Door lijden gelouterd
Jozef wordt door God beproefd. Eerst wordt hij verworpen door zijn broers. Verkocht en naar Egypte weggeleid. Veracht, vergeten. Erger en dieper wordt het als hij wordt vernederd door de valse beschuldiging van de vrouw van Potifar. Jozef komt ten onrechte in de gevangenis. Daar vertrouwt Hij desondanks op God die Hem genadig is. Hij legt de dromen van de schenker en de bakker uit. De bakker wordt om het leven gebracht, de schenker komt vrij. Jozef moet echter twee jaar wachten voordat Hij uit de kuil van de gevangenis wordt bevrijd omdat de schenker hem vergeet. God gaat deze weg met Jozef. De les ligt erin wat in het hart van Jozef gebeurt. Vertrouwt Hij op God, vertrouwt hij zijn zaak aan God toe? Jozef doet dat uit genade. Zo beproeft God Zijn kinderen. Om hen als goud eruit te laten komen. De zandkorrel die wij niet willen kan God gebruiken om een parel van te maken.
Genesis 40 vers 23: ‘Maar de overste der schenkers gedacht aan Jozef niet, maar vergat hem‘.
Door lijden gelouterd
1. Jozefs weg met God;
2. Gods weg met Jozef.
1. Jozefs weg met God
Een vraag: kun je in een God geloven die jou in de put laat zitten? Kan dat? Geloven in God die zegeningen uitdeelt. Nog niet vanzelfsprekend. Maar een God die je in de put laat zitten?! Kern van de situatie te pakken. Gods weg met Jozef. Ik houd er een serie preken over. Genesis 40 nu. Genesis 37, Jozef verkocht door zijn broers. Hij zocht het goede voor zijn broers. Over hen te waken. Eerstgeboorterecht. Zegen dragen. Zijn broers accepteerden dat niet. In Egypte komt hij bij Potifar terecht, Genesis 39. Probeert zijn uiterste best te doen. Wordt beschuldigd en komt in de verzoeking, Genesis 39. Het kwade verzoekt hem. Om het kwade te doen. Jozef blijft staande door Gods genade. In Genesis 40 de beproeving. Nog dieper. Jozef weg al zwaar geweest. Verkocht. Drie trappen. Verachting door zijn familie. Gehaat door zijn broers. Geen vredelievend woord bij zijn broers te horen. Zien kans om hem in de kuil te gooien. Zijn ogen herinnerden ze zich. Bittere haat. Wat een verachting hebben ze voor Jozef gevoeld. Met diepe smart heeft Jozef in de kuil gezeten. Paar uur later naar Egypte gevoerd. Kan gebeuren. Zo je best gedaan voor een ander. En dan in de put terecht te komen. Uitgesloten. Genegeerd. Resten krijg je. Waarom o God moet ik dit ondergaan?
Jozef is niet verbitterd. Genesis 40 vers 15. Bitterheid richt zich op de boosheid van de ander. Bleef vertrouwen op God. In die uitzichtloze situatie. Zijn werk gezegend. Hoe kan dat? De Heere was met Jozef. Als de Heere bij je is kun je op God vertrouwen. Omdat Hij een goedertieren God is. Vanmorgen kunnen horen in de prediking en doop. Bij u wil blijven in alle omstandigheden. In de beproevingen op God te vertrouwen. Ofschoon vader en moeder mij verlaten, ik zal de Heere aanhangen. Kun je er boos op worden? Onrechtvaardig? Jozef zoekt de weg die hij krijgt en mogelijk is zijn zaak te behartigen. Dat mag. Niet vergeten wat doet de beproeving in de verhouding met de Heere? Is er een afstand gekomen? Misschien gebeden om de moeilijkheden weg te nemen maar de Heere deed het niet. Langzaam aan twijfel postgevat. Bitterheid. Gebed verdwenen. Stilte geworden. En Hem gaan wantrouwen. God was met Jozef. En Hij is ook met u wanneer u op Hem vertrouwt. Er zijn tijden dat we het alleen met de beloften van de Heere moeten doen. Ik zal u niet vergeten en verlaten.
Tweede is de vernedering. Dieper. Jozef heeft zich ingezet. Vooraanstaande positie. Op een dag verzocht. Vrouw van Potifar probeert hem te verleiden. Hij krijgt de schuld van alles. Staatsgevangenis. Zonder onderzoek werpt Potifar Jozef in de kuil, in de gevangenis. Wat moet dit voor hem geweest zijn? Uiterste poging deed en zei zou ik zo’n grote misdaad tegen Potifar begaan? Je zou maar op je werk de schuld krijgen van een diefstal terwijl je het niet gedaan hebt. Wordt bekend. Wat een diepe vernedering. Terwijl je weet dat je het niet gedaan hebt. Vernedering. Veracht van mensen. Dieper gaat het lijden. Is er nu wel bitterheid? Jozef heeft op God vertrouwd. Hoe weet u dat?
De twee die gedroomd hebben, de schenker en de bakker, wijst hij op God. De uitlegger van de droom. Terwijl Jozef eigen droom weg is. God is de uitlegger. Genesis 40 vers 15. Jozef wijst op het onrecht. Niet het huis van Potifar willen beschadigen. Bepleit zijn zaak. Opnieuw is de bron dat God Jozef genadig was. De Heere was met hem. Ook in die kuil. De Heere wendde Zijn goedertierenheid. Te midden van die omstandigheden mag hij weten dat de Heere hem vasthoudt. Deze Heere heeft hij liefgehad met heel zijn hart. Spiegel voor ons. Heere, hoe kan het? Ik begrijp het niet. Zo’n onrechtvaardigheid. Hoe kan het? Misschien wel beloften uit het verleden die bevestigd werden. Maar nu gaat het de verkeerde kant op? Hoe kan het? De Heere wil de goedertierenheid erin liggen. Niet de omstandigheden. Maar mijn God leeft toch. Wanneer dat gebeurt veranderen de omstandigheden niet maar het hart.
Na verachting, vernedering wordt hij vergeten. Die twee hebben gezondigd. De overste van de schenker en bakker. Zondigen tegen de Heere. De woede van Farao is groot over hen. Misschien geprobeerd om de farao te vergiftigen. Staat er niet. Letten op wat er staat niet op wat er niet staat. Nadruk ligt op de uitlegging van de dromen. Beiden droomden een droom. God sprak door dromen. Onthutst. Schenker en bakker gedroomd maar hebben geen uitlegger. Over drie dagen zal de farao zijn geboortedag vieren. Droom gehad. Moet van boven komen. Hoe moet het nu we de droom niet meer weten?
Jozef komt bij hen. Er is een God in de hemel. Wat zal er gebeurt zijn als Jozef verbitterd was geraakt? Droom dan nog kunnen uitleggen? Jozef gaat de dromen uitleggen. De farao zal uw hoofd verheffen. Hoofd verhangen. Doodstraf. Het hoofd verhief. Details laten zien hoe precies Jozef de droom mocht uitleggen. Hoe heeft Jozef het meegemaakt? Met spanning in het hart, geloof ik. Schenker keert terug, bakker wordt gedood. Jozef krijgt te zien. Schenker komt terug. Als je daar komt, pleit daar voor mij. Mijn onrecht. Hoop heeft gegloord voor Jozef. Zal dit dan de weg zijn? Gods weg was onbegrijpelijk. Genesis 40 vers 23. Aangrijpend. Overste van schenker dacht aan Jozef niet.
De eerste dag kon Jozef het nog wel hebben. Maar na een week. Na een maand? Nu zal er toch wel een gesprek hebben plaatsgevonden? Dag na dag verstrijkt. En de schenker vergeet hem. Wat moet het voor Jozef zijn geweest? Dat de schenker hem vergeet. Zou dit de weg zijn? Op mensen kan hij niet vertrouwen. Broers niet. Potifar niet. God die het middel in de hand geeft. De uitlegging. Als de schenker hem vergeet, is het de God die hem vergeet. Vanuit het perspectief dan toch geen weg meer? Duurt maar twee jaar, Jozef. Een eeuwigheid. Een beproeving zo zwaar maakt. Verandert niet. Zonder hoop. Uitzichtloos. En dan te bedenken. God was met mij. Hier in de gevangenis was Hij mij nabij. Maar nu? Dag na dag de situatie de andere kant op. De put wordt dieper en de ellende groter. Heere, waar is Uw trouw? Gedenk toch aan Uw beloften. Kunnen wij op God vertrouwen als Hij u in de put laat zitten? Boosheid. Verdriet. Waar is uw houvast? In de put. En de hoop? Als we naast Jozef in de put zouden zitten, dan zouden we niet verder kunnen.
2. Gods weg met Jozef
Jozef tot zegen mag zijn voor anderen. Dat is niet de les van vanmiddag. Het is wel Gods leiding. Beproeving instrument in Gods hand om anderen te zijn. De les ligt erin wat er in het hart van Jozef is. Geloof beproefd. Als goud eruit komen. Hoe weten we dat? Psalm 105 vers 19. De sleutel om dit te verstaan. Tot de tijd toe dat zijn Woord kwam heeft hem de rede des Heeren doorlouterd. Totdat. Gelouterd worden. Dat was Gods doel. Dan gaat God verder. Door lijden gelouterd. Niet de zegen voor anderen maar de beproevingen hebben eerst tot doel in ons leven. Ik maakte het mee in het pastoraat. Ik hoop dat de Heere het gebruikt om anderen tot zegen te zijn. Bijzonder. Maar eerst voor onszelf. Tarwekorrel eerst de grond in voordat die sterft. Goudsmid wil het goud eruit hebben. Klomp die heet is. Al het vuil komt bovendrijven. Schuim en droesem weg. Is dit puur goud? Nee, nog niet. Vuur hoger op. Vuile en onreine eruit. Nu schittert het. Goud het zuivere. Geschikt voor het doel. Beproevingen in ons leven is dat God ons gooit in het vuur. Vuil van onze ongerechtigheden gaat God wegnemen.
Niet lust om te plagen. Niet lust om te kastijden. God had Jozef lief. Niet het decadente Egypte. Jakobus. Die de Heere liefheeft kastijdt Hij. Jesaja 48. Smeltkroes. Als goud zullen uitkomen. Als u uit de beproeving komt of er nu inzit, wat wil de Heere? Ben ik in een verkeerde weg? Andere vraag bijkomen. Wil mij in deze weg dichter bij U brengen. Meer van u te leren. Daarom mogen wij hoop hebben. Terwijl wij in de put zitten dat God u beproeft. Niet wetende hoe eruit te komen. Maar God werkt. Getuigenis uit de doop: God het kwade ten onze beste keren. Wie geldt het? Hele gemeente. Nee. Alleen Gods kinderen. Want als er geen goud is in het hart, dan kan er niets beproeft worden. Schokkende is dat de Heere het ook gebruikt of het leven er is. Jeremia 9. Kan ook uitwerken dat u steeds harder wordt. Kan ik nog in God geloven die dit mij heeft aangedaan? Hoe kan ik in God geloven als die mijn broertje niet helpt in het ziekenhuis? Is er voor deze jongen nog hoop? Hij zegt het nog. Erger als u niets meer zegt.
Ga dan heden naar Hem uit. De kortste en duidelijkste weg alleen naar Hem. Keer u tot Hem. Vlucht tot Christus in de tegenslag en beproeving. Niet omdat u de beproeving begrijpt. Tot het besef te laten komen. Lukas 15 verloren zoon. Bij de varkens te zitten en tot zichzelf gekomen. Twijfelt u of het waar is in uw leven? Vlucht tot Christus. Keer tot Hem door het geloof. Alsof er nog niet iets is gebeurd. Werp u aan Zijn voeten neer. Jozef is hier opnieuw het voorbeeld van Christus. Kuil in gegaan. Vader lief. Bij Hem hoefde de droesem er niet uit. Hij heeft er in die diepe kuil geroepen tot Zijn Vader. Diepste beproeving aan het kruis. Mijn God, Mijn God waarom verlaat U Mij? Nedergedaald ter hel. Daar de dood in gegaan. Was nodig. Voor ons. Geen nood zo diep of Hij kan ons eruit halen. Gods goedertierenheid en die maakt Hij bekend. Opdat u uw hoop op Hem zou stellen.
De Heere loutert u en brengt u in het vuur. Om bij Hem uit te komen. Droesem weg te halen uit uw leven. Juist in moeilijke omstandigheden dat ons oude ik, vlees, naar boven komt. Kleine beproeving. Oude natuur komt boven. Bitterheid en boosheid. Foeterde op het kind die net een beker melk omstootte kort voordat u op het punt stond naar een bruiloft te gaan. Onredelijk tegen een kind uitvallen. Voorbeeld van hoe de oude natuur boven kan komen. Heere, wat is er veel zelfvertrouwen bij mij. Terwijl ik mij inzette voor een ander, zocht ik de waardering voor mijzelf. Heere, neem de droesem weg in mijn leven.
Doet Hij dat, ja. Daarom mag het uw gebed. Heere, leer mij in deze beproeving meer op u te zien. Onrecht kan. Kan er zijn. U mag recht bepleiten. God kan die weg gebruiken om het oude ik te laten zien. Te weinig nederigheid in mijn leven. Vasthouden aan het geld. Nog te weinig van een hemels verlangen. Die trotsheid nog te weinig weggenomen. Bent u door de beproevingen meer gekruisigd? Als we gaan zien hoe God de weg van beproeving gebruikt. Goudsmid. Is het beeld van Christus al enigszins te zien in Mijn kind? Ik zie er zo naar uit. Van liefde, ootmoed vervuld zijn. Daarin gaat de goudsmid door. Beeld van Christus terugzien. God gaat met Jozef een weg. Op Zijn tijd en wijze. Jozef als beeld van Christus heeft hij het vertrouwen niet verloren. Laten zien niet op de belofte vertrouwd. Kom dan opnieuw bij Mij. Heb je te kort? Ik ben gehoorzaam geweest. Ik ben niet gevallen. Kom dan bij Mij. Neem Mijn lijden vrijwillig op. Met welk doel? Petrus. Beproeving veel kostelijker dan het goud.
Ik sluit af met een voorbeeld. Het is een zaak van gebed. Leer uit dit beeld meer te zien. Een mossel is twee schelpen op elkaar. Soms komt er een zandkorrel in de mossel maar dat vindt de mossel niet fijn. Hij probeert de zandkorrel eruit te houden maar als dat niet lukt dan brengt de mossel parelmoer om zandkorrel heen. Er kan een prachtige parel uit ontstaan. Wat hij niet wilde was die zandkorrel. Maar het leidde tot die parel die schitterend is. Het zijn de zandkorrels in ons leven die we er niet uit krijgen. En laat nu de parel kostbaar Zijn in de ogen van God die de zandkorrel gebruikte. Mogen zo de beproevingen en louteringen parels worden die de Heere gaat hechten aan de Middelaarskroon van Jezus Christus. Amen.
Zondag 1 september 2019 – Hersteld Hervormde Kerk Putten – ds. D.C. de Pater – Genesis 39:21 – 40:23