Het Evangelie van vrije genade wordt door de apostel Paulus als een schat voorgesteld. Een schat die in aarden vaten wordt bewaard. Het is Gods wijsheid om het Evangelie door eenvoudige mensen te laten verspreiden. Met het oog op dat de uitnemendheid der kracht van God zij. 

2 Korinthe 4 vers 7: ‘Maar wij hebben dezen schat in aarden vaten, opdat de uitnemendheid der kracht zij van God, en niet uit ons‘.

Schat in aarden vaten

Een aantal jaren geleden werd in juli in Dirksland een schat gevonden. Arco Hoekman. Metaaldetector. Zoals hier op het strand. Vaak levert het maar weinig op. Dopjes van bierflesjes. Toen was het ineens raak op een uienveldje. Tussen die scherven van de kruik zilveren munten en klomp van zilveren munten uit de Middeleeuwen. Wie had dat kunnen bedenken zo’n simpele kruik.

Ik weet niet of Arco bekend is met de Bijbel maar als hij het was, dan zou hij teruggedacht hebben aan de tekst de schat in aarden kruiken. Bezit in kruik. Moest je wel bedenken waar je je schat had verborgen. En ondertussen ervoor zorgen dat een ander dat niet wist. Alles draaide om geheimhouding. En ondertussen hopen dat je zelf nog leefde om later van te genieten.

Dat Paulus dit hier gebruikt over het Evangelie. Ene kant toepasselijk maar andere kant ook tegengesteld. De kennis van het Evangelie. Die kennis vindt je niet met al je macht ernaar zoekt. Het is precies andersom. Psalm zegt wijkt van ons, aan de kennis van Uw wegen geen lust.

Paulus zelf het voorbeeld. Zocht geen Heiland. Zelf zijn weg wel vinden. Door te vervolgen God een dienst te bewijzen. Als je iets wilde weten, moest je bij Paulus. Leerling van Gamaliël. Kende misschien wel de eerste vijf boeken van Mozes uit z’n hoofd. Maar ondertussen wist hij helemaal niet wie God is.

Misschien net als u en jij. We zijn geen heidenen, dat wel. Die geboden hoort, dat klopt altijd. Maar het enige nodige mist. De Heere God kent. Niet uit je gedachten maar uit dit ene Woord, het Woord. Zoals een kind opkijkt tegen z’n ouders.

Heerlijkheid. Chinah. Wie God is in Zijn genade en heerlijkheid. Dat herinnert aan de tocht door de woestijn. Daar zag het volk de heerlijkheid van God. Sinaï van bliksem rookte. Volk beefde. Hoe de aarde schudde. Deinsden ervan terug. Beseften hoe nietig ze waren. Toen kwam de Heere heel dichtbij. Ik zal met je meetrekken. Wolkkolom overdag en vuurkolom in de nacht.

Niemand kan de heerlijkheid van God zien. Ook Mozes niet, bleef verborgen. Mensen in de duisternis. Paulus zegt mensen die zoekend en tastend door het leven gingen. En het ergste dat we daar nog niet eens moeilijk mee hadden. We hebben allemaal onze afgoden in het leven. Kun je wel denken God te kennen.

En toen is het gebeurd. Op de weg naar Damascus. Dat felle licht. En opeens was Paulus wat hij altijd al was. Lag op de grond. Hart woest en ledig. En God zei er zei licht. Bij Ananias. Was die zonden en vijandschap zo groot dat Hij die weg wilde nemen? Ananias zei kijk naar de Heere Jezus. Dat God hem wilde aannemen en tot een nieuw mens wilde maken.

Paulus zegt dat is de schat. Niet verdiend maar toch gekregen. De kennis van de Heere Jezus. Paulus hoe ben je eraan gekomen? Kijk maar naar mijn leven. Ik zocht de schat niet. Niet met een metaaldetector een armband gevonden. Nee de schat vond mij. Dat is het wonder van het geloof.

De Heilige Geest brengt het licht. Het kostbaarste dat je kunt krijgen. ‘Meer dan rijkdom, meer dan macht, meer dan schoonheid van sterren in de nacht, meer dan wijsheid, die deze wereld kent is het waard, te weten wie U bent’, zegt dat lied.

Ja, die schat hebben we van God ontvangen zegt Paulus. Voor u ook, voor jou. Of zit je nog steeds in het donker. Echt vrede in het hart als je de Heiland leert kennen. Geeft houvast. Als je ziek wordt, als veel je uit handen valt. Ben je dan een mens in het donker? Of mag je weten er is een Vader in de hemel die voor mij zorgt. Weet dat je van Christus de Zijne bent.

Hoe gaat dat kind. Misschien gisteren wel iets gewonnen op de koningsdag. Pak je het nog eens. Ga je het voelen. Steeds meer nieuwe dingen leren kennen van de genade van God. Dat is wonderlijk elke keer weer nieuwe dingen. Ik mag 54 jaar preken. Met een doopdienst. Hand op je gelegd heeft. Met Avondmaalsdienst kom tot Mij.

Dan ga je het ook met anderen delen. Stel voor dat een ander het weet en steelt. Nee, het is precies andersom. Mensen daar weet je ook van. Geloven doe je nooit in je eentje maar altijd samen. Als je weet van de genade, dan mag je dat niet stilletjes voor jezelf gekregen maar uitdelers van de genade noemt Paulus dat.

Als ambtsdragers. Dat wil ik vanmorgen ook noemen. Dat God tegen jou zegt je mag Mijn Woord gaan verkondigen. Dat Hij je roept. Ga uit in Mijn kracht. Want het Evangelie is het centrum.

Wel even aan je boompje geschud. Laat God zien waar het mis is in ons leven. Onze zonden lopen we graag met een grote boog omhoog. Gierigheid. Begeerten die leven in je hart. Dat is het wonderlijke dat dat precies de weg is om je tot God te brengen. Heb je gemerkt dat het oplucht?

Een schat trekt dieven aan. Opsporing Gezocht elke week. Een Rolex gezien. Breken bij je in. Houden we het bij wat het is. Handen ineen te slaan. Een gezegende ziel wordt gevet. Wie de Heere voor je zijn wil, dan merk je ook dat het iets bij jezelf doet. Als je bij je zelf binnenblijft.

Daarom maar goed dat het in het Koninkrijk niet van ons afhangt. Maar dan moet je wel aan Christus verbonden zijn. De zekerheid van het geloof. Waar je schat is, daar is ook je hart. Je leven met Christus verborgen in God. Verlost van die kramp dat wij het alles moeten maken. Moed als het moeilijk is dat je het los moet laten. Zoals Israël die hadden ook moeilijke tijden maar als ze ophoog zagen ging het goed. Verborgen aanwezig deelt U mijn bestaan, zingt het lied. Niet in eigen kracht maar in Gods kracht. Niet in eigen eer gaan maar in Zijn eer.

Toen Arco Hoekman zijn schat vond in Dirksland lag die kruik allang te wachten. Lag te wachten op de gelukkige vinder.  Je bent er maar om die schat. In het werk, leven van het geloof. Bent er om Christus en Zijn genade.

Passen geen grote mensen bij. Die aandacht voor zichzelf vragen. Paulus was maar heel gewoontjes, vonden de mensen. Praatte waarschijnlijk ook moeilijk. Stokslagen. Schipbreuk. Engel van satan die hem met vuisten sloeg. Mensen in Korinthe sprak dat niet zoveel aan. Havenstad. Geen woorden maar daden. Toen kwamen er ‘superapostelen’ en vielen ervoor als een blok.

Erica Terpsta zou zeggen wat een kanjer. Je komt die mensen tegen. In Amerika voorgangers in grote kerken. Ook in behoudende kringen. Dat is toch wel… Weet je wat het is? Levensgevaarlijk. Dat je er ook in gaat geloven. Pauw zo zijn prachtige veren kan laten zien. Maar voor de rest niks aan, kan een beetje schreeuwen.

Mensen uit het stof, zijn maar wat stof. Calvijn zegt laat ik maar opteren dat ik nuttig ben. Want het gaat om Gods genade. Minder worden in onszelf, te meer zicht daarop krijgen. Paulus zegt het.

Minder worden, Hij meer zei Johannes al. We hebben de schat in aarden kruiken. Overweldigende kracht in God en niet in onszelf. Want niets kan de Geest tegenhouden. God komt het dwars doorheen. Liefde ijs van je hart laat smelten.

Jammer dat een dominee bedankt. En ook Marantha gemeente. Maar het Woord doet het. Bijbel leest en het slaat ineens naar binnen. We hebben het zien gebeuren van mensen, jongeren soms zelfs van buiten de kerk. Maar wat dobberden van week tot week. Gingen Jezus volgde met hun hart. Er zijn er waar het op het sterfbed doorbrak en zingend heengingen.

Sta je als dominee daar verwonderd bij. En ambtsdrager. Komen je op bezoek. Momenten die voor jezelf ook tot zegen zijn. Je hebt die kerk niet nodig, tijdens Corona ook wel tegengekomen. Of die uitleg niet nodig.

Als je leeft vanuit het Woord dan ga je van kracht tot kracht steeds voort. Wij tobben maar wat aan. Maar Hij trekt door en trekt Zijn spoor. Er is kracht in het bloed van het Lam, zingt het lied.

Toen Christus opstond uit de dood heeft Hij macht gekregen om het uit te delen. En gaat Hij vanochtend rond. Waar Hij zo werkt ga je het verzet opgeven tegen Zijn genade. Dan mag je met alles wat je bent en mist in Zijn handen vallen. Kind Ik heb altijd van je gehouden.

Jezus de Zaligmaker. Komt tot het licht. Niet mijn werk zegt Paulus maar Zijn werk. Denk niet te klein van Zijn macht. Er zijn geen grenzen aan Jezus’ macht. Neem die boodschap mee. Een ding doet kracht: het Woord van God vandaag en morgen en tot in eeuwigheid.

Amen.

 

Zondag 28 april 2024 – Andreaskerk Katwijk-upon-Sea, Holland – ds. A.W. van der Plas – Schriftlezing 2 Korinthe 4