Salomo’s koningschap begon zo mooi, met de bede om wijsheid, maar lijkt te eindigen met een zwarte bladzijde. Salomo is gevallen voor vele vrouwen en volgt hun goden na. Zijn hart was niet volkomen met de HEERE, zoals dat aan het begin wel het geval is. De Heere werd langzaam maar zeker naar de achtergrond gedrongen. Er stond veel op het spel! Toch laat de Heere niet los en raken we het geloof, waar het waarachtig gewerkt was, niet kwijt. Wij moeten voorzichtig zijn bij de keuze van een levenspartner. Er is veel gebrokenheid en de zonde veroorzaakt vele scheuren in kerk, maatschappij en huwelijken. Nodig is het gebed om voor struikelen bevrijd te worden. En te zien op de Meerdere Salomo; Jezus, wiens hart volkomen aan God toegewijd was en die niet afweek van de wil des Vaders.

‘Het was in de tijd van Salomo’s ouderdom dat zijn vrouwen zijn hart deden afwijken, achter andere goden aan, zodat zijn hart niet volkomen was met de HEERE, zijn God, zoals het hart van zijn vader David.’

– 1 Koningen 11:4 (HSV)

‘Wil mij voor struikelen bevrijden’

Gemeente, zullen we maar met de deur in huis vallen: wie had dat gedacht van koning Salomo? Je hoort wel eens zoiets. En dat je dan zo reageert. Had je dat nu gedacht? Dat klinkt soms hoogmoedig: ik zou het niet hebben gedaan?! Zo’n gevoel kunnen we bij Salomo hebben.

We lezen dat zijn hart afweek. Hij ging achter andere goden aan. Zijn hart was niet volkomen met God. Wie heeft dat gedacht? Hoe heeft dat kunnen gebeuren? Zeker als je het vergelijkt met het prachtige begin. Daar staat het: Salomo had de Heere lief! En in dat woord ‘had lief’, daar zit een Hebreeuws grondwoord achter, dat betekent met zijn hart. Mocht u nog twijfelen. Hij bracht maar liefst 1.000 offers. Dat is veel. Dat staat symbool voor oneindig veel.

Salomo bad om wijsheid. Die kreeg hij. Al die dingen waar hij niet om vroeg, kreeg hij. De tempelbouw, kosten noch moeite gespaard. Het beste van het beste was voor de Heere

En nu dit. Kun je het geloof weer kwijtraken dan? Of, was Salomo geen oprecht gelovige? Nou, ik geloof zeker dat hij dat was. Salomo had de Heere lief. Liefhebben met heel zijn hart. Je kunt het geloof niet kwijtraken. Dat zeggen we tegen elkaar. Waar gaat het dan wel over? Dat een kind van God zo verschrikkelijk diep kan vallen. Was bij zijn vader gebeurd, David, en op een andere manier bij Salomo ook.

Hoe heeft het kunnen gebeuren? Dat gaan we horen. Je ziet gelijk hoe eerlijk de Heere God met ons omgaat. Hoe eerlijk de Bijbel is. Buiten Israël in de geschiedschrijving vond je dit niet. Daar werd dit weggelaten, de zwarte bladzijde. Maar de Heere neemt geen blad voor de mond. De Heere zegt eerlijk hoe het erop staat. Dat is echte liefde. Dat je het goede zoekt. En de eerlijkheid geen geweld aandoet. En dingen zegt tot behoud.

Het is niet mooi wat we lezen. Laten we eerlijk zeggen: in dit gedeelte moeten we geen goedkeuring lezen. Alsof dit een goedkeuring zou zijn voor misstappen of slordige levenswandel. Nee, dit is een waarschuwing opdat we niet in de valkuil zullen trappen. Zodat wij niet zouden struikelen. Wil mij voor struikelen bevrijden.

De waarschuwing dus. En tegelijk, dat de Heere Zijn Woord houdt! En dat Hij door gaat. Zijn werk kan niet stukgemaakt worden door ons handelen.

Wel schokkend toch wat we lezen! In de eigen gemeente heb ik een serie gepreekt over Salomo. Hij werd rond de 20 jaar koning. Hij was nu ongeveer 60 jaar. 40 jaar zit er tussen. Salomo was een koning met aanzien. Nou ja, kijk maar naar zijn harem. 1.000 vrouwen. Onderstreping van zij macht. Salomo was een kind van zijn tijd. Hij moest wel rijk zijn! Hoe was dat gegaan, ook vrouwen uit Israël, maar ook vooral lezen wij vrouwen uit omliggende landen. Uitheems. Dat lezen we. Salomo had deze buitenlandse vrouwen lief. Het was geen oppervlakkige liefde. Maar echt. Naast de dochter van de Farao, ook Moabitische, Ammonitische, Edomitische, Sidonische, en Hethitische vrouwen. Uit de volken waarvan God had gezegd: u mag niet naar hen toegaan en zij mogen niet bij u komen. De Heere had een relatie verboden.

Waarom? Waren dat slechte vrouwen? Deugden die niet? Nee. Het waren gewone vrouwen. Maar u voelt wel wat erachter zit: ze waren groot geworden met hun eigen afgoden. Door een huwelijk zou het gevaar zijn dat ze die goden meenemen, en dat je hart achter hun goden aangaat. Dat Salomo mee gaat doen. Dat hoeft natuurlijk niet. Dat gevaar is levensgroot aanwezig. In vers 2 staat het woordje ‘ongetwijfeld’. Dat gebeurt normaliter. Doorgaans. Dat gevaar is levensgroot. Dat ze uw hart doen afwijken achter hun goden aan. Daarom had de Heere het verboden. Omdat je er zo makkelijk in meegaat. En omdat er veel op het spel stond. Salomo was de koning van Israël. Uit zijn nageslacht zou de Messias geboren worden.

En wat lezen we? Het gebeurt! Hij gaat voor de bijl. Hij glijdt uit. Weet u waar het om gaat? We zullen het herkennen in ons leven. De Heere wordt niet in een keer aan de kant geschoven. Alsof Hij niets meer te zeggen had. Nee, de Heere moest een klein beetje terrein prijs geven. Er kwam was naast Hem. Het werd de Heere én… In zo’n tijd leven wij. God de enige God? Daar kun je niet meer mee aankomen. Multireligieus. Heb je het daar al niet een klein beetje, dat je inschikt? Een plek voor andere goden en godsdiensten. Ook in de kerk worden we er een beetje door beïnvloed.

Daar kan God niet mee leven. God heeft alles gegeven. Ik ben er helemaal voor jullie, Israël, geweest. Ik wil alles terug. Bij de samenvatting van de wet worden de puntjes op de i gezet: met heel je hart! God is een jaloers God. Dat is heel eenvoudig. Als je een beste vriend of vriendin hebt, dan gebeurt er wat, en hij of zij laat je zitten, hij of zij knoopt een vriendschap aan met een ander. In een huwelijk kan je het toch ook niet hebben als er een derde is. Nee, dat neem je niet. Je wilt er helemaal voor die ander zijn. De Heere God is er helemaal voor Israël.

Hoe is dat gegaan? Stukje bij beetje. Het ging over 40 jaar. In 1 Koningen 3 begon het met een Egyptische vrouw. Ze kwam steeds dichter bij Salomo wonen. Er kwamen meer vrouwen bij: Moabitische, Ammonitische, Edomitische, Sidonische, en Hethitische vrouwen. Noem maar op. Geen einde aan de rij. Je kunt die vrouwen toch niet verbieden dat ze hun eigen afgoden meenemen? Dat moet toch kunnen binnenshuis? Van het een kwam het ander.

De schrijver gruwt er van. Viel het u op: hij gebruikt het woordje ‘afschuwelijke’. Daarin proef je afkeer van de afgoden. Deze duistere afgoden. Die staan voor vruchtbaarheid of doen alsof ze daar voor stond. Voor de dood, dat je daar uit geholpen wordt. Daar staan ze voor. Daar is toch ieder mens bang voor: voor ziekte, dood, tegenslag? Wapen je er tegen: breng je offers, gunst afgoden opkopen? Kinderoffers werden er zelfs gebracht. Niet voor te stellen! Vandaag nog: in de moederschoot. Leven wordt afgebroken, 30.000 per jaar… Maar ook dat vaders en moeders zo druk zijn, dat ze hun kinderen onthouden wat ze nodig hebben. Druk met werk en carrière. Gebeurt vandaag nog!

Waren Salomo’s benen sterk genoeg om de weelde te dragen? Nee. Maar deze vrouwen kunnen toch gaan geloven? Misschien even de overgang, goed, geef ze even de gelegenheid te wennen. Na verloop van tijd gaan ze zelf geloven. Ja, dat kan. Misschien zijn er hier bij wie dat zo ging. Dat je door je man of vrouw meegegaan bent. Dank God! Dat is met recht een wonder. Dat is wel uitzonderlijk.

Hoe is de praktijk? Vaak andersom. Je had goede plannen met je ongelovige vriend of vriendin. Maar die ander die jou deed afwijken. Het is toch geen onzin die ik verkoop? Ik zou graag een lieve vriendin of leuke jongen willen hebben, maar bid je om een gelovig iemand? Niet onbelangrijk waar je ze zoekt. Uitgaansgelegenheden zijn niet de plek waar je zulke gelovigen tegenkomt. En dan komt er een periode dat je samen zoekt. Samen bij de Heere. Daar valt de beslissing in je hart. Welke plek de Heere inneemt. Is het bijzaak of hoofdzaak: de plek van de Heere in jouw leven?! Of Hij er bij hangt of voorop staat? In mijn gemeente heb ik gezegd: kijk maar gerust in de kerk om je heen.

Bij Salomo ging het van het een in het ander. Ook in het openbaar. Offerhoogten. Tolerant, noem je dat tegenwoordig. Salomo moest wandelen voor Gods aangezicht. Maar hij liep achter de afgoden aan. Hoe bestaat het! Het vond juist plaats in de fase van de ouderdom. Salomo heeft lang kunnen volhouden trouw te zijn, maar in de fase van de ouderdom, ging het mis. Er zijn ouderen onder ons. De ouderdom is een mooie fase. Veel geleerd en afgeleerd. Periode die voor rijpheid staat. Bepaalde manier van denken. Gegroeid geloofsleven, hoop ik. Haaks op onze cultuur en tijd: je telt niet meer mee. Maar in de Bijbel tel je volop mee. Het brengt gevaren mee: vermoeidheid, gebreken, zwakte. Vader is milder geworden. Mooi! Maar als het maar niet gaat over de dingen van de Heere. Anders zeggen zodat het beter overkomt, mooi richting kinderen, dat vraagt wijsheid. Maar in de ouderdom is er het gevaar van toegeeflijkheid. Bijvoorbeeld Eli. Die was gestopt zijn zonen te vermanen. Hij liet ze hun gang gaan. Hij keek ze niet meer zuur aan.

Dat zien we ook bij Salomo. Toegeeflijkheid. Ik zit vanmorgen hier alleen in de kerk, zegt misschien iemand. Mijn man had beloofd: maar naar verloop van tijd bleef hij weg. Hij legt me geen strobreed in de weg. Je gaat eenzaam je weg. Valt niet mee. Zwaar. Je denkt: dat is mijn eigen schuld. Maar weet u, zulke mensen, ik ken u niet persoonlijk, hebben dubbel ons gebed nodig. Als er iets misgaat, waren er niet signalen?

Ja die waren er bij Salomo. De Koningswet uit Deuteronomium 7. Je mag geen sterke wagens en paarden hebben, Ik zal de strijd voeren, zegt God. Maar Salomo liet wagens en paarden aanrukken. Hij had wel een leger. Goud en zilver hoeft niet, zei God. Niet op de toer van de heidenen. Maar Salomo dronk uit gouden voorwerpen. Hij liet dieren komen, apen en pauwen. Waar was dat goed voor? Geen Partij voor de Dieren toen, anders hadden ze geprotesteerd voor zijn paleis. En die vrouwen gingen als een dreigende wolk boven zijn hoofd.

Hoe komt het dat je soms zo gewaarschuwd wordt, en dat je het weet en het toch doet…? Hoe komt dat toch? Er is een heel eenvoudig antwoord. Bij u en mij is er een onuitroeibaar verlangen om ten koste van alles onze eigen zin te doen. Dat zit erachter. Je ziet dat soms bij kinderen. Je zegt iets heel duidelijk. Je ziet dat ze het horen. En toch doen ze het niet. Je eigen zin willen doen – dat hebben ook grote mensen. Misschien zegt u, van dat van Salomo heb ik geen last. Nou? Vul voor die heidense vrouwen nou eens iets anders in. De Heere én rijkdom. Geld en goed? Materialisme? Gaan voor je eigen eer en roem?

Komt deze geschiedenis dan niet dichtbij? Machten waar wij mee te stellen hebben. De Heere zegt: weet dat Ik er niet mee kan leven. Dan is ons gebed vanmorgen: Leer mij voor struikelen bevrijden.

Wat een consequenties heeft het gehad! Scheuren in een rijk. Zonde brengt altijd scheuren met zich mee: in een rijk, huwelijk, kerk. Wat een drama. Het begon zo mooi. Salomo ging aan eigen succes ten onder, zei een ambtsdrager na de dienst tegen me.

Moeten we eindigen met Salomo? Dat zou droevig zijn. Nee. We mogen over hem heen zien op de meerdere Salomo. Hij was de Messias niet. We mogen achter hem eeuwen later de Heere Jezus Christus zien. De meerdere Salomo. Van Hem lezen we dat Hij wel heeft volhard. Geen millimeter naar links of rechts. Volkomen toegewijd aan Zijn Vader. Dankzij Hem is er hoop voor voor u en jou. Voor mensen die gestruikeld zijn. God houdt zich aan Zijn beloften. Het koningschap gaat door. Later door diepe dalen, maar Jezus is eenmaal geboren. Nu is er hoop voor iedereen die ontdekt heeft dat hij wel afwijkt, dat zijn hart niet volkomen toegewijd is. Dat je uitglijdt. En glibbert. Is er iemand die zegt, ja dat is mijn leven. Dat je op de puinhopen zit? Zie op Hem! En als je ervoor bewaard ben, dank God. Maar bid: Wil U mij voor struikelen bevrijden. Wat kan een kind van God diep vallen, maar het heeft gelukkig niet het laatste woord. God gaat door. Amen.

Hervormde Gemeente Reeuwijk, Ichthuskerk, zondag 20 oktober 2019, 9:30 uur. Schriftlezing 1 Koningen 3:1-4 en 1 Koningen 11:1-13.