We leven in de eindtijd: de tijd waarin we wachten op Christus tweede komst. Voor een christen is het einde niet negatief of somber, maar zien we uit naar de verlossing – verlost te worden van de duivel, zonde en de wereld. Jezus houdt Zijn discipelen voor dat de kerk in de eindtijd te maken krijgt met drie cirkels: de wereld rondom de kerk, de wereld tegen de kerk en de wereld in de kerk. Het komt erop aan dat we volharden tot het einde. Dat betekent enerzijds een neerzinken op Christus en anderzijds een actief vasthechten aan Christus. Het is belangrijk – juist in een tijd van afval en liefdeloosheid – elkaar daarop te bevragen en ondersteunen.

Op weg naar het einde

  1. Wat de tekenen van het einde zijn
  2. Het volharden tot het einde
  3. Zalig in het einde

Gemeente, bijzonder ook jonge mensen in deze dienst, hoe kijk jij tegen de tijd aan waarin we leven? U zult het er wel eens over hebben toch? In de afgelopen week, ook op sociale media, was duidelijk: in de samenleving, tot een minister aan toe, wordt er gereageerd op een preek. Een preek over de tijd waarin we leven. Dat raakt mensen zomaar. U en jou ook. Je kunt er namen voor bedenken. De tijd van … Hoe vul je het in? Nou, u hebt al iets bedacht. Onzekerheid, angst, eenzaamheid, crisis in de kerk. Wordt het zoals het was? Komt iedereen terug in de kerk? Tijd van de afval. Gaat het erom spannen? De prognoses zijn niet gunstig. 25% van de kerkgangers zou er niet meer zijn, niet meer terugkomen. Maar ja, wat zijn prognoses?

Langzaam komt ook meer de duiding van de eindtijd. Een tijd met geweldige ontwikkelingen. Misschien de mooiste aanduiding: de eindtijd. Wat bedoelen we daarmee? Globaal wordt gezegd: de tijd tussen de 1e en 2e komst van Jezus. Van Pinksteren tot wederkomst. Daarin gebeuren de laatste dingen. Dat denk ik ook wel te mogen zeggen: dat is de meest spannende tijd van de wereldgeschiedenis. Besef je dat? Er waren ook andere tijden. Maar toch! U leeft in de meest spannende tijd van de wereldgeschiedenis. Alles is gebeurd. Er heeft een kruis, kribbe gestaan. We is een weg gebaand. De Geest is uitgestort. Er wacht nog een ding: de wederkomst.

We wachten op Zijn komst. Of niet? U moet niet op uw klokje kijken. Wat is tijd? Chronos (je horloge, je kijkt op je klok, straks is de kerk weer uit) en kairos (de tijd van God, de dingen die God doet op Zijn tijd). Die tijd moeten wij in de gaten houden. De kairos-momenten. De grote dingen die God doet. Ziet u ze vandaag? Als je daarop let, dan betekent het einde niet iets negatiefs. Soms lijkt het alsof er over het einde gaat, in de kerk, dan wordt het somber. Misschien ben je 12 of 13 jaar. Ik moet er nog niet aan denken? Als ik mensen van 80 tegenkom, die zeggen dat ook. Mijn kinderen en kleinkinderen die moeten ook bekeerd worden… Maar ja, wanneer mag Jezus dan komen? Zou Hij het eerst moeten vragen? Komt het u gelegen?

Kairos is Gods tijd. Nu is de tijd vol. Daar wachten wij in heilige spanning op. Het is de rode draad in het gedeelte. In die eindtijd komt het op één ding aan: volharden. Bij alles wat Jezus zegt, over de dingen die gaat gebeuren is volharden het kernwoord. Erbij blijven. Bij het evangelie. Bij wat Hij verkondigd. Bij alle verwarring. Bij alles wat we weten en niet weten. Volharden tot het einde. Blijven bij het evangelie! Jezus zegt ook, als er een gemeente is die blijft bij het evangelie, dan zal daaruit blijken dat het evangelie waar is. Als de kerk leeg loopt, zegt de wereld: het was niet waar. Er moet een volk zijn dat naar Zijn geklank blijft horen. U als een levende getuige. Het werk van de Geest gaat door. Dat u een teken bent van het volharden.

Jezus spreekt deze woorden uit in een beladen preek. Die hoofdstukken 24-25 gaan over het einde. Ik zei al, Jezus heeft gesproken over de verwoesting van Jeruzalem. Die zal spoedig gebeuren: in 70 na Christus. Rigoureus verwoest door de Romeinen. Als Jezus het daarover heeft gehad, dan wijzen de discipelen Hem op de gebouwen van de tempel. Wat bedoelen ze daarmee? Ze bedoelen dit, Jezus sprak over de verwoesting. En die discipelen wijzen op die tempelmuren. Ze wijzen Jezus erop: gaan die ook vallen? Die geweldige muren? Die blijven toch wel staan? Jezus zegt: ziet u dit alles? Is dat jullie houvast, zegt Jezus letterlijk.

Dat is al iets voor ons. Waar wijzen wij God op. Wij wijzen God op onze gevestigde verworvenheden. De kerk heeft nog dit en dat. Onze organisaties. Verworvenheden in de maatschappij. Zien we langzamerhand niet dat die dingen omvallen? Of vergis ik me? Er zijn niet zoveel muren meer. Onderwijs, politiek, plek in maatschappij, kerk-zijn, ethische zaken. Alles valt om. Waar is ons houvast? Waar richten we ons op? Op die muren die wij hebben gebouwd?

Dat zet de discipelen aan het denken. Wat is dan wel de bedoeling? Dan spreekt Jezus dus over die tekenen. Ze moeten niet letten op de muren maar op de signalen, de tekenen. Dan komen die drie cirkels. Er wordt van alles genoemd. Signalen van mensen die komen in de naam van Christus. Ze zullen velen misleiden. De geruchten van oorlogen. Het ene volk tegen het andere. Hongersnood, besmettelijke ziekte, aardbevingen, misleiding. Een warboel? Als een geweldige vloedgolf? Misschien zegt iemand: ik zie door de bomen het bos niet meer. Ooit heeft iemand deze dingen samengevat in drie cirkels. Er zijn eigenlijk drie cirkels:

  1. De wereld rondom de kerk. Oorlogen, onrust in de wereld: koninkrijken tegen de anderen. Besmettelijke ziekten en aardbevingen. Er staat: dat moet gebeuren. En het is nog maar het begin van de weeën. Aangrijpende tekenen die rondom ons gebeuren. Moet het zo? Jezus zegt: het moet zo. Het zijn de weeën. Tekenen dat er iets gaat gebeuren. Er komt een geboorte. Weeën kun je niet tegenhouden. Zou je wel willen. Kan niet stoppen. Het moet doorgaan. Het moet gebeuren. In Openbaring 6: de paarden gaan over de aarde. Witte paard voorop. De paarden krijgen volmacht, staat er, van God. Van Christus. Dat gaat er bij ons niet zo in soms, maar dat staat in de Bijbel. In toenemende mate gaat dat gebeuren. De weeën worden duidelijker. Niemand kan rampen en ziekten en oorlogen voorkomen. Hierin zien wij de voortgang op weg naar het einde. De cirkel: rondom de kerk.
  2. De cirkel tegen de kerk. Zij zullen u overleveren. De wereld tegen de kerk. Hoe meer de komst nabij komt, zal de tegenstand toenemen. Onlangs was de dag van de vervolgde kerk. Voorgangers uit Oost-Europa zeiden: bereid je voor op lijden. Een moeder in Putten begon spontaan te huilen toen ik het zei in een kring. Is het echt zo? Ja. De wereld rondom de kerk zal toenemen in intensiteit. Verdrukking, doden. Overkomt ons toch niet? Wij hebben het nog comfortabel met elkaar. Maar van de hele christenheid zit 70% in vervolging, haat. Wij zijn de 30%, de uitzondering. Besef je dat? Dat wij het nog zo hebben. De wereld tegen de kerk is dichtbij. Dat is geen angst scenario.
  3. Het laatste: de wereld in de kerk. Valse profetie, misleiding. Daar komt ook de wetteloosheid. De liefde van velen verkillen. Het evangelie raakt weg. De mensen gaan dingen zelf uitmaken. Daar komt verkillen. Ik wil, ik doe, ik zal. De misleiding. De valse profetie. Het evangelie wordt verdund tot een heel oppervlakkig sausje. Wat voorheen vaststaand was (wet en evangelie, hemel en hel) raken we zomaar kwijt. We verliezen dan houvast en zekerheid. Het individualisme neemt toe. Geloven op eigen normen en waarden. Velen zullen het laten afweten en struikelen.

Ik vind het spannend genoeg. De wereld rondom, tegen en in de kerk.

2. Het volharden tot het einde

Niet tot het bittere eind. Niet: hou het nog maar vol. Maar: het uiterste. Zolang het nodig is. Zolang de tijd duurt die de Heere geeft. Erbij blijven!

Wat is volharden dan? Hoe hou ik het vol? Niet: dan houden we het maar bij het oude. Sommige mensen denken dat. Een conservatisme dat doods en muf wordt. Kan betekenen: als we maar houden wat we hebben. Het betekent veel meer een geloofszaak. In het Grieks hypomeinas, dat betekent:

  • In de eerste plaats: Lijdzaamheid (in Hebreeënbrief), je moet het ondergaan.
  • En aan de andere kant: volharden, actief. Dan betekent het in geloofskracht gaan staan. Je ondergaat het en je staat in de kracht van het geloof.

Voor de kinderen een beeld. Een brug over een rivier. Onder die brug zie je pijlers. Betonnen pijlers. Over die brug gaat verkeer. Vrachtwagens. Je ziet de brug trillen. Wat er ook over heen gaat, die pijlers blijven onder de brug. Waarom? Die zijn ergens op gefundeerd. Ze houden het uit onder al die lasten. Ze staan op een fundament. Krachtig, volhardend, lijdzaam.

Wat is het fundament? Waar sta je nu op? Wat is nou je fundament? Ik bedoel niet of je kerkelijk bent, behoudend bent of vooruitstrevend? Dat bedoel ik niet. Waar sta je vast op? Hoe hou je het vol? Het is niets anders dan dit evangelie. Iemand vroeg, wat is het evangelie? Dit evangelie. Nou? Wat is je fundament? Het evangelie dat in alle tijden en door alle zorgen en zonden er een God is die redt van de dood en zonde en oordeel. Dat Jezus gekomen is om verloren zondaren te redden. Het draait om de zaligheid. Om je eeuwige behoud. Als het daar niet meer om gaat moet je rusten op je eigen gevoel of prestatie. Het gaat juist over het werk van Christus. Ben je daarop neergezonken? Doe het nu! Noodzaak om dat elke preek te doen. De kerk in met aanvechtingen en nu heb je weer grond onder de voeten. Je staat weer! Dat je mag zeggen, zo God voor ons is, wie zal tegen ons zijn? Meer dan overwinnaar in Christus.

En ik zou willen zeggen: blijf daarbij. Neerzinken en hechten. Blijf daarbij. Leef daaruit. Een ander beeld. Spurgeon gebruikt dat beeld om aan te duiden hoe je het vol kunt houden. Kleine visjes die zwemmen bij de Engelse kust bij Dover. Spurgeon zei: die zwemmen daar, heel klein, als het gaat stormen worden ze opgezweept, dan dreigen ze ter pletter te slaan. Die visjes hebben een geheim. Een groot bekje, een zuignapje. Wat doen ze? Ze gaan zwemmen en zuigen zich in al hun kleinheid aan die rots vast. Als het voorbij is, komen ze weer los. Dat is geloof. Je vast zuigen aan Christus! In je kleinheid, kwetsbaarheid, zonden, angsten, in je vallen. Zullen we daarop letten? Je vasthechten aan Christus door het geloven!

Laten we beducht zijn op alles wat ons daarvan afhoudt. Dat je zomaar verslappen kan, wegraken kan. Zullen we erop letten, tegenover volharden staat verslappen, achterop raken? Bent u dat, jonge vriend, jij? Dat je meer afstand krijgt tot God, de Bijbel, de kerk? Ik houd het niet meer bij. Een jonge moeder, onlangs nog een kind ten doop gehouden, uit de gemeente mailde mij: ik verslap, het zegt me niet zoveel meer, u ziet mij niet meer op de Bijbelkring. Je kunt zomaar achterop raken. Schrik je ervan? Misschien niet, het zit in ons aller hart. Als U me niet vast houdt, raak ik achterop. Hoe dicht leef ik bij de Heere Jezus? Hoe dicht zit je bij het hart?

Pas was ik aan het darten met mijn kleinzoon. Opa, je moet in de bull gooien. Dat is het hart, o ja? Dat redde ik niet. Precies waar het om gaat. Je moet op het hart gericht zijn. Zit ik op het rode stipje of aan de rand, in de cirkels, verderop, erbuiten? Waar zit je? Dat weet je best wel. Je moet jezelf niet voor de gek houden. Laten we dat niet voor onszelf onderzoeken, maar ook met elkaar in het oog houden. Man, vrouw, kinderen, gemeenteleden die dreigen achterop te raken. Waar zijn ze? Niet alleen persoonlijk oefenen in het evangelie of je gered bent en of de Geest in je leven is, maar ook elkaar in het oog houden! Moeten we meer dan ooit in het oog te houden.  Vragen: waar zit je? Doet u dat wel eens? Denkt u, ze zullen wel… Ja wat? Die vloedgolf en die cirkels is niet gering. Dat houden we nooit vol. Vraag eens, hou je het nog vol? Bespreek en belijd de dingen. Vraag er eens naar.

Diezelfde Spurgeon moest eens preken in een gemeente – hij zou de hele gemeente overblijven, zo ging dat toen. Een jongetje van 12 haalde hem van de trein op. Spurgeon liep met die jongen naar het logeeradres. Heb jij de Heere Jezus lief, vroeg Spurgeon? Dominee, ik haal elke zaterdag dominees op van de trein en u bent de eerste die het vraagt…. De eerste!

Zullen we elkaar in het oog houden? We hebben het echt hard nodig. Reik elkaar de hand. Je kinderen, de gemeente. Opdat er niemand achter blijft.

3. Zalig in het einde

Zalig, dat woord kennen we al. O ja? Wat is het dan? Zalig worden? Daar gaat het toch om? Dat je zalig bent. Behouden, gered. Waarvan dan? Ja zalig worden, dat is niet het bittere eind. Een christen weet: we gaan op weg naar het heerlijke einde. Niet het negatieve. Er zijn twee wegen, dat weten we. Maar hier over het heerlijke einde. Verlost. Behouden. Gered van de duivel, zonde en de dood. Verlost. Die werkelijkheden zullen er niet meer zijn. Ook voor de Heere: dat Hij aan Zijn eer komt. Dat Hij voor eeuwig de gloriekroon krijgt. Zijn ganse schepping vol van Zijn heerlijkheid. Zalig worden is niet alleen: als ik maar zalig word. Nee. De totaliteit. Verlost.

De bekende Engelse prediker Samuel Rutherford zei tegen zijn gemeenteleden: het zal een hemel in de hemel voor mij zijn als ik jullie allemaal zie. Prachtig! Ik zeg dat wel eens tegen mijn kinderen. Je hoeft je over ons niet druk te maken, zeiden ze. Maar dat doe ik wel! Verschrikkelijk als het kind wat naast je zit, verloren gaat. Daar word je beroerd van! Hoe kun je dat dan zeker weten? Er zei eens een ouder gemeentelid, ik ben bang dat ik schipbreuk lijd in het zicht van de haven. Afgewezen door de Heere? Dat kan een geweldige strijd zijn in je leven. Maar toch: wie volharden zal, wie bij Christus blijft, wie zich als een visje vastzuigt, die komt er. Die zal zalig worden! Ook door die drie cirkels heen. Die zal zalig worden.

Er zal straks een grote schare zijn. Geen zielig hoopje. Ze staan voor de troon. Ze zijn staande gebleven. Waarom? Omdat hun klederen gewassen zijn. Heere, houd mijn kinderen vast. Gemeente, niet afvallen! Dat kost je je eeuwige redding. Ik dwing u niet, maar ik zeg het u wel. Leeft u uit Christus? Bent u tijdens de preek neergezonken op Christus? Alles uit Hem. Straks moegestreden, gehavend uit de strijd. Binnenkomen doen wij. Zo zeker als Jezus het zegt. Die zal zalig worden. Gelooft u dat?

Laten we eindigen met een gebed, een gedicht:

Geef ons een groot geloof Heere, in de donkere tijden
Waarin wij moeten zijn als lichten in de nacht
We zien de wereld naar een zwarte afgrond glijden,
wie is er nog Heere, die Uw komst verwacht?

Geef ons een groot geloof om Uw strijd te strijden
en houd ons staande, Heere, als alles om ons valt.
De vijand lacht ons toe en lonkt naar alle zijden
en niemand ziet hoe hij de vuisten balt.

Geef ons een groot geloof, doe ons Uw Naam belijden
en als Uw oogstfeest komt, berg ons dan, schoof na schoof.
Wil ons als koren, Heere, eenmaal Uw schuren binnenrijden,
maar geef ons nu geloof, een volhardend geloof.

Amen

Verlos ons uit des bozen macht;
Bescherm, en sterk ons door Uw kracht:
Wij zijn toch zwak, zijn sterkt’ is groot;
Dus zijn w’ elk ogenblik in nood;
Hier komt nog vlees en wereld bij;
Ai, sterk ons dan, en maak ons vrij.

Want Uw is ’t Koninkrijk, o HEER,
Uw is de kracht, Uw is al d’ eer.
U, die ons helpen wilt en kunt,
Die, in Uw Zoon, verhoring gunt,
Die door Uw Geest ons troost en leidt,
zij de lof in eeuwigheid.

– Gebed des Heeren vers 8 en 9 (berijmd)

Hervormde Gemeente Hardinxveld-Giessendam, wijkgebouw de Parel, zondag 24 oktober 2021, 9.30 uur. Schriftlezing Mattheüs 24:1-14. Dienst via YouTube.