, eens wezens met de Vader. Die door de Vader aangewezen wordt als de Getuige. De betrouwbare Getuige. Getrouw en waarachtig, dat zijn Zijn eigenschappen. Hij getuigt van Zijn Vader – van Zijn eer, Naam en wet. De Vader getuigt van Hem. Deze is Mijn geliefde Zoon! Hij openbaarde de goddelijke beloften. Die zijn in Hem ja en amen. Hij is gezien van Abraham, van verre. Gesproken door de profeten. Door psalmdichters bezongen. Bevestigt door Simeon en Anna. En door de Vader bekrachtigt, bij de Jordaan. In Zijn naam moet gepredikt worden onder alle volken. Bekering en vergeving van zonden. Het moet verkondigd en gepredikt worden.
Het grondwoord van getuigen kan ook verklaard worden met profeet of door leraar of door leidsman. Dat zeggen verklaringen. Hij is de openbaring van de Raad van de Vader. De grote Gids voor arme, dwalende, verloren zondaren. Hij is verordend. Gezonden. Alzo lief heeft God de wereld gehad! Ja Hij is de openbaring van die eenzijdige, onbegrijpelijke liefde Gods. De Opgang uit de hoogte heeft ons bezocht.
Hij is de Vorst en Gebieder. U ontbreekt kennis? Ziet, Hij is een Getuige der volken. Hoe weet ik dat het mij geldt? Dat het voor mij is? Hij is de Profeet. Tot de mond Gods. Aan de volken. Het is het Woord dat tot ons komt. De stem van de Allerhoogste. Maar als u zegt, hoe moet ik de weg bewandelen? Ik ben blind in de wet en evangelie. Hij is als de Leidsman. De levende kerk vraagt: Heer, ai maak mij Uwe wegen! En: Zend Uw licht en waarheid neder. Ik heb Hem tot een Profeet en Leraar en Leidsman gegeven. U hebt het vanaf uw kinderjaren gezongen: Opent uwe mond. Hij wordt geopenbaard als Profeet, Getuige, Leidsman en Leraar. Missen we de kennis? Hier is de Leraar. Zijn we twijfelachtig? Hier is de mond God. Weten we de weg niet? Hier is de Leidsman. Hij is een Getuige voor de volken. Zo komt deze boodschap tot ons. Hij onderwijst en ontdekt ons. Met die volkomen en rechtvaardige eis. Hij stelt ons schuldig aan alle geboden. Hij spreekt de vloek uit. Maar komt ook met het evangelie. Hij wijst uw schuld aan. Hij onderwijst in uw verlorenheid en strafwaardigheid. Maar onderwijst ook in in het liefelijke evangelie. De goederen die u redden en behouden kunnen. Welke hindernissen en moeilijkheden verschijnen er op onze weg? Welke bergen en diepten? Als Hij toch de Vorst en Gebieder is! Als Profeet en Leidsman.
2. De verkondiging door Hem
Er staat in de woorden van de tekst: Gij zult… Dat is Christus. Hij is de hoogste Ambtsdrager. Gij zult een volk roepen dat Gij niet kendet. Een volk dat de HEERE tevoren niet kende. Hij gaf wel de openbaring in de schepping. Ook getuigenissen in de onderhouding. En een stem in het geweten. Geen bijzondere bemoeienis met die volken. Hij gaf Jacob Zijne wetten. Zo wou Hij met geen volken handelen.
Nu staat hier: een volk waar U tevoren geen bemoeienis mee had. Waar U geen verbond mee had. Waaraan U geen tekenen gaf. Geen bijzondere bemoeienis en openbaring. Paulus wijst het heidendom op de schepping en onderhouding. God is goeddoende vanuit de hemel geweest. Daaraan hadden de heidenen kunnen weten dat er een God is.
Maar nu een volk waarmee U geen bemoeienis had. De woordbediening, de welaangename tijd en het heden der genade, het Woord dat tot ons komt: dat komt uit Zijn goedheid. Geen geschiktheid en heerlijkheid in enig mensenkind. Hij komt tot arme en verloren zondaren. Hij komt met Zijn getuigenis tot de volken. Hij roept de zondaren tot bekering.
Het volk dat U niet kende, dat staat er ook. Lager kan toch niet? God kende dit volk niet, geen bijzondere bemoeienis. En tot zondaren komt die Hem niet erkend en herkend hebben. Geen kennis van de wet. Geen dierbaarheid zagen in het evangelie. Het volk dat niets had. Zie nu de kracht van het hartebloed en het offer. In Hem zullen alle geslachten gezegend worden.
U bent niet geschikt of zondeloos. Hij komt tot U omdat Hij God is. Hij daalt af. Het volk had geen kennis van Hem. De Dordtse vaderen zeggen als het gaat om de roeping en prediking: God betoont ernstig en waarachtig wat Hem aangenaam is dat de geroepenen tot Hem komen. En Hij belooft de rust en zaligheid der zielen. De HEERE komt en spreekt.
Onder het oude verbond waren er maar enkele. Ruth en Rahab. De Ninevieten, voor een deel. Maar die bijzondere bemoeienis, nee die niet. Die heeft het heidendom ontbroken. Sinds Pinksteren is het heidendom een voorwerp van de prediking geworden. Hij komt. In Zijn naam moet het gepredikt worden.
3. De onderwerping aan Hem
Er staat, het volk zal tot U lopen. Met haast komen. Op grond van de roepstem. Waar vandaan? Uit de duisternis. De doden zullen de stem van de levende God horen. Adam achter de vijgenbladeren. Ontdekt worden. Komen uit het tolhuis. Achter de zwijnen vandaan. Vanaf de hoogte van de handhaving van het eigen ik. De boodschap wordt gehoord. De tegenwerpingen worden ontkracht. De belemmeringen worden beslecht als we het gaan verstaan dat God welmenend roept. Door die verborgen werking van de Geest. Een hart om op te werken, Hij trekt met die liefdekoorden.
U hebt uw bezwaren? U bent een te groot zondaar? U hebt te weinig ontdekking? Daarvoor is Hij juist de Profeet en Leraar om u te ontdekken aan de diepte van zonde en schuld. De zonde is een verfoeilijk kwaad. Een daad jegens de goedheid Gods. Daarvoor hebben we Zijn onderwijs nodig. Hij doet verstaan hoe groot mijn zonden en ellenden zijn. Christus leert u dat. De duivel en de wereld leren u dat niet. Lessen in ellende, dwaasheid en verlorenheid. U moet komen met uw ellende, onkunde, hardheid, onboetvaardigheid. Hij wil u leiden in Zijn Woord en waarheid.
Het volk dat U niet kende. Niet recht kende. Nog nooit gebeefd voor Zijn aangezicht. Nog nooit een traan om de zonde, gezondigd tegen een goedheid Gods. Gaat het om waarheid in het binnenste? Een ruim adres: dat U niet kende. Niet eerst dit of dat voelen. Nee. Het volk dat U niet kende. Ze leren de waarheid kennen en omhelzen. Ze ontvangen een betrekking op de majesteit Gods. De koorden van goedheid trekken hen.
Komen. Wat is dat? Dat is geloven. De geestelijke overtuiging van de waarachtigheid. Komen met haast om Zijn leer aan te nemen. Abraham leefde in het heidendom. 75 jaar lang. En dan komt de roepstem. Hij trok uit op grond van het Woord. Ruth. Ze hoort het onderwijs uit de mond van Naomi. Het zaad dringt door in haar ziel. Daar hebt u Zacheus. Een komende zondaar. Onderscheiden mensen. Maar ze komen. De Samaritaanse vrouw uit de wellust. Nicodemus uit zijn oppervlakkige godsdienst. Uit vrees voor de joden, maar hij komt. Hij vindt een geopende toegang bij deze Profeet. Hij ontvangt onderwijs over de noodzakelijkheid van de wedergeboorte.
Bent u al op weg? Naar deze Levensgids? Hij wil u leiden. Hij is gekomen om te dienen. Zelfs de kleine kinderen werden door Hem omhelsd. Een melaatse raakte Hij aan. Hij verzamelde tollenaren en zondaren. Deze profeet, Jesaja, geeft een helder getuigenis. U klaagt, ik ken Hem niet. Ik weet niet het?! Hij is de Gids en Leidsman. Als u gaat ervaren dat het Woord waarachtig is en uw hand legt op uw verlorenheid. Dan komen bezwaren en hindernissen? Maar het volk zal tot Hem komen.
4. De verwondering over Hem
Hoe kunnen arme en verloren zondaren toch komen? Gods toorn moet hen toch ombrengen? Om de HEERE Uws Gods wil. Dat is de Verbondsnaam. De drie enige God. Hij nam redenen uit Zichzelf. Een arme zondaar komt tot de grootheid Gods. Om de HEERE Uws Gods wil. Om het offer. Om het recht wat voldoening eist. Hij gaf de voldoening. In die weg van de aangebrachte verzoening. Om het verbond, Zijn liefde, en om Christus’ wil.
Want Hij heeft U verheerlijkt. De Zoon heeft de Vader verheerlijkt. Hij heeft de schuld verzoend. De vorst der duisternis heeft Hij verpletterd. Zich opgeofferd als Borg. Hij is die smartelijke weg gegaan. Onder de hitte van de toorn is Hij gegaan. Hij heeft volhard. Ondanks de spot en hoon. Tot het einde toe. Tot: Het is volbracht.
Hij heeft U verheerlijkt. De Vader heeft ook Hem verheerlijkt. Het werk is bekroond, de graven gingen open, het voorhangsel scheurde. En toen Hij werd opgewekt. En toen Hij opvoer ten hemel. De Zoon heeft gezegd: Vader, verheerlijk Uw Naam. De Vader zei: Ik heb U verheerlijkt. Het offer is aanvaard.
Dan blijft verwondering en aanbidding over. Daarom kan een volk nochtans tot Hem lopen. De nodiging en lokking is de enige reden tot vrijmoedigheid om te gaan. We zoeken het vaak in ons zelf: als we maar meer tranen, berouw hadden .. maar elke zonde maakt ons verdoemelijk voor God. Het gaat in de weg van ontdekking en tranen. En smeking en worstelingen. De enige reden ligt in Zijn roepstem. De Zoon Gods gaf Zichzelf. Hij nodigt U, komt tot Mij die vermoeid en belast zijt en Ik zal u rust geven.
(Tussenzang Psalm 118 vers 13)
Wel gemeente, er kan niemand zeggen: dit is zo hoog, hier kan ik niet bij. Er staat hier letterlijk: het volk dat U niet kende. Vervreemd van het Woord en van de beloften. Hier staat dat er een weg is voor mensen die Hem niet kenden. Hij gebruikt de dienst der verzoening. De mensen komen tot Hem.
Een man die zeer godsdienstig was, echter, Hij had de Zaligmaker nog niet tot Leidsman. Hij vroeg: wie zijt Gij, Heere. Hij kende Hem nog niet. God trekt Zijn volk. Ik ben Jezus die u vervolgd. Daar volgt die zalige ontdekking. Saulus maakt zichzelf niet tot zondaar. Nee. Het catechismus wijst Christus aan aan hoogte profeet en leraar. Hij ontdekt aan zonde en schuld. In het eerste stuk vooral Profeet, in het tweede deel Hogepriester en daarna Koning der kerk. De Samaritaanse vrouw: zeer godsdienstig maar leeft in de zonde. Ze kent de kerken en kerkscheuringen. Ze zegt, geef mij dat water. Ga heen. Roep uw man. Daar komt Hij met de schuld. Daar heb je het. Hoort u het? Dat is de ontdekkende genade. Dat is de arbeid van die hoogste profeet en leraar. Gevoelde ik mijn zonde maar! Dat kan oprecht een klacht zijn. We moeten aan de troon der genade zijn daarmee. Heer, ai maak mij Uw wegen door Uw Woord en Geest bekend.
De enige voorwaarde: dat u komt zoals u bent. U wordt geroepen. U komt toch in de kerk? Op die wijze wil de HEERE u onderwijzen. In de bediening der verzoening. Hoe kan een zondaar tot een vertoornd God komen? Omdat God goed en groot is. Zijn gedachten zijn hoger dan onze gedachten. U moet de kanttekeningen maar lezen. We denken dat de HEERE een moeilijke weg gaat, onbegrepen wegen. Maar de kanttekeningen zeggen: Ik ben niet zoals u. U kunt de zonden van anderen niet vergeten. Maar Ik vergeef en vergeet. De kanttekeningen zijn bijzonder onderwijzend. Lees het maar na.
Om des HEEREN Uws Gods wil. Wij hebben allen gezondigd. Wij derven de heerlijkheid Gods. Christus gaf Zichzelf tot een rantsoen voor velen. Hij is de Koning der kerk. Is er een middel om de straf te ontgaan? Ja. Dat is Hij. God heeft Hem gegeven. In de bediening der verzoening. Hij geeft een Profeet, Getuige, Leidsman. Hij geeft alles omdat ons alles ontbreekt. Een waarachtige, getrouwe Getuige.
We kennen Hem niet van nature. En als we Hem leerden kennen, dan zegt de apostel: opdat ik Hem kenne en de kracht van Zijn opstanding. We moeten telkens onderwezen worden. In de diepte van de verlorenheid, maar ook in de rijkheid van Zijn genade. Wat een getuigenis dit! Zal dit tegen ons moeten getuigen? Gij hebt niet gewild dat ik Profeet, Getuige, Leidsman over u was. Het Woord kwam tot u… Geloven is God voor waar houden. Tot Hem komen. Hij heeft de Vader verheerlijkt. Er maar een weg tot behoud en zaligheid: ootmoedig en vrijmoedig tot Hem komen. Aanhoudend. En volhardend. Hij wordt dan verheerlijkt en grootgemaakt. Die rechtvaardigheid zo leren kennen. Uw schuld leren belijden en uw strafwaardigheid in te leven. En dan wordt Hij verhoogd. Vergeef mijn ongerechtigheid. Kom in uw ellende en verlorenheid. Ik weet het niet. Ik bezit het niet. Ik ben arm, nooddruftig en naakt. Zo te komen. Dan wordt Hij benodigd. Er was iemand die zei, die was vermogend, ik kan wel een bedelaarspak aan maar dan ben ik nog geen bedelaar. Het gaat om waarheid in het binnenste. Hij moet benodigd worden als de mond Gods, als de Waarheid. In de eis van de wet, in de volkomenheid van Zijn handelen. Als arme zondaren kunnen we niets doen. Slechts komen in de belijdenis van onze strafwaardigheid. Hij roept een volk dat Hij tevoren niet kende. Een volk dat Hem niet kende. Hij doet dat om de volkomenheid van Christus. U wordt geroepen. Heden zo gij Zijn stem hoort, verhard u niet, maar laat u door deze Profeet, Getuige, Leidsman leiden op die weg ter zaligheid.
Amen.
Stichting Rehoboth, Dorpskerk Reeuwijk, zondag 21 juli 2022, 19:45 uur. Schriftlezing Jesaja 55.