Gideon vraagt God om een teken en hij ontvangt ook een teken. Hij heeft een vraag: Bent U God? Ja, het is God. De HEERE neemt de tijd voor ons, meer dan wij voor Hem nemen. Gideon zag de heerlijkheid van God in het aangezicht van Christus. God is vrede.

Geef mij een teken dat U het bent

Gemeente, of jij het bent, als je met je ergens moet inloggen, moet je dat duidelijk maken. Je moet het wachtwoord invullen. Als jij het bent, mag je binnenkomen. Bent U het? Dat is soms onze vraag richting God. Dan vragen we om Zijn wachtwoord. Dan mag Hij binnenkomen. Inloggen op ons leven.

We horen het vanmorgen bij Gideon. Bent U het? De geschiedenis is een deel van de roepingsgeschiedenis. God haalt Gideon naar voren om hem te gaan gebruiken. Er zijn heel wat Richters. Er zijn al een aantal Richters gepasseerd. Geen van de voorgaande Richters wordt de roeping uitgebreider beschreven als bij Gideon. Het lijkt op dat van Mozes. Ontpopt Jozua zich als een nieuwe Mozes? Zet hij het volk op de been? Nee, de Messias is hij niet. Wel een bewaarder en hersteller van het volk. God laat merken: Ik ben er om Mijn volk te troosten.

Goed, Gideon wordt geroepen. Hij heeft een vraag. Bent U het? We zien drie dingen.

  1. Is God het?
  2. Het is God
  3. God is vrede

1.

Israël is afvallig geworden door afgodendienst. God heeft hen aan onderdrukking overgegeven. God zond een profeet. Die zei, Ik ben de HEERE, uw God. U hebt niet naar Mij geluisterd. Toen kwam de engel bij Gideon terwijl hij wijn aan het persen was. Die engel zei, de Heere is met u. Daar had hij vragen bij. Ga heen in deze uw kracht. Maar Gideon had bezwaren. Omdat Ik met u zal zijn zult u Midean verslaan.

Dat is duidelijk genoeg? Nu kan vers 24 wel volgen. Toen bouwde Gideon een altaar, De HEERE is vrede. Dat kan toch best. De HEERE is vrede. Gideon gaat niet zo snel. Hij is niet zo ver. Een mens gelooft niet zo makkelijk. Je erkent en herkent de HEERE soms maar moeilijk. Sommige mensen zuchten en klagen over God. Hoorde ik Hem maar! Als Hij dan komt zijn we zomaar niet klaar gehoor te geven. De HEERE spreekt en ja, wij blijven steken…? Heb je dat nooit?

Geef een teken dat U het bent, zegt Gideon. De Spreker kwam tot Gideon bij de eik in Ofra. Hij spreekt namens God. Alsof Hij God zelf is. Klinkt wel zo, maar is het zo? Gideon is niet zeker. Mag dat, om een teken vragen. Hoor hoe hij het doet. Hij neemt niet het recht maar valt terug op het woord van God. Wij die leven bij God en Woord vragen het zelf op z’n tijd. Ik heb het wel eens gedaan. U misschien ook wel. Natuurlijk begin je daar niet mee. Zo begon het ook niet. Het begon missen met de vraag: bent U er? We konden er misschien niet zo bij, bij de dingen van God en geloof.

Bent U er? Dat is een vraag aan God zelf. Niet de vraag: bent U er wel? Dat is afstandelijk. We hoorden de bijbelse boodschap. We werden geraakt. Het kwam op me toe alsof het voor mij was. Ik las de bijbel en dacht, dit gaat over mij. Gebeurtenissen in het leven, onze zelfredzaamheid op z’n kop. God roept. Ik moet me bekeren. Even denk je, het is duidelijk, ik weet het. Maar even later, dan denk ik, beeld ik het me niet in.

Als God echt sprak, dan zou ik precies doen wat Hij zegt…?! Is dit echt van U, HEERE? Is dat een vraag enkel uit geloof? Of ook ongeloof erbij? Verlangen dat het God is, dat is geloof. HEERE, als U nu maar tot mij spreekt. Twijfel: dat je het ongelooflijk vindt dat God tot je spreekt, dat is ongeloof. Het vragen om het t ken had vaak niet gehoeven als er geen ongeloof is. Het is als bij die vader: Heere, ik geloof, kom mijn ongelovigheid te hulp.

Gideon heeft zelf wel wat in gedachten. Hij wil een geschenk voorzetten. De engel blijft tot Gideon terugkomt. Hij bereid een geitenbokje en een efa meel. Een hele maaltijd! Een hele bok en 20-40 liter meel… Een gigantische maaltijd. Opvallend in een tijd waarin alles zeldzaam is. Gideon pakt uit. Hij heeft een geweldige eerbied. Het is geen vijf minuten werk, geen magnetronwerk. God is als een vader die tegen zijn dochter zegt, ik wil een kaartje maken, maar die vader moet naar zijn werk. Zet de akte tas neer. En wacht. God neemt in Zijn vaderlijke liefde alle tijd voor ons. God neemt veel meer tijd voor ons dan wij voor Hem.

Het wordt geen maaltijd. De engel zegt, zet het maar op de rots. Het kooknat/jus schenkt hij eroverheen. En dan stijgt er een vuur op. Je denkt aan de bbq, die vlam, het wordt donker. Nee. Hier lijkt het de bliksem. God is er! God is het!

Gideon maakt dit mee. Voor ons is het ook, geef mij een teken dat U het bent. Heere, bent U het echt? Dan hoor je een teken hier.

2.

De engel is verdwenen. Gideon ziet Hem niet meer. En de rots is leeg. Er staat veelzeggend: toen zag Gideon dat het een engel des HEEREN was. Hij ziet niets en ziet toch! Als je erin komt, in het leven met God, dan herken je dit.

En dan? Een loflied, dan huppelen? Nee. Hij belijdt: ik moet sterven. Als je doorkrijgt dat je met God te maken hebt. Dan ga je beven. Wij zullen zeker sterven want we hebben God gezien. Jesaja ook. En Manoach. Johannes valt op Patmos ook als dood voor God. Ik heb de benen er niet meer onder. Is dat vreemd? Nee. Als je met God te maken krijgt, ga je beven. Als je God voor je zou zien verschijnen, die vuurvlam die je doordringt. God kent je. God doorgrondt je. Als je dat doorkrijgt, waar blijf je dan? Jongens kunnen soms zo plannen maken en stoer zijn maar als ze op het politiebureau zijn… Als we God ontmoeten kunnen we slechts door het stof gaan, buigen, schuld belijden. Dat is wel heilzaam. Geen God waar je je eigen gang mee kunt gaan. God is heilig, rechtvaardig! God heeft hier 450 jaar bijbels laten preken. God is werkelijk! Zie in deze geschiedenis de vlam uit de rots slaan en laat het bij jezelf inslaan. Het is God.

3.

Gideon ziet de engel niet meer. Maar hij hoort meteen de HEERE wel. Wees niet bevreesd, u zult niet sterven. Zoals wij: wij zien God niet, horen Hem wel. Hij is niet de Afwezige, maar de Aanwezige. Steeds weer komt Hij! Nu God dichtbij komt … Is het gedaan? Nee. Vrede op de plaats van vrees.

Gideon overleefde het. Hij zag de heerlijkheid van God in het aangezicht van Christus. Leg je dat er niet in, dominee? Kan je dat zeggen? Ja. Let op die engel van de HEERE. Er wordt gesproken alsof het de HEERE Zelf is. Het is de Zoon van God voor de menswording. Zo mogen we Hem zien.

Hij is op een keer niet alleen maar in de gedaante van een mens gekomen. Hij is een mens geworden. Een man. Over die mens, Jezus, lazen we. Johannes 20. Lijden en dood net achter de rug. Het kruis was het altaar. Hijzelf het offer. Het offer is aanvaard. De verzoening is tot stand gekomen.

Jezus verschijnt aan de discipelen. Hij zegt, vrede zij u. En nog eens. Zo wordt Gideon de strijd in gezonden met de Mideanieten. Het komt weer goed met God. Vrede met God. Daar gaat het toch om in ons leven. We mogen in Zijn kracht gaan.

Dan is het zover, dan wel, dan bouwt Gideon een altaar. Zoals Abel, Izak, Abraham. Totdat God zelf de tabernakel en altaar gaf. Offeren op een altaar; waarom ging Gideon daar naar toe? Dat is de Richterentijd. De mensen deden maar wat. Dit is serieus. Het altaar krijgt een naam. De HEERE is vrede. Een gedenkteken. Zoals je in Dordrecht er ook veel hebt. En in Nieuw-Lekkerland eentje van een bommenwerper.

De HEERE is vrede! Als dat zo is, is dat heerlijk. Geen zonden, geen schuld. Het is vlak tussen God en mee. Niet: de HEERE geeft of belooft vrede. Nee: is! God is liefde. Het wordt duizend maal aangezegd. Als het waar is: Gij vindt in gunst en niet in wraak Uw lust. Daar mag uit geleefd worden als je Hem kent. Hij ging de hele weg. Hier heb je Mijn vrede. Ben je dat al? Heb je dat al?

De Mideanieten zijn nog wel Israëls belagers. Is het wel waar? De gevolgen van de zonden doen zich nog steeds voor? Ja. Vanwege Christus kan het. Christus is onze vrede. Wij gaan door de nachten van moeiten je zorgen. Mijn vrede geef Ik u. Ga rustig de weg met Mij. Wij mogen het Gideon nazeggen. En houden eraan vast. Morgen. In de tijd die komt. Dan kan je meemaken wat je moet meemaken. Een operatie. De dood voor je. Een jaar waarin de coronacrisis werd opgevolgd door de oorlog in Oekraïne en ook de stikstofcrisis. Habakuk, al zal de vijgenboom niet bloeien, geen rund in de stallen, ik zal toch van vreugde opspringen. Dan kan je wel gaan slapen. Dan kan je je taak opnemen. Er komt bekering, herstel. Een opwekking. ‘De bergen zullen vrede dragen…’ De HEERE is vrede.

Amen.

(Psalm 72 vers 2 en 4)

Hervormde Gemeente Dordrecht, wijkgemeente 2, Augustijnenkerk, zondag 31 juli 2022, 9.30 uur. Schriftlezing Richteren 6:17-24 en Johannes 20:19-23.