Jezus wijst in de Bergrede op de brede en smalle weg. De smalle weg is de weg in gehoorzaamheid aan God, de Hemelse Vader. Het is een weg die weinigen vinden omdat ze te zeer bezig zijn met eigenbelang en niet met God of de ander. De smalle weg is geen gemakkelijke weg, maar een weg die tegen de publieke opinie ingaat, maar desondanks uitkomt in de eeuwige heerlijkheid.

De brede en de smalle weg

Gemeente van onze Heer Jezus Christus, bij dit thema denk je aan de plaat ervan. Links zie je een ruime poort met een boog erboven. Daar staat het woord: welkom. Aantrekkelijk en gastvrij. Direct daarna een parasol. Gezelligheid troef. De alcohol vloeit rijkelijk. Even verder staat een balzaal en een theater en gokpaleis. Voor het eeuwige vuur de zondag trein. Onderweg zie je een man die een pakezel slaat. En mensen die elkaar beroven. Er wordt ook oorlog gevoerd. Hier wordt gepleit voor bescherming van dieren. En gepleit voor veiligheid. Dat is links. Volgens de maker deugen ze niet.

Rechts een nauw poortje. Iemand staat er om uit te nodigen. Maar er is weinig animo. Er is een statige kerk. En zondagsschool en Diakonessenhuis.

De indruk is dat het wat moralistisch is. Soms wat schijnheilig. Alsof een goed toneelstuk of muziek goddeloos is. Alsof de zondagtrein onverschilligheid tegenover God is. Deze prent overtuigt ons niet meer.

Reinier Sonneveld zei dat deze poster in de gang hing bij een van zijn vrienden. Links toffe dingen maar met als uitkomst de verdoemenis. En rechts saaie dingen die uitloopt op de jubelzang. Als je het geloof wilt kapot maken, moet je het zo afbeelden, zegt hij. Hij heeft veel YouTube filmpjes. Kijk er eens na.

Toch wil ik er iets op afdingen. Want dierenmishandeling en oorlog en overval zijn toch niet tof. En kerkdienst toch niet saai? En leuke zondagsschool of kindernevendienst toch ook niet? En dat kerken voorop gingen in de zorg? Moet de rustdag wijken voor de reislust? Dan heeft die afbeelding een punt. Van je prioriteiten.

Ik wil wat loskomen van die prent. De context is niet zo dat die plaat uitleg biedt. Die plaat is misschien te braaf. De context wordt gevormd door de woorden van Jezus. De Bergrede. De weg van het koninkrijk. De natuurlijke mens, geestelijke en vleselijke christen. Vleselijke christen: wel naar de kerk, zegt dat de bijbel waar is, maar hij laat zich leiden door oude ik. Die middelste positie, van de christen, lijkt problemen op te leveren.  In de zin van: daar kom je niet zomaar toe. Christus op de troon in je leven. En ik aan Zijn voeten. Liever zetten we onszelf op de troon. En het kruis aan de rand.

Jezus zet het beeld van de smalle en brede weg neer. De weg die God wijst, ligt niet voor de hand. Die berust niet op consensus. Die kan rekenen op kritiek van de publieke opinie. Dan roei je tegen de stroom in. Daar moet je bewust voor kiezen. Maar weinigen vinden de toegang tot dat leven.

Een smal poortje? Je kijkt er makkelijk over heen. Ook. Maar nog iets: wie vraagt, ontvangt. Wie zoekt, vindt. Ze hebben het niet echt gezocht. Jezus zei: zoek eerst het koninkrijk. Is dit appel bij ons blijven haken? In de praktijk stuit het op weerstand. Dat je alleen komt te staan. Minderheid.

Het is als Israël. God nam hen mee uit Egypte. Ze werden daar verdrukt. Mooi dat ze weg gingen. Maar ook eng. Waar kwamen ze terecht? In het woeste land. Ze kunnen niet verder, ze staan aan de oever. Ze beginnen te klagen. Wanhopig. Is dit nou de weg van God? Hadden we in Egypte geen graven? Dat we moeten sterven in de woestijn. Had ons toch met rust gelaten. Wat een onredelijkheid! Ze hadden er zo onder gezucht en geroepen. Weggeleid worden uit onderdrukte situatie biedt ook weer nieuwe uitdagingen. Dat je je afvraagt: hoe moet ik verder?

Op deze onvoorstelbare weg gaan is ongemakkelijk. Te ongemakkelijk. En toch maakt God een pad door het water. Het lijkt hopeloos. Maar de Heer opent een weg.

Zo de Heer volgen, dat is gaan op de smalle weg. Het gaan door de zee is een beeld van de smalle weg. Velen hebben het niet geleerd. Niet gezien en toch gevallen, in de woestijn.

Zijn wij bereid, gemeente, om zo op weg te gaan met God? Bevrijd te worden uit de ban van ons eigenbelang en egocentrisch leven? Niet het grootste gemak en rust en plezier. Niet die prioriteit. Maar waarvoor dan wel leven? Niet de manier van het veiligstellen van je eigen geluk. In Mattheüs 5 wordt duidelijk: het geluk uit Gods hand verwachten.

Gelukkig wie nederig van hart zijn. Wie treuren. De barmhartigen. Die zuiver van hart zijn. De vredestichters. Het echte geluk is voor jullie. Ook al heb je het zelf niet breed. En let goed op, dat je het moeilijk krijgt is hier niet een lot, dat je overkomt. Dat gebeurt ook. Dan mogen we ook rekenen op de kracht van God. Maar hier is het een keuze. Een consequentie van de keuze voor het leven volgens de aanwijzingen van Jezus.

Wat die aanwijzingen behelzen, wil ik aanwijzen aan de hand van wat Jezus zegt. Aan deze woorden gaat vers 12 vooraf. Behandel anderen zoals je wilt dat ze jou behandelen. Dat is anders dan meestal gebeurd. Meestal gaat het zo: behandel een ander zoals die jou behandelt. Met gelijke munt betalen. Lik op stuk geven. Dat doe je om jezelf te beschermen. Kom niet aan mij! Als iemand geen aandacht aan mij besteedt, besteed ik geen aandacht aan hem. Als hij mij niet groet, groet ik niet. Nee. Niet behandel anderen zoals ze jou behandelen. Maar: zoals je wilt dat ze jou behandelen. De negatieve spiraal doorbreken door positieve daden. Dat is kwetsbaar. Meer dan het gewone. Daar komen mensen niet op uit zichzelf.  Die vinden die nauwe poort en weg niet. Die niet gemakkelijk weg. Waar niet jezelf maar de ander voorop staat. Op de ander gericht zijn. En vooral de eer van God.

Er volgt ook iets op die woorden over de brede en smalle weg.  Jezus waarschuwt voor valse profeten. Ze zijn roofzuchtig. Wolven in schaapskleren. Kerkelijke leiders die ongewenste intimiteiten doen. Uit op eigen gewin. En ze hebben veel mooie woorden. Ze kapselen anderen in. Jezus zegt: je herkent ze niet aan hun woorden maar aan hun vruchten.

Wat zijn goede vruchten? We hebben dat niet gelezen.  Ik betrek het er toch even bij. Degenen die de wil doen van de Hemelse Vader.  Heel simpel dit. Het eerste wat ons voor ogen staat: de liefde voor God. Daarmee zeg ik al hoe ver je zo kunt komen. Hoe bestaat het dat je deze keuze maakt? Dat je uit Egypte gaat en in de woestijn leeft, ook als de nood hoog is, je toch op God vertrouwt? Als je kwetsbaar bent. Het gaat je om de ander. Hoe doe je dat? Jezus zegt: wie doen de wil van Mijn Hemelse Vader. Dat is veelbetekenend. Daarin ligt het antwoord. Hoe kom je tot die keuze van die minst voor de hand liggende weg? Het heeft met Jezus te maken.

God is Zijn Vader. Je neemt Zijn woorden ter harte. De afstand tot God werd als behoorlijk groot ervaren. God is ver en hoog. In het OT wordt God maar een paar keer Vader genoemd. Jezus leert Zijn leerlingen een gebed: Onze Vader. Niet hier: Onze hemelse Vader. Maar: Mijn Hemelse Vader. Dat duidt op een unieke relatie tussen de Vader en de Zoon. Deze Jezus komt de liefde van de Vader brengen. Hij is zelf de smalle weg gegaan. Hij zocht waar mee Hij mensen kon bevrijden. Zo kijkt Hij naar U en jou. Hij heeft zich compleet voor jou ingezet. Voor mij.

Heeft dat ons iets gedaan? Dan zal Zijn Geest ook op jou overgedragen worden. Dan zul je gedreven worden Hem na te volgen. Dat is de weg naar het leven. Het alternatief is de weg naar de ondergang. Maar dat hoeft niet. Velen gaan op die brede weg. Jezus brengt ons tot bezinning. Welke keuzes vallen er in jouw hart? Niet of het perfect is? Wel of je er naar zoekt? Want dan vind je die nauwe poort en die smalle weg. Amen.

Christelijke Gereformeerde Kerk Gouda, De Lichtwijzer (Hoge Gouwe), zondag 16 februari 2020, 9:30 uur. Schriftlezing Mattheus 7:7-20.