De twee grootste fouten van het leven
Wie alleen voor het hier en nu leeft, dat is bij brood alleen leeft, dan is er niets voor de ziel. Dan missen we het doel, kennen we geen doel van het leven anders dan het materiële en leven we zonder bestemming. Alleen God is in staat om onze ziel te behouden. We hebben Hem nodig. Hij kwam, in de Persoon van de Heere Jezus Christus, naar deze wereld om te verlossen van de zonden. Laat Hem je geest opwekken. We hebben Christus nodig.
Lukas 4 vers 8: ‘En Jezus antwoordde zeide tot hem: Ga weg van Mij, satan, want er is geschreven: U zult den Heere uw God aanbidden en Hem alleen dienen‘.
De twee grootste fouten van het leven
Het is bij het begin van de bediening dat Jezus verzocht wordt door de satan. Een tijd van beproeving voor de Zoon van God, de tweede Persoon in de Godheid die kwam om te betalen voor onze zonden. Satan probeert Hem af te houden van Zijn missie. Het was onmogelijk. Toch was er de verzoeking door de satan..
Twee statements maakt de Heere in dit gedeelte. Vers 4. Er is geschreven, dat de mens bij brood alleen niet zal leven, maar bij alle woord Gods. En in vers 8. Komt uit Deuteronomium. Onderdeel van het boek van Mozes, de eerste vijf boeken van de Bijbel.
Als we niet naar God luisteren Zijn openbaring aan de mensheid. Waarom zijn er hier? De heilige uitleg. Dan is er niets voor de ziel. Alleen voor het hier en nu. Materiële wereld. Niets voor de ziel. Als we besluiten niet te geloven in de God van de Bijbel, dan is er niets voor de ziel. Geen doel en bestemming voor het leven. Mens bij brood alleen niet leven. Niets voor de ziel dan. Wat is de ziel? Componenten? Er is een materieel deel en niet materieel deel. De ziel gebruikt het brein. Als een instrument bij muziek.
Als je sterft verlaat de ziel het lichaam. Om veroordeeld te worden of door Hem gezegend te worden voor eeuwig. Het gedeelte dat de dood overleeft en komt voor de Heere. Vijf vermogens van de ziel.
1. Het verstand: Ik kan nadenken. Immaterieel deel. Het vermogen om redenen te hebben en te verstaan. Ver hoger dan de dieren. 2. De gevoelens: affecties. Gaan met je. 3. Je wil. Er is meer. 4. Je geweten. Dat iets goed of fout is. Morele map. 5. Mijn geest. Geest is een deel van de ziel. Maakt het mogelijk om contact te hebben. Als je niet tot Christus komt, dan functioneert de ziel niet. Geest buiten gebruik. Niet actief en in staat om iets te doen. Voordat we tot geloof komen, is dit ons leven.
Je ziel kan niet functioneren zonder het Woord van God. We hebben vergeving nodig. Wat als er geen geestelijk voedsel is? Niet bij brood alleen leven. Het verstand kan het niet brengen. Ik weet dan niet waarom ik hier ben. Ik weet niets over de eeuwigheid. Ik weet niets over bekering. Je kunt de hoogste wetenschapper zijn, maar in een wat dwaze toestand ben je als je niet tot Hem komt. Ik weet niet over de zondeval. Ik versta het niet dan. Ik weet niet de eigenschappen.
Emoties. Als ik iets zie wat ik leuk vind, dan ga ik ervoor. Het verstand neemt het hart over. Zien we in de samenleving waar van alles zo overgenomen wordt. Mijn wil. Wat is Gods wil? En het geweten? Geen idee waarom hier. Misschien: ik houd niet van de stem van het geweten. Onzin. Standaard seksualiteit naar eigen believen. Eigen standaarden. Ook in de samenleving. Wat mensen willen maken we legaal. Reset van het geweten. Alsof er maar twee geboden van God zijn en wij voor de rest alles kunnen bepalen? Hoe nodig hebben we instructies van de Heere? Als je 1990 naar Rusland, de oude Sovjet-Unie, reisde als toerist dan werd je rondgeleid en voor jou bepaald waar je naar toe mocht en wat je te zien kreeg. Zelfs als diplomaat. Zo bepaalt de samenleving voor je wat je te zien krijgt en mag denken. Geloof niet in een God die deze wereld geschapen heeft. In het onderwijs wordt het ook uitgebannen. Of als je bijvoorbeeld vandaag de dag besluit om Noord-Korea te bezoeken als een toerist. Als je de moed al hebt, dan krijg je maar een paar plaatsen te zien waartoe zij besluiten. Het is zo vergelijkbaar met wat de samenleving ons wil doen laten geloven. Denk vooral niet aan God.
U zult de Heere uw God aanbidden en Hem alleen dienen. Jij hebt God nodig om Hem te dienen. Je bent een dienend schepsel. God maakte je. Als je God niet dient, dan dien je iets naast Hem. Iedereen hier vanavond dient iemand. Het gaat over dienen. Als je God niet dient, dan iets in de plaats dat je dient. Je zegt ik ben vrij? Welnee. Als je iets naast God dient, altijd minder. Je maakt een dwaas van jezelf. Dingen zijn wel belangrijk maar niet het waard om te dienen.
Waarom dienen we iets naast God? We moeten het met iets vullen. Een doel voorbereiden. Als we niet de hemel voor ogen hebben om Hem te dienen, dan hebben we een ander doel. Zoals een plant naar de zon groeit, zo hebben we een doel. Ergens voor te leven. Hoe dwaas is het om dingen te dienen. Kunnen je niet liefhebben. Ze kunnen je niet veranderen als een persoon. Brengen je niet de hemel.
Alles in plaats van God, is een idool. Denk na over 200 jaar geleden. Waar richt je op? Misschien op een paard. Klinkt nu vreemd. Alleen maar 200 jaar. Klein en irrelevant. In perspectief te plaatsen. Alleen God is in staat je ziel te behouden. Grote fout om voor het hier en nu te leven. De tweede om je ziel met andere dingen te vullen dan God. Maak deze fouten niet.
Hij kwam naar deze wereld. Geef je leven aan Hem. Laat Hem je leven veranderen. Laat Hem je emoties opwekken dat Hij je alles wordt. Je wil. Je geweten. Laat Hem je bovenal je geest tot leven brengen. Je hebt Christus nodig.
Zondag 12 mei 2019 – Metropolitan Tabernacle Londen – dr. P. Masters [dienaar te Londen] – Lukas 4 vers 8