Op de Via Dolorosa van de Heere Jezus Christus wordt Simon van Cyréne, een voorbijganger, door de soldaten gedwongen om het kruis van Christus te dragen. Hij die het kruis niet had verdiend nam het kruis op Zich, terwijl Simon toen hij het kruis mocht neerleggen verwonderd mocht vaststellen dat hij niet gekruisigd werd. Door onze verdienen wij de dood. Maar Christus nam vrijwillig het kruis op om te sterven voor de zonden. Hij droeg de toorn van God. Zijn weg van kruis en dood naar de opstanding uit de doden en verheerlijking is de Via Gloriosa.
Mattheüs 27 vers 32: ‘En uitgaande, vonden zij een man van Cyrene, met name Simon; dezen dwongen zij, dat hij Zijn kruis droeg‘.
Gemeente, met Gods hulp en onder de inwachting van de onmisbare hulp van de Heilige Geest hopen we uw aandacht te bepalen bij Mattheüs 27 vers 32. We zien vanmorgen twee kruisdragers.
Twee kruisdragers
- Verwezen naar het kruis;
- Gedwongen onder het kruis;
- Verwonderd bij het kruis.
1. Verwezen naar het kruis
Gemeente, een zeer wonderlijke stoet verlaat de stad Jeruzalem. In mijn gedachten zie ik hen gaan. Ik zie drie soldaten en drie kruisdragers. Gerichtsplaats buiten de Heilige Stad. Buiten de legerplaats. ‘Jeruzalem, Jeruzalem, u, die de profeten doodt, en stenigt, die tot u gezonden zijn! hoe menigmaal heb Ik uw kinderen willen bijeenvergaderen, gelijkerwijs een hen haar kiekens bijeenvergadert onder de vleugels; en u hebt niet gewild.’
Jeruzalem brengt de enige Verlosser naar het kruis. Er zijn drie kruisdragers. Twee misdadigers met Hem. Hij de grootste. Naar de vloekheuvel Golgotha. De Heere Jezus die Zelf het kruishout draagt waar Hij straks aan hangt.
Hier zie ik het gegeven Kind. En de heerschappij op Zijn schouder. Via Dolorosa. Of mag ik vanmorgen zeggen die via gloriosa? De weg tot de heerlijkheid. De sleutels waarmee de heerlijkheid van de hemel wordt geopend. Ik zie Christus gaan naar Zijn overwinning over dood, hel en graf. Twee Paranimfen. Zoals iemand die gaat promoveren en twee Paranimfen heeft.
Van Franciscus Rederus, predikant oud-vader, las ik dat zeven jaar ervoor de wet was vastgesteld. Dat zelf aan de veroordeelde tien dagen gegeven werd voor de voltrekking. Want men wist dat er de eeuwigheid achter lag. Maar bij Christus is hiervan geen sprake.
Wat is het bij ons anders. Dat de Heere ons deze tijd heeft gegeven tot op dit ogenblik. Over ons is toch ook een rechtvaardig vonnis geveld. U zult de dood sterven. We lopen toch vanaf de geboorte met de strop om de hals. We liggen onder de toorn van God.
We gaan straks niet verloren als we straks sterven, maar we liggen verloren. Hoe hebben we die tijd doorgebracht? Weten wij dat we sterven kunnen? Realiseren we wel dat elk ogenblik de draad van het leven kan worden doorgesneden. Twee kruisdragers.
Ik weet dat op Golgotha drie kruizen staan. Dat wil ik ook in de preek accentueren dat het gaat om die Ene, die middelste. Drie zijn er veroordeeld door een rechter. Die Ene is ons totaal onschuldig. Noemt heeft Hij een zonde gedaan van geboorte tot dat Hij het hoofd buigt.
Toch gaat Hij. Omdat Hij weet dat zondaren de eeuwige dood verdienen en Hij die vrijkoopt door Zijn bloed. We letten op die Ene met het hoofdletter. We gaan ook letten op die wissel waar het kruis op heeft gelegen. Op een ander, niet een van die twee. Maar van een man waar we niet eerder van hebben gehoord in de Schrift.
Door het kruis dat die Ene heeft gedragen het eeuwige leven heeft ontvangen. Jezus dragende Zijn kruis. Die andere kruisdruiger die er maar een poosje onder heeft gelopen. Simon van Curéne. Plaatsnam waar vandaan. Wat moet die man ons leren? Zo iemand achter Mij wil komen heeft Christus Zelf gezegd, die neme Zijn kruis op en volge Mij.
Simon volgde Christus. Hij wilde dat het kruis niet dragen. U neemt niet graag het kruis van een ander op. Als u er niet toe gedwongen wordt. Simon van Cyréne was er nooit toe gekomen als hij er niet toe was gedwongen. Doopformulier: Hem dagelijks navolgende vrolijk het kruis te dragen. Niet vreugde van de wereld. Een vervaardiging van het drukken van de voetstappen van de Zaligmaker. Daar is genade voor nodig.
Om gewillig gemaakt te worden. We zijn het van onszelf niet, we moeten gewillig gemaakt worden. Twee kruisdragers. Dan kijk ik eerst naar Sions betalende Borg. Wie heeft Hem op het kruis opgelegd? Dat is overduidelijk dominee. Pilatus. Die heeft het besloten in een rechtsgeding dat aan alle kanten rammelt.
Het moest. Wie zien achter dit gebeuren bij Pilatus God de Vader. God de Zoon heeft in de eeuwigheid gezegd: zie Ik kom Uw wil te doen. Om een volk van misdadigers zalig te maken door Zijn werk. Al kost het Zijn leven. Kunt u het vatten.
Gemeente, hier raken we toch aan de vrije, souvereine genade. Dan kan ik alleen maar wegsmelten. Raak ik niet uitgekeken. Het recht van de Vader. En die ander. Gedwongen om het kruis te dragen. Maar God de Zoon heeft alles vrijwillig gedaan. Niemand heeft Hem gedrongen. Hij komt het recht van Zijn Vader bevredigen.
De toorn van God de Vader. Dat Hij wil wegdragen. Eer Hij de zonden ongestraft liet, gestraft aan de bitterlijke en smadelijke dood aan het hout van het kruis. De zonden. Daar wordt soms zo makkelijk over gedaan. Maar de zonden.
Hetzelfde hout gedragen. Jezus, de meerdere Izak, naar de berg Moria het brandhout op de rug. Simon van Cyréne hetzelfde hout gedragen. Maar hij heeft het niet overgenomen. Niemand die de vervloekte straf heeft overgenomen van de Heiland. Kunt u het begrijpen? Hij is bereid. Zulk een last van zonden en plagen drukt Zijn schouders naar beneden. Hij het tere Lam Gods is op weg naar Golgotha om het kruis te dragen.
Dat is niet om uw medelijden op te wekken. Wat is Hem smaadheen aangedaan. Verworpen. De last van God over de zonden die Hij moest dragen. Oneindig zwaar. In de tijd van Zijn lijden. Als er even iemand komt om het kruishout te dragen, dan moet u niet denken dat er iemand is gekomen om de toorn van Gods mede te dragen. Hij heeft de pers alleen gedragen.
Hij heeft zijn handen niet uitgestoken om het lijden te beperken. Integendeel. Straf verzwaard. Alleen maar voor een miniem moment. Waarom kruisen hier de wegen van twee kruisdragers. Ik geloof dat de soldaten gezien hebben Zijn bebloed hoofd, dachten ze dat Hij zou bezwijken. Dan zou niemand plezier hebben van Zijn kruisiging.
Twee Paranimfen met Hem. In hun optiek zou Hij Golgotha moeten halen. Dat Hij de toorn van God moest dragen. Dat is natuurlijk in Hem niet Zijn opgekomen. Niemand wilde Hem volgen. Niet een van hen zich aangeboden, de soldaten keken elkaar aan.
Niemand biedt zich aan om de straf, de vloek te dragen. Ik geloof het niet. Wie wil het nou een misdadig zijn. Dominee, u beschouwt ons als misdadigers. Ja dat doe ik. Ik zit meteen naast u. Mis-daden. Niemand wil een gevloekte zijn. Christus is het die aan een kruis wil hangen. Hij alleen. Niemand van Zijn discipelen gevonden. Daarom namen ze Simon.
2. Gedwongen onder het kruis
Uit de stad gaande, dwongen ze Simon. Deze Ene kruisdrager bezwijkt bijna onder de last. Hij was gefolterd, gemarteld. ’t Lichaam valt mij krachtloos neer hebben we gezongen. Ze wijken angstig voor de smarten die Hij leed. Hoe pijnlijk moet het voor Christus zijn geweest. Het zet toch een streep onder de eenzaamheid van Christus. Hier wordt ons bestaan getekend. We willen niet vrijwillig een kruis dragen. Er staat hier in mijn tekst ze hebben er een gevonden. Dat kan alleen door ernaar gezocht te hebben.
Een schijnbaar willekeurige voorbijganger. Daar zien we de raad van de Heere. Die man van eeuwigheid gezien opdat hij langs die weg gebracht zou worden tot zijn eeuwige wel. Die man moest daar zijn. Mattheüs en Markus schrijven dat hij werd gedwongen. Lukas schrijft dat hij hem het kruis opgelegd hebben.
Ik stel maar voor dat hij een sterke boer was. Niet een klein mannetje. Zo een hadden ze nodig. De hadden hem gedwongen. Wanneer gedwongen? Als iemand niet wil. Ik geloof dat er wel een paar redenen zijn geweest. Bijna Pascha. Als hij nu een kruis zou dragen, dan zou hij onrein zijn en het Pascha niet mogen eten. Als hij zich verzet, dan zie ik daarin mijn vijandschap. Ik wil er niet onder. Het moet, God wil het. Als hij er niet toe gedwongen was, was hij echt een andere weg zijn gegaan. Als hij het ‘s ochtends geweten hebben, dan zou hij een andere weg zijn gegaan.
Al zou er een geëmigreerd zijn naar Australië, dan zal de Heere hem daar weten te vinden. Er zijn er steeds minder die de Tweede Wereldoorlog hebben gemaakt. Maar uit de boeken. Duitsers hadden paarden nodig. Gevorderd. Opgeëist. Simon gedwongen. In de nek gegrepen. Geprest staat er in het Grieks. Onder druk gedaan.
Grijpt de Zijnen met Zijn Goddelijke wil. Dat ze niet kunnen doorlopen in de weg die zij hadden verkoren. Gelukkig niet. Het is de Heere die vijanden van het kruis, hoewel ze de eeuwige dood verdienen, grijpt in het hart. Ik zie een overeenkomst. Maar ook een verschil, zal ik zo noemen. Hij grijpt de Zijnen, arresteert. Er is ook een verschil: het verzet gaat breken. Wat de soldaten niet konden.
Van onwillig gewillig maken. Hij maakt gewillige kruisdragers. Dat doet de Heere wanneer Hij werkt. Hij geeft gewillig om te volgen Christus die is de weg. Ik weet wel dat we in een tijd leven dat mensen gewillig voor Jezus te kiezen.
Ik geloof er niks van als een mens uit zichzelf gaat. Ik geloof er ook niks van dat een mens zichzelf gewillig maakt. Maar gewillig gemaakt door een Goddelijke wil. Telkens ververst worden. Het is de Heere Zelf die dat eenswillende werk onderhoudt. Dat de mens onder het kruis dat hij opgelegd krijgt leert buigen. Weet u ervan?
Ik begrijp de dingen van binnenuit, van mijn eigen hart. Van wat de Heere in mijn hart gedaan heeft. Ik teken u twee kruisdragers. Een ongewillige en een gewillige. Wie is nu de belangrijkste kruisdrager? Dan aarzel ik niet. Dan niet om Simon belangrijk te maken. Het gaat om Hem. Dan staat Simon van Cyréne op zijn plaats. En trouwens. Simon achter Hem moest dragen.
Christus voorop. De christen achter Christus aan. Hij draagt de eeuwige vloek om de straf op de zonden. Simon maar een klein poosje. Achterste gedeelte van dat geslepen kruis. Dan nog niet is het hout van het kruis niet het zwaarste wat Christus heeft gedragen. Nee, echt niet. Dat is de toorn van God over de zonden. Christus draagt het kruis uit pure genade. En Simon? Wij, wij hebben elk kruis dat we hebben opgelegd gekregen verdiend. Christus draagt het kruis voor rechtelozen.
Ik hoor hem op het laatst zingen, glunderen. Dat hij toen op het kruis mocht neerleggen en er zelf niet aan hoefde. Heilig zijn o God Uw wegen. Ik zie dat niet de soldaten naar mij hebben gezocht, maar U. U laat Zich vinden van die niet naar U zochten. Kunt u erin meekomen? Van die verkiezende liefde van God.
Van die ene uit Noord-Afrika. Ik weet dat er Oud-Testamentisch ook een Pinksterfeest geweest. Met Pinksterfeest dit ook genoemd. Pascha het Lam geslacht. Hij heeft nooit kunnen vermoeden dat hij zo dicht bij de Christus mocht verkeren. We geloven in de voorzienigheid van God. Door de leiding van God. Die sterke Afrikaanse boer onder het kruishout heeft mogen buigen, omdat God hem heeft verkoren. Daarvan gaan we eerst zingen. Psalm 94 vers 6.
3. Verwonderd bij het kruis
We houden even vast die twee kruisdragers in gedachten die we zien opklimmen naar de kruisheuvel Golgotha. Zes uur. Voorop loopt die Kruisdrager, en daar achter die kruisdrager die als hij het geweten had daar echt niet was. Anderen denken dat hij daar woonde. Jezus Simon van Cyréne letterlijk tegemoet komen. De ene op weg naar de kruisheuvel maar de ander naar de feestheuvel.
Dan wordt het kruis op de schouder van Simon van Cyréne afgelicht. En dan op de Ander vastgelegd. Christus opgericht op de paal. Waar u ook kijkt, misdadigers om Hem heen. Moordenaars om Hem heen, rechts en links.
Nu de strijd. De strijd tegen de duivel die Hem nog hevig gaat aanvallen. Het vrouwenzaad dat de kop van de slang zal vermorzelen. Wat zal er door Simon van Cyréne zijn doorgegaan? Ik denk het dat hij het achteraf heeft begrepen.
Als u het verstaat, dan had ik aan dat kruishout moeten sterven. Niet Reformatorisch Nederland nazeggen omdat dat moet. Voelt u als het waar is, dan gaat het door u heen. Als die Ander ziet, dan is het toch Ik voor u. Door Gods genade. Mag u geloven van die Goddelijke vrijspraak. Niet ik geloof het wel. Maar van God geschonken geloof. Die gerechtigheid van de Ander. Door een waarachtig geloof mag aannemen.
Ik heb er alle aanleiding dat deze weg van Simon van Cyréne tot zaligheid is geweest. Markus. Noemt hen de vader van Alexander en Rufus. Romeinen 16 vers 13 daar ook zijn moeder. Dat moet dan de vrouw van Simon van Cyréne zijn. En de zoon. Als zijnde opgekomen in Gods huisgezin. Het kan niet anders naar de mens gesproken, dat de Heere het zo heeft geleid. Gezegende gevolgen mag hebben.
Welzalig is de man die van tucht en onderdrukking voordeel trekt. Eeuwig zal zij Hem dienen. Heere, het is goed voor mij verdrukt zou zijn geweest. Door die weg, het Goddelijke recht, verwonderd mag zeggen. Door Zijn kruis naar het Vaderhuis. Om U eeuwig lief te hebben.
Amen.
Vijfde lijdenszondag 27 maart 2022 – Triumfatorkerk Herstelde Hervormde Gemeente Katwijk – ds. A. Vlietstra – Schriftlezing Mattheüs 27 vers 27-32