De genezing van de kromgebogen vrouw is bij gelijkenis het werk van God die een zondaar verlost. Deze vrouw wordt door de Heere Jezus verlost van haar krankheid. Zo worden zondaren verlost en bevrijd. Van de banden van de zonden en overgezet in het Koninkrijk van God. Velen denken dat ze vrij zijn en dat religie een set regels is waar men dan aan gebonden is. Maar het is precies omgekeerd. Zij die God missen zijn gebonden. Wij mensen zijn niet in staat om ons op te richten, de vrouw die na achttien jaar gebogen geleefd had ook niet. Door de roep van Jezus wordt genezing en verlossing voor haar mogelijk. Zo ook voor ons onder de Evangeliebediening. Hij roept u.
Lukas 13 vers 11: ‘En ziet, er was een vrouw, die een geest der krankheid achttien jaren lang gehad had, en zij was samengebogen, en kon zich ganselijk niet oprichten‘.
Echte vrede vinden in Christus
Waarschijnlijk was deze vrouw niet bezeten met de duivel. Ze had een ernstig handicap. Veel pijn. Ze kan een diepe depressie hebben gehad. Ze was een vrouw met een grote beperking. Moeilijk leven. Ze was in de synagoge. Ze aanbad God. Hoe ze daar precies was is niet zo duidelijk. Wel haar toestand, daar is geen onduidelijkheid over.
Markus schrijft zie. Merk op. Lukas was een medicus. Zo beschrijft hij het. Jezus genas velen. De discipelen konden wel zo rondgekeken hebben: wie zal genezen worden? Deze vrouw. Christus riep haar tot Zichzelf en genas haar.
Op geen enkele wijze kon deze vrouw zichzelf genezen. Waarom kon Hij het? Hij is God. Soms legde Hij de hand op. Soms met slechts een woord. Hij heeft die macht. Hij is de Messias. De genezingen zijn ook bij gelijkenis genomen. Als Hij een blinde ziende maakt, dan ziet dat op van de geestelijke blindheid ziende worden. En iemand uit de doden opgewekt, dat ziet op de opwekking uit de doden. Al de genezingen.
Jezus riep haar. Kende Hij haar naam? We lezen het niet. Oude schrijvers menen van wel. Ze kon Hem niet zien vanwege het neergebogen zijn. Ze strompelde naar Hem. Ze kwam. U bent verlost van uw krankheid, zegt Jezus. Waarom zegt Hij dit? Dit is vreemd. Het is precies het woord uit het Grieks. Bevrijd. Dat is de zaligheid. Verlost.
Wij denken precies andersom voor dat we bekeerd zijn. We denken vrij te denken. Dat religie allerlei regels geeft. Ik wil vrij zijn. In de genezing van deze vrouw zegt Jezus het: u bent verlost. Wij denken onafhankelijk van God te zijn en dan vrij. Maar juist dan gebonden.
Als ik niet bekeerd ben, en leef niet voor God, dan ben ik moreel gebonden. Ik kan een paar geboden houden. Niet iemand moorden. Maar vele dingen niet. Ik kan trots, leugen verkomen. Ik ben onderwerp van allerlei verleidingen. Ik ben een zondaar van nature. Ik zondig. Ik kan het niet stoppen met zondigen. Ik ben onbekwaam het leven te leven wat God van mij eist. Ik ben moreel zo beperkt. Het is mijn verantwoordelijkheid maar ik kan het niet.
Ik kan mezelf niet verbeteren. Misschien een paar dingen. Ik ben moreel beperkt. Geestelijk beperkt. Ik kan niet bidden. Ik heb een ziel, die slaapt. Afgesnijden van God. Ik ben als een persoon met een groot handicap. Ik mis een hand, een voet, een lip.
Ik ben incompleet. Vitale delen missen. Ik heb geen bedoeling zonder God. Geen eeuwige bestemming met God. Alleen maar eten, drinken en trouwen. Maar Jezus genas deze vrouw. Het was een lokale synagoge. Ze kenden deze vrouw. Ze wisten haar conditie. Hier is zij voor hun ogen opgericht. Recht op. Jezus legde Zijn hand op haar.
Als Jezus in ons leven komt, dan is er een heel nieuw leven. Moreel veranderd. Nieuw karakter. De vrouw kon niets doen. Wat kon ze doen voor eigen genezing? Niets. Toen Jezus kwam in haar leven was er hoop op genezing.
Toen Maarten Luther 27 jaar, student aan de Katholieke universiteit. Hij was diep gedeprimeerd. Hij zocht het overal. Van de ene kerk naar de andere. Zelfs naar Rome om de trap van de Sint Pieterskerk te beklimmen op zijn knieën. Elke trede zei hij het Onze Vader op. En boven aangekomen had hij geen zekerheid. Kort daarna ging hij het verstaan. Je kunt niet doen om het te verdienen. Je kunt het alleen uit genade ontvangen. Daar kwam hij tot ware bekering. Later sloeg hij de 95 stellingen aan de slotkapel van Wittenberg.
Stel je voor dat de vrouw zei: ik kom wel een keer later naar Jezus. Misschien kwam Hij daar niet meer. Als zij zo dwaas was, dan was ze nooit gered. Ik moet waarschuwen. Als Christus roept, dan moeten we reageren. Misschien worden na bewogen te zijn nooit meer bewogen. Dit was haar enige hoop. Dat Christus Zijn hand op haar legde. Denk niet dat je je eigen problemen op kunt lossen. En later dan doe ik dit of dat. Maar later komt misschien nooit.
Zie wat Christus voor haar deed. Achttien jaar was ze ziek. Wat een verschil in haar leven. Bekering is een crises ervaring. Niet een levenslang proces. Je bent gered en dan genezen. Als je bekeerd bent, weet je het. Het nieuwe leven.
Nu zien ze de vrouw. Ze is zo verschillend. Ze is zo lang. Als mensen bekeerd zijn, zijn ze zo verblijd. Ieder mens heeft waarde, en zogezegd deze vrouw was waardeloos voor haar bekering. Nu kan ze een zegen zijn voor anderen. Nu tot nut van anderen.
Jezus legde Zijn handen op haar. Christus legde Zijn heerlijkheid af en kwam uit de hemel naar deze aarde. Hij kwam om te lijden en sterven voor ons. Hij bevrijdde deze vrouw. We hebben gekeken naar de hopeloosheid van deze vrouw. Alleen Gods werk. Ze moest reageren op de roep van God. Mag het onze ervaring zijn in de geestelijke oprichting door Christus.
Zondag 2 februari 2020 – Metropolitan Tabernacle Londen [Verenigd Koninkrijk] – dr. P. Masters – Schriftlezingen Psalm 139 vers 1-17 en Lukas 13 vers 1-17