In de nacht dat de Heere Jezus gevangen genomen wordt gaat Hij uit en over de beek Kidron. Het is veelzeggend als we zien in de Bijbel waar de beek Kidron voor staat. Hij heeft van die beek gedronken. Nog geen dag later sterft Hij en wordt in een graf gelegd. Als de Goede Herder geeft Hij Zich over voor de schapen. Hij stelt Zijn leven voor de schapen. ‘Hij gebonden opdat wij ontbonden zouden worden.’

Johannes 18 vers 1: ‘Jezus, dit gezegd hebbende, ging uit met Zijn discipelen over de beek Kedron, waar een hof was, in welken Hij ging, en Zijn discipelen’.

De Herder stelt Zijn leven voor de schapen

  1. Jezus ging uit;
  2. En gaf Zich over.

1. Jezus ging uit

Gemeente het is donker, het is nacht, het is de veertiende van de maand Nissan. Het is de nacht van de volle maan. Daar in die donkere nacht in Jeruzalem zie ik een deur opengaan. Twaalf mannen. Jezus ging uit.

Jezus heeft net Avondmaal gevierd. Voor de eerste keer. Gebeden tot de Vader. Dan valt aan elke zin iets op. In elke zin hoe diep en lief Hij de Vader heeft. Die 33 jaar. Maar niet alleen de Vader liefheeft maar ook die mannen, Zijn schapen.

En nu die donkere nacht. Jezus ging uit. Wat gaat Hij doen? Hij gaat de diepte in. Letterlijk de diepte in. Trapje voor trapje over de stoffige paadjes voorzichtig naar beneden en dan weer omhoog naar de Olijfberg.

Zo gaat de Herder en Zijn schapen volgen Hem. Jezus ging niet alleen. Ging uit met Zijn discipelen. Wat zijn het voor mensen, discipelen? Die achter de Heere Jezus aangaan.

Als ik kijk naar dat ze afgelopen nacht hebben gedaan. Ja ze hebben Jezus nodig, kunnen niet zonder de Herder. Het zijn schapen die elkaar aan de kant duwen. Wilden elkaar niet de voeten wassen. Dienen zat er niet zo in. Ze hebben gezien dat de Heere Jezus dient.

Als ik die schapen zie gaan. Dan hoor ik de Heere Jezus zeggen u zult allemaal aan Mij geërgerd worden. De Herder slaan en de schapen verstrooid. En dan zie ik een schaap naar voren lopen. Al zullen ze allemaal aan U geërgerd worden, ik niet. Die anderen wel ja. Ik ben zo trouw. Wij weten hoe het afloopt.

Met dat soort mensen viert de Heere Jezus Avondmaal. Neemt Hij het dal mee in. Het diepste punt moet toch wel zijn dat dal. Stroomde een klein beekje. Soms stond die droog. Beek Kidron. Diepste punt van de reis.

Ik ben ervan overtuigd dat Johannes dat woord Kidron niet voor niets zegt. Johannes is de Evangelist die met nadruk zegt. Hij laat ook dingen weg. Elk zijn accent.

Is het u opgevallen toen ik het las? Vanuit de bovenzaal naar de beek Kidron. We lezen niets van Gethsemane. Dat de Heere Jezus bloed zweet. Juist Johannes die vaak de diepte van een enkel woord zoekt. Maar hij legt de nadruk bij die beek. Mattheüs doet dat ook.

Daar in die donkerte van de nacht bij stilstaan. Dat die Herder daar in de nacht dat moest doormaken bij de beek Kidron. Als je een Jood, dan zou je het wat zeggen als je zegt naar het dal Kidron. Hebreeuws: Kedar, Keder. Dat betekent duisternis. Omfloersheid. Grauwheid. Waarom heet deze beek Kidron? Als we naar de Bijbel kijken, het houden bij het Woord. Duister verleden. Zwart van de as.

1 Koningen 15 vers 13. Als er een koning, en het gebeurde meerdere keren, terugkeerde tot God. Reformatiemoment. De Heere opnieuw dienen. Die tempel op de berg in en gingen daar een schoonmaak houden. ‘[…] Ook roeide Asa uit haar afgrijselijken afgod, en verbrandde hem aan de beek Kidron’.

Daar werden de afgoden verbrand. De plek waar het water zwart kleurde. Elke Jood wist dat wel. Al stroomde er helder water dood. Deze beek herinnerd ons aan ons donkere verleden. De Heere God de rug terugkeerde. Andere afgoden dienen.

Ik sprak met een jonge christen. Jaar geleden uit de wereld. Dan gaat het gelukkig niet over mij. Ik dans niet rond de beelden, dus dat gaat niet over mij. Waarom hebben mensen een afgod nodig? Niet vertrouwt op de Heere de God van Israël? Waarom wil iemand een andere god dienen, een ander beeld van God dienen?

Het verlangen om op iets anders te stellen dan wat God is. Dat is een afgod. Hoeven we zelfs geen beeld te maken. Als we op iets anders vertrouwen dan op God. Als ik vertrouw op mijzelf, is dat dan geen afgod.

Als ik de Bijbel lees, dan een maar in gedachten. Staat er wel maar ik heb er een ander beeld bij. Wij kunnen dat op een Gereformeerde manier doen. Scherpe kantjes eraf halen.

Ik denk dat daar een afgod ontstaat, iets anders gebruik om naar niet op de Heere te vertrouwen. Daar gaat Jezus doorheen. Die zwarte rivier. Het teken van wantrouwen van God.

Johannes zegt daar moest Hij doorheen gaan. Mag ik het zo zeggen: daar wilde Hij doorheen gaan. Mijn eigen weg ging. Psalm 110 vers 7. Hij zal op de weg uit de beek drinken. De Heere Jezus gaat er niet aan voorbij aan die afgoden, het wantrouwen van God. Hij loopt er niet alleen voorbij en draagt het, maar Hij drinkt het. Hier zie je welke zonden Hij meenam naar het kruis. Daar laat Ik Mij mee besmetten.

Er is meer bij die beek Kidron, ook de gevolgen van de zonden zo zichtbaar. Als je daar verder kon zien, dan kon je de graven zien. Jeremia spreekt erover. Het is een doodsdal. Een begraafplaats in de nacht.

Misschien bent u er weleens geweest. Ik ben er haast wel zeker van dat u op een begraafplaats bent geweest. Ik heb een zoontje van zes. Gingen samen naar de begraafplaats. Recent stond ik aan het graf. Je moet wel heel ongevoelig zijn om koud te blijven als je op een begraafplaats bent. Naam van een jongetje uit mijn klas. Ook diezelfde naam. Wat betekenen die cijfers? Geboren. En kruisje bij overlijdensdatum.

Daar kom ik ook terecht. Als de Heere Jezus niet terugkomt, dan komen we daar ook terecht en met een steen met onze naam erop. Zo’n uitspraak: heden ik, morgen gij.

Hij gaat door het dal van de schaduw van de dood. Zeg ik niet teveel als ik zeg dat Hij daar door het dal van de dood gaat om de dood mee te nemen.

De Heere Jezus had net als wij emoties. Volmaakte gevoelens. Onze emoties afgestomd, er zo aan gewend. Een begrafenisondernemer zal het weinig meer doen. Psalm 22 vers 6. Hoe zwaar hoe smartelijk valt dit lijden voor Mijn gemoed. Het raakt Hem.

Niet zoals wij eenmaal zullen we sterven. De Heere Jezus weet een ding: binnen 24 uur zal Ik ook in een graf liggen. Psalm 23. Gaan door het schaduw van de dood, Ik zal niet vrezen.

De Heere Jezus weet dit geldt niet voor Mij. Van de Vader verlaten. Die liefde nog ervaren in die bovenzaal. Ga je nu begrijpen wat een wonder. Hij ging uit. Hij aarzelde niet. Dit is de diepte van Johannes 10 vers 11. Ik ben de goede Herder en stelt Zijn leven voor de schapen.

En die hof Gethsemane. En achter Hem de schapen. Ze begrijpen het niet. Begonnen beangst te worden. Mijn ziel is bedroefd tot de dood toe. Zijn schapen als er gevraagd wordt om te bidden. Hoe goed is het om te weten dat er voor je gebeden wordt.

Die Petrus die ligt te slapen. Dat is zo’n schaap. We zitten in de periode van het lijden van de Heere Jezus. Nergens zo scherp getekend wat de gelovige is. Ze kunnen toch wel een uur kunnen slapen, dat is toch niet teveel gevraagd?

Zelf de discipel die Jezus het meeste liefhad, Johannes, die viel in slaap. De Herder ging alleen. Zoveel onvoorwaardelijke liefde. Wat doen ze hun Meester pijn, wat doe ik Hem pijn. Als je leeft vanuit Zijn offer, die Kidrondal, dat beekje Gethsemane. Dat doe ik allemaal voor u al zie Ik dat er van u niets te verwachten is.

En je zou er tegelijkertijd bij zeggen, als je twijfelt of je wel een schaap bent, niet twijfelt om aan te sluiten, Hij gaat daar voor die schapen.

En Judas wist van die plaats. Met die bende, soldaten. Waarschijnlijk niet minder dan 200. Berijmd in de Herderstaal Psalm 22. Ze rukken aan met opgesperden mond, al brullend als een leeuw. Dan staat er in vers 4. Weer zo’n tussenzinnetje. Hij weet alles wat over Hem komen zal. Niet een beetje, op hoofdlijnen. Hij weet alles. Al die slagen in het gezicht. De haren uit Zijn baard trekken. Jesaja 50 vers 6. Die spijkers in Zijn handen slaan.

Wij zeggen weleens het is maar goed dat ik niet weet hoe het gaat. De Heere Jezus weet alles volmaakt. De Heere Jezus weet die drie uur lang weg is van Zijn Vader, is Zijn Vader kwijt. Hij ervaart een afstand tot God die verder gaat dan ooit iemand hier op aarde zal ervaren.

Hij weet welke prijs Hij betaalt voor die hooghartige schapen. Hij weet van het roepen Mijn God, Mijn God waarom hebt U Mij verlaten. Wat staat er dan? Jezus alles wetende, en dan Jezus gaat uit. Hij hoort het bonken. Hij weet dat deze leeuw Hem zou doden.

De Herziene Statenvertaling heeft: Hij trad naar voren. Gebaseerd op veel Engelse vertalingen. Hij loopt en gaat vooruit. Naar het poortje van Gethsemane. Hij wacht niet. Hij gaat actief naar voren. Dat is de Heere Jezus. Waarom doet Hij dat? Opdat wij nimmermeer van Hem verlaten zouden worden, zegt het formulier.

Opdat wij kunnen zeggen al ging ik door het dal van de schaduw van de dood, Gij zijt met mij. Dit is waar je geloof in ademt. Een Zaligmaker die uitgaat. Ondanks mij. Ik heb Hem niets te bieden dan een slaperig gebed. Ik ben de Goede Herder.

Dat is de boodschap van het Evangelie die in de lijdenstijd naar voren komt. Als je Hem gaat dienen, dat je dan op Hem gaat lijken dat weet ik wel. Maar hier gaat het niet om wat u doet, maar om wat Hij doet.

2. En gaf Zich over

Wie zoekt u? Jezus de Nazarener. Even bij dat poortje van de hof laat Hij zien wie Hij werkelijk is. Ik ben. Als u thuis bent in het Oude Testament: Ik ben die Ik ben. Die staat voor Hem. Als het ware tilt Hij even die menselijkheid weg. Met God te maken hebben.

Mozes schoenen uitdoen. Hij zo heilig en machtig en groot. Dan ga je begrijpen als Hij zegt Ik ben dan slaan ze steil achterover. Als een herinnering hoe Hij had kunnen doen. Wie is de Heere Jezus? Hij is de machtige over hemel en aarde. Hij had kunnen oordelen over de levenden en de doden en niet aan het kruis.

In dit gedeelte zie je het. Ik ben niet gekomen om te oordelen, te heersen. Maar om te dienen. Ik zou haast zeggen zelfs Judas hoort dat. Als een herinnering aan de Verbondsgod. De Goede Herder wordt niet de machtige maar stelt Zijn leven voor de schapen. Indien u Mij zoekt, zo laat hen dan heengaan.

Hij schermt hen af. Neem Mij maar. Ik de dood in en u het leven. Uit dat naar voren stappen ziet u wie de Heere Jezus is. Daar zegt Hij: Ik voor u, daar u anders de eeuwige dood had moeten sterven.

Ik hoopt dat u het mee ziet. Daar weleens bij stilstaan. De Heere Jezus voor die waardeloze schapen. De angsten die op Hem afkomen. Wetende alles dat over Hem komen zou.

Kijk eens achter Hem. Ik hoop dat u met mij mee zegt geen goede mensen. Slapende. Mensen die eigenlijk veel te trots zijn.

Ene moment vol van Hem. Ik mag omgaan met jonge christenen. En die zijn gelukkig vaak zo enthousiast. Als ik dit zo zie, dan zal ik nooit bij Hem weggaan. En toch herkenbaar Petrus. Maar een paar uur nodig en bij Hem weg. Wat ben je lauw en trots.

Juist omdat Jezus voor deze schapen gaat staan, daarom heb ik hoop. Dan weet ik het zeker: Hij ook voor mij. Dat is wat de Heere Jezus zegt. Niet door kracht. Je gebed is zelfs een slaperig gebed. Ik herken het hoor. Zelfs voor het Avondmaal niet de voeten van elkaar willen wassen.

De Heere Jezus zegt: Laat deze heengaan. Dat mag ik u vandaag verkondigen. Opnieuw of voor het eerst Hem liefhebben. Als ik alleen al kijk naar de afgoden, of die slapende discipelen, maar meer naar die Herder kijken. Meer naar Hem kijken dan dat u een zondaar bent.

Heere Jezus, dan laat ik U gaan. Ik voor u. Dan is er maar een vraag ga je er achter staan of voor? Ook in dit gedeelte. Wat is ongeloof? Kijk naar Petrus. Die springt ertussen. Het zwaard pakken. Ik moet ook wat bijdragen. Denken dat het niet helemaal van Hem afhangt.

Ik moet toch ook zelf wat. Dat is wettisch denken. Dan heeft de Heere Jezus maar een antwoord. Wat een wonder dat Hij niet zegt, dan ga ik niet voor jou maar voor anderen. Petrus, steek het zwaard in de schede. Want de drinkbeker voor jouw zonden heeft de Vader aan Mij gegeven.

Als het ware klinkt daar in stilte een verwijt in door. Als het ware ben je zelf de drinkbeker aan het drinkbeker. De handen van de Heere Jezus zien we hier voor ons. Denk ik opnieuw aan het formulier van het Avondmaal. Ik voor u.

Ik zie de Heere Jezus daar het donker ingaan. Hij voor u. Dat is geloof. Dat is leven naar Goede Vrijdag. Zien wat Hij doet, rusten in wat Hij doet. Niet mijn gewilligheid, Zijn gewilligheid. Niet mijn gehoorzaamheid, het is Zijn gehoorzaamheid. Dat is schuilen achter een Goede Herder.

Amen.

 

Zevende lijdenszondag 24 maart 2024 – Rehoboth Hersteld Hervormde Gemeente Voorschoten, Holland – ds. A. den Hartog – Schriftlezing Johannes 18 vers 1-11