Ds. A. Christ

20 september 2015, 18.30 uur

Lukas 19:1-10

 

Broeders en zusters, jongens en meisjes, als ik zou vragen: wie heeft nog nooit van de Heere Jezus gehoord? Zou een vreemde vraag zijn. Iedereen heeft er van gehoord. Jongens en meisje ook, kinderbijbels genoeg. Die vraag ga ik niet stellen. Veel belangrijker vraag. Niet of u wel eens van Hem gehoord hebt. Maar of u Hem wel eens ontmoet hebt? Is veel belangrijker. Wel eens ontmoet hebt in je leven. Want als je Hem ontmoet, kan je niet dezelfde blijven. Dan verander je als een blad van een boom. Omkeer in mijn leven gewrocht, sinds Jezus behoort nu mijn hart. Jezus ontmoet in je leven dan kan je nooit dezelfde blijven. Wel komen zoals je bent. Nooit blijven zoals je bent.

Nou gaat het vanavond ook over ontmoeting tussen Heere Jezus en Zacheüs. Bijbelgedeelte begint: Jericho binnenkomt. Stad kennen we wel he. Eerste stad ingenomen werd op wonderlijke manier. Jongens en meisjes weten wel hoe dat gegaan is. Zes dagen 1x om de stad heen gelopen. Zevende dag 7x, was 3 kilometer, dus 21 kilometer. Geroepen, toen zijn de muren gevallen. Spreekwoord dat zegt: wie Jericho heeft, die heeft het land. Maar toen de Heere God dus die muren heeft laten vallen, toen iets bijgezegd. Die stad vervloekt was en dat die stad nooit meer opgebouwd mocht worden. En toen is er toch iemand geweest, tegen verordeningen van de Heere, toch weer opgebouwd. Een vervloekte stad dus.

En daarom als Zacheüs, heel veel tegen om zalig te worden. Woonde in vervloekte stad. Werkte voor de vijand, voor de Romeinen. En in derde plaats: ergste misschien, was oneerlijk. Vroegen veel meer tol, belasting als dat ze moesten afdragen aan de keizer. Maar u weet denk ik wat de opdracht van de Heere Jezus was, van Hemelse Vader meegekregen, toen Hij naar deze wereld kwam. Opdracht was om te zoeken en zalig te maken de verloren schapen van het huis van Israël.

Daarom is het u misschien opgevallen, Jezus heel weinig buiten Israël heeft begeven. Trouw aan roepen. Kananese vrouw was, weet u, dochtertje was bezeten. Kwam bij Heere Jezus, wilt U ons helpen? Aanvankelijk gaf de Heere Jezus geen antwoord, toen heeft Hij opdracht verteld. Toen gezegd: beste vrouw, Ik kan niets voor u doen. Slechts gezonden tot verloren schapen van huis van Israël. Die vrouw begreep dat he. Maar die vrouw bleef vragen. Toen zegt ze: de hondekens eten van de tafel van de kruimelkens. Mag ik nou maar een hondje zijn. Was een onrein dier. Aan een korreltje genade genoeg. Jezus heeft zich over geloof verbaasd. Zo groot geloof niet gevonden. Dochtertje genezen.  Lezen ook van Samaritaanse vrouw, maar verder beziggehouden met eigen volk. Huis van Israël.

Is Zacheüs er een van. Joodse man. En toen hij 8 dagen was toen kreeg hij een naam. Vindt u dat geen vreemde dag? Die 8ste dag? Bij de 7e dag gaan wij weer bij de 1 beginnen. Getallen hebben iets te betekenen. Tellen is iets vertellen. 8ste dag is van het Koninkrijk dat komt. Naam: Zacheüs. Besneden, opgenomen in verbond wat God gesloten heeft met Abraham, Izak en Jakob. Prachtige naam. Weet je wat betekent? Mijn reine. Nou dat was hij niet he. Woonde in vervloekte stad, werkte voor vijand, was oneerlijk. Mijn reine.

En daar zat hij dan in zijn tolhuis, best druk, was zo jong niet meer. Hij was oppertollenaar. Moest je toch wel minimaal 55-60 zijn, zo in die buurt. Hoorde van die mensen de verhalen van die rabbi van Nazareth. Hele andere als andere die ze gewend waren. Rabbi die tegen vrouwen sprak. Gebeurde in die tijd niet. Rabbi die melaatsen aanraakte. Die woorden sprak van Koninkrijk van God. Tekenen oprichtte van Koninkrijk van God. Blinden werden ziende, doven hoorden, melaatsen gereinigd, doden opgewekt en aan armen evangelie verkondigd. Nou en dan, dat maakte Zacheüs toch wel nieuwsgierig.

Jezus kwam Jericho binnen en ging er door. En Lukas zegt: en zie. Attentie, attentie. Let op wat er gaat gebeuren. En zie. Er was een man van wie de naam Zacheüs was, was oppertollenaar, en hij was rijk. Ja, spaarbankboekje betreft was hij rijk. Maar ja, al heb je een geweldig boekje, kan je nog straatarm zijn. Ik ben al jaren bejaardenpastor, vrouw vertelt elke keer hetzelfde verhaaltje. Tegen man gezegd toen hij bijna dood ging: weg wereld weg schatten, gij kunt niet bevatten, hoe rijk ik wel ben, alles verloren, maar Christus verkoren. Geld maakt niet gelukkig. Hoop ruzie hoor.

Hij was ook niet op eerlijke manier rijk geworden he. En probeerde te zien wie Jezus was. Dat is een wonder he. Vind je dat geen wonder. Waarom? Omdat de Bijbel zegt dat er niemand is die God zoekt. God heeft uit de hemel nedergezien, een mens die verstandig was, allen afgeweken, onnut geworden. Als een mens God gaat zoeken, dat is een groot wonder. Is een bewijs, dat God u en jou en mij zoekt. Bijbel zegt het ons: wij hebben lief omdat Hij ons eerst heeft liefgehad. Zijn liefde zocht mij en kocht mij en bloed kocht mij en door genade ben ik een kind van God. God altijd de eerste in je leven.

Hij zocht Jezus te zien. Niet zomaar hoor. Niet hoe groot, kleur haar, dat niet hoor. Veel dieper. Bijbel zegt: wilde Jezus zien wie Hij was. Dat is belangrijk he. Dus hij wilde weten wie is de Heere Jezus nou voor mij. Nou dat is heerlijk als je daarvan kan getuigen. Als de mensen dat aan je vragen. Heerlijk als je dat kan zeggen. Redder, verlosser, zaligmaker. Hij wilde weten wie de Heere Jezus voor hem was.

Maar dat lukte niet vanwege menigte, klein van persoon. Man van 60 jaar, zeg maar, dat hij er alles voor over heeft. Om Jezus te zien. Klom in een boom. Misschien om uitgelachen zijn. Is niet meer zo gewoon als je van de Heere Jezus houdt. Je moet er tegenwoordig best wat voor over hebben. Uitgelachen. Misschien zeggen de mensen dat je ouderwets bent. Hij klom in een wilde vijgenboom. Vijgenboom is altijd Israël he. Let op de vijgenboom en andere bomen toen het ging over wederkomst van Heere Jezus. Let op Israël. Ziet hoe God met Israël bezig is, kan je zien hoe laat het is op Gods klok.

Ja, Zacheüs die wist het niet hoor, maar het was zijn laatste kans. Laatste keer door Jericho ging. Laatste kerkdienst, zou je kunnen zeggen. Door Jericho om naar Jeruzalem te gaan om daar leven te geven. Laatste kans. Dan zie je in gedachten Zacheüs zitten he in die boom. Verstopt zich een beetje achter die bladeren en zo. Eén gedachte: zou de Heere Jezus mij wel willen zien? Ja er is een lied, van Johan de Heer, mooi zinnetje in voor: geen zondaar te snood en geen zonde te groot. Mooi is dat he. Geen zondaar te snood en geen zonde te groot. Moet Zacheüs nog achter zien te komen he.

Zien we Heere Jezus lopen met al die mensen die Hem omringen. Staat Hij stil bij die naam. Noemt hem bij zijn  naam. Zacheüs. Ja. Ik heb u bij uw naam geroepen. Tegenwoordig noemen mensen allemaal elkaar bij voornaam, was vroeger niet zo. Alleen mensen waar je vertrouwelijk mee was. Wij waren arm geslacht, dan geen mevrouw maar juffrouw. Maar als je relatie had met iemand, dan bij naam noemen. Zie je hiervan iets. Heere Jezus noemde hem bij zijn doopnaam, zal het zo maar zeggen. Zacheüs. Al die anderen laat Hij staan. Richt zich op die ene man. Zacheüs, haast u en kom naar beneden want vandaag moet Ik in uw huis verblijven. Hoort u het? Ja, er is haast bij. Heden hoort, verhard u niet. Kan morgen te laat zijn. Evangelie heb altijd haast he. Haast u en kom af. Vandaag bij jou verblijven. Niet zomaar even langskomen, nee verblijven. Zacheüs doet het he. Haastte zich, kwam naar beneden, ontving Hem met blijdschap. Oosterling was erg gastvrij, jammer genoeg ook een bijgedachte bij. Dachten altijd dat gasten geluk brachten. U moet maar op rekenen, staat niet in de bijbel, maar vrouw Zacheüs onmiddellijk naar de keuken, diner bereiden. Zo kwam hij daar binnen.

Joodse mensen wel blij zijn, dat Hij zoekt de verloren schapen. Nou, zo blij  zijn ze niet. Morden. Oh, kijk nou eens. Hij is daar naar binnen gegaan. Dat is wat. Ja. Kan nooit een profeet zijn. Kan nooit. Zie je wel, Gods Zoon gemaakt heeft. Ja. Ze begrepen opdracht Heere Jezus niet. En dan zou ik u zo voorstellen, kijk wij zijn westerlingen, wij hebben altijd haast he. Dingen in de Bijbel zomaar op een achternamiddag gebeuren, maar is best mogelijk dat Jezus een week bij Zacheüs in huis geweest is. Zou best kunnen. Logeren.

Stel ik me voor, Heere Jezus aan ene kant van de tafel ging zitten, Zacheüs aan de andere kant en dat ze elkaar in de ogen gekeken hebben. En de ogen zijn de spiegel der ziel he. En als Zacheüs dan in ogen van Heere Jezus kijkt dan denk ik aan Psalm 25. Milde handen, vriendelijke ogen, zijn bij U bij eeuwigheid. Weet je wat Zacheüs te zien krijg? Wie de Heere Jezus was, rein, zonder zonden en kreeg te zien wie hij zelf was. Ook wel eens gezien wie je zelf bent? Schrik je he. Schrik u nooit van u zelf. Ik schrik van mezelf. Had ik van jou niet gedacht, denk ik dan bij mezelf. Zondig en onrein, raak mij aan, van U wil ik zijn. In ontmoeting krijgt hij te zien wie Jezus is en wie hij is. Nou dan ga je door je knieën he. Zei ik aan begin van de preek al. Kan je niet jezelf blijven. Kijk maar wat er gebeurt. Ging staan. Letterlijk inderdaad. Maar eigenlijk door zijn knieën. Bekende aan U o Heer mijn zonden… Kijk maar he. Hij ging staan, door de knieën, de helft van mijn goederen geef ik de armen en wat ik gestolen heb, geef ik 4x terug. Zie je nou dat je niet jezelf kan blijven. Ja.

En hoe reageert de Heere Jezus daar nou op? Toen zei Jezus: heden is dit huis zaligheid ten deel gevallen. Vind je dat nou niet vreemd dat dat hier staat. Heden Zacheüs zaligheid ten deel gevallen? Staat er niet. Dit huis. Huis niet alleen verblijfplaats in Bijbel, waar je kan leven en slapen. Veel meer mee bedoelt he. Stokbewaarder kwam tot geloof met heel zijn huis. Lydia de purperverkoopster kwam tot geloof met heel haar huis. Heden is dit huis zaligheid geschied. Mevrouw Zacheüs zegt: man, zo ken ik jou niet. De kinderen zeggen: papa, wat is er met je gebeurt. Ja. Ik heb de Heere Jezus ontmoet. Belangrijk wie je vader is! Belangrijk wie je moeder is. Dat is belangrijk. Dit huis.

Ik zal u vertellen, misschien weet u dat wel. Wij woonden in Gouda, jaren terug natuurlijk. Mijn tante was sergeant-majoor, Leger des Heils. Jongelieden-sergeant-majoor. ’s Woensdagsmiddags voor een dubbeltje, lege fles bij kruidenier inleveren, kon ik naar Leger des Heils, lichtbeelden (tegenwoordig heet dat Power-Pound). Turfmarkt. Elke zondag nog dienst. Lichtbeelden gingen over dronken vader, bij Kleiweg stonden ze vroeger te preken, kwam die man tot geloof, opeens niet dronken meer, toen kinderen bang, maar nu op schoot. Iedere keer zelfde verhaal, maar andere dia’s.

Moest ik aan denken. Heden aan dit huis zaligheid geschied. Zoon van Abraham. Of hier iets anders betekenen? Denk het wel he. In Bijbel daar heb je de besnijdenis van het vlees, zoals op de 8ste dag. Ook van je hart. Ik moest vroeger van mijn vader en moeder vragen om een nieuw hartje. Geef me vroeg een nieuw hart, was een van de zinnen van avondgebed. Omkeer in mijn leven gewrocht, sinds Jezus… Gaat niet over besnijdenis op 8ste dag, maar van hart. Zoon van Abraham. Want, zegt de Heere Jezus, en nou komt het mooiste he, nou gaat het niet meer over Zacheüs, maar over u jou en mij, want, de Zoon des mensen is gekomen om te zoeken en zalig te maken wat verloren is.

Nou, wat denk u? Gelukkig maar he. Gelukkig maar dat Heere Jezus gekomen is om te zoeken en zalig te maken wat verloren is. Omdat de in Adam de vorst der duisternis zijn toegevallen en van God zijn afgevallen. Is erg. Ik zeg altijd: Genesis 3 is grootste ramp van de wereldgeschiedenis. Verkeerde keuze maakte. Moedwillig en vrijwillig. Nou buiten het paradijs moeten leven. Wereld bloedt uit duizend wonden. U kijkt wel eens naar het journaal toch? Heb u er erg in dat we niet meer in het paradijs wonen. Gelukkig dat Heere Jezus vanavond zegt: Ik ben gekomen om zondige mensen zalig te maken.

En nou staat er nog wat bij he. Zou geeft Jezus zich opeens een andere naam. Heeft u er op gelet? Zoon des mensen. Gaat het over Koninkrijk van God wat komt. Waarvan Jezus gezegd heeft: uw hart niet ontroerd, in huis mijns Vaders zijn vele woningen, Ik ga heen om plaats te bereiden, dan kom Ik weder, opdat gij moogt zijn waar Ik ben. Is toekomst voor al Gods kinderen. Hoop dat dat ook uw toekomst zijn. Op reis.

Zijn er mensen die aan me vragen: hoe zal dat zijn? Ik weet het niet. Een ding: zal al onze verwachtingen overtreffen. Geen oor gehoord, geen oog gezien, dat zal daar geopenbaard worden. Daar gaan gordijnen open, blijdschap onbepaald. Gods kind nou aan denkt, dan zegt hij: o wat zal het zijn, volmaakt en rein, bij Hem te zijn. Zulk een sterven vrees ik niet. Zoon des mensen gekomen om te zoeken en zalig te maken wat verloren is. Amen.