De apostel Paulus had in de dienst aan de Heere medearbeiders die hem ter zijde stonden en zelf ook getrouw arbeidden in Gods Koninkrijk. Tychikus is een geliefde broeder. En niet zomaar eventjes zo genoemd maar vanwege zijn getrouwe dienst. Aristarchus was -mogelijk vrijwillig- medegevangene met Paulus. Om hem te ondersteunen. En Archippus wordt opgeroepen op de bediening te zien die hij aangenomen heeft in de Heere, dat hij die vervult.
Kolossenzen 4 vers 7: ‘Al mijn zaken zal u bekend maken Tychikus, de geliefde broeder, en getrouwe dienaar, en mededienstknecht in den Heere‘.
Tychikus en Aristarchus
Hier in het zevende vers komt de apostel tot de afronding van de brief met het uitbreiden van de groeten. Ze zijn dieper dan ze lijken. Paulus was soms alleen. Maar meestal met zijn medepredikers. Even zo toegewijd aan de dienst van de Heere.
Een bekeerling tot Christus uit Azië. Paulus schrijft de brief uit de gevangenis in Rome. Tychikus heeft hem door dik en dun gesteund. Zijn naam betekent welvaren, geluk. Hij nam de brief naar Filemon. Hij was een prediker. Hij werd gezonden met de brief en te vertellen over Paulus in de gevangenis in Rome en de omstandigheden. Dat ze bemoedigend werden erdoor.
De geliefde broeder. Ik herinner me dat ik de kerk verliet door de zijdeur. De deur van het kantoor en van de boekwinkel. Ik opende de deur en er stond een lange man, een Amerikaans dominee. Met achter hem beneden een groep van zo’n 25 man.
Mag ik u vragen wie u bent, vroeg hij mij beleefd. Natuurlijk mag je dat vragen. Ik vertelde de dominee hier te zijn. Hij draaide zich om naar zijn groepsgenoten: Dit is mijn geliefde broeder en noemde mijn naam -maar zei het verkeerd. Dat is niet hoe Paulus de naam van Tychikus gebruikt en hem een geliefde broeder noemt.
Er was een jonge man die een blog bijhield. Hij vroeg me wat ik ervan vond. Mijn oog viel op een beschrijving over een ander die ik ook kende. Hij noemde hem geliefde vriend. Maar ik wist dat hun relatie niet zo was. Ja maar je moet beleefd zijn als je over een ander schrijft, zei hij. Paulus gebruikt het nooit zo. Je moet zeggen wat je meent.
Paulus houdt van hem. Hij verdient het om geliefd te zijn. Wat maakt een persoon geliefd? En als die persoon iets verkeerds doet. Liefde, respect voor hen. Wat maakt Tychikus geliefd? Bekeerd. En een heilig leven. Toegewijd aan Christus. Soms is dat het bewijs zelfs van een belijdend christen. Een vrouw die zei over haar man: ik denk dat hij de Heere liefheeft. Dat is verdrietig.
Iemand die behulpzaam is. Dingen oppakt om te doen. Wat maakt een persoon zo geliefd? Een persoon kan heel behulpzaam zijn maar ondertussen heel koud. Een geliefde broeder, zuster. Een vriendelijke man. Zelfs wanneer hij depressief was. Niet alleen maar aan andere vertellen. Maar temperen in de christelijke gang.
Er zijn mensen die vriendelijkheid brengen. En andere lasten. Er zijn mensen die zijn vriendelijk maar kunnen je ondertussen misleiden. Een getrouw man. Een offerend man. Genereus met zijn tijd en hulp. Tychikus ging zelfs al bracht het moeilijkheden.
Hij was getrouw. Altijd beschikbaar. Beantwoorden aan de taak. Alles maakt hem een geliefde broeder. Het is een uitdaging voor ons. Zijn we geliefd? Eenvoudig lief te hebben? Wat moet ik doen met de hulp van de Heere om een geliefde broeder te zijn.
Prediker was een dienstknecht van het Woord, van de Heere. Diaken. Een hardloper/bode letterlijk. In een tijd van oorlog boodschapper om een boodschap over te dragen. Gevaarlijk werk. Velen werden beschoten. Atletische vaardigheid.
Een man van gebed. Nooit iets te doen zonder de Heere. Getrouw aan de Heere. Het Woord vertegenwoordigen. Elke doctrine van het Woord. Niet een ding. De hele reeks. Hij predikte. Hij wist heel erg sympathiek te zijn in de boodschap.
Vier speciale gebieden van getrouwheid. Door de apostelen daartoe aangezet. En mededienstknecht van de Heere. Slaven. Zo zagen de dienstknechten zich, alle christenen. Slaven niet onder druk zoals in de wereld. Maar gewillig onder de Heere. Behoort aan de Heere toe. Hij/zij zegt: ik ben gewillig een slaaf van mijn Heere.
Niet eens een salaris voor de slaaf. Alleen maar handgeld. At van de tafel van zijn meester. Zo de dienstknechten in die dagen. Christus hun meester. Je leest soms over dienaren die een fortuin verdienen. Niets daarvan toen.
Het was hier en daar dat een slaaf gepromoveerd werd tot een dienstknecht. Maar in de meeste gevallen onderwerping zonder zelf vooruitgang te maken. Van deze rol naar een grotere, van dit huis of dat huis. Maar niets daarvan.
Hoewel het nu anders is, toch moeten de dienstknechten dezelfde houding hebben. Een slaaf van de Heere. Niet voor jezelf. Slaaf in de Heere. Dat is de taal van het Nieuwe Testament. In gemeenschap met Hem. Als je het doet voor Zijn zaak, doel. Dan kun je geheel onderwerpen zijn aan de Heere Jezus Christus. Dat was Tychikus. Hij had Hem lief. Wat Christus deed aan het kruis voor hem en alle gelovigen. Geloofde in de opstanding van de doden. Een dienaar van Christus, voor Christus, als Christus.
Mag ik een paar dingen zeggen over Aristarchus, vers 10. Ik sla Onesimus vanwege de tijd over. Gemeente in Kolosse. Onesimus was de slaaf van Filemon. Filemon zorgde goed voor hem. Onesimus misbruikte dat. Paulus vond hem, of hij Paulus. Hoe het precies is gegaan weten we niet. Onesimus kwam tot bekering. Paulus nam het voor hem op. Neem hem aan als mij.
Aristarchus vergezelde Paulus. In het theater te Efeze werd geschreeuwd voor de god Diana. Hij was mogelijk niet alle tijd met Paulus gevangen. Kun je het geloven: hij was mogelijk vrijwillig een gevangene. Ervoor te kiezen om zo nu en dan met Paulus in de gevangenis te zijn. Om boodschappen te brengen.
In de nacht moest hij dan ook in de kettingen gebonden worden. Om de Heere te dienen en Paulus te helpen. Daarvoor moest hij zo nu en dan in de gevangenis zijn. In Filemon gezegd dat hij mede een slaaf, dienstknecht was.
Tot slot vers 17, ‘En zegt aan Archippus: Zie op de bediening, die gij aangenomen hebt in den Heere, dat gij die vervult’. Mogelijk de zoon van Filemon. Opgeroepen om een mededienstknecht zijn. Waarom zegt Paulus dit zo direct tot Archippus: zie op de bediening. Het moest openbaar bekend zijn.
Zie erop toe. Beoefen het. Opdracht van de kerk, van de Heere. Observeer wat je doet. En beantwoordt eraan. Zie erop toe. Onderzoek het. Focus. Was hij afgeleid? In zakelijke dingen teveel bezig. Soms is een dienstknecht teveel bezig met reizen. Maar hier en daar zie je die de smaak te pakken hebben. Hun naam kan dan belangrijker worden dan hun ’thuiskerk’.
Was hij bezig met al de delen van de dienst? Jongeren en ouderen onderwijzen? Alle predikers en christenen worden door satan aangevallen. Zoek de kracht van de Heere en de oefening verdubbelen. Zag hij op zichzelf toe? Hij is een voorbeeld voor de kudde.
Was hij een verdediger van het geloof? Judaïsme was er. Er zijn zoveel delen in de dienst. Er is ons niet verteld wat het was. Het geldt ons allemaal. Zie erop toe. Of het in de zondagsschool is, in familie. Zie erop toe. We sluiten af. De toewijding van Tychikus, Aristarchus, Archippus.
Zondag 24 januari 2021 – Metropolitan Tabernacle Londen [Verenigd Koninkrijk] – dr. P. Masters – Schriftlezing Psalm 115 en Kolossenzen 4 vers 1-12